Het bestuurscoiict bij
Eenheid door Democratie
Maxie Herber en Ernst Baier
brengen levende plastiek
„De armenzorg komt
veel te kort"
De oude dag van
Postv'ucbfen op Indië
den middenstander
Jonge haring verdwijnt
Boeren door militaire
artsen beleediqd
De radelooze vluchtelingen
Bcp van Klaveren wint
van Simon
Parijsche Zesdaagsche voor
Kacrs en Billiet
Zijn schoonvader
vermoord
„De staat zorgt slechts voor
werknemers en ambtenaren'
H-IVL de Koningin naar
Toscanini
Ir. Ritmeester wilde gesalari
eerd worden. ProL Goudri-
aan tijdelijk vioe-voorzitter in de
plaats van den heer Louwes.
Het hoofdbestuur van de Nederlandsche
Beweging voor Eenheid door Democratie
heeft Zaterdag j.1. te Amsterdam een bij
eenkomst gehouden met de voorzitters der
afdeelingen.
De vergadering werd gepresideerd door
prof. dr. ir. J. Goudriaan Jr., die het be
danken van den heer H. D. Louwes voor
het vice-voorzitterschap besprak. Prof.
Goudriaan heeft zich bereid verklaard tot
14 Mei a.s. de functie van vice-voorzitter te
bekleeden.
Spreker gaf vervolgens een uitvoerige
uiteenzetting van de motieven, die tot het
aftreden van de heenen Ritmeester en Fa-
ber hebben geleid. Van verschillende zij
den heeft men aangedrongen op meer open
baarheid, maar de moeilijkheid is juist,
dat er zoo weinig te openbaren valt.
Spr.'s indruk is, dat de kern van
het conflict ligt in een in den loop
van vele maanden steeds slechter
geworden persoonlijke verhouding
tusschen den heer Ritmeester en
vele afdeelingsbestuurders. Van eenig
zakelijk verschil ten aanzien van
het door E.d.D. te voeren beleid,
is daarbij niets gebleken.
Over de zeven punten der beginselver
klaring bestaat volstrekte eenstemmigheid.
Tot een vrijwillige onderschikking aan een
goede discipline zijn alle leden en alle af
•deelingsbestmirders bereid, maar zij heb
ben er recht op, op het centraal bureau te
Utrecht een behoorlijke ontvangst te vin
den voor hun klachten en verlangens en
behoorlijke antwoorden op hun vragen.
Aan den toon van deze ontvangst
en deze beantwoording heeft in het
verleden veel ontbroken. Daarbij
kwam, dat, toen alsnog pogingen
gedaan werden om den heer Rit
meester voor het bestuur te be
houden. deze den eisch stelde, dat
aan zijn secretarisschap een be
paald salaris zou worden verbon
den.
Op zichzelf is de eisch van salaris te
billijken, maar artikel 26, eerste lid van
de statuten, sluit uitdrukkelijk salariee-
ring van een bestuurslid uit. Een voorstel
totwijziging van dit artikel is in het ver
leden op groote tegenkanting in de hewe
ging gestuit. Voor een zooveel kleurig ge
schakeerde beweging als E.d.D. is sala-
rieeri.ng van een hoofdbestuurslid, tevens
leider van het' rent,raai bureau ook niet
aanbevelenswaardig.
Het tegenwoordige hoofdbestuur is niet
bereid, opnieuw een voorstel daartoe te
doen, doch blijft dus eventueel alleen de
mogelijkheid over den heer Ritmeester een
functie ais gesalarieerd directeur van het
bureau aan te bieden. Alvorens dit aanbod
te doen, wilde bet hoofdbestuur zich eerst
vergewissen of de heer Ritmeester bereid
was evóntuel deze functie te aanvaarden.
De heer Ritmeester heeft deze vraag ont
kennend beantwoord en Zaterdag j.1. mede
gedeeld ook als lid van de commissie van
redactie van het orgaan en als lid van E.d.
D. te bedanken.
Hiermede is elke mogelijkheid van verder
samenwerking verbroken.
In de vacature-Louwes zal worden candi-
daat gesteld de heer D. W. Stork Jr. te Hen
gelo.
Ds. A. van der Heide te Voorburg zal
voorloopig het sccretaritaat blijven waarne
men.
Alle sprekers hebben zonder uitzondering
hun instemming met de genomen besluiten
betuigd.
Tot tweemaal toe heeft de vergadering
haar vertrouwen uitgesproken in het thans
zittende hoofdbesuur.
De candidaatstelling van prof. ir. W.
Schennerhorn uit Delft als voorzitter en
van dr. H. Faber als bestuurslid, vond in
de vergadering algemeene instemming.
Ir, Ritmeester richt weekblad op.
Naar wij voorts vernemen, zal ir. W. Rit
meester zich thans wijden aan een door
hem op te richten weekblad „De Wacht",
waarmede hij een weerbaarheid binnens
lands tegen de extremisten van rechts naar
links en naar buiten tegen mogelijke over
weldigingen zal propageeren.
Twee jaar tegen chauffeur ge-
eischt.
Op 19 November van het vorige jaar heeft
onder de gemeente Thorn een vreeselijk fa
miliedrama plaats gehad.
De aldaar wonende chauffeur W. J. R.
heeft in een vlaag van woede zijn schoon
vader Hendrik Huberl Cober met een schop
den schedel ingeslagen, waarna Coher ten
gevolge van verbloeding is overleden.
De aanleiding tot dit vreeselijk drama
moet worden gezocht in de relatie, welke
Cober met de vrouw van R. onderhield. R.,
die spoedig door de politie werd gearresteerd
heeft wegens doodslag op zijn schoonvader
terecht gestaan voor de rechtbank te Roer
mond, welke hem wegens mishandeling, den
dood tengevolge hebbend, heeft veroordeeld
tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van
12 maanden met een proeftijd van 3 jaar.
De Officier van Justitie, die zelf ontslag
van rechtsvervolging heeft geëischt, heeft
tegen dit vonnis hooger beroep aangetee-
kend.
Deze zaak diende gister in hooger beroep
voor het gerechtshof te 's Ilertogenhosch. De
zaak werd met gesloten deuren behandeld.
Er werden geen getuigen gehoord. De advo
caat-generaal, Mr. H. W. Massink requireer-
de twee jaar gevangenisstraf. Het Hof zal
over veertien dagen arrest wijzen.
Pleit toor verplichte ouderdoms
voorziening.
Onder auspiciën van de Vereeniging van
Amsterdainsche Winkeliers is gisteravond
in „Bellevue" te Amsterdam een openbare
vergadering gehouden, waarin de^ heer S.
Roselaar, prae-adviseur van den Koninklij
ken Nederlandschen Middenstandsbond een
rede heeft gehouden over het onderwerp:
„Verplichte ouderdomsvoorziening voor
den Midenstand".
Het is aldus spr., de crisis, welke
den middenstand zoo buitengewoon
ernstig teistert en waardoor de door
snede middenstander allen, die
een z.g. zelfstandig bestaan leiden
aan den rand van den afgrond
wandelt' en niet meer in de behoefte
voor zijn ouden dag kan voorzien
Van sparen kan geen sprake zijn.
Uitgesloten van sociale voordee-
len.
De bestaande wetten zoo ging de spre
ker verder bieden den middenstander
geen mogelijkheid om in deze leemte te
voorzien.
De wet Aalberse van 1919, tenslotte
voortgesproten uit het ontwerp Taima 1913
kent alleen het .loondienstverband". Men
moet dus werknemer zijn om van de zege-
'lingen dezer sociale wetgeving te mogen
genieten. Een fout, welke zich thans vree
slijk wreekt.
De middenstander, die er in vele
gevallen nog slechter aan toe is
dan den arbeider, wordt van alle
sociale voorzieningen verre gehou
den.
Naar sprekers overtuiging moet dit veel
omvattend vraagstuk in een zoo breed mo
gelijk verband worden gezien, of men werk
nemer, ambtenaar,, Jndustrieel dan wel
middenstander is, doet bij dit vraagstug wei
nig ter zake.
De Staat zorgt alLen voor den levens
avond van het individu, wanneer het betreft
werknemers of ambtenaren. De fout van den
Bond voor Staatspensionneering was wel,
dat hij in 1919 bij de inwerkingtreding van
de wet-Aalberse liet roer niet heeft omge
gooid. Men hgd toen uitsluitend voor de be
langen van de zelfstandigheden moeten op
komen. Het is toch dwaas zoo zette spre
ker uiteen te gaan streven naar een staats
pensioen voor iedereen. Immers, devoorzie-
ningen in het midden latende, of zij vol-
daende zijn zijn er reeds voor den werk
nemer en den ambtenaar. Uit logische over
wegingen moet men niet blijven streven naar
iets, dat reeds is bereikt. Het is alleen de
middenstander, die ten aanzien van staats
pensioen nog geenerlei voorziening heeft.
In het vervolg van zijn betoog zet
te de spreker uiteen, dat hij een voor
stander is van verplichte verzeke
ring van den middenstander. Hij is
tegenstander van de vrijwillige ver
zekering.
Ten aanzien van de financieeie uit
voerbaarheid van de verplichte verzekering,
zeide de spreker, dat deze begint bij het kind,
dat zijn intrede in het bedrijf doet. Hierbij
is dus geen sprake van „sclf-supporting", de
gemeenschap kost het geen cent. Voor de
thans of in de nabije toekomst voor uitkee-
ring in aanmerking komende personen, wel
ke dus geen premie hebben betaald, worden
overgangsbepalingen gemaakt.
Aan het slot van zijn betoog noemde de
heer Roselaar enkele cijfers, waaraan hij het
moreele recht meende te mogen ontleenen
een voorziening voor middenstanders ten
aanzien van ouderdomszorg met klem te mo
gen eischen.
Waddenzeevisschers bedreigd.
Tal van visschers varen dagelijks de ha
ven van Harlingen uit om een bezoek te
brengen aan hun netten in zee om vrijwel
elhen dag te ervaren dat zeer weinig of in
t geheel geen haringen zich in deze netten
bevinden. En eiken keer weer wacht een
belangstellende schare op de kade op de
binnenkomst van de booten.
Pas de laatste dagen heeft aldus het Hsb.
de aanvoer op de Vischafslag te Harlingen
eenige beteekenis gekregen. Donderdag en
Vrijdag werden nl. in totaal ongeveer 230
tal (een tal is 220 stuks) aangevoerd. De
prijzen varieerden van f4.75 tot f7 per tal.
Deze vangst werd in hoofdzaak aangevoerd
van den Noordkant.
Met zorg ziet de visscher dat de
gevangen haringen over het alge
meen groot van stuk zijn en dat de
jonge twee- of driejarige haring
sporadisch voorkomen.
Normaal weegt een dubbel tal haring, dus
440 stuks, ruim 40 kg. De nu gevangen ha
ring weegt per dubbel tal ongeveer 55 kg.
Een bewijs, dat de haringen dus veel groo-
ter en zwaarder zijn dan het vorige jaar.
Dit wettigt de verwachting, dat bij de
scholen haringen, die de Waddenzee in
trekken, geen jonge haring in voldoende
mate aanwezig is. Voor vele visschers, die
voor ccnige duizenden guldens aan netten
in zee hebben staan, bestaat de vrees, dat
zij hun bestaansmogelijkheid zullen moeten
derven.
De Waddenzee biedt blijkbaar geen ge
schikte teeltplaats meer voor de Zuider-
zeeharing.
Het 25-jarig bestaan van de ar
menwet 1912 herdacht.
In Den Haag werd gisteravond een verga
dering gehouden ter herdenking van het 25-
jarig bestaan van de armenwet 1912. Verte
genwoordigers van verschillende armenra
den uit ons land waren aanwezig. De voor
zitter de heer Snoeck Henkemans deed me-
dedeeling van zijn aftreden wegens verge
vorderden leeftijd.
1913: 15 millioen; 1935 reeds 91
millioen!
De heer Mr. Everts, secretaris van den
Armenraad te Amsterdam, hield een lezing
over de armenwet 1912. Het werk der bur
gerlijke armenzorg is zeer toegenomen. Wa
ren de uitgaven in 1913 nog 15 millioen gul
den en stegen zij in 1923 tot 39 millioen, in
1935 was de 891 millioen bereikt, waarnaast
nog een bedrag van 144 millioen aan steun
werd uitgekeerd. Het beginsel van vrijheid
binnen de grenzen van de wet uitte zich,
behalve in deze uitgaven, ook in den groei
van den invloed der gemeentebesturen, waar
op de naamswijziging van „burgerlijk arm
bestuur" in „dienst van maatschappelijken
steun", in vele gemeenten duidt, en in het
verschijnsel dat het burgerlijk armbestuur
vaak de uitvoerder der stounuitkeeringen
was, terwijl het bovendien de vrijheid van
organisatie van den onderzookdienst had.
Waar echter de verambtelijking van de
diensten van maatschappelijken steun steeds
verder driegt door te dringen, tracht de ver
eeniging van armenzorg en weldadigheid
meer en meer den nadruk te leggen op het
individueele werk.
Het particulier initiatief blijft onmisbaar,
de groote speeialiseering daarvan blijkt ook
uit de vermeerdering van het aantal P®™"
culiere en kerkelijke instellingen van 23w
tot 6630 sedert 1913.
De armenwet een ordeningswet.
De schoonste gedachte, die in de wet van
1912 is vastgelegd, achtte spreker den
grondslag voor de ordening, welke de
armenwet tot een ordeningswet maakt: voor
een vrijwillige samenwerking der betrok
ken instanties. Bovendien ligt er een zekere
tendenz in de ontwikkeling der ordening,
want, wanneer men ordening wenscht, dan
kan men niet volstaan met de oprichting
van instellingen van armenzorg voor slechts
enkele gemeenten. Het is prekers groote
wensch dat nog eens het gebeele territoir
des rijks door de ordening worde omvat.
De armenzorgers vragen zich thans af.
of de behoeftigen van dezen tijd het zooveel
beter hebben dan in 1912, maar helaas,
zoo zeide spreker, moet men daarop ant
woorden, dat er, vergeleken met de hon
derden van vroeger, tegenwoordigen tien
duizenden onder politietoezicht in de rij op
hun uitkeering staan te wachten, ten aan
zien van wie het individueele werk nog
evenzeer onmogelijk is als voorbeen. Maar
wel heeft men thans dit bereikt: dat is
erkend, dat de werklooze tot op zekere
hoogte recht heeft op steun.
De armenzorg komt in onze dagen evenwel
nog ontzaglijk veel te kort.
Dank van de regeering.
Hierna sprak minister van Boeijen, die als
gast aanwezig was. De minister zeide o.a.,
dat de regeering bij deze gelegenheid
gaarne van haar belangstelling blijk geeft,
omdat zij den offerzin wil herdenken, die
aan de armenzorg ten grondslag ligt en
die een kenmerk is voor het Nederlandsche
volk. Wanneer spreker denkt aan de vele
honderdon geofferde millioenen, dan is dit
voor hem 'n reden hier don diepgevoeiden
dank der regeering te vertolken voor het
geen aan de Nederlandsche gemeenschap
is welgedaan. De Nedelandsche armenzorg
beteekent thans zoo buitengewoon veel en
nu de nood zoo groot is, doet de minister
een oproep tot het Nederlandsche volk te
blijven offeren en den nood te blijven le
nigen.
Bij keuring voor den dienst
plicht
Het tweede kamerlid Weitkamp heeft aan
den minister van Defensie de volgende vra
gen gesteld:
Is het waar, dat dezer dagen te Beilen
bij de aldaar gehouden keuring voor de mi
litie landbouwers door een of meer der met
bedoelde keuring belaste artsen zijn beje
gend op een wijze, die niet alleen voor de
betrokkenen doch voor het landbouwende
deel der bevolking in het algemeen als
beleedigend moet worden beschouwd?
Indien de voorgaande vraag in bevesti
genden zin wordt beantwoord, is de minis
ter dan niet van oordeel, dat een dergelijk
optreden, ais zijnde geenszins bevordelijk
aan de vooral in de huidige omstandighe
den zoo noodige goede stemming ook onder
de tot het genoemde deel der bevolking be-
hoorende miliciens, hoogst onverantwoorde
lijk moet worden genoemd?
Indien ook deze vraag bevestigend wordt
beantwoord, is de minister dan bereid, aan
de daarvoor in aanmerking komende onder
zijn departement ressorteerende functiona
rissen te doen weten, dat zij zich van voor
de boerenbevolking beleedigende uitingen
hebben te onthouden?
83 JARIG LANDBOUWER OVERREDEN.
Terwijl de 83-jarige landbouwer J. Vis
scher uit Rouveen met paard en wagen huis
waarts keerde, sloeg het paard op hol. V.
kwam onder de wielen terecht en werd
zwaar inwendig gewond opgenomen. Medi
sche hulp heeft niet meer mogen baten. De
oude man is aan de gevolgen van het onge
val overleden.
Vertrek van
Torenvalk sinprap. 21 Mrt.
(heenreis) I
Wielewaal 'Baf?d Mrt,
(terugreis) I
Oehoe I.Jodhp. 21 Mrt.
(heenreis' I
Reiger I Alex, 21 Mrt.
(heenreis) I
Aamkeaut te
Band. 21 Mrt.
Athene 21 Mrt.
Rang. 21 Mrt.
Basra 21 Mrt,
Jodhp. 21 Mrt,
Nandoe RanR n Mrt.
(terugreis)
Emt>8 I A'dam 22 Mrt.
(heenreis)
De Pelikaan staat nog steeds te Rangoon.
Concert van het Residentieorkest
H. M. de Koningin heeft gisteravond een
gedeelte bijgewoond van het concert van het
Residentie-Orkest, oiider leiding van Tosca
nini in het Gebouw voor K. en W.
Familie Kwekzylber mag niet
in Nederland blijven.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
Donker in verband met de uitwijzing van
den staatlooze J. Kwekzylber heeft de mi
nister van Justitie ten vervolge op vroeger
reeds gedane mededeelingen thans nog het
volgende geantwoord.
Juist is, dat Kwekzylber, die heden nog
in een der Amsterdamsche ziekenhuizen,
vertoeft, toen tot zijn aanhouding overge
gaan zou worden, een poging tot zelfmoord
begaan heeft.
De raadsman van Kwekzylber, Mr. L. A,
Donker, h<j,eft den minister in een brief
van 8 October 1.1. medegedeeld, dat de re
den van vertrek uit Duitschland is geweest
dat Kwekzylber en diens vrouw, die nim
mer aan politiek gedaan hebben en ook bij
geen partij zijn georganiseerd geweest, her
haaldelijk door S.A.-mannen zijn lastig ge
vallen in verhand met de vroegere politie
ke werkzaamheden en de daarna (in April
of Mei 1933) gevolgde vlucht, van hun zoort
Willy. Steeds werd naar de verblijfplaats
van hun zoon gevraagd. Teneinde aan den
last te ontkomen, zijn zij eenige malen ver
huisd. Toen de man in Februari 1937 op
het bureau der Gestapo ontboden werd,
sloeg hem de schrik om het hart, waarna
hij met zijn vrouw over de Nederlandsche
frons gevlucht is.
Dit relaas komt in hoofdzaak overeen met
hetgeen den minister te voren gerappor
teerd was.
In deze feiten kon de minister on
der de tegenwoordige omstandig
heden geen voldoende reden vinden
om aan de familie Kwekzylber ver
gunning tot voorloopig verblijf hier
te lande te verleenën. Het is voor
de regeering een harde nood
zakelijkheid de nog steeds ononder
broken voortdurende onregelmatige
binnenkomst hier te lande van
vluchtelingen uit Duitschalnd zoo
veel mogelijk te beperken, als niet
blijkt, van een werkelijk dwingende
reden Duitschland te verlaten.
Deze laatste acht de minister hier
.niet aanwezig.
Dat thans, vier jaren na het vertrek" xiit*
Duitschland van den zoon, een bijzonder
dreigend gevaar voor de familie Kwekzyl
ber zich zqji hebben voorgedaan, blijkt uit
niets.
Deze geschiedenis zou, naar het oordeel
van den minister èn voor deze familie èn
voor ons land allicht een rustiger oplossing
gevonden hebben, als de onregelmatige
grensoverschrijding voorkomen ware gewor
den.
Overigens houdt hij het geval, in verband
met hetgeen hem nader omtrent den gezond
heidstoestand van een der familieleden geble
ken is, nader in beraad.
&cAaaUeri
Wereldkampioenen paarrijden in
ons land.
Met den trein van 8.02 uur aan het Staats
spoorstation te 's-Gravenhage zijn uit Dus-
seldorf aangekomen het kunstrij-paar Maxie
HerberErnst Baier, Duitsch, Europeesch,
Wereld- en Olympische kampioenen in het
paarrijden.
In Hotel „Des Indes", waar de rijders lo-
geeron, hadden wij gelegenheid een praatje
met hen te maken en dadelijk maakte Ernst
Baier van die gelegenheid gebruik een en
ander over zijn zienswijze en systeem van
het paarrijden te vertellen.
Geen sensatie.
„Vroeger", zoo begon Baier, „werd het
paarrijden voornamelijk beoefend door men-
schen, die niet zoo goed konden solo-rijden.
Samen leek het dan nog iets, vooral als men
er wat acrobatiek inlaschte."
Baier heeft een geheel andere op
vatting. Het paarrijden moet beoe
fend worden door menschen, die het
solo-rijden geheel onder den knie
hebben. Tezamen moet men dan
trachten het rijden tot een harmo
nisch geheel te maken, iets dat het
publiek artistiek iets brengt en iets
leeft. „Wij brengen levende plastiek",
zoo drukte Baier het uit, „zooals een
beeldhouwer zijn beelden in gips of
marmer vormt, zoo vormen wij le
vende beelden."
Het was in het begin moeilijk het publiek,
dat van sensatie hield, aan onze denkbeel
den te wennen, maar een succes behaalden
Maxi Herber en Ernst Baier.
wij, toen op wedstrijden verboden werd, de
partnerin in de lucht te tillen, toen dus acro
batiek werd afgeschaft.
Wat onze muziek betreft, wij laten onze
eigen muziek componeeren door Rudolf Zei
ler, een jong componist. Hij neemt een film
van ons rijden en maakt daarnaar de mu
ziek, welke door een orkest gespeeld en
op gramofoonplaten wordt opgenomen. De
moeilijkheid is daarbij, dat dit speciale
platen zijn, die precies even lang als de
dans duurt, spelen. Daarvoor is een per
fecte gramofoon-installatie noodig, anders
mislukt dat hopeloos en moeten wij op
gewone walsen en foxtrotten dansen, wat
natuurlijk ook wel gaat, maar ons niet
zooveel artistieke en sportieve voldoening
geeft.
„Wanneer bent u het eerst samen gaan
rijden?" vroegen we.
„Maxie reed al van haar vijfde jaar af
en werd op haar twaalfde jaar 'Duitsch
kampioene. Ik zou haar in 1934 voorberei
den voor de Olympische Spelen van 1936,
doch al spoedig bleken wij buitengewoon
goed samen te kunnen rijden.
Ook aan het solo-rijden namen we beiden
deel, al houden we daar zoo langzamer
hand mee op, want het paarrijden vergt al
te veel tijd en inspanning. Als solo-rijders
bezetten we beiden zeer goede plaatsen".
Het was inmiddels al laat geworden en
de beide kunstrijders, die een vermoeiende
tournee achter den rug hebben, verlangden
naar rust.
Morgen zullen ze de baan eens gaan ver
kennen om des avonds het publiek van
hun weergalooze rijkunst te laten genieten.
Bo&üen
Robert Disch neemt revanche op
Pancho Martinez.
Gisteravond zijn in de Doelenzaal
te Rotterdam internationale boks
wedstrijden gehouden, waarvan een
gevecht tusschen Van Klaveren en
den Belg Jean Simon en de revanche
wedstrijd tusschen den Cubaan Pan-
cho Martinez en Robert Disch, na
dat Disch een paar maanden geleden
te Rotterdam op punten had verlo
ren, de hoofdpartijen vormden.
De strijd tusschen Van Klaveren en Simon
is in een overwinning voor onzen landgenoot
geëindigd. De 21-jarige Belg, die in zijn land
als de coming-man geldt, toonde zich een
kundig bokser. Tegen Van Klaveren met zijn
grootere routine, was hij echter niet opge
wassen en hoewel hij zeer moedig vocht was
al direct te zien, dat de Belgische boksc'r het
onderspit zou delven; Van Klaveren werd
winnaar op punten.
Voor de pauze bokste onze lichtgewicht
kampioen Robert Disch tegen den Cubaan-
schen kampioen Pancho Martinez. In deze
partij werd er zeer fel gebokst en nu eens
had de een eenig overwicht, dan weer de
ander. In de achtste ronde vooral had Disch
het hard te verduren; hij werd in de hoeken,
gedreven en kreeg veel te incasseeren.
De jury verklaarde onzen landgenoot tot
winnaar op punten, waarmede hij ongetwij
feld meer kreeg, dan hem toekwam. Onbe
slist zou een betere uitspraak zijn geweest,
WiehmM/i
PijnenburgWals en Bellenaars.
—Pèlissicr op één ronde.
Gisteravond is de Parijsche zes
daagsche geëindigd en gewonnen
door het Belgische koppel Kaers
Billiet. De Franschen IgnatDiot
bezetten de 2de plaats. Met een ron
de achterstand volgden als derde
en vierde PijnenburgWals en Pel-
lenaarsPélissier.
Na de sprints van acht uur geraakte Ar
en am baud hij een valpartij dermate gewond,
dat hij den strijd moest staken. Zijn kop-
pelgenoot Guimbretière moest toen later
eveneens van verderen strijd afzien.
De eindstand luidt:
KaersBilliet, 541 pnt., afgelegde afstand
3182 k.m.
2. Ignat—Diot 376 pnt.
Op één ronde: 3. PijnenburgWals 449 p,
4. Pellenaats—Pélissier 289 pnt.
Op twee ronden: 5. Magne-Speicher 197 P-
Op drie ronden: 6. SérèsGiorgetti 157 p,
7 BautzWengier 99 pnt.
Op 4 ronden: 8 EgliBoucheron 277 pnt,
9 Bouchard—Fournier 147 pnt.