WEK DE GAL IN UW LEVER OP Met 97 lichtmatrozen naar Insulinde DOUWE EGBERTS Sabotage, desertie en ongehoorzaamheid schering en inslag &e)d>t etkm. yrwïam püf> Agenda Dinsdag 8 Maart 1938 Tweede Blad Oome Arie's mémoires Waarom men weinerr!^1 bleef 24 uur weg- de ander 2 dagen en toen de wStinkmosser' te betreden ECHTE FRIESCHE HEER EN-BAAI OF OUD-HOLLANDSCHE PIJPTABAK Verkeersongeval op de Binnenhaven De schoenen van den zolder Burgerlijke Stand van Den Helder Voor onze blinden Buitenlandsche politieke propaganda in ons land Inschrijving Handelsregister Oostenrijk is Duitsch ÏT aaium 1I1CII WClyerue we moesten vertrekken was de bende nog Gistermiddag kwamen we hem tegen. „Oome Arie", zittend als een vorst onder de boomen van het Plantsoen en alleen de met een palmblad waaierende inlander ontbrak... We hebben wat zitten praten over de din gen van den dag en waren zoo gelukkig dat plotseling een van die rijke herinnerings-aders van onzen oud-torpedist opensprong en rijkelijk te vloeien begon. Een prachtig verhaal, het navertellen overwaard. Nêerlands hope vertrekt. Zooals je weet heb. ik een Indische torn op in'n naam staan, aldus „Oome Arie", maar het begin daarvan was een hachelijk avontuur Pat zat zóó: 21 Mei van het jaar 1909 was de datum van vertrek en nog kan ik grienen als ik aan het afscheid denk. Vrouw en kind moest ik ach terlaten en wie zou zooiets onberoerd laten? Mij zeker niet! Enfin... om 7 uur 's ochtends vertrokken we van het Wachtschip op den Buitenkant hier, met 97 lichtmatrozen, 4 onderofficieren en 3 korporaals onder geleide van den officier ma chinist B. Verhey. 97 Lichtmatrozen, die pas" „met den kinder wagen op 't oorlogsschip" gebracht waren. Nêerlands bloem, maar de hemel bewaar je voor zoo'n stelletje gajes. Brr... wat een scha vuitenzooi! Ik voelde dat we met die bende nog niet aan het eind waren... Goed begin Zoo liepen we dus langs den Kanaalweg en bij café „Centraal' begon de pret al. Er was een oud jodenventje aan het negozieeren met violen en door een stuk of 3 van die heeren werd, zoo doodgemoedereerd onder het mar- cheeren, het manneke gemolesteerd en z n wagen omvergesmeten. De man huilde en schreeuwde dat ze z'n stalletje vernield had den en de officier van het Wachtschip liet halt maken. Sjonge... wat pakte die man op den vroegen morgen uit... ook tegen mij, die kersversch van het afscheid met m'n vrouw kwam. M'n kop stond er heelemaal niet naar en wat kon ik er aan doen wat achter m'n rug gebeurde. Als goed militair kijk je vooruit en niet achter je... Dat zei ik dan ook, maar kreeg nul op 't rekest. Toen ze den huid volgescholden waren ging het voorwaarts, de Roomsche brug over en langs het Spoorbossie. Daar begon dat lekkere stelletje opnieuw, nu met het zingen van ver boden strijdliederen, zoodat iedereen bleef staan. De commandant zei dat ze d'r kiezen op mekaar moesten houwen, maar hij had evengoed kunnen zeggen, „zing wat harder!" Ze trokken zich 'r geen steek van an. Ge lukkig konden we ze toen gauw in den trein stoppen. Daar waren ze tenminste voor de maatschappij veilig. In Amsterdam. We kwamen heelhuids in Amsterdam aan en daar moest een naggie overgebleven wor den, want de reis naar Rotterdam op één dag was te ver. Dus werden we met sloepen van het wacht schip „Adolf van Nassau" gehaald, maar nèt toen we bezig waren de kooien-zakken in de sloepen te brengen, namen er 17 stuks de beenen. Die wilden Mokum bekijken, zoo jong als ze waren en je kunt me gelooven of niet, ze gingen niet naar het Rijksmuseum. Kwartiermeester Erkelens had 't nog net op tijd in 't snotje en zag kans er 2 te grijpen. Maar daar Erkelens slechts 2 handen had, bleef het daarbij en hij had ze v o 1 aan die schavuiten. Met de rest gingen we slapen op het ouwe afgekeurde fregat, terwijl intusschen door den commandant het signalement van de 15 deser teurs aan de politie ogegeven werd. 's Nachts werden ze allemaal ingepikt en in 's lands provoost op de werf opgesloten, 's Morgens kwamen ze met de sloep aan en kregen van kolonel Goedhart 5 dagen provoost mee, plus de noodige Jan Klaassen in den vorm van een speech in groot formaat, maar dat had hij evengoed kunnen laten bij dat uitschot, want hij stond gewoonweg te parlevinken tegen de bierkaai. Om kort te gaan, we kwamen alle maal in Rotterdam aan en gingen den 22sten scheep naar Batavia met de „Rindjani". Men had er de lucht van. In Southampton lagen we aan, maar van te voren waren er al maatregelen genomen door de dok-commissie daar. Overal waren posten uitgezet zoodat ze niet konden ont snappen... Van Southampton ging het naar Lissabon en Tanger en vandaar naar Marseille, waar we 2 dagen voor anker gingen, om op de landpassagiers en de mail te wachten. Passagieren „aan den lijn". Wat toen gebeurde is met geen pen te be schrijven. We waren op ons qui vive voor dat zootje en dus mochten ze alleen passagieren ,,aan-de-lijn". Dat wil zeggen: ze mochten het schip af, maar alleen 10 man tegelijk met een onderofficier of korporaal er bjj als toezicht. Ze waren zoo glad als boter en in een paar minuten was er van het heele stelletje, be halve die 25 die onder strenge bewaking in 't schip lagen, geen één meer over. Ze waren net gek toen ze aan land gingen en niemand zag kans ze vast te houden. Dat was een mooie geschiedenis; de een lang niet compleet. En eerst toen het schip 2 maal geblazen had kwam het restant op een holletje aanloopen.., Verloren zonen. Onze ergste vermoedens waren nog te opti mistisch geweest. Alles hadden ze verpatst. Hun kooigoed, hun frokkies, goede kleeren, kortom alles. Ze hadden zoowat geeneens meer een verschooning over en ik hoef U niet te vertellen dat ze een vette straf in Indië in het vooruitzicht kregen. Maar daar trokken ze zich toch niks van aan. Ik zou nog uren kunnen uitwijden over de reis zelf, maar dan wordt het verhaal te lang. Wat dat schorremorrie niet uitgehaald heeft zou ieder fatsoenlijk mensch doen sidderen. Ze stoorden zich om God noch gebod, over traden systematisch iedere order, waren bru taal als de beul en gemeen als de duivel. De baksmeesters bonden ze met hun beenen aan de tafel vast en lieten hen dan roepen, zoo dat de man zich een halve breuk viel. De kooien van de onderofficieren sneeën ze stuk en smeten ze in den Oceaan... enzoovoorts... enzoovoorts... Lui, om zoo in Sing Sing te frommelen. Overste Bron houdt 'n speech. Maar aan alle leed in dit ondermaansche komt gelukkig een end en ook aan die Indi sche reis van mij. Het werd trouwens hoog tijd. In Batavia gearriveerd, was het meteen van aantreden geblazen en begon overste Bron van het personeel, een speech te houden tegen de heeren. Die meneer Bron was geweldig van de tong riem gesneden, doch dat kwam van de erfe lijke belasting, want zijn vader was dominee geweest. Hij had (die zoon dan) ook nog bij mij op de schoolbanken gezeten, maar dat heeft hier niks mee te maken. Het was een mooie speech, maar je kon net zoo goed tegen de zee staan te parlevinken, want niemand luisterde ernaar. En ineens riepen er een paar van Nêerlands hope „ik wou dat je nou maar je mond hield, en ons cente gaf, dan kenne we gaan passagiere...!!" De majoor-schrijver, die naast den overste stond, werd van woede wit als een strijkplank en wilde de oproerkraaiers meteen een knock- out toedienen, maar dat wou meneer Bron niet hebben, want die hield niet van handtastelijk heden. Hij zei: „Nee, Beekman," zei hij, „niet slaan, ik heb wel andere streken op m'n kompas!" De straf. En die had hij ook, want diegenen van de matrozen, die zich nog het fatsoenlijkst ge houden hadden, gingen 2 dagen naar Buiten zorg picknicken. Ze kregen broodjes met ham en kaas mee, biertjes en limonade terwijl het boevenzootje onder strenge controle gezet werd van de kolonialen. Maar dat was nog lang niet het end van de ellende, want nu moest dat stelletje over de vloot verdeeld worden. Maar eerst moesten ze naar Soerabaja, en dus stapten we een paar dagen later naar den kaai om te embarkeeren op een van de paketbooten; dat was de „Mossel". De „Stinkmossel". Nu was het geval, dat in de „Mossel" in de ruimen 9 paarden ondergebracht waren en vandaar dat het ruim misschien nu niet direct een boedwaar-luggie had. En zoodra ze het rooken... daar weigerden ze als één man de „Stink-Mossel" zooals ze de schuit maar meteen gedoopt hadden, op te gaan. Ze riepen in spreekkoor: „We zijn wel menschen, maar geen beesten!", maar als je ze meegemaakt heb als ik, dacht je daar anders over. Er werd lang over gepraat, en kort, en alle autoritei ten kwamen er aan te pas, maar het eind van het liedje was, dat ze d'r zin kregen. De paar den moesten er aan takels uitgelicht worden, het ruim werd schoon gespoten met heet water in de straalpijp, en per slot van rekening moest de kapitein nog beloven op woord-van-eer, dat ze iederen dag aardappelen, vleesch en groen ten zouden krijgen. Met een hoeratje gingen ze toen eindelijk aan boord. „Leve de burgerpet!" In Soerabaia werden ze over de 5 schepen van de vloot gedistribueerd, maar veel eer heeft de natie aan dat stelletje niet mogen beleven. Want er waren nog geen 3 weken om, of een deel ging al naar het vaderland terug met 2\'2 jaar gevangenisstraf in het vooruitzicht. Op de schepen hadden ze wapens over boord gesmeten, verboden liederen ge zongen, touwwerk en materiaal stukgesneden, kortom, ze hadden precies alle mogelijke daden van sabotage gepleegd. De rest bleef, maar ook hieraan hebben we geen vreugde beleefd. Een half jaar later gingen we namelijk met de Java-divisie naar Australië en zoodra waren we daar gemeerd, of 150 man nam de beenen. Die gingen het binnenland in om fortuin te zoeken. Daar wa ren die van mij ook bij en eveneens de in op leiding zijnde muzikanten van kapelmeester Schenkels, de vader van die nou ook nog bij de Staf is. Zij gingen avonturieren; „leve de burger pet!" was hun lijfspreuk, ook al staken de haren er door en ze zouden wel rijk worden daar., dachten ze. Nou... maar dat kwam ze zwaar op d'rlui maag te leggen. Een paar zijn jaren later nog eens teruggekomen, uitgemergeld en verloo- pen en geen enkele heeft het veel verder ge bracht dan landlooper. Van één weet ik, dat 't 'm goed gegaan is. Die smeerde 'm naar Amerika en werd daar wethouder ergens van. Z'n naam wil me vandaag niet te binrie schieten. Aldus het verhaal van Oome Arie. hoe hij naar Indië ging en wat hij op de reis mee maakte. Door het slippen van een auto. Gistermorgen, te omstreeks half elf, heeft zich op de Binnenhaven een vrij ern stig verkeersongeval voorgedaan, waar van de 48-jarige heer Chamot, employee bij de Verffabriek van H. de Wit, het slachtoffer werd. Op genoemd tijdstip kwam uit de richting van het Noord Hollandsch Kanaal gereden de vrachtauto van de Alkmaarsche grossiederij in koloniale waren v.h. M. de Haas. Halver wege de Binnenhaven moest de bestuurder uit wijken voor een tegenligger, doch was daarbij zoo onfortuinlijk op den door den regen glad geworden weg, aan het slippen te raken. Op de plaats waar geslipt werd bevond zich juist de heer Chamot, employee bij bovengenoemde Verffabriek, die een hand kar, beladen met bussen verf voortduwde. De auto kwam met een zwaren slag tegen het vehikel aan, de boom drong diep in de radiator en de heer Chamot werd tegen den grond geworpen. Bewusteloos bleef de man liggen, doch werd zeer spoedig door personeel van het Marine Hospitaal ver voerd. Zijn toestand liet zich op dat mo ment ernstig aanzien. Naar wij vanmorgen vernemen, is zijn toe stand gunstig. Wat de materieele schade betreft, de auto was aan het voorstel danig beschadigd en werd door de politie naar het Hoofdbureau opge bracht. Van den verf wagen werd de boom ver niel'' °rwijl verscheidene bussen verf op het plr,„.el terecht kwamen. De vier dagen tippelaars in training. De schaatsen zijn dezen winter in het vet gebleven. De lichte hoop, die eenige weken geleden gewekt werd, is vervlogen en nu ge looft zelfs de grootste optimist niet meer, dat we de gladde ijzers nog onder kunnen binden. Gelukkig! Maar al hebben de schaatsen geen dienst gedaan, de in het vet gezette wandelschoe nen zullen het dezen zomer wel doen. De wandelsport, die hoe langer hoe meer popu lair wordt, heeft al tal van liefhebbers in de laatste weken naar buiten gebracht. Zondag was het een lieve lust zoovele tippelaars er langs den Jan Verfailleweg naar de Donkere Duinen gingen. Het heeft er waarlijk veel van, dat de fiets opzij gezet en „de beenen aangegord" worden. Het was dan Zondag ook wel verleidelijk om de beenen eens te rekken en waar de duinen riepen, liet men niet te vergeefs roepen. Honderden genoten langs den weg. De wandelsportvereenigingen maken hun voorbereidingen vood den zomer. Wij hoor den, dat de leden van „de Jutter", die straks in de Vierdaagsche uit zullen komen, hun training reeds begonnen zijn, om vooral een goed figuur te slaan. En ook de post bodes, die nog niet genoeg langs den weg kuieren, hebben de extra training ingezet. Het zijn de postbestellers G. de Wit, A. Geer vliet en D. Heyblok, die dit jaar uit zullen komen in Nijmegen, om de Heldersche eer hoog te houden. We hebben nog eenige maanden den tijd, voordat het Vierdagenfeest begint, maar de spieren zullen getraind, de gewrichten „ge smeerd" zijn, voordat het zoover is. van 3 Maart 1938. BEVALLEN: J. A. AugustijnKouwen- hoven. d.; J. Ekkers-SIijkerman. z.E. W. PrevooSmit, z.; G. de GeestWassenaar, d. OVERLEDEN: M. P. J. Kuypers, m., 3 m. Op Donderdag 10 Maart a.s. hoopt de Ned. Chr. Blindenbond een propaganda-bijeenkomst te houden in het Chr. Militair Tehuis op den Kanaalweg. In deze bijeenkomst zal door een lid van het hoofdbestuur een lezing met lichtbeelden wor den gehouden, terwijl dubbelquartetten, ge vormd uit de Geref. Zangvereeniging „Halle luja" en uit de Herst. Evang. Luth. Zangver eeniging „Een Vaste Burgh",hunne medewer king zullen verleenen. Het openings- en slotwoord zal gesproken worden resp. door Ds. W. J. F. Meiners en den Eerw. Heer Y. Feenstra. Wij twijfelen niet, of velen zullen, begaan met het lot dergenen, die het licht der oogen moeten missen, gaarne van hun belangstelling in dit werk blijk willen geven. Men zie voor toegangsprijs en programma verkoop de advertentie in dit nummer. Vergadering van E.D.D. De afdeeling Den Helder van de Beweging E.D.D. (Eenheid door Democratie) belegde dezer dagen een vergadering voor leden en genoodigden in de kleine zaal van „Casino", waar als spreker optrad de heer P. Brijnen van Maarn, de chef van den Persdienst der Beweging. Nadat de vergadering geopend was door den voorzitter, den heer J. R. Noorman, die in zijn openingswoord in het kort doel en streven der Beweging uiteenzette, gaf deze het woord aan den heer Brijnen voor het uit spreken van zijn eerste betoog, getiteld: „Bui tenlandsche politieke propaganda in ons land". Aan de hand van vele voorbeelden zette spre ker op uiterst deskundige wijze uiteen, hoe, vooral van Duitsche zijde, nog steeds een stroom van meer of minder leesbare pamflet ten over ons land wordt verspreid, pamfletten, waarin bepaalde volksgroepen systematisch worden aangevallen. Ook Nederlandsche geschriften van dezelfde of ongeveer dezelfde extremistische strekking werden behandeld. E.D.D., aldus spreker, heeft zich, vooral voor de verkiezingen van 1937, maar ook daarna, vierkant gesteld tegenover het linksche en rechtsche extremisme en E.D.D. zal dat blijven doen. Daarnaast echter staat het van nu af op den voorgrond tre dende, opbouwende werk der Beweging, door den heer Brijnen behandeld in zijn tweede rede: „De positieve taak van E.D.D. in dezen tijd". Spreker legde voor alles den nadruk op het önpolitieke karakter van de Beweging en ka rakteriseerde vervolgens haar streven als: het zoeken, niet naar datgene, wat ons scheidt, maar naar dat, wat ons verbindt. Na den heer Brijnen dank gezegd te hebben voor zijn belangwekkende woorden en den aanwezigen op het hart te hebben gedrukt, de Openbare Propagandavergadering van 21 Maart te bezoeken, sloot de heer Noorman deze geslaagde vergadering. 1 Maart8 Maart 1938. Nieuwe zaken. Den Helder: „De Goedkoope Leesbibliotheek", H. A. Lo- rentsstraat 93, boekenverhuur, enz. Gez. Jongkees, Paardenstraat 20, handel in koffie, thee, enz. Wijzigingen. Den Helder: J. Wielart, Alkmaar, handel in meubelen en kleeding; fil. gev. Kanaalweg 50. N.V. Heldersche Melkcentrale, Molenstraat 93, bestuurswijziging en wijziging geplaatst en gestort kapitaal. Wed. H. Thijssen, Hoogstraat 13, melkhandel; overgegaan aan: A. Thijssen. N.V. „De Rookende Amerikaan", Spoorstraat 37; bestuurswijziging. VOOR DE SLECHTHOOREXDEN. Het was weer een kenmerkende uitspraak, die we gisteren van den „Oostenrijkschen „nationaal-socialistischen minister Seiss Inquart in onze krant hadden: ..Oostenrijk is Duitsch en niet anders dan een Duitsch land." Men krijgt inderdaad hoe langer hoe meer den indruk, dat de vrees, in het begin na het onderhoud met Hitier te Berchtesgaden, geuit, dat Oostenrijk zijn zelfstandigheid prijs heeft moeten geven, bewaarheid wordt. Lang zaam schijnt de wereld voorbereid te worden op de annexatie van Oostenrijk. Straks zal men voor een voldongen feit staan en ook al zal men het practisch nog niet aandurven, in theorie schijnt Oostenrijk op het oogenblik reeds weinig in te brengen te hebben. Een merkwaardig geval is b.v. weer de weigering van Toscanini om in Salzburg de muziekfeesten te leiden. Hij zal dit gedaan hebben, omdat hij er van overtuigd was, dat Oostenrijk eigenlijk reeds aan het nationaal- socialisme is overgeleverd. De Weensche corr. van de N.R.Crt. ziet dit als een symptoom. Hij zegt dan: Het symptomatische wortelt hierin, dat ook de briljante, in de geheele wereld om haar moed, energie en openhartigheid be wonderde rede van Schuschnigg, breede kringen in het buitenland niet van de meening heeft weten af te brengen, dat Oostenrijk desondanks reeds een buit van het nationaal-socialisme is of tenminste op weg is een zoodanig buit te worden. Wie in Oostenrijk woont, weet, dat deze opvatting te pessimistisch is en vele factoren voorbij ziet of niet op de juiste wijze schat, factoren die een krachtige hindernis vormen voor een nationaal-socialiseering van Oosten rijk. Maar de waarnemer in het buitenland komt toch tot zijn conclusie op grond van verschillende aanwijzingen, die men ook hier niet buiten beschouwing kan laten. Zoo juist vermeent men, dat in de komende dagen in den zin van het accoord van Berchtesgaden de nationaal-socialistische posities, die in het Vaderlandsche Front reeds in alle stilte wezenlijk zijn uitgebreid, ook in den raad van state, in den oeconomischen raad, de bondscultuurraden en in alle overige officieele lichamen, die immers in het volgens beroepsstanden georganiseerde Oostenrijk een zeer belangrijke beteekenis hebben, in wezen zullen worden bevestigd. Daartoe is 't noodzakelijk, dat andere lieden hun ontslag nemen, om plaats te maken voor de nieuwe candidaten. In den regel treft dit lot de zoodanigen, die juist in den tijd van den hevigsten strijd tegen het nationaal-socia lisme zich in vaderlandsch-Oostenrijkschen zin het meest hebben blootgesteld. Men heeft waarlijk niet veel fantasie noodig om den weg uitgestippeld te zien, dien Hitier zal gaan. Als hij daarvoor den tijd gunstig acht zal hij Oostenrijk en de wereld voor een voldongen feit stellen, dan zal de nationaal- socialistischen invloed in Oostenrijk reeds zoo groot zijn, dat van een massaal verzet geen sprake meer zal zijn, terwijl de wereld het feit onder protest, maar zonder verzet zal accep teeren. De toekomst ziet er waarlijk niet opwek kend uit voor Oostenrijk. De speldjesverkoop op Zaterdag voor de vereeniging ter behartiging van de belangen de slechthoorenden, heeft 382.40 opgebracht. Wordt bij dit bedrag geteld de opbrengst te Julianadorp en Huisduinen, dan komt men over de 400, Een zeer bevredigend resultaat. en zult 's morgens „kiplekker" uit bed springen. Eiken dag moet uw lever een liter gal In de in gewanden doen vloeien. Wanneer de galafscheiding onvoldoende is, wordt Uw voedsel niet verteerd, het bederft. Er vormen zich gassen in Uw lichaam, U raakt verstopt. Uw organisme wordt vergiftigd en U wordt humeurig en loom. U ziet alles zwart. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmid delen: een geforceerde stoelgang neemt de oor zaak niet weg. Maar CARTER'S LEVERPILLETJES zullen zor gen voor de vrije toevoer van gal, waardoor U weer geheel herstelt. Een plantaardig, zacht, onover troffen middel om de gal te doen vloeien. Eischt Carter's Leverpilletjes, verkrijgbaar bö apothekers en drogisten in flacons van U.'75. Aquarium Zoöl. Station. Voor het publiek geopend: dagelijks van 912 en van 13.30— 17 u. Zaterdags van 912 uur. BIOSCOPEN: Tivoli-theater, Spoorstraat, half 8: „Maytime". Rialto, Spoorstraat, half 8: „Champagnewals" en „De gehelmde bri gade". Witte Bioscoop, Koningstraat, half 8: „De pionier van Kentucky" en „Drie en Christini". Woensdag 9 Maart. Chr. Mil. Tehuis, Kanaalweg. Evangelisatie samenkomst onder leiding van de heeren J. Kits en J. L. Pasman. 7—8 u. voor de jeugd, vanaf 8 u. toegang voor alle leeftijden. Donderdag 10 Maart. Luth. Kerk, Weezenstraat. Evangelisatie samenkomst onder leiding van de heeren J. Kits en J. L. Pasman. 78 u. voor de jeugd, vanaf 8 u. toegang voor alle leeftijden. Licht op 18 uur 20 min. Opgenomen om 8 uur hedenmorgen. Barometerstand Den Helder 769.6 Temperatuur lucht 4.4 Laagste temp. lucht gisteren 4.3

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 5