TERUG K 'V I Op onderwijsgebied geen nieuws te verwachten Het verboden grondgebied Dl Radioprogramma EDGAR RICE B U R R O U<G H S Bestudeering van het Vaccinatie-vraagstuk door Dennis Wheatley 476ste STAATSLOTERIJ „Wy zijn hier al," zei Simon, in Mogilev by de Roemeensche grens." DOOR 4 t vCTtr'v? -* l r -• No. 12. „Als wy' hem levend gevangen nemen, is de beloning veel grooter", verklaarde de lei der, terwijl hy het wapen opzij duwde. Ze bonden Tarzan en reden weg met hun bewus teloze slachtoffer. Toen hjj uren later tot be wustzijn terugkeerde, lag hjj stevig gebonden op een stuk tapijt, alleen in een vuile tent van geitenleer. Hy kon zy'n machtige spieren niet bewegen. Geruime tijd later verscheen er een man. Tarzan herkende de gemene trek ken van Rokoff, de Rus. „Ah, Monsieur, dat doet me genoegen", zei hij honend, terwijl hij de aapman herhaaldelijk schopte. Tarzan ant woordde niet en tenslotte verliet de schurk de tent. Lange tyd heerste er stilte. Toen vingen Tarzan's scherpe oren het geluid van een na derbij sluipend lichaam op. Het kwam steeds dichterbij. Terwijl hij zijn hoofd omdraaide, zag hij de tentingang open gaan, en er kwam iets binnen, dat zich donker aftekende tegen de nachtehjke sterrenhemel. Hy sloot zyn ogen en wachtte op de machtige klauw, die hem zou dooden. Inplaats daarvan voelde hij de zachte aanraking van een hand, daarna werd zacht zy'n naam gefluisterd: „Wie bent U?", vroeg hij.. „Het dansmeisje uit Sidi Aissa!" kreeg hy ten antwoord. Toen voelde, hij het koude staal voorzichtig op zyn han den. Even later waren de touwen, waarmede hy gebonden was, doorgesneden en Tarzan van de Apen stond rechtop bevryd. (Nieuwe spelling.^ Finantieele gelijkstelling Rijks- en bijzondere Kweekscholen. De opleidingskansen der aan staande onderwijzers worden straks belangrijk beter. Verschenen is de Memorie van Antwoord «p het Voorloopig Verslag over de begroo ting van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen voor 1938, waaraan het volgende is pntleend: Een ontwerp van wet in zake de onderwij zersopleiding is alreeds in handen van den Daad van State. Het is gebouwd op een systeem, waardoor, zonder dat de kosten noemenswaard worden verzwaard, de oplei dingskansen der aanstaande onderwijzers in tellectueel, paedagogisch en practisch be langrijk beter zullen worden. Het brengt te vens de financieele gelijkstelling tusschen de Rijkskweekscholen en de gesubsidieerde bijzondere kweekscholen. Hoewel de Minister niet vergeet, dat de poging om tot een wet te komen, regelende ■het midelabar en 't voorbereidend hooger ondeiwijs, reeds in 1921 is begonnen en ten gevolge van een aantal wederwaardigheden tot heden nimmer is geslaagd, zal hij zijn krachten inspannen om ditmaal positief re sultaat te bereiken. De Minister acht het onder de huidige Omstandigheden plicht om de uitgaven, waar dit maar eenigszins kan, te vermin deren. Met den aard der spelwijze dient op België te worden gewacht, om den cultureelen band tus schen Nederland en de Vlamin gen niet te schaden. De Regeering is ervan overtuigd, dat de toestand, waarbij de Regeering alleen voor de jeugd een andere spelling toepast, niet bestendigd kan blijven; dat derhalve Regeering en school in beginsel dezelfde schrijfwijze moeten gaan volgen. Zij is er intusschen eveneens van over tuigd. dat de keuze, waarvoor zij staat niet kan worden gedaan zonder dat zekerheid verkregen is omtrent hetgeen ter zake in België kan worden verwacht. Zonder zich te willen binden aan elders te nemen besluiten en overtuigd van haar taak om een zelfstandige keuze te doen, is niettemin de Regeering van oordeel, dat gelijk eenige leden het uitdrukken „de cuitureele band tusschen Nederland en de Vlamingen" zoo eenigszins mogelijk niet door een verschillende schrijfwijze van de gemeenschappelijke taal moet worden ge schaad. De Regeerin? vertrouwt, dat zij wel dra zekerheid zal kunnen verkrijgen om trent het standpunt, dat de Belgische Re- - geering te dezer zake inneemt waarna zij gnverwijld haar verdere houding zal be halen. Het tandheelkundig Onderwijs wordt wettelijk geregeld. De minister heeft in voorbereiding doen nemen een aanvulling van de hooger-onder- wijswet met bepalingen omtrent het tand heelkundig onderwijs, een ontwerp van een algemeenen maatregel van bestuur, regelen de de tandheelkundige examens en wat hier mede samenhangt, en een nieuw reglement op het beheer van het tandheelkundig insti tuut. De minister heeft zonder aarzeling de voorstellen aanvaard, om te Groningen te komen tot den bouw van een nieuw labora torium voor bacteriologie en hygiene. Bij de eindexamens der Hoogere Burgerscholen ook examinatoren uit de kringen van handel en nijverheid. Het wiskunde-pro- gramma is niet te moeilijk. In den algemeenen maatregel van be stuur tot vaststelling van het reglement en het programma voor de eindexamens der Hoogere Burgerscholen a, die eerlang kan worden verwacht, zullen bepalingen wor den opgenomen, waardoor het mogelijk zal zijn bij die examens de medewerking van daartoe geschikte personen uit kringen van handel en nijverheid te verkrijgen. Het wiskundeprogramma der Hoogere Bur gerschool a acht de minister, ook in verge lijking met het wiskundeprogramma voor de a-afdeeling van het Gymnasium, niet te moeilijk. De Minister hoopt dat het moge lijk zal zijn, een wijziging aan te brengen in de thans geldende leerlingenschaal. Br zijn veel minder boventallige leerkrachten dan vroeger. De financieele toestand een rem. Naast de werking van de leerlingenschaal 1932 moet ter verklaring van de vergrooting der klassen, bepaaldelijk gewezen worden op de omstandigheid, dat veel minder dan vroeger boventallige leerkrachten in de scho len werkzaam, zijn. Ongetwijfeld kan men een leerlin genschaal ontwerpen die eenige dui zenden werklooze onderwijzers een plaats in de school zou verzekeren, invoering daarvan is echter om fi nancieele redenen op dit oogenblik niet mogelijk. Uit een ingesteld onderzoek is den minister gebleken, dat door de ont worpen schalen het aantal leerkrach ten zou toenemen met 3892 aan de scholen voor gewoon en met 154 aan die voor uitgebreid lager onderwijs. Daar als gemiddeld salaris gerekend moet worden op resn. f 1899 en f 2886 en de pensioenlast 4% pet. bedraagt, komen de kosten op den duur op 8.2 mililoen gulden. Van den minister Is geen voorstel te wach ten tot verlenging van den leerplicht. Het denkbeeld, om de spelling in hoofd lijnen bij de wet vast te stellen, is bij de Regeering in overweging. Wat de lichamelijke opvoeding betreft, geeft de minister de voorkeur aan ontwik keling van de lichamelijke oefening door eigen initiatief yan het volk. Het overleg, dat de minister het vorige jaar met zijn ambtgenoot van Landbouw en Visscherij heeft aangevangen over den in houd van een ontwerp natuurbeschermings wet heeft geleid tot een gezamenlijk nader onderzoek van dat ontwerp door twee daar voor aangewezen functionarissen. Dat on derzoek heeft het samenstellen van een ge wijzigd ontwerp van wet tot resultaat ge had. Het overleg tusschen den Minister van Economische Zaken en den Minister over dit ontwerp heeft nog geen overeen stemming gebracht. Het herstel van de Groote Kerk te Alkmaar. Ook de minister hoopt van harte, dat de herstelling van de Groote Kerk te Alkmaar weldra weer voort gang zal hebben. Van uitvoering ge heel of gedeeltelijk in werkverschaf fing zal geen sprake zijn. Benige ja ren geleden zijn voorstellen in dien zin gedaan, maar deze zijn ter zijde gelegd. Thans bestaat uitzicht, dat de financieele moeilijkheden met hulp van het Werkfonds zullen worden opgelost. De Minister wil geen verhooging van Rijkssteun voor orkesten. Het vraagstuk van het voortbestaan dey orkesten in Nederland is moeilijk eh, .ver drietig. Het is geenszins uitsluitend van "cul tureelen aard, ook sociale belangen zijn er bij betrokken. Degenen evenwel, die de re medie eenvoudig meenen te mogen zoeken in verhooging van den rijkssteun, vinden den minister niet aan hun zijde. Samenstelling eener Staatscom missie. Betwijfeld wordt of de nieuwe regeling op 1 Januari 1939 in werking zal kunnen tre den. De minister van Sociale Zaken merkt in zijn memorie van antwoord aan de Tweede Kamer in zake het wetsontwerp tot verlen ging van den geldigheidsduur van tijdelijke bepalingen betreffende de yaccinatie het vol gende op: Uit hetgeen in het voorloopig verslag is medegedeeld, is het den minister duidelijk geworden, dat de bedoeling, die bij de re geering voorzit met de instelling eener staatscommissie ter bestudeering van het vaccinatievraagstuk, in meer dan'cén opzicht is misverstaan. Het is de bedoeling, aan de in te stellen staatscommissie op te dragen, haar arbeid met grooten spoed te Feuilleton Vertaling Eva Raedt de Cantet 83. Simon sloeg zy'n tegenstander met zyn vuist in het gezicht, maar de kerel bleef staan. Hy sloeg hem nog eens, maar het scheen wel alsof zyn vuist geen Invloed had Op den dikken schedel van zyn vyand. Ge weerschoten weerkonken toen de wagen over de brug suisde. Met byna roekelooze handig heid reed Rex in zigzag over de brug. Een kogel drong achter in het metaalbeslag van den wagen, een andere kogel verbryzelde de achterruit. De hertog lag gebukt op den bo dem van den auto en hy had Richard naast zich getrokken. Simon sloeg zijn tegenstan der nog eens op het hoofd, maar de soldaat wilde niet loslaten. Steeds weer klonken ge weerschoten achter hen. Plotseling stond Simon's tegenstander recht op de treeplank viel toen naar beneden. De auto was de brug over en reed een heuvel op aan den anderen kant. Een laatste kogel ketste op het spat bord van den wagen... Zij waren de brug ge passeerd. „Toen ik de laatste maal deze brug over trok was zy bezaaid met lijken," merkte de hertog glimlachend op. „Er werd hier tydens den oorlog verschrikkeiyk gevochten." „Je kunt er op rekenen, dat zy vanavond weer een lyk op de brug vinden," lachte Rex. „Die kerel aan Simon's kant heeft een fik- schen slag in zy'n nek gekregen." „Ik kon er hem eenvoudig niet toe krygen on. 1 te laten," mompelde Simon boos. „Met een vinger had je meer kunnen doen, dan met je heele vuist," merkte de hertog vriendelyk op. „Je had hem in zy'n oog kun nen steken. Hy zou er dan dadelyk afge sprongen zyn. De koppen van die kerels zyn nu eenmaal zoo hard als kanonskogels." „Dat zal ik onthouden," zei Simon peinzend. Inmiddels had Richard steeds geslapen. De hertog had hem weer rechtop gezet en alleen zyn kreunen was een bewys, dat hy nog leefde. De auto reed snel door. Zij vorderden goed. Lange, rechte wegen met kreupelhout en kleine boschjes aan weerskanten. Rex haalde uit zyn motor wat eruit te halen was. De ster ren begonnen te verbleeken en toen de hertog door het verbrijzelde raam keek zag hy het grauwe licht, dat de voorbode was van den na derenden dag. Anderhalf uur nadat zy de brug overgereden waren, bereikten zij eenige boerderijen, die nog behoorden tot het plaatsje Mogilev. Wanneer zij nog een paar mijlen ver der zouden rijden, zouden zij de grens over zy'n en veilig in Roemenië aankomen, Rex was er voor om de grens zoo spoedig mogelijk te passeeren, maar de hertog was er tegen. „Zy zullen zeer zeker draadloos getelegra- feert hebben," zei hij „en de grens zal dus streng bewaakt zijn. Om te probeeren bij dag licht de wachtposten omver te rijden zou non sens zijn. wy zouden eenvoudig aan stukken geschoten worden." Op Simon's voorstel besloten zy zich aan hun origineele plan te houden, namelyk een zy- weg te nemen aan den Westkant naast den in gang van de gemeente. De weg die zy namen was niet meer dan een zandpad, alleen ge schikt voor kleine wagentjes. En toch bleek het dezelfde weg te zyn die Simon op zyn kaart gevonden had. Ongeveer anderhalven kilometer verder vonden zy den kruisweg die zy hadden uitgekozen om op elkaar te wach ten. Een eenzame boerdery stond op eenigen afstand van den weg. Rex reed den wagen binnen de omheining. „Wat nu?" vroeg hy. „Het is het beste dat wy Richard wakker maken," zei Simon. „Nu wy zyn vliegmachine niet hebben om over de grens te komen zal het noodig zijn dat wy ook hem om raad vragen." De Reichleau schudde Richard die boos ant woordde en eerst weigerde wakker te worden. Maar de hertog hield aan. Hij opende eindeliik zijn oogen en kreunde. verrichten. Minder dan een half jaar kan daarvoor echter bezwaarlijk wor den gelaten, wanneer het al mogelijk zal blijken in dat tijdsbestek haar taak te volbrengen. Indien men dan voorts rekening houdt met den tijd, dien de overweging der voorstellen van de staatscommissie aan de re geering zal kosten en met den tijd, die met de behandeling van een nieuwe wettelijke regeling gemoeid zal zijn, dan moet het zeer betwij feld worden, of deze nieuwe regeling inderdaad op 1 Januari 1939 in wer king zal kunnen treden. Daarom heeft de minister het voorzichtig heidshalve wenschelijk geacht den termijn van de opschorting thans op twee jaar te stellen. Het spreekt intusschen vanzelf, dat hij al hetgeen in zijn vermogen is zal doen om dien termijn zooveel mogelijk te ver korten. De meening van vele leden, dat de instel ling van een staatscommissie overbodig zou zijn, omdat de medisch-hygienische zijde van deze aangelegenheid voor een beslissing volkomen rijp zou zijn, kan de minister niet doelen. Wel bestaat er bij een zeer groote meerderheid der medici eenstemmig heid over de wenschelijkheid van de vacci natie, maar die eenstemmigheid strekt zich allerminst uit tot de vraag, op welke wijze een behoorlijke vaccinatie-toestand van ons land kan worden verkregen. Bovendien is deze laatste vraag niet alleen van medisch- hygienischen aard, doch heeft zij ook zeer belangrijke staatkundige en staatsrechte lijke kanten. De regeering 'acht hét nfèt raadzaam eeri staatscommissie in het leven te roepen van een eenzijdig politiek-staatsrechtelijk karak ter, die haar medisch-hygienische voorlich ting uit- de adviezen van den gezondheids raad zou moeten puntten. Naar het oordeel der regeering moet de opvatting van verscheidene leden, dat de staatscommissie van ruime samenstelling zal moeten zijn en dat daarin, naast medi ci, leden met staatsrechtelijke en staatkun dige scholing zullen moeten worden opge nomen als de juiste worden beschouwd. (Niet officieel) 2de Klasse, 3e Lijst Trekking van Woensdag 8 December 1937 HOOGE PRIJZEN 20.000.— 6350 1000.— 18857 200.— 350 Pryzen van 30. 90 269 377 465 529 766 1339 1658 2280 2553 2773 2841 2941 3000 3158 3563 3797 3948 4037 4052 4336 5250 5803 6685 6816 6819 6829 7180 7229 7605 7765 7800 8082 8247 8600 8727 8882 9086 9687 10326 10374 10561 11046 11181 11230 11269 11667 11739 12078 12218 12474 12577 12693 12787 13174 13490 13547 13613 13622 13776 13979 14006 14029 14058 14091 14272 14534 14588 15000 15361 15380 15411 15318 15874 16400 16770 16817 17030 17051 17236 17500 17530 17591 17607 17846 18032 18216 18797 19174 19454 19932 20056 20106 20304 20552 20588 20826 Verbetering: 2e klasse 2e lijst: 14014 mi 14017 VRIJDAG 10 DECEMBER 1937. Hilversum I. Algemeen programma, verzorgd door den KRO. 8.009.15 en 10.00 Gramofoonmuzlek 11.30 Bijbelsche causerie. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuzlek. 2.00 KRO-Orkest. 2.45 Gramofoonplaten. 3.05 KRO-Kamerorkest. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.00 KRO-Orkest. 4.45 Graricfoonmuziek. 5.15 KRO-Melodisten en solist. 6.00 Land- en tuinbouwhalfuur. 6.20 De KRO-Boys, solist en gramofoonmuz, 7.00 Berichten. 7.15 Luchtvaartpraatje. 7.35 Bedryfsreportage. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Gramofoonmuziek. 8.20 Koninklijk 's-Hertogenbosch' Mannen» koor. 8.35 Trio Jasquier. 9.10 Vervolg koorconcert. 9.25 Gramofoonmuziek. 9.30 De KRO-Melodisten, solist en de KRO* Lijsters. 10.20 Gramofoonmuziek. 10.30 Berichten ANP. 10.40 J. Kristel's orkest. 11.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum n. 8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA. 10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA. 8.00 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.20 Declamatie. 10.40 Gramofoonmuziek. 11.10 Vervolg declamatie. 11.30 „Thé Lucky Birds", en solist. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.30 AVRO-Dansorkest, I.00 De Palladians. 2.00 Causerie: „De tuin in December". 2.30 Gramofoonmuziek. 3.15 AVRO-Dansorkest. 4.00 Gramofoonmuziek. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 Orgelspel. 5.55 Optreden van amateurs. 6.30 Politiek radiojournaal. 6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 N.V.V.-Uitzending. 7.20 Gramofoonmuziek. 7.25 Berichten ANP. 7.30 Berichten. 7.35 „Lezen in den Bijbel", causerie. 8.00 Het Hofstad-Strykkwartet. 8.30 Causerie over Vondel. 9.00 De Ramblers. 9.30 Declamatie. 9.45 C. Steyn's Accordeon-orkest. 10.00 „Fantasia". 10.30 Berichten ANP. 10.40 Avondwyding. II.00 Het Utrechtsch Ensemble voor Oude Muziek. 11.30 Jazzmuziek (Gr.pl.). 11.5512.00 Gramofoonmuziek. „O God, myn hoofd!" „Wordt wakker, Richard, wordt wakker," riep de Reichleau luid. Met dikke oogen keek Richard om zich heen. „Wat is er gebeurd?" vroeg hy suf. „Ik geloof dat ik bijna je arme kop verplet terd heb," zei Rex. „Ja, het lykt er veel op. O, heb je een auto gevonden Richard deed een poging om rechtop te gaan zitten. „Wat? Wat zeg je daar?" vroeg Richard, die nu klaar wakker was. „By de grens", herhaalde Simon. „Heb jy een i^ée hoe wy daarover komen?" „Waar is Marie Lou?" riep Richard, terwijl hy wild om zich heen keek. „zy is toch per trein gegaan. Je hebt me toch zelf gezegd, dat je speciale schikkingen voor haar gemaakt had." „Idioot, dat je bent! Stomme gek!" riep Richard boos. „Ik heb nooit iets dergelyks gezegd. Zij zou met mij per vliegtuig gaan." HOOFDSTUK XXVn. Men moet de huid niet verkoopen Een oogenblik heerschte er een angstig stilzwijgen. Toen zei Richard vlug: „Ik ga terug." „Neen," zei Simon hoofdschuddend, „dat kun jij niet doen, man. Ik zal gaan. Zeg Ri chard, ik kan je niet zeggen hoezeer het mij spijt. Maar ik had er op kunnen zweren, dat jij me gezegd had dat zij per trein zou ver trekken teneinde te voorkomen, dat zy in deze zaak gemoeid zou worden." „Ik heb nooit iets over treinen gezegd, Si mon. Maar het is jouw schuld niet, ik had mij duidelijker moeten uitdrukken. Hoe het ook zy, ik ga terug." „Ik zal terug gaan," zei Rex. „Geen van beiden is geschikt om die reis terug te doen." De Reichlau had het atilzwy'gen bewaard. Hy opende de deur van de auto en stapte op den weg. Toen glimlachte hy de anderen toe. „Wel, beste vrienden, als jullie klaar zijn. dan zou ik voorstellen om dit geval eens té bepraten als verstandige menschen. Het zou een onvergeeflijke dwaasheid zijn om op zoo'n onzinnig romantische manier weer naar Kief terug te gaan. Een uurtje meer of minder zal niet veel verschil maken en ik geloof toch dat wij allen ervan overtuigd zyn, dat wij in de eerste plaats rust behoeven. Ik stel dus voor, dat wij eerst eens zullen ontbijten en dat wy daarna eens ernstig zullen spreken over de redding van Marie Lou." Zonder eenig antwoord af te wachten liep hij op de boerderij toe en deed de deur open. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 5