Hit Chineesche zee-zigeuners op reis
De ontploffing op de
„Petrakis Nomikos"
Dagbladen op rantsoen
Een kijkje in het spionnage-centrum Macao
Een openbare vermakelijk
heid op Zondag
Een volkeren parlement
Piraten maken zich nuttig
De vlieger ging niet op
Vierhonderd zakken
graan gestolen
Geldschieter bedrogen
Bezwaren tegen het ontwerp
Electriciteifswet
Keuring van dienstplichtigen
UIT ONZE OOST
Een verkeerde injectie
Verzekeringsagent krijgt ander
half jaar gevangenisstraf
In een Chineesche jonk maakte een onzer speciale
correspondenten een tocht langs de Zuid-Chineesche kust.
Het doel van dezen tocht was, eens de tactiek na te gaan
van de Chineezen die, zooals men weet, steeds bezig zijn
oorlogsmateriaal langs den zeeweg aan te voeren, iets
waarin zij door de Japanners voortdurend gehinderd
worden.
„Naar de Japanners?" De loeryide
oogen in het verweerde gezicht van
den ouden jonkenkapitein Li achten
op en hij krabbelt zich eens onder
den wollen muts, wanneer ik nog
een 10-dollarbiljet op de smerige ta
fel leg. Desondanks schudt hij het
hoofd, zonder het geld aan te raken.
„Neen, het gaat niet."
Hij moet schreeuwen, opdat men hem ver
staan kan bij het helsche lawaai, dat in een
nevenzaal van een hotel in de Portugeesciie
kolonie Macao gemaakt wordt. Een oorver-
doovend klapperen van mah-jongsteenen,
schreeuwende Chineezen, die alles verkoo-
pen, wat men op deze aarde vindt, onfeil
bare winstsystemen voor de speelholen van
deze stad, vette, gebraden eenden, gebeden
boeken en foto's van lachende Chineesche
meisjes, die sterk geschminkt zijn en om
den hoek van de straat wonen. Alles
schreeuwt in deze merkwaardige stad, over
blijfsel van het eens de geheele wereld om
spannende Portugeesche koloniale rijk.
Spionnage achter een glas wijn.
Slechts de groepen Chineezen niet perka-
mentkleurige opiumgezichten, de Portugee-
zen, de Engelschen en de piloten van de
Amerikaansche Chinaclippers, die achter
een glas Portugeeschen wijn zitten, zijn
minder luidruchtig. Zij werpen blikken naar
links en naar rechts en onderhandelen. Zij
zijn de geheimzinnigste verschijningen in
deze merkwaardigste berichtencentrale van
het Verre Oosten.
Onderhandelaren der Japanners,
die hier op neutralen bodem de wa
ter- en proviand- en olievoorziening
der Japansche oorlogsschepen orga-
niseeren. Agenten der Chineezen, die
op dezelfde eilanden, waartusschen
deze Japansche schepen de Chinee
sche kust blokkeeren, observatiepos
ten tegen Japansche luchtaanvallen
in te richten hebben, die de Japan
sche agenten bespionneeren en van
onschuldig uitziende visschersjon-
ken draadloos berichten over bewe
gingen en sterkte der Japansche
troepen uitzenden.
Deze berichten worden natuurlijk te
Hongkong door het Engelsche vlootcomman-
do met evenveel belangstelling opgevangen
als in Kanton en Haukau. Agenten, die voor
drie vijandelijke groepen tegelijk werken,
ontbreken natuurlijk al evenmin in dit ru
moerige Portugeesche Macao, waar uitste
kende zaken worden gedaan.
IJ geeft toe.
De oude Li krabbelt, zich nog steeds en
kijkt begperig naar het geld. „Met de jonk,
die U uitgezocht heeft, gaat het in geen
geval. Een groote vrachtjonk zouden de Ja
panners zeker snappen. Maar misschien
gaat het met mijn visschersjonk."
In de haven moeten wij als katten over
smalle loopplanken, touwen en schomme
lende sampans (kleine kustvaartuigen)
klimmen. Voorop loopt mijn tolk, die de
boos kijkende jonkenvrouwen en de wan
trouwende jonkenkapiteins over onze klim
partij over hun schepen gerust moet stellen.
Eindelijk komen wij op de visschersjonk.
Uit de luiken van de kajuit, die met het
stuur veel hooger boven het water ligt dan
de laagliggende boeg, kruipen in lompen
gehulde kinderen. Zwarte honden blaffen
mij kwaadaardig aan. De familievader, die
zoo juist de zeilen in orde gebracht heeft,
zet zich bij ons op de planken, waarop
oude verroeste kanonnen staan, waarmede
reeds honderden jaren geleden de Portugee-
zen op de Engelsche piraten schoten.
De vrouwen blijven wantrouwend.
Een eindeloos, snaterend onderhandelen
begint, waarvan ik geen woord versta, ter
wijl de vrouwen op kleine kachels, die met
drijfhout worden gestookt, met lepels in
merkwaardig ruikende soepen roeren en
daarbij af en toe een niet bepaald vrien
delijken blik op mij „vreemden duivel",
die het schip zeker ongeluk zal aanbren
gen, werpen.
Tenslotte schijnt de zaak in het reine te
zijn gebracht. Goedkoop is het niet. Een
ieder wil daarbij natuurlijk zijn procenten
verdienen, ook mijn tolk. ik betaal de helft
van den prijs, terwijl de andere helft zal
worden uitbetaald, zoodra ik weer onge
deerd in Macao teruggekeerd ben. Bij het
sluiten van de overeenkomst maak ik er
de heeren terloops nog op opmerkzaam,
dat ik geen voorwerpen van waarde bij
mij heb en dat ik ook geen belangrijk per
soon ben, waarvoor men een losgeld zou
betalen, zoodat kidnappen en dergelijke
geliefde bezigheden bij mij weinig succef,
zou hebben. „Oh, maar aan zooiets den
ken wij in het geheel niet", verzekert de
oude Li en de anderen wisselen snelle,
scherpe blikken. „Van nu af zult U im
mers door onze menschen tegen eventueele
aanvallen van piraten beschermd worden.
Wij hebben geweren aan boord. Slechts
voor de Japanners, wanneer die ons snap
pen, kan geen duivel ons beschermen."
De piraten-benden.
Ik zet mij met de oude Li bij een kop
thee achter de verroeste pantserbescher
ming, ijzeren platen van gestrandde sche
pen, die tegen aanvallen langs den rand
van de jonk zijn aangebracht. Zonder eenig
geluid glijdt de jonk uit de haven.
Zij zijn allen meer of minder pi
raten, deze zeelieden aan de Chl»
neesche zuidkust, die op hun jon
ken geboren worden en sterven.
Of beter gezegd, zee-zigeuners. Maar
ook in groote georganiseerde ben
den leven zij. Hun hoofden, de
eigenlijke piraten koningen, leven
onder de mom van onschuldige
kooplieden in de steden en heffen
van alle door een zeker gebied va
rende schepen en jonken hun tol.
Nog op het oogenblik zijn op de rivier
en kustschepen de Chineesche dekpassa
giers in ijzeren kooien opgesloten, zijn
commandobrug, stuurkamer en machineka
mer door ijzeren hekken beschermd en
staan de mannen van de wacht met re
volvers en karabijnen gedurende de reis
op het dek.
Zee-zigeuners zijn de beste ver
spieders.
De oorlqg heeft aan de piraten van Zuid-
China nieuwe winstmogelijkheden ge
bracht. Evenals men uit een vroegeren
strooper den besten veldwachter kan ma
ken, wijl hij ieder hoekje van zijn district
kent, zijn de piraten met hun jonken de
beste verspieders in den zee-oorlog bij de
Chineesche kusteilanden. Zij weten nauw
keurig, waar de Japansche vliegtuigmoe-
derschepen liggen en hoeveel transport
schepen Formosa verlieten. Zij waarschu
wen geheel Zuid-China, zoodra de Japan
sche bommenwerpers van het dek van het
vlictuigmoederschip tot den aanval star
ten. Zij weten, met de zekerheid van een
slaapwandelaar, langs welke wegen mien
ondanks alle Japansche waakzaamheid
nog door het net der blokkade kan slui
pen en goed betaald oorlogsmateriaal aan
China kan smokkelen. Zij weten alles en
hooren alles en worden voor hun weten op
het oogenblik uitstekend betaald.
Beleedigende rede In beslag ge
nomen.
Dinsdagavond j.1. is te Den Haag een ver
gadering gehouden, waarin de heer Nijsse,
woonachtig te Rotterdam, een rede heeft uit
gesproken toegelicht met lantaarnplaten
over „De geheimen van de Vrijmetselarij".
De inhoud van deze rede zou in hooge
mate beleedigend zijn geweest voor vrijmet
selaren, zoowel als voor Joden.
De heer Nijsse zou Woensdagavond in Lei
den dezelfde rede uitspreken, doch de pro
cureur-generaal bij het Haag: rhe Gerechts
hof, mr. Brants, tevens fungeerend directeur
van politie, stelde zich in verbinding met de
Leidsche politie. Het onderhoud had tot re
sultaat, dat het manuscript naar Den Haag
werd gezonden, waardoor de vergadering
waarin de heer Nijsse zijn rede zou hebben
uitgesproken, niet kon doorgaan. Vóór dien
tijd had de commissaris den heer Nijsse
reeds laten weten, dat de vergadering in
geen geval plaats kon vinden in het gebouw
van de gemeente, dat reeds was afgehuurd,
Echter had de heer Nijsse inmiddels reeds
beslag gelegd op een andere zaal. Het in
grijpen van Mr. Brants maakte evenwel aan
alles een einde.
De zaak is thans in handen van de justitie.
VERANTWOORDELIJKE INSTAN
TIES SCHOTEN TE KORT. RAMP
HAD VOORKOMEN KUNNEN WOR
DEN.
Gistermiddag heeft de inspecteur-generaal
van den Raéd voor de Scheepvaart te Am
sterdam conclusie genomen inzake de vree-
selijke ontploffingsramp, welke in Oct. j.1.
op de Wilton-Feijenoordwerf te Schiedam
aan boord van het Grieksche tankschip
„Petrakis Nomikos" plaats vond. Zooals
men zich herinnert, vielen er bij deze ramp
14 slachtoffers.
De eerste explosie, aldus de conclusie,
ontstaan, doordat er ter hoogte van het
hoofddek een lekje of een gaatje is ont
staan in den achterwand van den dwars-
bunker of in den zijwand van den zijbun
ker, dan wel doordat er reeds tevoren een
lekje in den bunkerwand aanwezig was. De
hitte van de vlam van den brander heeft
de uit de gevaarlijke Haifa-Crude-Oil (waar
van in de bunkerruimte van het schip een
vrij groote hoeveelheid aanwezig was) ont
stane damp ontstoken en de eerste explo
sie in den bunker aan stuurboord, ter
hoogte van het bovendek, ingeleid. De
tweede explosie is een gevolg geweest van
den brand, welke op de eerste explosie
volgde.
Hoe de Haifa-Crude, dezelfde soort
olie, welke tot Rouaan in de lading-
tanks vervoerd was, in de bunkers
is gekomen, is niet met zekerheid
vast komen te staan. Wel is geble
ken, dat op dit Grieksche schip
door de inrichting der leidingen
zeer gemakkelijk vloeistoffen uit de
ladingtanks naar de bunkers ge
pompt konden worden. Een derge
lijke inrichting der leidingen is op
Nederlandsche schepen sedert 1932,
dank zij de wettelijke voorschriften
dienaangaande, niet mogelijk.
De „Petrakis Nomikos" is echter een oud
schip.
De loods schoot te kort.
Bij den geheelen gang van zaken van de
binnenkomst in den Nieuwen Waterweg tot
het oogenblik van de ramp zijn naar het
oordeel van den inspecteur-generaal door
sommige der verantwoordelijke instanties
niet die maatregelen getroffen, welke met
betrekking op den aard van het schip en
de vervoerde lading volgens de geldende
voorschriften en de elders bestaande goede
praktijk genomen hadden moeten worden.
De loods, die het schip den
Nieuwen Waterweg binnenbracht,
had volgens de voorschriften de
vlag moeten doen hijschen. aange
vend, dat het schip niet gasvrij was
Een certificaat betreffende de ont-
gassing kon toch niet worden ge
toond. Hij heeft echter op gezag
van den kapitein aangenomen, dat
het schip gasvrij was.
De handelwijze van den zeeloods is echter
begrijpelijk, omdat uit zee komende tank
schepen meestal op zee ontgast zijn en dan
niet in het bezit kunnen zijn van papieren.
Indien vervolgens van den opdrachteever,
dan wel van het laboratorium, het initiatief
ware uitgegaan om een, zij het ook miaar
een sumier onderzoek in de zomertanks 1
in te stellen, zou de damp van Haifa-
Crude in de zomertanks ontdekt zijn. Voor
zulk een onderzoek was in dit geval aan
leiding, daar de zomestanks 1, welke als
resreve-bunkers dienst deden, immers di
rect aan de ladingtanks grensden.
Indien de betrokkenen zich dan hadden
gerealiseerd, dat vrijwel zeker in de hun
kers dezelfde damp aanwezig moest zijn,
zouden ook de overige bunkers onderzocht
zijn en ware de ramp voorkomen.
Over het afgegeven certificaat van gas
vrij hei d merkte de inspecteur-generaal op,
dat een certificaat, waarbij voor de meeste
tanks is ingevuld „practisch gasvrij" en
voor enkele tanks ..gesloten" en waarbij
onderaan nog is bijgeschreven, dat ver
schillende ruimten o.m. de koffiedammen
Crude-oil bevatten, voor niet bijzonder des
kundigen misleidend is. Zulk een certificaat
behoort niet afgegeven te worden.
De Raad zal .later uitspraak doen.
Zware straf tegen meesterknecht
geëischt.
Voor de rechtbank te Groningen stonden
gisteren terecht, verdacht van diefstal van
graan ten nadeele van de N.V. Veem en Fac-
torsbedrijf, de meesterknecht J. D. en de
pakhuisknecht H. N. In den loop van het jaar
hadden zij van een aldaar in zakken opge
slagen voorraad graan geleidelijk 400 zakken
van 75 K.G., alzoo in totaal 30.000 K.G. graan,
meegenomen.
De schade, hierdoor veroorzaakt,
bedroeg ruim 4000 gulden. Nadat
verschillende getuigen waren ge
hoord, eischte de Officier van Justi
tie,, na een uitvoerig requisitoir, te
gen D. een gevangenisstraf van een
jaar en drie maanden.
De verdedigers pleitten clementie en een
gedeeltelijk voorwaardelijke straf.
Tegen H. W. en S. W., beiden te Gronin
gen, werd wegens heling in deze zaak, resp.
een jaar en acht maanden geëischt.
De uitspraak in deze zaak is over acht
dagen.
Koopman tot 2 jaar celstraf ver
oordeeld.
Het O. M. bij de Haarlemsche rechtbank
heeft veertien dagen geleden anderhalf jaar
gevangenisstraf geëischt tegen den 52-jarigen
koopman R. I'. uit Heemstede, die zich had
schuldig gemaakt aan valschheid in ge
schrifte. Een bestuurslid van Maatschappe
lijk Hulpbetoon te Heemstede had hem privé
ongeveer zes duizend gulden geleend om
daarmede zaken te doen in België. Na eeni-
gen tijd drong de geldschieter op terugbeta
ling aan. Verdachte had hem toen een val-
sche kwitantie ten bedrage van 35.000 Belgi
sche francs getoond om daardoor den indruk
te wekken dat de zaken goed gingen.
De rechtbank veroordeelde P., die zeer on
gunstig bekend staat, tot twpe jaar gevan
genisstraf.
„HET DUITSCHE LUCHTWAPEN MOET DE SCHRIK DER VIJANDEN
ZIJN!" zoo sprak generaal-veldmaarschalk Goering op den Duitschen lucht-
vaartdaq te Berlijn. Een uitgelezen gezelschap militaire en politieke autoriteiten
luistert naar hem.
Bestuursleden van een voetbal-
vereeniginiin de beklaagden
bank.
Gisteren diende voor het kantongerecht te
Leeuwarden een strafzaak tegen den voorzit
ter en den secretaris van de voetbalvereeni-
ging Zwaagwesteinde. Hun was ten laste ge
legd het doen plaats vinden van een open
bare vermakelijkheid, t.w. een voetbalwed
strijd op Zondag 30 Januari, n.1. in de ge
meente Dantumadeel op een achter den
voorweg aldaar gelegen voetbalveld, tus-
schen een elftal van Zwaagwesteinde en een
elftal van de voetbalvereeniging uit Bakke-
veen.
Zij gaven het hun ten laste gelegde toe.
Verdachte B. zeide dat de vereeniging sinds
1931 bestaat en dat men geen publiek toe
laat, doch slechts donateurs, die per wed
strijd betalen.
De ambtenaar bij het O.M. van
Gilse, requisitoir nemende, conclu
deerde dat hier sprake is van open
bare vermakelijkheid en dat daar
mede de Zondagswet is overtreden
waarom hij tegen ieder der verdach
ten f 2.boete eischte of twee da
gen hechtenis.
De verdediger wees er op dat het hier
gaat om een algemeen voetbalbelang in Ne
derland. De K.N.V.B. stelt zich op het stand
punt, dat hij er voor moet waken wanneer
het vrije recht van den Nederlander, ten
aanzien van het gebruik van den Zondag,
wordt, aangetast.
Pleiter bestreed, dat hier sprake zou zijn
van een openbare vermakelijkheid, op grond
van bet feit, dat slechts donateurs werden
toegelaten en het terrein niet aan den open
baren weg ligt. Voorts wees hij er op, dat
slechts twee bestuursleden gedagvaard zijn,
terwijl men het geheele bestuur verantwoor
delijk had moeten stellen.
60% van Zwaagwesteinde voetbalt
Tenslotte wees pleiter nog op een arrest
van den hoogen raad, waarin vermeld staat
dat bijzondere fcclangen van ingezetenen
eener gemeente niet mogen worden be
hartigd. In Zwaagwesteinde zestig procent
der bevolking aan het voetballen. Ook de
regeering is, volgens pleiter, niet voorne
mens gehoor te leenen aan wcnschen van fa
natieke volksgroepen. Spreker concludeerde
tot ontslag van rechtsvervolging subs. vrij
spraak.
De kantonrechter bepaalde de uitspraak
op 17 Maart a.s.
Gedeputeerde Staten van Zuidholland
hebben aan de Tweede Kamer der Staten-
Generaal een adres gericht betreffende het
onfwerp-Electriciteitswet.
Dit ontwerp biedt volgens Gedeputeer
den geen oplossing van het vraagstuk der
winstonttrekkingen ten behoeve van de open
bare kassen. Ook worden de nadeelen
welke vooral voor de kleiftere ge
meenten voortvloeien uit een scheiding
van productie en distributie niet wegge
nomen. Voorts wijst het adres op de onvol
doende samenwerking tusschen de produc
tiebedrijven.
Behoudens onvoorziene omstandigheden
zal in de tweede helft van Mei a.s. en in
Juni het jaarlijkseh onderzoek plaats hebben
van de gewone dienstplichtigen der land
macht van de lichtingen 1926 en 1929.
papiertekort in rechts Span
je. - Het journalistiek ide-
aaL
De rechtsche dagbladen in Spanje
zullen in verband met het heer-
schende papiertekort op rantsoen
worden gesteld. De minister van
binnenlandsche zaken heeft een
decreet onderteekend, waarin be
paald wordt, dat de verschillende
dagbladen beperkt zullen worden
naar verhouding van hun huidi-
gen omvang. Er zal een maximum
worden vastgesteld voor het aantal
pagina's dat een blad per maand
gebruiken mag.
Wanneer het maximum bereikt
is, voor het einde van de maand,
zal het dagblad waarschijnlijk niet
meer kunnen verschijnen voor de
volgende maand!
In een hoofdartikel heeft het
Spaansche blad „Gazeta Del Norte"
den lof der kortheid gezongen. In
deze beschouwing wordt o.m. ge
zegd: „Wij moeten trachten kwis
tig met denkbeelden, gierig met
woorden te zijn. Dat is het journa
listieke ideaal."
Dokter voor den rechter.
In de strafzaak tegen den geneesheer van
het hospitaal te Kissaran, die, aldus de N,
R. Crt., door een verkeerde injectie schul-:
dig wordt geacht aan den dood van eert
inheemsch patiënt, spraken gisteren als
getuigen gehoorde experts als hun meening
uit, dat, de controle van injecties, gereed
gemaakt door inheemsche verplegers,
overbodig is. Voorts is destijds geen sectie
toegepast waardoor het niet absoluut te
bewijzen is, dat het overlijden van den
patiënt, het gevolg was van de verkeerde
injectie, hoewel dit wel als aannemelijk
wordt beschouwd.
HUISJONGEN TOT 15 JAAR GEVANGENIS
STRAF VEROORDEELD.
De Landraad te Batavia veroordeelde
Said Bin Soedjai, den gewezen huisjongen
van de familie van Meurs, die in den
nacht van 11 op 12 October j.1. een moord
aanslag pleegde op mevrouw van Meurs,
tot 15 jaar gevangenisstraf.
De Haarlemsche Rechtbank heeft gisteren
uitspraak gedaan in de zaak tegen den 54-
jarigen P. V., vroeger agent van de Alge-
meene Friesche Levensverzekeringmaat
schappij te Leeuwarden, die deze instelling
voor ongeveer f28000 heeft benadeeld door op
naam van den polishouder geld op te nemen
en daarvoor valsche kwitanties te teekenen,
V. werd, conform den eisch, van het O. M.
veroordeeld tot anderhalf jaar gevangenis
straf.
Duitsche ideeën over een rdeu-
we wereld-organisatie.
De president der Duitsche Academie voor,
de Rechten der Volkeren, dr. Hans K. L,
L. Keiler, hield dezer dagen te Berlijn een
voordracht, waarin hij zeide, dat de acade
mie zich stelde op de basis van het recht
der volkeren integenstelling tot dat der
staten, gelijk dit in den Volkenbond be
lichaamd is.
Tegenover de fictie!, alsof een
organisatie van staten als geheel
gelijkwaardige machtsfactoren mo
gelijk zou zijn, stelt de academie
als ideaal een organisatie van vol
keren, die niet gelijk zouden zijn,
maar in overeenstemming met hun
getalsterkte medezeggenschap zou
den hebben in de organisatie der
wereld.
Wanneer de tegenwoordige Volkenïxmd
zou moeten worden hervormd, dan meent
Dr. Keiler, dat dit moet geschieden door de
inrichting van een soort parlement^ h®"
staande uit twee huizen.
Een Statenkamer en een Volke*
renkamer.
De Eerste Kamer van dat parlement, de
Statenkamer, zou dan de tegenwoordige
organisatie zijn, die in feite niets anders
is als een Staten-kamer. Deze statenkamer
zou er voor hebben te waken, dat bij <j®
nieuwe organisatie der wereld, gelijk die
door de andere kamer, de volkerenkamer,
moet worden doorgevoerd, de souvereini-
teit der verschillende staten niet te zeer in.
het gedrang komt.
O, zool
In de volkerenkamer daarente
gen zouden de verschillende staten
vertegenwoordigd zijn in overeen
stemming met. de nationale samen
stelling dier bevolking, zoodat b.v.
1 sjecho-Slowakije daarin 13 ver
tegenwoordigers zou hebben tegen
Nederland 8. Die acht, zouden echter
allen Nederlandres zijn, terwijl er van
de dertien „Tsjeeho-Slowaken"
naar schatting 4 Tsjechen, 4 Slowa-
ken, 3 Duitschers, 1 Hongaar en 1
Roemeen zouden zijn!
ITet eindideaal ware dan natuurlijk, zoo-
\eei mogelijk staten op nationale basis, of,
waar dit niet mogelijk mocht zijn, staten
met zelfbestuur voor de verschillende nar
uonahteiten.