Abonneert 0 op iit M Vervolg Gemeenbegrooting Wethouder de Boer doet hoop volle mededeelingen inzake de visscherij De Burgemeester antwoordt Texelsch nieuws Agenda Gemeenteraad N. Pongers f Spoedcursus A.M.T.V. IJmuider vischprijzen Vischafslag Den Helder Burgerlijke Stand van Den Helder De heer Smith. Het was vervolgens de heer Smith (s.d.), die aan het woord kwam en het noodige in het midden bracht met betrekking tot het ver strekken van klompsokken aan de schoolkin deren (waarvan hij de corpus delicti ter tafel wierp!) en die uitvoerig stilhield bij de abnor male leerlingenschaal, de kwestie, waarover met name de laatste maanden ook in ons blad zooveel geschreven is. Hij hoopte, dat er zoo spoedig mogelijk in deze kwestie uitkomst te verwachten is, daar het er anders voor het lager onderwijs lang niet rooskleurig zal uit zien. Ook naar aanleiding van het feit, dat er z.i. zoo weinig actie betoond is bij de verschaf fing van melk aan de kinderen der lagere scho len, zei hjj het noodige. De heer Kraak. Na den heer Smith volgt de heer Kraak (s.d.). Deze informeerde bij het College, of niet de mogelijkheid bestond tot het verkrijg baar stellen van meer 3e klasse grond. Er moet een middel gevonden worden, binnen afzien- baren tijd grond te verkrijgen voor den bouw van arbeiderswoningen, waaraan thans een dringend tekort is. Dat de aanbouw werkelijk noodig is, illustreert spr. met enkele cijfers: werden in 1934 nog 530 woningen aangebouwd, dit aantal bedroeg in 1935 350 stuks en in 1936 108. Dit jaar was er praktisch niets in aan bouw. De schuld is uiteraard niet op den rug der gemeente te schuiven, maar zij kan hier toch zeker stimuleerend optreden. In dit verband wijst de heer Kraak ook op de mogelijke ar beidsverruiming. De heer Steenlage. Als ,,Dritter im Bunde" nam de heer Steenlage (s.d.) het woord, van wiens op merkingen wij het volgende citeeren: Al eenige jaren achtereen is er bij de begroo ting gesproken over de zorg voor de jeugdige werkloozen, ten opzichte van genomen, niet- genomen en te-nemen maatregelen. Ook dit jaar wil men hiervan iets zeggen en wel, dat met verheuging is geconstateerd, dat de laatste helft van dit jaar het College klaarblijkelijk den goeden weg heeft gevonden. Het werk gaat in de richting, die men al geruimen tijd heeft aanbevolen. De stichting van een registratie-bureau voor de jeugd is een belangrijke stap nader tot de mogelijkheid, om op elk gewenscht tijdstip te kunnen bepalen, hoe groot de werkloosheid is en van welken aard. Voorts kan, wanneer dit bureau goed wordt opgezet en doelmatig aangewend, een stimu- leerende invloed tot deelneming aan de Cen- trale Werkplaats uitgaan. Dat het een en ander nog wel noodig is en ook zeer gewenscht moge blijken, als men even in het oog vat, dat van het ingestreden herstel van het economisch leven de jeugd weinig heeft geprofiteerd. Een mogelijke gedachte, dat dit werk toch maar van tijdelijken aard zal zijn, is voor het slagen funest. En deze gedachte meenen wij, aldus spr., bij de inleiding te kunnen consta- teeren. Geloof in het welslagen is er kennelijk niet veel aanwezig. Dit vinden wij zeer spijtig en wij vragen hiervoor wel uw bijzondere aan dacht. Wij hopen, dat het College op den gevonden weg zal voortgaan met nog meer ijver en voortvarendheid. r De heer Uithol. Volgde een betoog van den heer Uithol (nat. herstel), waarvan het volgende zij ver meld: Na een compliment over de sluitende begroo ting, zegt spr. het prettig te vinden, dat het in het voornemen van het College ligt, binnenkort de herziening van de precarioverordening ter hand te nemen, zooals door hem reeds eerder gevraagd, n.1. om de vlaggestokken buiten deze belasting te doen vallen. Wat betreft de vraag aan het College, om te bevorderen, in verband met het door den Minister van Sociale Zaken aanhangig ge maakte voor-ontwerp, inzake algemeen verbod van arbeid voor gehuwde vrouwen, dat thans reeds maatregelen worden getroffen om de ge huwde vrouwen uit de gemeentediensten te verwijderen, dan krijgt hij een ontkennend ant woord. Spr. vindt het betreffende plan van den Mi nister buitengewoon sympathiek, want in een tjjd van werkloosheid is het z.i. een plicht van de overheidscolleges om te zorgen, dat zooveel mogelijk de gezinshoofden te werk worden ge steld in plaats van de gehuwde vrouwen. De begrooting acht spr. gunstig beïnvloed door de tijdsomstandigheden, n.1. dat de ver schillende leeningen konden worden geconver teerd, mede in verband met de hooge inkom sten uit het electriciteitsbedrrjf. Wat zou er van de begrooting zijn terecht gekomen indien deze bedragen niet aanwezig waren geweest? Zeer waarschijnlijk voorstellen tot belasting- verhooging. Hieruit trekt de heer Uithol de conclusie, dat te veel bij het samenstellen van de begrooting wordt gespeculeerd op de winst uit de produc tie-bedrijven. Deze gedachtengang blijkt in de praktijk dikwijls fataal te zijn. Het College zegt wel: Wat er aan den eenen kant afgaat, moet er aan den anderen kant weer bij. Daarmede wordt reeds bewezen, dat de begrooting voor een groot deel is gebaseerd op de winst uit de bedrijven. De abnormale hooge winst uit het electrici- teitsbedrijf bewijst wel, dat de tarieven te hoog zijn; spr. staat in deze aangelegenheid niet al leen, want men behoeft maar te zien naar de actie van den Middenstand en naar de belang stelling in plannen van de Regeering voor de tarieven van de Electriciteitsbedrijven. De Middenstand gaat gebukt onder zware bedrijfs lasten, alles is verlaagd, de salarissen, enz., behalve de tarieven, die worden niet aangepast in verhouding met de verlaging van de loonen of levenspeil. Een eerste daad van het College zal dus moeten zijn deze menschen tegemoet te komen. W(j moeten deze menschen in de gelegenheid stellen hun bedrijf normaal te kunnen uit oefenen en men houdt een belangrijke klasse van belastingbetalers in het leven. Men kan deze menschen. gelijk een citroen, volkomen uitpersen, maar men kan dit proces slechts eenmaal volvoeren. Men bedenke daar bij echter, dat uitgeperste citroenen geen sap meer geven. Ook spreekt de heer U. zijn teleurstelling uit over de houding van het College inzake den luchtbeschermingsdienst. Het College kan toch geen rustig gevoel meer hebben met een dergelijk bedrag op de begrooting. Het is z.i. onverantwoord tegen' over de burgerij. Men kan zich nu wel ver schuilen achter de regeering en niets doen, maar met praten is men er niet, er moet iets gebeuren. Tenslotte merkt spr. nog op, dat z.i. de tijd tot voorbereiding ten aanzien der begrooting veel te kort was. Hij hoopt dat het College daar voortaan rekening mee zal houden. De heer Van Loo. Volgt de heer Van Loo (v.d.), die na een compliment aan het College gemaakt te heb ben voor de sluitende begrooting, zijn verheu gen uitspreekt ten opzichte der oprichting van het Lyceum. Hij hoopt, dat dit de vruchten zal afwerpen, die men er van verwacht. Wat de overdekte zweminrichting betreft, hij ver wacht, dat deze er zoo spoedig mogelijk zal komen, daar hieraan behoefte is. Na enkele opmerkingen over de gas- en elec- triciteitsprijzen en het door hem in twijfel ge trokken nut van klompsokken (volgens den heer Van Loo zullen deze aanleiding zijn tot plat- en wintervoeten!) breekt spr. een lans voor de kermis, doch dan te houden op den Kanaalweg, net als dit vroeger het geval was. Thans is de feestweek op het „Helden der Zee plein" een chaos en tal van middenstanders zagen gaarne, dat men inplaats van hier, op den Kanaalweg de tenten neerzette. Na enkele opmerkingen over den ook z.i. onhoudbaren toestand op de lagere scholen in verband met de leerlingenschaal en over de bezuiniging op de gasfabriek, volgt de heer Terra (r.k.). Wanneer men meeleeft met de financieele moeilijke omstandigheden, waarin zooveel ge meentenaren verkeeren, moet men tot de teleurstelling komen, aldus spr., dat het Col lege alhier niet met verschillende voorstellen ter verlichting is gekomen, zooals in vooruit zicht stellen van lagere klasse-indeeling voor het platteland, in de personeele belasting, als ook tegemoetkoming aan de wenschen van koffiehuishouders, tot gedeeltelijke ontheffing in de personeele belasting. Waar de belastbare opbrengst van de eigen dommen, die zoowel voor de vaststelling wegenbelasting als grondbelasting geldt, van zeer ouden datum (omstreeks 1896) is en zich niet aangepast heeft aan den gewijzigden toe stand, eischt de billijkheid dat deze vaststel ling spoedig herzien worde en voor een groot gedeelte verlaagd worde. Vele oude gedeeltes van de stad, die vroeger meer als hoofd straten waren aangewezen, zijn, daar de be lastbare opbrengst niet is herzien, als zoo danig voor te hooge belastbare opbrengst aan geslagen. waar juist in de oude stadgedeelte's de huren sterk zijn verlaagd, doordat men meer geneigd is naar den nieuwbouw te ver huizen, drukt op deze huizen een onevenredig zware last. Wat het electriciteitsbedrijf be treft betwist Uw College niet, dat deze winst van f 126.610.een redelijke winst te boven gaat. Hiermede wordt dus een tamelijke belasting den afnemers van electriicteit opgelegd. Waar in de landbouwbedrijven de financieele uitkomsten in het algemeen slecht zijn, ware te wenschen, dat het College meer tegemoet komend ware door den stroom voor bemaling overdag voor 5 cent beschikbaar te stellen, evenals dit voor broedmachines geschiedt. De meening, alsof het huidige vastrecht tarief wel aan zijn doel beantwoordt, kan spf. niet onderschrijven. Men moet een te groot kwantum afnemen, om voordeel van het vast recht te hebben. De verhooging van de op brengst der vastrechtbedragen wordt dan ook alleen verkregen door de 20-, 30- en 50-lichts gasmeters. Ook de meterhuren is een oorzaak, die menigeen tegenhoudt afnemer van gas te worden. Wat de verbetering van den Huisduinerweg betreft, en de rioleering voor Huisduinen, zou spr. de vraag willen stellen, hoelang zoo'n voorbereiding moet duren. Het komt hem voor, dat het College niet van den ernst van den toestand doordrongen is. Ten aanzien van de feestweek hoopt hij, dat 't College doqordrongen is van het belang, om zooveel mogelijk ook financieel profijt voor de gemeentekas uit de feestweek te trekken, en den Kanaalweg weder als standplaats aan te wijzen. Aan de hand van de opmerking van Dr. Feenstra Kuiper over de mindere opbrengst aan wegenbelasting en event. lagere winst elec- triciteit weg te werken, zou men over kunnen gaan tot de salarissen van het gemeenteperso- neel op hetzelfde peil te brengen als in andere gemeenten van ons inwoneraantal, want daar staan de loonen alhier tamelijk ver boven uit. Dit voorstel doet spr. met vrijmoedigheid, omdat ook hjj één van de tegenstemmers bij de vaststelling van de salarisverordening is, daar deze was vastgesteld op een peil wat niet tegenover de andere gemeentenaren is te bil lijken. De heer Ran over het Wlt-Gele Kruis. De heer Ran (r.k.) vervolgens aan bod komend, bracht het een en ander in het mid den naar aanleiding van het recente besluit in de vergadering van 30 November J.I., ten aanzien van het Wit-Gele Kruis. Spr. betreurt ten zeerste dit besluit en meent, teneinde even- tueele verkeerde uitleggingen tegen te gaan, de maatregelen te moeten mededeelen, die, hiervan is spr. overtuigd, niet in het belang zijn van de plaatselijke volksgezondheid. Het betreft hier de voorlezing van een schrijven, gedateerd den 16den dezer, waarin het bestuur van de betreffende vereeniging zich wendt tot den secr. van het Prov. Comm. v. Kind. Hygiëne, dr. ten Bruggencate en deze mede deelt, dat men zich gedwongen heeft gezien per 1 Januari a.s. de zuster, die de taak in het Consultatiebureau voor Kinderhygiëne verzorgde en tevens het daaraan verbonden huisbezoek, van haar functie te ontheffen. Tenslotte informeert de heer Ran nog naar de begrootingspost, waarbij hij achter den naam van een gehuwde ambtenares nog steeds het volle salaris vermeld vindt, ondanks het feit, dat het vorige jaar uit de stukken bleek, dat deze in April of Mei van dit jaar ontslag zou nemen. De heer Boogaard: De heer Boogaard zegt, dat zijn fractie tegen de afschaffing van de algemeene be schouwingen is en dat het hem verwondert, dat niet alleen nagenoeg alle leden er ook thans nog gebruik van maken, doch ook dat zij, die hier tegen geageerd hebben, zulks doen. Voorts merkt de heer Boogaard nog het een en ander op over den weinigen tijd van be- grootings-voorbereiding, over de vastrecht- tarief-puzzle en adviseert met betrekking tot de gastarieven, deze voorloopig maar eens te laten loopen. Het is niet aan te bevelen steeds maar weer te veranderen. Laat de zaak zich eerst maar eens rustig ontwikkelen. De heer Boogaard is dan de laatste spreker, die in eerste instantie het hem op het hart liggende gezegd heeft. De heer Ritmeester vangt aan met den heer Schoeffelenberger te antwoorden inzake zijn opmerkingen over tunnelbouw. De oplos sing is hier echter géén tunnel, hetwelk een duur apparaat is. Het gaat er om, dat eerst de spoorweg uit den bebouwden kom der ge meente verdwijnt. Het College blijft in dezen dilligent. Er is geen belastingverlaging gekomen, al dus spr., doch dat was alleen mogelijk, door het uiterste uit de begrootingskan te halen... Als men meent dat de bedrijven te duur leveren en men vermindert den prijs van het product, dan beteekent dit, dat men deze financiën uit een andere bron moet zien te verkrijgen. Verlaagt men bijv. de electrische stroom met 1 cent, dan beteekent dit een derr ving van 16.000.en verlaagt men dus met 5 cent, danf 80.000.Belastingverhoogin- gen zijn dan niet te ontgaan. De bedrijven zijn de kurken der gemeente en hoe mooi ook de voorstellen van diverse heeren ook zijn, het geld moét er komen, waar dan ook uit. In dit verband noemt spr. nog het door den heer Terra genoemde voorstel tot verlaging van salarissen van 't gemeente- personeel, een kwestie waarop hij echter thans niet verder wil ingaan. De heer Terra noemde trouwens geen cijfers. Zich tot den heer Feenstra Kuiper wendend merkt spr. op, dat van diens zijde bij de vorige begrooting de klacht kwam, dat de begrooting te laat ingediend was. En nu het College zich beijverd heeft zoo snel mogelijk met de zaken voor den dag te komen, nuprotesteert deze zelfde heer wederom, omdat men geen tijd van voorbereiding heeft gekregen. Dit gaat, aldus de heer Ritmeester, min of meer op „sabotage" lijken. Nadat nog de weinig vriendelijke woorden van dr. Feenstra Kuiper met een even onvriendelijk bescheid gerepro- chieerd zijn, vervolgt de Burgemeester zijn beantwoording met de leeszaal-kwestie. Wat betreft de critieke toestand, waarin zich het gebouw van de Openbare Leeszaal bevindt, spr. is hiervan persoonlijk ten zeerste overtuigd. Het is echter niet mogelijk k bout portant gelden uit te trekken, temeer, daar nóch Rijk, dóch Provincie een stuiver sub sidie zullen verleenen. Tén aanzien van de vraag van den heer Steenlage over de jeugdregistratie geeft' spr. de belofte, dat deze ten volle gehandhaafd zal blijven. Zij is van té groot belang. Wat het door den heer Uithol in het midden gebrachte betreft, de enkele gehuwde ambte naressen die er inderdaad nog zijn, zijn voor onze stad uit den aard der zaak van geen beteekenis. Het zijn excepties. En wat den te korten voorbereidingstijd voor de begrooting betrefttjaook het College werkt wel eens laat door en dan moet de heer Uithol zich deze moeite ook maar getroosten. Het College is wel bereid met de „kermis" langs den Kanaalweg een proef te nemen, maar veel verwacht men er niet van. Er is niet zoo héél veel meer, dat in de eerste week van Juli Nieuwediep-waarts komt. Den heer Ran deelt spr. mede, dat hij de wijze van handelen van het Wit-Gele Kruis weinig „elegant" kan vinden. Hij gelooft niet, dat dit de juiste wijze is. Als de eene partij den kop er tegen aangooit, gebeurt het menig maal, dat ook de andere dezen weg V" 16'c Met den heer Boogaart is spr. het tenslotte eens, dat men de tarieven, waarover gespro ken is, voorloopig maar moet laten zooals ze thans zijn. Het zal dan wel blijken of deze zoo kunnen blijven. Wethouder De Boer aan het woord: Het is vervolgens wethouder W. de Boer, die aan het woord komt en aanvangt met een antwoord te geven aan den heer Schoeffelen berger, ten aanzien van het emmerstelsel. Het College is het met genoemden heer eens, dat de toestand verre van ideaal is en men hoopt dan ook, dat de tijd komen zal, dat hij tot het verleden behoort. Evenweldit is een kwestie, die zich niet in een handomdraai laat oplossen. Reeds vele jaren is het een onder werp van bespreking, doch het is spr. niet mogelijk de oplossing binnen afzienbaren tijd te geven. Men kan er evenwel van overtuigd zijn, dat het College ook in dit opzicht paraat blijft. Van de mogelijkheid, door den heer Schoef felenberger geuit, dat er bij eenige krachten van het plaatselijk onderwijs een N.S.B.-geest zou heerschen, zulks in verband met een aan gebrachte hakenkruis-embleem, wil de heer De Boer niets hooren. Hij kent de mentaliteit van het personeel en staat daar voor honderd procent achter. Mededeelingen over de visschery. In neven breedvoerig als gedegen betoog heeft hierna de heer De Boer het noodige ge zegd over het probleem der plaatselijke vis- scherij, en waarbij hij in staat was enkele prettige mededeelingen te doen. Spr. ving aan met er op te wijzen, dat Den Helder, inzake visscherij-kwesties, een groot onrecht is aangedaan, een onrecht, dat reeds verscheidene jaren aan het doorwoekeren is. Het was de sluiting van den afsluitdijk, die het zwaard van Damocles op het hoofd van vooral de Nieuwediepsche visscherij deed val len en met tal van cijfers toont spr. aan, hoe zeer de Waddenharingvangsten in den loop der jaren teruggeloopen zijn. Hoewel dit een ernstig feit is, ernstiger nog is het feit, waar tal van plaatsen in den lande door de Zuiderzeesteunwet geholpen werden, noch Den Helder, noch Texel practisch hier van ook maar eenigermate profiteerden. En hulp is hier gebodenzelfs dringend ge boden en wederom zijn het de cijfers, die als de stille bewijzen het betoog van den wet houder illustreeren. (Daar in ons blad reeds het grootste deel dezer cijfers eerder opgeno men werd, achten wij het overbodig deze thans wederom de citeeren). Respectievelijk krijgt men te hooren, hoe het staat met de ansjovis, de bot, en (Ie gar naal en het is duidelijk, dat het schrille beeld indruk maakt op de raadsleden. Wethouder De Boer. Er werd echter, hoe nijpend de toestand ook was, vanuit Den Haag geen vinger tot leni ging van den nood uitgestoken, hoezeer ook het gemeentebestuur zich beijverde hierin ver andering te brengen. Ook de „Wiercommissie" bracht geen enkel praktisch resultaat voor onze stad op, ondanks de vele persoonlijke bemoeiingen van spr. Het werd een vrij hopelooze beweging: was daar een periode, dat Waterstaat en Econo mische Zaken samengingen, de moeilijkheden werden niet behandeld en al spoedig endos- seerde de ministeries de zaken weer aan den betrokken minister van Waterstaat. Een sprankje hoop! Evenweljuist n u is er weer een sprankje hoop aan het opgloeien: morgen (dus vandaag!) zullen de heer Bot en spr. door den minister worden ontvangen, die in het bezit is van alle gegevens, Den Helder betreffende, en zijn houding zal hebben te verdedigen. Het is van beiden den vurigen wensch ook zoo mogelijk met resultaat huiswaarts te keeren. De heer De Boer spreekt dan over de hou ding van de Nederl. Visscherij-Centrale ten opzichte van Nieuwediep, een lichaam dat vol gens spr. al het mogelijke in het werk heeft gesteld de positie van den Helderschen vis- scher nóg moeilijker te maken dan deze reeds was. Tallooze malen gingen de heer Bot, de heer Stevenson en spr. er heen, maar nimmer had men het genoegen éénig succes te mogen boeken. 19 October heeft men een vergadering be zocht bij den Secretaris-Generaal van het Departement van Economische Zaken, alwaar de heer Stevenson en spr. uitgenoodigd waren. Het voltallig bestuur der Visscherij-Centrale was er present. Aldaar is de mededeeling ge daan aan de vertegenwoordigers van Den Hel der, dat, wanneer de Ned. Visscherij-Centrale maatregelen neemt, waarmede men het niet eens is, men gerechtigd is zich persoonlijk tot den Secretaris-Generaal te wenden, iets, wat reeds enkele malen gebeurd is. Vervolgens deelt de heer De Boer mede, dat het waarschijnlijk is, dat het Consumptie- garnalenbesluit ingetrokken zal worden, iets, dat weliswaar geen wereldschokkend feit ge noemd kan worden, doch dat toch iets is. Voorts is het een prettige mededeeling, dat 30 Novegiber j.1. wederom in dit rayon de consumptiegarnaal gevangen werd, iets, wat zeer typisch is, daar hij geruimen tg d hier spoorloos verdwenen was. Spr. besluit met enkele woorden te wijden aan de opname der Heldersche vaartuigen onder de Schepenwet, een maatregel, die wel iswaar in wezen juist is, doch die voor Den Helder op den wel meest ongelegen tijd inge voerd werd. Ook hierover hoopt men op de hiervoor genoemde audiëntie te spreken. De heer De Boer wendt zich vervolgens tot den heer Feenstra Kuiper en merkt op, dat men uiteraard de Kweekschool zoo zuinig mo gelijk beheeren zal, doch dat men haar niet meer wil missen. Direct ideaal kan de toestand niet zijn, maar het begint ook hier te dagen. Zij zal dan instand gehouden zijn met eigen mid delen enmen bezit een school, die met eere genoemd wordt. Ook buiten Den Helder. Wat de bouw van een zeevaartschool-inter naat aangaat, het College wil niets liever dan dezen bouw zoo spoedig mogelijk ter hand nemen. Evenwel, waar moet het gebouw staan? Dat is juist de moeilijkheid, daar de grond, die er voor in aanmerking komt, door gaans gedeeltelijk of geheel behoort van Waterstaat en Defensie. Men hoopt echter zoo gauw mogelijk den grond in bezit te hebben en met den bouw aan te vangen. Het College is in deze dilligent. Na gezegd te hebben op dit moment niet op de kwestie-R.H.B.S. te willen ingaan, heeft de heer De Boer als zijn opninie te kennen, dat hij een redelijke subsidieering van het fröbel onderwijs gewettigd acht. Er is steeds gekort en gekort, doch thans is het laagste niveau wel bereikt. Het kan werkelijk niet lager! Den heer Smith is spr. dankbaar, dat hij hem in staat stelde nog het een en ander te mogen zegg-n met betrekking tot de leer lingenschaal, hét probleem der lagere school van dezen tijd. Er is een beweging gaande om bij de regeering aan te dringen tot verandering in dezen, en spr. hoopt van harte, dat hier een verbetering bereikt zal worden. Na nog de opmerkingen over de melkver- schaffing op school en die der klompsokken beantwoord te hebben en waarbij de heer D e Boer zegt, dat terzake de eerste kwestie noch bij de onderwijzers noch bij de ouders enthousiasme bestond (terwijl de schoolarts geen ondervoeding vermocht te constateeren) en terzake de tweede, dat deze wel weer in de betreffende commissie zal terugkomen, sluit de voorzitter te 11 uur de vergadering tot hedenmiddag. Op Donderdag, 23 December vergadert de Raad der gemeente Texel, des voormiddags te 9.30 uur ten raadhuize. De agenda luidt: 1. Notulen. 2. Ingekomen stukken. Mededeelingen. 3. Benoeming lid Schoolcommissie. 4. Benoeming afgevaardigde alg. vergade ringen in 1938 van de N.V. T.E.M. 5. Benoeming Directeur N. V. T.E.M. 6. Benoeming bestuursleden Algem. Wees huis. 7. Benoeming bestuursleden Algemeen Ar- bestuur. 8. Benoeming beambte in algemeenen dienst te Oosterend. 9. Aanvrage van J. de Waard om gelden ter bekoming van een landarbeidersplaatsje. 10. Verkoop perceel bouwterrein te De Koog. 11. Vrijstelling van het geven van onderwijs in lichamelijke oefening. 12. Postvervoer en subsidie autobusdiensten. 13. Wijziging algemeene politieverordening. 14. Goedkeuring begrooting Algemen Arm bestuur en subsidieverleening voor 1938. 15. Vaststelling gemeentebegrooting voor 1938 met behandeling van daarbij behoo- rende voorstellen en adressen. Na een langdurige ongesteldheid is gisteren in den ouderdom van 60 jaren overleden de heer N. Pongers, machinist op de booten van Texels Eigen Stoomboot-Onderneming, te Texel. De heer Pongers heeft op voortreffe lijke wijze vanaf de oprichting der N. V. deze betrekking vervuld T.E.S.O. verliest in hem een uitstekende medewerker. Na bespreking met het hoofdbestuur van den Middenstandsbond, is het aan het bestuur der Middenstandsvereeniging toegestaan een spoedcursus te organiseeren voor personen, die op 1 Januari 1938 den leeftijd van 25 jaar hebben bereikt en minstens 5 jaar in een be paalde branche hebben gewerkt. Deze cursus zal pl.m. 6 k 7 maanden duren, zoodat wan neer bij voldoende deelname de cursus in Januari a.s. kan aanvangen, de cursisten in November d.a.v. examen kunnen doen. Ook in dit geval wordt in de zomermaanden geen les gegeven. De behoefte aan een dergelijken cursus deed zich gevoelen, omdat anders diverse groepen te zeer zouden worden gedupeerd. Van de opgegeven cursisten komen pl.m. 20 in aanmerking de spoedcursus te volgen, ter wijl de korte duur stellig nog menig ander voor wie de normale cursus een bezwaar was, zal besluiten tot dezen cursus toe te treden. De kosten worden voorloopig begroot op 45.Opgemerkt dient voorts te worden, dat de examens voor spoedcursussen slechts één- of tweemaal zullen worden afgenomen, zoodat diegenen die thans de cursus niet volgen, zich voor het vervolg het normale middenstandsdiploma moeten verschaffen en daarvoor een twee- of driejarige cursus moe ten volgen. Deze cursus is speciaal ook van belang voor de firmanten van een thans bestaande ven nootschap, daar ook in deze gevallen bij wij ziging of overlijden van een hunner, voor dien overblijvende een vergunning is vereischt. Aangifte voor dezen spoedcursus kan nog tot 25 December geschieden bij S. Prins, Groeneplaats 13. EXAMEN. De heer P. B. Riteco, hoofd der St. Joseph- school te Den Burg, slaagde gisteren voor het Godsdienst-diploma B. Aan den rijksvischafslag waren gisteren de prijzen als volgt: tarbot 1.701.32, tong 1.481.35, heilbot 1.760.72, alles per kg; griet 32—25, groote schol 22—20, middel schol 24—20, zetschol 3230, kleine schol 31—11, bot 21—18, schar 15.50—4.80, poontjes 4.705.50, groote schelvisch 25 24, middel dito 23—19, kleinmiddel dito 20—14.50, kleine dito 13—8.10, groote gul 9—7, kleine gul 8—3.50, wijting 7.80— 4.90, makreel 14.50—13, versche haring 4.10—2.60. alles per 50 kg; middel heek 64 per 125 kg; kleinmiddel beek 22.5022, kleine Tieek 1610, beide per 50 kg; kabel jauw 43—18.50 per 125 kg; vleet 71.50, leng 1.601, koolvisch 0.800 16, alle3 per stuk; rog 24.50—22, per koop. Den Helder, 21 December. Aangebracht door korders: T°ngen P- kg 1.30—1.20 Slips 1.161.10 S00rt. P- Mst 1100-10.00 8 7.00—6.50 WHtüw 4 00-3 00 Rol 3.00—2.40 rL„ P- kg 0.36—0.32 Door garnalenvisschers: Levende garnalen D ïit i s* Gekookte agrnalen yg aig van 21 December 1937. ï1/ A' Nicolaas—van der Zee, d G. C. Faber—Versluis, d.; A. H. G. Krijns— Ottervanger, z. _0„E^LEDEN: R Jongkees, 79 jaar (m)- Tj. Brmksma, 68 jaar (m.). DE MISHANDELING BIJ „DE MOK". Het.H°0£ Militair Gerechtshof heeft gisteren \xri?S 1 vonnis van den Zeekrijgsraad te Willemsoord, waarbij de zeemiliciens H. J. G., A' K' en J" W* van L- wegens pen lijk met vereenigde krachten geweld ple- g n tegen personen, waren veroordeeld tot een week gevangenisstraf. Kap.-luit ter zee A. S. Pinke, zal 22 dezer r lo ™'8:. Baloeran van den Rotterdamschen kèn Rotterdam naar Ned.-Inië vertrek-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 6