Met de O* 16 naar zee &tciAln£euux4 De „Mercuur" onmisbaar voor den Torpedo-dienst Waar het Nederlandsche hart ook klopt Agenda Dinsdag 17 Mei 1938 Tweede Blad Torpedo's worden ingeladen Begrafenis officier-vlieger W. Dusseldorp De verloren zoon 300 infanteristen in Den Helder Burgerlijke Stand van Den Helder Hedenavond concert Europeesche problemen Een vertrouwd en zorgvuldig expediteur; „ESONA" Er is wellicht bij de geheele Neder landsche marine géén instelling, die dusdanig tot de fantasie van den bui tenstaander spreekt als de Onderzee- dienst, en dan speciaal de werktuigen van dezen dienst: de onderzeeërs. Onderzeeërs zijn voor de meesten van ons mysterie-schepen, geheimzinnige groene vischen, die zich in de avond uren liggen te spiegelen in het gladde water aan den achterkant van de Bui tenhaven. Onderzeeërs... dat woord roept on willekeurig bjj velen herinneringen op aan dien onsterfeiyken kapitein Nemo en zyn roemruchte „Nautilus", twee figuren, eens door een geniaal Jule Vernl ïansch brein uitgedacht. Onderzeeërs... in vergeiyking met onderdeelen der Nederlandsche vloot als jagers en kruisers, slechts nietige insecten, maar dan toch in ieder geval felle insecten, die van onder den water spiegel den dood uit onzichtbare kaken kunnen spuwen. Een interessant bedrijf; in Indië op onze K-booten, in Holland en dan met name in Nieuwediep, met de O-booten en het is eigen lijk jammer, dat een harde noodzaak niet- militairen den toegang tot deze schepen ver biedt. Zij zouden wellicht iets gaan leeren van een wereld, waarvan ze doorgaans geen flauw besef hebben. Want de burger heeft geen idee van het verbijsterend knappe mechanisme, dat in dat stalen pantser der onderzeeërs omsloten wordt, geen idee van de sparning, die het Janceer-bedrijf met zich brengt, geen idee van de groote kameraadschap, die men bij dezen dienst ontmoet tusschen officieren en minderen. Er is belangstelling voor dit zoo zeer bij zondere bedrijf en derhalve zijn wij de marine autoriteiten dankbaar, dat zij ons in de ge legenheid stelden een onzer journalisten een tocht aan boord van Hr. Ms. „O 16" mede te laten maken. In enkele, populair gehouden, schetsen zal onze medewerker trachten een denkbeeld te geven van een dag aan boord van zoo'n stalen visch, waarvan wij vertrou wen, dat ook deze meer bekendheid zullen ge ven aan het reilen en zeilen van dit onderdeel der Nederlandsche Marine. Op een jongen April-morgen. Op den buitenkant speelt een uitbundige voorjaarszon met de golfribbels in de haven, die genoeglijk klotsen tegen oude en moderne scheepsrompen. Voor de exercietieloods looppassen een paar honderd jriilic'ens niet een dermate en- Een secuur werkje: het inladen der torpedo's. thousiasme, dat men begrijpt, dat hieraan in belangrijke mate de lente debet moet zijn, ten zij het toe te schrijven is aan de opstijgende aromen van een handwagen, boordevol ge laden met mandjes kug, het marine-manna. Bedrijvig is het in hooge mate aan de stei gers bij den O.Z.-dienst. Daar ligt, grijs en vet de „Mercuur" een an die merkwaardige vaartuigen, die net zoo zielsverwant aan Nieuwediep verbonden zijn als Lange Jaap en het Kuitje. Deze nieuwe „Mercuur", welke verleden jaar de taak van haar in 1885 gebouwde voorgangster heeft overgenomen, behoort tot de torpedodienst en krijgt de torpedo's van het Torpedo-Atelier. Het is een belangrijk schip; Want niet alleen dat de opvarenden, die met een demonstratieve onverschilligheid aan „sjekkies van de weduwe" staan te trekken, ketelpakken en overalls dragen, waarop het vet en de menie van minstens 10 jaar con- vooydienst prijken, maar de eerste de beste torpedist, die we dien morgen spraken, fluis terde ons in het voorbijgaan in 't oor: „meneer, met de „Mercuur" kenne ze leze en schrijve.!" Gematigde ontvangst. Als we op de „O 16," het schip waarop we dien dag buitengaats zullen doorbrengen, stappen, worden we met onverholen verbijs tering opgenomen. En onwillekeurig voelen we dat hier, zij het dan uit beleefdheidsover wegingen onuitgesproken, weer gedacht wordt aan dominée's, journalisten en katten, die voor ieder zeeman de veroorzakers van slecht weer en andere rampen zijn. De O 16 ligt al klaar om zee te kiezen, maar er is nog net even gelegenheid in de longroom beneden een bak koffie naar bin nen te slurpen. Het salonschip en de dansvloer. In deze longroom is het, dat de offi cieren informeeren of we wel beseffen, dat we op het „vlaggeschip" van den vaderlandschen onderzeedienst zijn. De „16" is een salonschip, in vergelijking dan met de andere onderdeelen der vloot, en de longroom, waarvan wjj reeds dach ten dat het er vrij krap was, werd ons beschreven als een „dansvloer". Aan der gelijke ruimte-beschrijvingen moet men overigens wennen. Aan dek wordt gehold en geschuurd en ge sleept. Er weerklinkt een verzameling schor- gebrulde bevelen en we haasten ons via een ijzeren trap die rechtstandig naar boven gaat, uit het luik te komen. Torpedo's worden ingeladen. Ze zijn bezig met het inladen van torpedo's. Een voorzichtg werkje, waarbij vele oogen gespannen toezien. Niet in het minst die van chef d'équipage Ritsman, een persoonlijk heid bezittend van uitgesproken embonpoint, maar eveneens een verbijsterende soepelheid van beweging. Een voor een schuiven de cylinders naar binnen. 4 stuks naar het voorste deel der O 16, de boegbuiskamer, en het gaat allemaal zonder een stootje of zon der eenige beschadiging. En dat voor ge vaarten van vele honderden kilo's. De „Mercuur" maakt los en even later springt de commandant van ons schip, de luitenant ter zee 2e kl. J. F. van Duim, op de brug, ziet critisch toe hoe het aan dek staat en laat voor- en achterspring losgooien. Even later is de „O 16" los en drijven we af naar het midden van de haven. We racen de haven uit. Merkwaardig hoe snel zoo'n onderzeeër vaart te pakken heeft. Voor we ons goed en wel van een plaatsje op den comman dotoren verzekerd hetben, heeft de „O 16" er al spurt ingezet en met het schuim wegflokkend over den spitsen neus racen we de haven uit. Op de schepen, die we paseeeren, gillen de bootsmansfluitjes en zoowel op de „16" als op de andere bodems wordt het voorgeschre ven saluut gebracht. Ook op de ,,G"-bootjes, die aan den kant liggen en op de „Emma", die zwart en somber ligt te staren naar haar zoo jeugdige en voortvarende collega, die als een voorbeeld van stroomlijn en moderne tec^miek ongeduldig' de nabije Marsdiepsche wateren beidt. Buitengaats staat een behoorlijke deining, maar we merken er zelfs als doorgewinterde landrot, niet veel van. Daarvoor ligt deze slanke onderzeeër te vast in het water en daarvoor snijdt ze met te groote snelheid dwars door het gekuifde sop heen. Als een afgeschoten projectiel. Een breede baan kielzog laten we achter, waarin het water kolkt en wervelt, wel een bewijs hoe hard het gaat. De „O 16" doet ons denken aan een projectiel, dat lijnrecht op het doel afgeschoten wordt. De wind buldert over den commando toren en giert langs het groene visschen- lichaam, dat voor zeven-achtste onder water verborgen zit. Het water spat in honderd-duizend spatten hoog op, zoodat we het Noordzeezout zelfs op den toren nog proeven. Onder den toren trekt een deel der be manning nog steeds aan het product „van de Weduwe"... Met militair eerbetoon, en onder toeloop van een zeer groote menigte, is gisteren te Amster dam op dè roomsch-katholieke begraafplaats Buitenveldert aan den Amstelveenschenweg het stoffelijlk overschot ter aarde besteld van den bij het vliegtuigongeluk bij Eelde omge komen officier-vlieger le klasse van den marine-vliegdienst W. Dusseldorp. Bij de begraafplaats had zich een zoo tal rijke menigte bij de lijkstatie aangesloten, dat de politie er slechts een beperkt aantal belang stellenden toe heeft gelaten. Bij de teraardebestelling heeft de minister van defensie zich doen vertegenwoordigen door vice-admiraal A. Vos, de commandant der ma rine te Willemsoord door kapitein ter zee H. Jolles, de chef van den marinestaf door luit. ter zee le kl. A. Croese. Verder waren aanwezig de commissaris der Koningin in Groningen, mr. J. Linthorst Ho- man, de commandant van de Kooij kölonel K. van Aller, een deputatie marine-officieren van de Kooij, en gep. vice-admiréal L. J. Quant. In de kapel en op de begraafplaats heeft pastoor Alink, gewezen vloot-aalmoezenier in Den Helder, het gebruikelijke ceremonieel ver richt. In het hek, dat tot de begraafplaats toe gang geeft, hebben de dragers, allen onder officieren van den marine-vliegdienst, de kist, waarop de degen en de steek van den veronge lukten officier neergelegd waren, voor eenige oogenblikken neergezet. Hier heeft het vuur- peleton uit de over de kist gekruist, in de lucht gerichte geweren het eerste salvo als af scheidsgroet afgegeven. Later is deze symbo lische plechtigheid tweemaal boven het ge opende graf herhaald. Luitenant ter zee le kl. M. Schoo heeft als commandant van den troep voor de betoonde belangstelling namens de familie bedankt en hierbij in het bijzonder dank gebracht aan den minister van defensie voor het afvaardigen van een vertegenwoordiger. Donderdag a.s. geeft K.F.A. (Kath. Film actie), dank zij de medewerking van den heer Van Twisk, een Trenker-film der Tobis-Film- industrie N.V. in Rialto (zie de advertentie). Trenker, in wiens bekwame handen de regie berust, vertolkt zelf ook de hoofdrol in deze film, die ons volop te genieten geeft de schoon heid van 't Tirolsche bergland en spannende staaltjes van ski-kunst dat alles verwerkt in een historie van liefde tot zijn land en liefde tot het mooiste meisje uit de bergen, naast de lust, allen jongen, vitalen menschen eigen, om nieuwe werelden te zien en zich te onttrekken aan de sleur der omgeving. Men voelt, welke spanningen een bekwaam regisseur in zijn ver haal kan brengen uit de innerlijke tegenstrij digheden, die hieruit voortkomen kunnen. De held der historie bezwijkt voor de aan trekkingskracht van het onbekende en den rijkdom van den Amerikaanschen toerist met zijn beminnelijke dochter, en we zien hem weldra in de meedoogenlooze wereldstad New- York tuschen de wolkenkrabbers inplaats van tuschen de Tirolsche bergkolossen. Maar op het beslissend moment herneemt het Verleden zijn rechten en in het happy-end zien we den knappen Tonio, de „zonnekoning", weer ver- eenigd met zijn „zonnemeisje", Barbl, in het schoone, jolige Tirol. K.F.A. is onlangs hier ter plaatse als onder- afdeeling eener landelijke organisatie opge richt en telt reeds meer dan 500 gezinnen onder zijn leden. Het doel is n i e t het brengen van specifiek-Katholieke films, doch de strijd tegen de immoreele film, een doel, dat door een ieder kan onderschreven worden. De bekende redenaar F. A. Weezenbeek uit Aalsmeer zal een en ander uiteenzetten. Een prachtige film, een keurig bijprogram, een boeiende rede, een sympathiek doel en .een zeer laag entrée, en dè.t in het mooiste theater onzer stad! Als dè.t niet trekt3 van 16 Mei 1938. BEVALLEN: E. H. RustJansen, z.; J. Hoogvorstde Langen, z.; M. Donders—Vis ser, z.; M. BokSteeman, d.; A. Nijk'amp de Jeeger, d.; H. BethlehemPost, z.; A. P. van BruggenKuiper, d.; A. HagerWal, z.; Th. G. RietveldRan. z. OVERLEDEN: A. M. Mootf—van Horik, 56 jaar. Met den trein van kwart voor negen arri veerden hedenochtend de 300 infanteristen uit Amersfoort, waarover wij reeds eerder, schre ven. Op het perron had de Koninklijke Marine Kapel zich opgesteld en nog was de trein niet tot stilstand gekomen of daar daverden reeds de klanken van een pittigen marsch over het emplacement. Bepakt en bezakt sprongen de infanteristen uit de wagons, stelden zich op en marcheer den het Stationsplein op. Hier volgde de opstelling in secties, teneinde gereed te zijn voor de inspectie van. den com mandant der Marine, vice-admiraal T. L. Kruys. Te kwart uaaa—aavw vond deze plaats, waarna de afmarsch der troep volgde naar fort Erfprins, waar het bataljon tot morgen is ondergebracht. Zooals men weet zullen oefeningen plaats hebben, terwijl morgenmiddag een défilé voor het Paleis op de Buitenhaven gehouden wordt. Het bataljon staat onder commando van ma joor A. J. van der Blom. Hedenavond geeft de muziekvereeniging Harmoniekapel „Winnubst" haar le Zomer- concert, onder leiding van den Heer H. B. Schenkels, Directeur, om half negen, in het Julianapark. Programma: 1. Mandora-Marsch Ord. Hume 2. Tibère. Ouverture Dramatique Delmas-Popy 3. Doldrès. Valse E. Waldteufel 4. Loreley-Paraphrase Jos. Nesvadba 5. Suite Romantique in 5 deelen Fr. Popy 6. Fantaisie Faust Opéra de Ch. Gounol. 7. Martiriel Marsch P. B. Bisselink Een abonné bracht ons dezer dagen een schrijven van een kennis uit St. Maarten, een van de Bovenwindsche eilanden, ver over den Oceaan. Een stipje op de kaart, een klein eilandje, maar waar toch ook warm het Ne derlandsche hart klopt. Want het schrijven was vergezeld van eenige foto's, die wel heel duidelijk vertellen van de vreugde, die er in de Hollandsche nederzetting heerschte toen het bericht van 31 Januari door de radio kwam. 't Is wel aardig om dit nu juist nog even te vermelden, nu onze gedachten dezer dagen weer in het bizonder bepaald werden bjj het Koninklijk Huis, in verband met de Doopplechtigheid van het jonge Prinsesje. De briefschrijver deelde o.m. nog mede: Op den 31sten Januari ongeveer 10.30 A.M., waren wjj bezig op onzen proeftuin, toen be gonnen de klokken te luiden, en versierde auto's toeterden, ineens wisten wjj dat een Koninklijk Kind geboren was. Kort daarna hoorden wij, dat het een Prinses was. Heen en weer liepen de menschen. elkander felici- teerdend. Wat een vreugde bjj ons!!!! Het gaat niet zoo eenvoudig uit de verwar ring, te komen, waarin Europa zoo hopeloos is vastgeloopen. We hebben in ons overzicht van gisteren nog gewezen op de moreele neder laag, die Geneve opnieuw geleden heeft in da Abessjjnsche kwestie. Men vond het met het oog op de omstandigheden practischer een realiteitspolitiek te voeren. Een politiek dus, die zich aanpast aan de omstandigheden. Maar daarin zit een groote onrechtvaardig heid, in dit geval tegenóver Abessinië. En deze moreele nederlaag van den Volkenbond kan een gevaarlijk precedent scheppen voor de toe komst als opnieuw naar expansie verlangende mogendheden aan dat verlangen uiting geven, zooals Italië en Duitschland dat gedaan heb ben. Frankrijk had verwacht, dat zjjn concessies in Genève minstens den weg zouden openen tot het hart van Mussolini. Maar het heeft daarin misgerekend. Mussolini heeft geen last van overgevoeligheid en hij verlangt van Frankrijk nog andere concessies, als het land op toena dering van Italië wil rekenen. Frankrijk had gehoopt nog voor de rede van Genua tot een nieuw voorloopig accoord met Rome te komen, en men heeft zich deerlijk ver rekend. Het meende, dat de opening van de mogelijkheid tot erkenning van de Italiaansche souvereiniteit in Abessinië en de weigering van Genève om op de Spaansche klacht te reagee- ren, voor Mussolini voldoende zouden zjjn. Maar de Duce is een goed koopman, die zjjn waren niet goedkoop verkoopt. Geen Ita- liaansch-Fransch accoord zal mogelijk zijn voordat Frankrijk meer dan tot dusver is ge naderd tot het Italiaansche standpunt inzake Spanje. Het verwijt van Mussolini aan het adres van Frankrijk, dat het Barcelona steunt, heeft in Frankrijk vrij groote verontwaardiging ge wekt. Er is in Frankrijk zeker een sterke groep, die steun aan Barcelona zou wenschen, doch alle regeeringen van den laatsten tijd, die van Blum inbegrepen, hebben het beginsel van non interventie aanvaard. Het is mogelijk, dat met dit beginsel weieens gesmokkeld wordt, mis schien zelfs wel eens ernstig gesmokkeld, doch een land, dat openlijk de partij van de opstan delingen in Spanje gekozen heeft, mist zeker het recht een andere regeering te verwijten, dat zij de oorspronkelijke wettige regeering begunstigt. Deze begunstiging is zeker geen openlijke steun, maar de Duce, die gezegd heeft, dat in geval van een ideologischen oor log van de democratiën tegen Duitschland en Italië, die beide landen schouder aan schouder zouden staan, ontziet zich niet nu al jarenlang een ideologischen oorlog -te- voeren in een vreemd land, terwijl Frankrjjk, samen met Engeland en verscheiden® andere mogend heden, juist van den beginne af zijn best heeft gedaan om door de politiek van niet-inmenging een dergelijken oorlog in Europa te vermijden. 't Is een van de brutale staaltjes van Mus solini om een verwijt te richten over een zaak, waaraan hij zichzelf schuldig maakt. Frankrijk weet voorloopig welke concessie het zal moeten doen om van Mussolini eenige tegemoetkomendheid te verwachten. En of het daar spoedig toe geneigd zal zijn, staat nog zeer te bezien. Nat. Hist. Museum, geopend: Woensdag van 35 uur, Zaterdags van 710 uur.; iedere le Woensdag in de maand van 810 u.; iedere le Zondag in de maand van 35 u. Aquarium Zoöl. Station. Voor het publiek geopend: dagelijks van 912 en van 13.30— 17 u.. Zaterdag van 912 uur. BIOSCOPEN: Tivoli-theater, Spoorstraat, half 8: „Het onzichtbare front" en „Cassidy's laat ste schot". Rialto, Spoorstraat, half 8: „De Wereld wil bedrogen zijn" en „Zij is gevaarlijk". Witte Bioscoop, Koningstraat, half 8: „Het wrekende water" en „De Sperwer", Heden: Kegelhuis, 8.30 uur: Filmavond fotohandel H. W. Zegel. Musis Sacrum, 2.30 uur: Bijeenkomst Ned. Ver. v. Huisvrouwen. Woensdag 18 Mei. Chr. Militair Tehuis, Kanaalweg, 8 uur: Vergadering Nederl. Bijbel Genootschap. Opgenomen om 8 uur hedenmorgen. Barometerstand Den Helder 760.5 Temperatuur zeewater 12.3 Temperatuur lucht 12.4 Licht op 9 n. 20 m. Hoogste temp. lucht gisteren 15.9 Laagste temp. lucht gisteren 10.1 Hoogwater (heden) 22.15 Laag (heden) 19.20 Hoog water (morgen) 10.1522.45 Laag water (morgen) 4.15—16.45 LEZING OVER BIJBELSCHE ARCHEOLOGIE. Onder verwijzing naar de desbetreffende advertentie vestigen wij de aandacht op de morgenavond te houden vergadering in het Christelijk Militairen Tehuis, uitgaande van het Nederlandse!» Bijbelgenootschap, waar Ds. W. J. F. Meiners een lezing zal houden over het onderwerp ..Bijbelsche Archeologie". De lezing wordt geïllustreerd met lichtbeelden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 5