STEUN
Het verboden
grondgebied
De visscher
kreeg ongelijk
aan kleine boeren
Mishandeling van
een brugwachter
Radioprogramma
Dubbele aanrijding
De moord te Utrecht
Vestigingsverbod voor
broodverkoopers
Treinongeluk in België
Voor de steunverleening aan de kleine
boeren in Noordholland zijn de volgende as
sistenten aangewezen:
Voor de gemeenten Anna Paulowna. Bar-
singerhorn. Callantsoog, Den Helder. Scha-
gen. Wieringen, Wieringerwaard, Winkel
en Zijpe. de heeren D. Otzen. Stationsweg
78, Schagen en P. Houter. Groenveld, St.
Maarten; voor de gemeenten Broek op
Langendijk, Harenkarspel. Heerhugowaard.
Hensbroek. Koedijk, St. Maarten. Nieuwe
Niedorp, Noordscharwoude. Obdam. Oude
Niedorp, Oudkarspel. Oudorp, St. Pancras,
Warmenhuizen en Zuidscharwoude. de
heer P. Houter. Groenveld. St. Maarten.
De ministers van Sociale en van Econo
mische Zaken hebben een circulaire aan de
gemeentebesturen gericht betreffende de
steunverleening aan kleine boeren.
De ministers deelen allereerst
mede in aansluiting op vorige
missives dat voor de in deze
missives vermelde b-groep (behou
dens enkele uitzonderingen) alle
bepalingen der steunregeling van
15 Januari 1932 alsmede de daarop
betrekking hebbende aanvullingen,
van kracht zijn.
In dit verband wordt in het bij
zonder de aandacht erop geves
tigd, dat dientengevolge ook de bij
de gewone steunregeling bestaande
leeftijdsgrens van 66 jaar voor de
onder groep b vallende grondgebrui
kers geldt.
Uitzonderin,gen hierop vormen de bepa
lingen betreffende onderwerpen welke reeds
afzonderlijk zijn geregeld, alsmede die voor
schriften die niet strooken met de bedoeling
en dien specifieken aard der steunverlee
ning aan kleine grondgebruikers.
Overigens schrijven de ministers, dat de
gemeentebesturen steeds in het oog moeten
houden, dat bij de beoordeeling van even
tueel zich voordoende kwesties dient te
worden uitgegaan van het standpunt, dat
de voorschriften der gewone steunverlee
ning ten deze primieeren. Met betrekking
tot die circulaire van 16 September 1937,
inzake extra bijslag aan inwonende kin
deren, deelen de ministers mede, dat bedoel
de bijslag aan landarbeid verrichtende kin
deren slechts verleend mag worden na
gepleegd overleg met de in de plaatselijke
commissie zitting hebbenden vertegenwoor
diger van den Rijkslandbouwvoorlichtings-
dienst en den districtsleider van den rijks
controledienst voor de steunverleening, voor
inwonende kinderen, die op een fabriek e.d.
plegen te werken geldt deze beperking niet.
De ministers vestigen voorts de aandacht
erop, dat .bovenstaande toepasselijkverkla-
ring der gewone steunregPlingsbepalingen
alleen groep B betreft, en geenszins groep
C geldt.
De regeering heeft echter besloten een
uitzondering te maken ten aanzien van de
bepalingen inzake den B-steun, de spaar
regeling en de verstrekking van goedkoope
levensmiddelen. Deze zijn dus ook op de on
der groep C vallende grondgebruikers van
toepassing.
Waar voorts het van toepassing
verklaren van de circulaires inzake
vrijlating van f 2,- en f 4, van de
verdiensten van inwonende kinde
ren en betreffende den extra-bijslag
aan inwonende kinderen op deze
groep van grondgebruikers wel wen-
sohelijk, doch practisch niet moge
lijk bleek, is ter tegemoetkoming
hieraan bepaald, dat alle nevenin
komsten, zoowel uit arbeid als niet
uit arbeid verkregen, van de inwo
nende gezinsleden der onder groep
C vallende grondgebruikers, slechts
voor 1/3 gedeelte bobooien te wor
den afgetrokken, uitgezonderd de
baten uit kapitaal buiten bedrijf.
Inzake het zoowel op de B- als op de C-
groep toepasselijk verklaren van de bepalin
gen van den B-steun en van de verstrek
king van goedkoope levensmiddelen tenslot
te nog het navolgende:
Zoowel de onder groep B, als onder
groep C vallende grondgebruikers mogen,
mede om practische redenen, eerst met
ingang van het dienstjaar 1938 voor B-steun
in aanmerking worden gebracht.
Met betrekking tot het voor de groepen
b en c beschikbaar stellen van goedkoope
levensmiddelen wordt medegedeeld, dat
inzake de voorschriften gesteld voor de
distributie van heffingsvrije margarine en
bak- en braadvet, steun ingevolge de steun
regeling voor werklooze arbeiders, werk
verschaffing, alsmede steun ingevolge de
steunregeling voor kleine grondgebruikers
als één (doorloopend) geheel moeten wor
den beschouwd.
Voor het visschen in het IJssel-
meer it wel degelijk een vergun
ning noodig.'
Op het IJsselmeer onder Makkum heeft,
zooals wij onlangs meldden, A. van dei-
Laan met fuiikem gevischt zondier visehaktc
en zonder eenige schriftelijke vergunning.
Voor de kustvisscherij zijn een dergelijke
akte of vergunning ook niet noodig, voor de
binnenvisscherij wel.
Tegen van der L. werd proces-verbaal op
gemaakt, doch de Sneeksche kantonrechter
sprak hem vrij.
De ambtenaar O.M. ging van deze uit
spraak in cassatie op last van hoogerhand.
De Hooge Raad, gisteren arrest
wijzende, heeft de vraag of liet IJs
selmeer moet worden beschouwd
als „Zuiderzee" in den zin der vis-
scherijwet ontkennend beantwoord
op grond, dat, door de afsluiting,
het watergebied van de vroegere
Zuiderzee, voor zoover dit bininen
den Afsluitdijk is komien te liggen,
geheel van karakter is veranderd,
dus geen „Zuiderzee" meer is in den
zin van genoemd artikel daar het
in tegenstelling met hetgeen vóór de
afsluiting het geval was, elke reclit-
streeksche open verbinding met de
Noordzee mist.
Geheel in overeenstemming hiermede is
vastgesteld een bijzonder visscherijregle
ment voor de afgesloten Zuiderzee, waarin
dat afgesloten watergebied geheel is behan
deld als een binnenwater, waarop, behou
dens de afwijkingen, in het i-eglement zelf
voorzien, het algemeen visscherijreglement
voor de binnenwateren van toepassing is.
Op die gronden vernietigde de Hoogc
Raad het vonnis en veroordeelde den ver
dachte tot twee geldboeten van 50 cents.
Pleegt getuige a decharge mein
eed?
De Haagsche politierechter, prof. mr. van
Bemmelen, behandelde gisteren een straf
zaak tegen den chauffeur M. D. uit Alphen
aan den Rijn, die op 3 Mei van dit jaar een
brugwachter daar ter plaatse bcleodigd en
mishandeld zou hebben.
D. was op dien dag met zijn vrachtwagen
aan komen rijden, toen de brug gesloten
was. Toen de boomen open gingen, scheen
D. veel haast te hebben om weg te komen.
De brugwachter beval hem te stoppen, doch
hij voldeed niet aan dat bevel en wilde door
rijden.
De brugwachter sprong daarop op den
bumper van den wagen, waarvan verdachte
hem probeerde af te duwen met de dreigen
de woorden: „ik rijd je te barsten".
De brugwachter, als getuige gehoord, deed
relaas van het gebeurde, hetgeen bevestigd
werd door een arbeider, die het incident
heeft gadegeslagen.
Verdachte zelf ontkende 'de bedreigende
woorden geuit te hebben en ook, dat hij den
brugwachter getracht heeft van den wa
gen af te duwen.
Een getuige a décharge, zekere van der S.,
die met den chauffeur in de cabine zat op
den bewusten dag, bevestigde de verklarin
gen van den verdachte.
Dit klopte natuurlijk geenszins met die
van den brugwachter, zoodat de politie
rechter termen aanwezig vond arte van de
verklaringen van den getuige a décharge te
laten maken en een rechtsvervolging wegens
meineed tegen hem in te stellen.
Op vordering van den officier van Justitie,
jhr. mr. van Asch van Wijck, werd hij on
middellijk in verzekerde bewaring gesteld.
De zaak tegen den chauffeur werd in ver
band hiermede, voor onbepaalden tijd ge
schorst.
KOKENDE KOFFIE OVER ZJARIG
JONGETJE HEENGESTORT.
Een 2-jarig jongetje uit de De Bocikstr.
te Den Haag zat op een stoel voor de
kachel. Plotseling verloor hij zijn evenwicht.
Hij greep zich vast aan het schoorsteen-
kleed en terwijl hij viel stootte hij tegen de
koffiekan, die op de kachel stond. Het
jongetje ki-eeg de heete koffie over zich
heen. Met ernstige brandwonden aan borst
rug en arm werd hij naar het ziekenhuis
aan de Zuidwal overgebracht, waar hij gis
ternacht om één uur is overleden.
Geen voorrang verleend.
Gisterochtend reed een auto met een
Zeeuwsch mm inner op de hoek van den Rijs-
wijkschen weg en de Ingenhouszstraait te
's-Gravenhage tegen een motorcarrier op,
bestuurd door den 42-jarigcn L. Z. uit de
IIulsthorststramt. De schuld lag bij den
autobestuurder, die geen voorrang verleen
de. De carrier werd licht beschadigd. De
autobestuurder is zonder stoppen doorgere
den.
Een Rijkwijker, L. van der B., die een
bestelauto bestuurde, zag het ongeluk ge
beuren. Hij moest opeens nemrumien. Dit had
tot gevolg, dat een achter hem rijdende auto
bestuurd door mejuffrouw P. J. W. uit de
Fredorik ITendrikiaan tegen de achterkant
van de bestelauto opreed. J. S. uit de Ga-
briël Metsustraat, die naast mej. W. zat
sloeg mot het hoofd tegen den voorruit en
kreeg snij wonden in het gelaat. Na in bet
ziekenhuis aan de Zuidwal veitxmdein te
zijn kon hij huiswaarts keeren.
Vele buurtbewoners bewijzen
het slachtoffer de laatste eer.
Gisterochtend werd in allen eenvoud op
de Eerste Algemeene begraafplaats te
Utrecht het stoffelijk overschot van mej.
van Es, het slachtoffer van den moord in
de Boomstraat, ter aarde besteld.
De belangstelling op de begraafplaats was'
bijzonder groot. Vele buurtbewoners bewe
zen de, op zoo tragische wijze omgekomen,
vrouw de laatste eer. Zoóals bekend, werd
rne j. v. E. de vorige week door haar commen
saai vennoord. De man loste zoowel op
haar als op haar zestienjarig dochtertje een
paar schoten; het meisje werd slechts licht
gewond.
De minister van Economische Zaken
heeft bepaald, dat het verboden is een in
richting, waarin het broodverkoopersbedrijf
al dan niet uitslitend zal worden uitge
oefend. voor zoover die uitoefening betreft,
te vestigen zonder vergunning van den
minister. Onder de uitoefening van het
broodverkoopersbedrijf wordt voor de toe
passing van deze beschikking verstaan het
in voorraad hebben anders dan voor eigen
gebruik, of het aan het publiek verkoopen
van brood, anders dan uit eigen bakkerij
afkomstig, met uilzondering van het in
voorraad hebben of het aan het publiek
verkoopen van brood, uitsluitend dan wel
in hoofdzaak bestemd voor verbruik ter
plaatse.
Feuilleton
door Dennis Wheatley
Vertaling Eva Raedt de Canter
93.
„Ingevolge uw Instructies hebben wjj uw
bagage overgebracht, sir."
„Mijn instructies? Wat bedoel je eigenlijk?"
„De Amerikanasche heer, mr. van Ryn, die
een andere kamer voor u genomen heeft, was
hier even voor achten en vertelde, dat u In
hetzelfde hotel, Regina, meen ik, wilde logee-
ren, waar ook uw andere vrienden logeerden.
Wij moesten uw bagage inpakken en haar
dadelijk naar dat hotel overbrengen. Hij heeft
uw rekening betaald. Ik hoop, dat wij naar
uw genoegen gehandeld hebben, sir."
Richard fronste de wenkbrauwen. Was het
Rex in zijn hoofd geslagen? Wacht, hij zou er
eens even heengaan, en om opheldering vra
gen. Hij wandelde weer terug.
In hotel Regina werd hem medegedeeld,
dat mr. van Ryn kamer vierhonderd zeven en
veertig voor hem had gereserveerd de
nachtportier gaf hem den sleutel. Wat voor
den duivel had Rex in zijn hoofd gehaald,
dacht Richard toen hij naar de lift ging. Als
het bijwijze van grap bedoeld was, was het
een heel flauwe grap vierhonderdzeven en
veertig was de kamer, die aan de vertrekken
van Marie Lou grensde. Richard liep woedend
de gang door. Een oogenblik dacht hij erover
om zijn bagage dadelijk naar een andere ka
mer te laten brengen.
Hij opende, de deur ja, daar was alles
wat hem toebehoorde, alles was uitgepakt.
Rex moest werkelijk gek geworden zijn. ioo
iets kan je alleen maar van Rex verwachter
De verbindingsdeur met kamer vierhonderd
acht en veertig stond open. Richard werd in
verleiding gebracht. Nu was er een gelegen
heid voor hem om nog een woordje met Ma
rie Lou te spreken.
Hij keek de kamer in. Daar lag zij, in haar
bed. Zij bewoog zich niet. Zou zij misschien
slapen? Alleen het licht op het nachtkastje
brandde nog. De orchideeën, die hij haar
's avonds gegeven had, stonden naast haar tn
een glas water.
Op zijn teenen sloop hij naar het bed. Ja,
zjj sliep. Hoe lief zag zij er uit, met haar
donkere vlechten die op haar wangen lagen
Een arm had zij boven haar hoofd, zij lag
doodstil en ademde rustig.
Zijn hart bonsde, terwijl hij naar haar
haar keek. Hij kon niet- anders, hoe moest
haar kussen. Hij boog zich voorzichtig en
raakte haar voorhoofd met zijn lippen aan.
Hij draaide zich onwillig om en liep op zijn
teenen naar de andere kamer terug.
„Richard," klonk een zachte stem uit het
bed.
Hij keerde zich plotseling om en bleef
schuldbewust staan. „Hallo", zei hij en deed
zijn best om zijn stem zoo onschuldig moge
lijk te doen klinken. „Ik dacht dat je sliep."
Zij schudde haar hoofd. „Staat je nieuwe
kamer je aan?" vroeg zij met een slim lachje.
„Zoo, jij wist er dus van?" Hij voelde zich
nu geheel op zijn gemak en glimlachte.
„Natuurlijk, ik heb Rex gevraagd de zaak
in orde te maken. Het is toch de pucht van
iedere vrouw om goed voor haar echtgenoot
te zorgen," voegde zij er deugdzaam aan coe
,,Ik kon het niet over mijn hart krijgen jou
in dat koude hotel te laten slapen."
Hij ging op den rand van het bed zitten
„Kijk," zei hij, „als wij zooiets gaan doen,
zullen wij nooit kunnen schelden. Heb je daar
wel aan gedacht?"
Zij sprong vlug op, sloeg de armen om haai
knieën, een klein, tenger figuurtje dat veel
op een porceleinen beeldje geleek.
„Richard," zei zij ernstig, „is het werkelijk
je plan om te scheiden? Ik vraag je nog eens.
heel ernstig, wil je werkelijk scheiden?"
Hij slaakte een zucht van verlichting
„Niets in de wereld dat ik onaangenamer zou
vinden."
Zij lachte. „En ben je nu nog boos, Jai
wij morgen niet uitgaan? Of dat wij lunchen
in bed?"
„Marie Lou, liefste," zei hjj, zich voorover
buigend. Haar zachte armen sloeg zij om zijn
hals. Zij fluisterde in zijn oor: „Richard, lie
veling, dit is een prachtig slot voor het
sprookje van prinses Marie Lou."
5.
De hertog de Reichlau legde zijn interessant
boek terzijde en nam den hoorn van het toestel,
dat naast hem rinkelde.
„Dank je, "zei hij, „ik ben je ten zeerste
Twintig gewonden.
Gisterochtend is op het station Langqr-
brugge (België) de personentrein Eecloo-
Gent tegen een stilstaanden goederentrein
geloopen. De locomotief en twee wagons
van den personentrein sprongen uit de
rails.
Een persoon werd gedood en twintig men-
schen werden gewond.
INSTORTENDE DAM DOODT 8
ARBEIDERS
Tengevolge van het instorten van een
kistdam in de haven van Port Stanley (V.
S.) zijn acht werklieden om het leven ge
komen .terwijl vier ernstig werden ge
kwetst.
WOENSDAG 22 DECEMBER 1937.
Hilversum I. 1875 m. (Tevens over de Jaars
veldzender op 415,5 m.).
NCRV-uitzending. 6.307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek
(Gr.pl.).
8.30 Gramofoonmuziek.
9.30 Gelukwenachen.
9.45 Gramofoonplaten.
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Ensemble Van der Horst.
12.00 Berichten.
12.15 Alt, tenor en piano.
1.00 Gramofoonplaten.
1.15 Ensemble Van der Horst.
2.30 Gramofoonmuziek.
3.00 Christelijke lectuur.
3.25 Gramofoonmuziek.
3.45 Christelijk liederenuurtje.
4.45 Gelukwenschen.
5.00 Voor de jeugd.
5.45 Gramofoonmuziek.
6.00 Land- en tuinbouwhalfuur.
6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan-
varingsreglement.
7.00 Berichten.
7.15 Declamatie.
7.40 Causerie over weldadigheidspostzegels.
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP. Herhaling SOS-Ber.
8.15 Residentie-Orkest, Koninklijke Zangver-
eeniging .Excelsior", en solisten.
9.40 „Advent", causerie.
10.05 Vervolg concert.
10.40 Berichten ANP.
10.45 Gymnastiekles.
11.0012.00 Gramofoonmuziek.
11.0012.00 Gramofoonmuz. Hierna schrift-
lezing.
Hilversum II. 301 m.
VARA-uitzending. 10.0010.20 v.m. ea
7.30—8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek.
9.30 „Onze keuken," causerie.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor Arbeiders in de Continubedrijven.
11.30 „De geschiedenis van de ondersteuning
der werkloozen", causerie.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.30 Orgelspel.
I.151.45 The Lucky Birds".
2.00 Kniples.
2.30 Voor de vrouw.
3.00 Voor de kinderen.
5.30 VARA-Orkest.
6.35 Gramofoonmuziek.
6,40 „De ontmoeting van godsdienst en socia
lisme," causerie.
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.03 Berichten ANP, VARA-Varia.
8.145 Radiotooneel.
9.30 Viool, zang en piano's.
1 /.00 Berichten ANP.
10.05 A'dams a cappella-koor „Bel Canto", en
orgelspel.
II.0012.00 VARA-Orkest, „Fantasia", „The
Liicky Birds" en solisten.
verplicht." Hij legde den hoorn weer op het
toestel en nam zijn boek weer op Hij las rustig
door tot het einde van het hoofdstuk, waar
aan hij bezig was. Hij legde voorzichtig een
bladwijzer in het boek en sloeg het dicht. Toen
onderzocht ïiij zijn automatisch pistool, dat de
kellner hem in het restaurant gebracht had.
Hij nam een klein fleschje, dat op de wasch-
tafel stond en stak het in zijn zak. Nadat hij
een nieuwe sigaar had opgestoken verliet hij
zijn kamer. Toen hij in de gang kwam, keek
hij naar links en rechts. Het was er half
duister, geen enkel geluid verstoorde de stilte.
Buiten de deor van de kamer, die naast de
zijne lag, stond een paar zwarte schoenen
die van Simon. Aan den anderen kant lag
voor een kamerdeur een paar grove laarzen,
de schoenen van Rex. Voor de deur van Marie
Lou stond een paar mooie balschoenen met
gespen en daarnaast vreemd, dacht de
hertog, een paar mannenschoenen...
Zeer vreemd, dacht de hertog weer. Hij
hoorde in het voorbijgaan zachtjes lachen. De
Reichleau trok zijn mooie wenkbrauwen na
denkend op. Het was toch een sluwe vos, die
Richard! Het was toch wel wat waard jong
te zijn en in Weenen te logeeren, in de stad
der droomen. Het leven was toch iets moois.
In gedachten trok hij aan zijn sigaar en wan
delde rustig verder de gang in. Zijn gang had
alle zekerheid, die hem in iedere siutatie ken
merkte. Niettegenstanade dat waren zijn
voetstappen bijna onhoorbaar. Hij kwam bij
een groene, met wol bekleedde deur die toe
gang gaf tot een trap naar de afdeeling van
het dienstpersoneel. Langzaam liep hij naar
boven. Daar hij veel in buitenlandsche hotels
gelogeerd had, wist hij, dat de loopers, die
het personeel gebruikte voor het openmaken
van verschillende deuren, bewaard werden in
een kamertje op de bovenste verdieping. Ein
delijk vond hij het kamertje waarnaar hij
zocht. Het was gevuld met bezems en bor
stels en emmers. Er bradde licht. Een ver
moeid kamermeisje zat op een stoel te sla
pen. Zij had een roman op haar knieën liggen.
Met buitengewone voorzichtiheid nam Da
Reichleau den sleutel, dien hjj noodig had van
den haak boven haar hoofd. Hij was nu wat
rustiger gstemd. In het bezit te komen van
dien sleutel had hem zeer moeilijk toegesche
nen. Hij ging weer zachtjes naar beneden op
zoek naar de kamers van Leshkin. Toen hij
de deur gevonden had, stak hij den looper in
het slot. Zonder geluid te maken ging de deur
open, en hij liep naar binnen.
Commissaris Leshkin ging laat naar bed.
Hij stond op zijn sokken en in hemdsmouwen.
Hij was bezig zijn das en boord af te doen.
Hij had daar eenige moeite mee daar zijn
dikke vingers nog de teekens van de striemen
vertoonden, die de zweep van Valeria Pe*
trovna hem toegebracht had. Hij nam een
potje zalf van zijn gezicht en was juist bezig
zijn gezicht daarmee in te wrijven, toen hij
m den sPie£eI de weerkaatsing zag van een
wit overhemd. Hij draaide zich plotseling om.
Daar stond de Reichleau, met grijze ha
ren, onberispelijk in avont kleeding gestoken,
n zijn rechterhand hield hij een automatische
revolver, in zijn linkerhand een pas opgesto
ken sigaar.
(Wordt vervolgd.)