De list van een Chineeschen kapitein
Directeur vao
slachthuis beleedigd
De man, die Von Ossiefzky
ongelukkig maakte
De Nassau s in de
Groote Kerk te Breda
Ronselaars voor
den rechter
Juweelen uit boudoir
gestolen
Ooggefuigeverslag van een Japansch bombardement
Een bijzonder geconstrueerde vrachtwagen voor 't nermen van „hindernissen".
We zien hier den Meroedes-Benz vrachtauto een stootbiok oprijden.
(S1 o t.)
Zoo juist volbracht één onzer correspondenten het tweede deel
van zijn tocht door de Zuid-Chineesche wateren. Zooals men
weet, ging hij aan boord van een Chineesche jonk en sloeg de
spionnage-praclijken in het Verre Oosten gaande.
De JONK VERBERGT ZICH ACH
TER DE ROTSEN.
De jonk zeilt tusschen de kale,
onbewoonde eilanden. Slechts zeer
weinige andere zeilen zijn hier te
zien. Dan, wanneer wij om een rots
achtig schiereilind kruisen en het
vuile gele watervlak van de buiten
ste rivierdelta voor ons ligt, geeft de
oude Li mij plotseling een stoot in
de zijde en wijst, zonder een woord
te zeggen, recht voor zich uit. In de
verte ligt een Japansche kruiser in
gezelschap van twee torpedojagers.
En verder naar het Westen, in een baai,
neem ik vier transportschepen met hun
zwarte schoorsteenen en de groote witte cij
fers op den voorsteven waar. Tusschen de
transportschepen en de torpedojagers varen
kleine booten heen en weer. Naast den krui
ser dobbert een watervliegtuig op de golven.
Nauwelijks heeft de oude Li vastgesteld
hoevele Japanners voor ons liggen, of hij
roept zijn menschen een paar korte woorden
toe en de mannen en vrouwen op de jonk
werpen thans de gereedliggende netten uit.
Zij schijnen geheel in hun werk verdiept te
zijn, maar verliezen daarbij de Japansche
oorlogsschepen geen oogenblik uit liet oog.
Thans kruist onze jonk langs de rotsachtige
kust, steeds slechts een paar mijlen van de
Japanners verwijderd.
Een grijze rook legt zich over
het water
Thans stijgt bij de Japanners het vliegtuig
op, kruist eenige malen boven het dichtstbij
gelegen eiland en het kleine Chineesche dorp
en daalt dan weer naast den kruiser. Eenige
minuten verstrijken. „Daar, iets meer naar
rechts, zijn de japanners eergisteren geland
en later weer naar hun schepen terugge
keerd", zegt de oude Li en wijst naar een
kleine vlakte tusschen de bergen. Wanneer
ik om beter te kunnen zien mijn verrekijker
aan het oog zet, rukt mij plotseling een he
vige luchtdruk het eenige waardevolle voor
werp, dat ik mede aan boord genomen heb,
bijna uit de handen. Gele vlammen schieten
uit de kanonloopen van den kruiser. Ook de
artillerie van de torpedojagers laten zich
hooren en een grijze rook legt zich over het
water.
Bij het schieten is de geheele jon
kenfamilie in een toestand van op
gewondenheid geraakt. De kinderen
huilen, de honden blaffen woedend,
de vrouwen doen zenuwachtig, wan
neer aan de overzijde op het eiland
de scheepsgranaten krakend ont
ploffen, aardfonteinen omhoog schie
ten en sfeenen, rook en stukken hout
in razende snelheid omhoog werve
len. De Japanners schieten op een af
stand van ongeveer 3 kilometer. Dan
na slechts weinige schoten, houdt het
vuren op, even plotseling als het be
gonnen was.
Bij de Japansche transportschepen is het
thans levendig geworden. Plotseling zijn de
stalen valreepen met matrozen gevuld. Klei
ne motorbooten met machinegeweren gewa
pend vliegen vooruit, naar het eiland toe.
Bliksemsnel volgen ook de platte landing
schepen, die rubberen booten arbter zich aan
sleepen. Wanneer zij nog slerhts tweehon
derd meter van den oever verwijderd zijn
kneteren op het eiland onzichtbare machine
geweren en onmiddellijk strooien nu ook de
Japanners op de pinassen en lichters hun
„m.g.-zegen" over het land uit.
Thans zitten de Japanners op het zand
vast. De booten kunnen ondanks hun gerin
gen diepgang niet dichter bij de kust ko
men. Matrozen springen uit de lichters.
Honderd zwaarbepakte knapen
met stalen helmen en zwemvesten
door het zilte water wadend, slee
pen in looppas onder het. vuur van
den onzichtbaren vijand machinege
weren en kusten met munitie aan
land, verspreiden zich, zoeken dek
king en beginnen te vuren. Dan
stormt een stoottroep naar voren,
verdwijnt tusschen de laitsjiboomen
en de puinhoopen van het beschoten
dorp, waar het infanterievuur nog
eenige minuten voortduurt. Dan
wordt het stil
Booze geesten aan boord van de
jonk.
De oude Li heeft de 'jonk nu vlak onder
de kust achter een uitspringenden rots ge
stuurd, die ons voor het oog der Japanners
verbergt.
Een van de vrouwen steekt intusschen
vuurwerk af om het schip van booze gees
ten, die slechts ik, de „vreemde duivel"
aangelokt kan hebben, te zuiveren en kijkt
mij daarbij verwijtend en ook ietwat ver
achtend aan.
De oude Li vertelt, dat het den Chineezen
nog steeds gelukt, troepen- en materiaal
transporten wegens het luchtgevaar bij
nacht op jonken over de rivierarmen van
het deltagebied van Kanton tevervoeren. Hij
vertelt van den smokkelhandel, waarvan in
Macao op het oogenblik zoo menig Chi-
neesch zeeman, die geen bewoner van de
Portugeesche kolonie is, leeft en van de
levensmiddelenvoorziening van de Japan
sche oorlogsschepen door Chineesche jonken
„Met deze, de Japanners dienende jonken
echter," en de oude lacht daarbij listig,
„varen dan weer lieden mede, die gaarne
willen weten, waar de Japansche oorlogs
schepen zich ophouden. En", zegt hij, „uit
stekende zaken kunnen wij Chineezen op
het oogenblik met de Japanners doen, han
del in wolframerts. Dat hebben zij waar
schijnlijk niet in hun eigen land, daarom
willen zij het zoo gaarne hebben en beta
len zij er zulke hooge prijzen voor. Veel
geld wórdt op deze wijze in Macao en aan
de geheele kust door ons menschen van de
jonken verdiend, veel meer dan met opium."
Hij weet veel te vertellen, de oude Li, tot
het donker wordt en wij weer tusschen vele
andere jonken in de haven van Macao lig
gen en ver achter ons de witte lichtbundels
van de schijnwerpers der Japansche oor
logsschepen over de eilanden tasten.
Is Li dood?
Eenige dagen later las men in de Chinee
sche couranten van Kanton het volgende
bericht:
„In het Sjoengsam gebied werd een
Chineesche jonkenkapitein Li door
drie leden van een geheim genoot
schap, dat zich ten doel heeft gesteld
alle Chineesche landverraders uit te
roeien, vermoord. Li, een bekend
smokkelaar, bracht met een van zijn
jonken vortdurend groote voorraden
wolframerts naar de voor Macao
liggende Japansche oorlogsschepen."
Ik weet niet, of het het overlijdensbericht
van mijn ouden piraat was, dat ik daar in
de courant las. Want bijna iedereen in
China heet Li. Ik weet ook niet zeker, of
de wolfmarsmokkelaar uit een vaderlands
lievende overtuiging door een geheim ge
nootschap is vermoord. Misschien was het
slechts de concurrentie, die zich van hem
wilde ontdoen. In China is men van deze
dingen bijna nooit geheel zeker.
Door twee ontslagen keurmeesters.
Voor het gerechtshof te VGravenhage
diende gisteren in hooger beroep de straf
zaak tegen den 67-jarigen gepensionneerden
hulpkeurmeester W. de H., wonende te
Weststellingwerf en den 52-jarigen J. L. B.,
directeur eener naamlooze vennootschap te
Rotterdam, die wegens smaadschrift tegen
den directeur van het openbare slachthuis
te Rotterdam, dr. H. J. J. H. door de Rot-
terdamsche rechtbank veroordeeld zijn tot^
ieder zes maanden gevangenisstraf.
Zij hebben in 1935 en 1936 een twee
tal requesten naar den minister van
Justitie gezonden en afschriften
daarvan gestuurd aan verschillende
slagers en veehandelaren in ons
land. In deze requesten hebben zij
zich zeer beleedigend uitgelaten
over dr. H., die zij ervan beschuldig
den ,dat hij als directeur van het
slachthuis te Rotterdam en als keur
meester te Sliedrecht groote hoe
veelheden afgekeurd vleesch aan op-
koopers heeft verkocht.
In het belang der volksgezond
heid?
Beide verdachten beweerden onschuldig
te zijn. De feiten, waarvan zij dr. H. in hun
request beschuldigden, zeiden zij, in het be
lang der volksgezondheid aan den minister
te hebben medegedeeld.
Het getuigenverhoor.
Er waren thans 13 getuigen h charge ge
dagvaard te Rotterdam bedroeg dit aan
tal niet minder dan 56 De verdediging
bracht nog drie getuigen mee.
Verschillende politie-inspecteurs verklaar
den, dat van de meeste feiten in de belee-
digende requesten genoemd, niets waar
blijkt te zijn.
Als volgende getuige werd dr. M. J. J. H.,
de directeur van het abattoir gehoord.
Deze deelde mede, dat de beide
verdachten vroeger keurmeester in
zijn dienst zijn geweest ,doch ontsla
gen zijn, toen zij bleken omkoop
baar te zijn. Deswege zijn ze ook
veroordeeld tot gevangenisstraffen,
welke beiden reeds hebben onder
gaan.
De laatste groep van getuigen vertelde iets
over de z.g. misdragingen van den directeur
van het slachthuis. Bepaalde beslissingen
omtrent het afkeuren van vleesch bleken
later ongedaan te zijn gemaakt, zoodat de
indruk gewekt kon worden, dat deze beslis
singen niet serieus waren genomen.
De slager P. G. van H. te Lisse, vroeger
wonende in Sliedrecht, verklaarde, dat ver
dachten hem f 100.hebben beloofd, als hij
iets ten nadeele van dr. H. kon vertellen.
Verdachte de H.: „Ja, ik heb gezegd, dat
hij daar eventueel kosten voor kon maken,
al was het wel f 100.
President: „Is dat waar, getuige?"
Getuige antwoordde bevestigend.
Een slager te Dubbeldam, als getuige a
décharge gehoord, had een partij vleesch
met goedkeuringsstempel uit Sliedrecht ge
kregen, dat naderhand niet bleek te deugen.
In het algemeen was deze getuige niet erg
te spreken over het beleid van dr. H. als
keurmeester te Sliedrecht.
Requisitoir.
De procureur-generaal, mr. A. Rombach,
merkte in zijn requisitoir op, dat het ge
schrift, dat, verdachten aan de openbaarheid
hebben prijsgegeven, aldus spr. zonder eeni
gen twijfel de te laste legging van bepaal
de feiten bevat en schaden de eer en goede
naam van dr. H. ernstig.
Beroep op het algemeen belang gaat in
dezen niet op.
Zelf hebben verdachten indertijd als
keurmeesters opzettelijk onjuiste keuringen
verricht, waarvan zij nu den directeur be
schuldigen. Daarvoor zijn ze reeds gestraft
en dat heeft aanleiding gegeven tot deze
actie.
Ze wilden den directeur ten val brengen
uit wraak voor wat hun geschied is!
Spr. vorderde bevestiging van het
vonnis der Rotterdamsche rechtbank
(zes maanden gevangenisstraf)
Nadat de verdedigers het woord hadden
gevoerd, werd de zitting gesloten.
Uitspraak volgt later.
Zwaar gestraft
De advocaat-generaal te Berlijn
heeft tegen Kurt von Wannow, die
ervan beschuldigd word), een gedeel
te van den aan Carl von Os-
sietzkv verleenden nobelprijs te heb
ben verduisterd, drie jaar opsluiting
geëischt, benevens een boete van
40.000 mark en intrekking der bur
gerrechten voor den tijd van vijf
jaar.
Beklaagde diep onder den indruk
In zijn requisitoir zeide de advocaat-gene
raai, dat de houding van von Wannow be
neden alle critiek is, en dat hier sprake is
van een hoogst ernstige zaak, daar de be
klaagde door zijn schurkenstreken voedsel
heeft gegeven aan de anti-Duitsche campag
ne in de buitenlandsche pers. Von Wannow
zoo besloot hij, is een slecht Duitscher.
Bij het vernemen van den eisch zakte von
Wannow in de beklaagdenbank snikkend
in elkaar.
Uitslag van het onderzoek
Gistermorgen heeft de burgemeester van
Breda, namens de commissie van onderzoek
officieele mededeeling gedaan van den uit
slag van bet, gehouden onderzoek naar de
in den grafkelder, onder bet monument va
Engelbrecht den tweede, in de Prinsenka
pel van de Groote Kerk te Breda begraven
Nassau's.
Hij deelde mede, dat in den graf
kelder de stoffelijke resten begraven
zijn van Hendrik den Derde, graaf
van Nassau, Dillenburg en Dietz,
René van Chalons graaf van Nas
sau, Prins v. Oranje en eerste Oran
je Nassauer en, met een aan zeker-
hield grenzende waarschijnlijkheid,
ook die van Anna van Buren, de
eerste vrouw van Willem den Zwij
ger en een dochtertje Maria uit
dit huwelijk, geboren 22 November
1553 en gestorven 7 December 1554.
De bevindingen wijken derhalve af
van hetgeen men vroeger aannam.
Verdpre mededeelingen konden niet
den gedaan, zoodat nog afgewacht moet
den wat er eventueel met de stoffelijke res
ten van de aldaar begraven Nassauers ge
beuren gaat.
wor
wor
res
De dagvaarding nietig verklaard.
Wegens ronselarij van twee perso
nen voor de regeeringstroepen in
Spanje heeft de Rotterdamsche
rechtbank den 38-jarigen varens
gezel A. A. van der R. veroordeeld
tot een voorwaardelijke gevangenis
straf van vier maanden.
Van dit vonnis was hij in hooger beroep
gekomen,, voornamelijk op juridische gron
den.
Voor de Rotterdamsche rechtbank heeft
de verdediger, mr. S. de Jong te Amster
dam, n.1. betoogd, dat de dagvaarding de
ten laste gelegde feiten zóó vaag had ge
steld, dat zij niet tot ©en veroordeeling kan
leiden.
Men heeft in deze dagvaarding de woor
den van de wet van 8 April 1937, welke
deze ronselarij strafbaar stelt, precies over
genomen met zeer vage vermelding van tijd
en plaats.
Met geen woord werd aangeduid wélke
strafbare handelingen verdachte zou heb
ben verricht.
De procureur-generaal bij het Haagsche
gerechtshof, was dan ,ook van meening
geweest dat verdachte op deze dagvaar
ding niet kon worden veroordeeld en vor
derde vernietiging van het vonnis van de
rechtbank en nietigverklaring van de dag
vaarding.
Overeenkomstig dit requisitoir heeft het
gerechtshof gisteren arrest gewezen.
In den vorigen nacht hebben inbrekers
van de gelegenheid dat de bewoners af
wezig waren, gebruik gemaakt om hun slag
te slaan in een woning aan de Jan Luyken-
straat te Amsterdam. Voordat de politie
van het bureau Leidsoheplein die door bu
ren was gewaarschuwd, verscheen, waren
de ongewenschte gasten weer verdwenen,
met, medeneming van een groot bedrag aan
sieraden en kostbaarheden. De aanwezige
rechercheur kon slechts vaststellen, dat zij
er in geslaagd waren de voordeur te for-
ceeren en uit een boudoirkast een hoeveel
heid ringen, armbanden en andere lijfsie
raden mede te nemien, naar voorloonige
schatting ter waarde van ongeveer 1800
gulden.
Het onderzoek naar de inentiteit van
beide inbrekers, die volgens verklaringen
van de buren als heer waren gekleed,
wordt met kracht voortgezet.
EEN CHARMANTE VROUW STAL
14.000 POND.
Van een goedgeloovige gods
dienstige weduwe.
De vijf- en dertigjarige naaister, Mrs. Euni-
ce Mary Rose was een charmante vrouw,
Zij vestigde de aandacht van de politie op
haar persoon, toen zij niet minder dan zes
auto's kocht. Zij betaalde haar chauffeurs
gemiddeld 15 pond per week en hield dit
negen maanden vol. Behalve tal van auto
tochten, maakte zij ook reisjes per vliegtuig,
steeds in gezelschap van heeren.
Bovendien huurde ze volgens de Daily
Express twee huizen in Hove, richtte die
huizen prachtig in, woonde in een ervan
met haar zoogenaamde verloofde en zijn
ouders en noodigde in haar andere huis tal
van vrienden uit op cocktail-partijen.
Zij kon zich al deze luxe permiteenen omdat
ze kennis kreeg aan een zekere Mrs. Edith
Barnes, een weduwe van godsdienstige op
vattingen. In den tijd van vier jaar wist zij
de vrouw te berooven van niet'minder dan
14.000 pond en liet de arme weduwe, prac-
tisch gesproken, zonder een cent, in den
steek.
Zij zag er heelemaal zoo charmant niet
meer uit, toen zij in een eenvoudig bruin
costuum met een bruinen hoed op, voor
haar rechters moest verschijnen.
Het is allemaal heel mooi van U
om nu te zeggen, dat het gebeurde U
spijt en ik hoop, dat het, zoo is, zei-
de de rechter. Maar zulks ontheft de
rechtbank niet, U een strenge straf
op te leggen.
De vrouw werd dan ook tot een gevoelige
straf veroordeeld.
POLITIEINVAL BIJ EEN ZANGERES.
Werd zij van spionnage verdacht?
Te Dundee heeft de chef van de politie
J. Neilans. die vergezeld was van Kolonel'
Hinchlev Cooke. van het Departement van
Oorlog een bezoek aan de woning gebracht
van een jeugdige Duitsche zangeres.
Haar flat werd oorzocht, brieven en
paspoort werden nagezien en zij werd:
ondervraagd over menschen die in
Hamburg en A'dam wonen. Haar
werden adressen van deze menschen
genoemd, maar ze beweerde ze niet
te kennen. De vrouw was de twintig-
jarige Marga Wobrok uit de Lanen- r
burger Strasse te Hamburg. Zij
kwam in October van het vorige jaar
te Dundee aan en woonde met haar
dochtertje van drie jaar bij een ooroj
Zij vertelde aan een verslaggever van 'de
Daily Express, dat twee heeren en een vrou
welijke politicagent in haar woning kwa
men. De vrouwelijke politieagent nam haar
mede naar haar slaapkamer, terwijl de hee
ren in alle kamers de kasten doorzochten.
De vrouw stelde een nauwkeurig
onderzoek in de slaapkamer in, door
zocht de zakken van al mijn kleeren.,
Toen werd mij gelast terug te gaan naar
de zitkamer en opnieuw werd mijn slaap
kamer aan een zeer nauwkeurig onderzoek'
onderworpen. Voordat ik getrouwd was
aldus de vrouw was ik een zangeres.
Na mijn huwelijk heb ik het zingen er aan.
gegeven, maar toen ik weer van m'n man
scheiden ging, moest ik opnieuw probeeren
zelf mijn brood te verdienen.
Ik was hoogst verbaasd, dat de politie
mijn flat bezocht en ik weet niet, waarom
dit, gebeurde. Na twee en een half uur ver
lieten zij het huis, zich verontschuldigend,
dat ze me zooveel last hadden veroorzaakt.
TWEE MANNEN AAN DEN DOOD
ONTSNAPT.
Zij sprong/en uit een vliegmachine.
Twee mannen ontsnapten aan dien dood,
toen zij uit een vliegmachine sprongen,
welke een heg raakte en daarna over den;
kop sloeg. De machine was van een vlieg
veld te Mayland (Essex) opgestegen. De
bestuurder, een zekere Edward Avery
moest een noodlanding maken op weg van
Ipswich naar Ramsgate.
EEN MOEDIGE POLITIE AGENT.
De politieagent Wallace die in Haymar-
ket te Londen patrouilleerde, werd aange
houden door mr. John Higgiims', die hem
vroeg mede te gaan naar zijn flat, gelegen
op de zesde verdieping van een Londensch
huis. De politieagent volgde hem en samen
gingen ze de flat binnen. Mr. Higgins
deed de deur open ens prong toen onmid
dellijk terug.
Wat er verder gebeurde vertelde de po
litieman aan een verslaggever van de
Daily Express.
Ik ging alleen naar binnen en zag
in de hall een man staan. Hij
richtte een automatischen revolver
op mij en riep: „Maak, dat je weg
komt of ik schiet!" Maar ik be
sprong hem en wist zijin armen
langs zijn lichaam te krijgen. Toen
wij op den grond lagen te rollen,
kwam een tweede man te voor
schijn, die een grooten hamer in de
hand had. Ik schreeuwde toen om
hulp, waarna mr. Higgins binnen
kwam en erin slaagde den man
den revolver te ontnemen.
Daarna gaf de man mij een stomp
in m'n maag, die aardig aankwam.
Ik trok mijn gummi-knuppel en gaf
hem daarmede zoo'n opstopper, dat,
hij voorloopig genoeg had. Hij zeide
dan ook: „Hou maar op, agent, ik
heb er m'n bekomst van!"
De mannen waren de flat binnengedron
gen met de bedoeling juweelen buit te mar
ken, doch door het moedige optreden van
den politieman werd er niets vermist.
De agent moest een dag volkomen rust;
houden, aangezien hij door het voorgeval
lene erg van streek was. -
VISSCHERSDANS. Een typische volksdans, die dit weekend in Londen ge
demonstreerd werd.