Fel verweer van den
Procureur-Generaal
J SS
De marechaussee is
een ijverig, maar geen
fijn speurder
Postvluchten op Indië
Geen tact, ruw optreden en gebrekkige leiding
Vlieghistorie te Soesferberg
Friesland viert feest!
Van de tweede
verdieping gevallen
Brandstichting
tc Rotterdam
PUBLICATIE.
Twee zusjes verdronken
Spion terecht gesteld
Joodsch marskramer gesfeenigd
Boycot van Duitsche en
Japansche goederen
UIT ONZE OOST
Overstroomingen in de
Vorstenlanden
Gisterochtend om 10 uur heeft het Amb
tenarengerecht de behandeling voortgezet
van de klachten der onderofficieren van de
vroegere brigade Oss.
De Procureur-generaal bij het Bossche Ge
rechtshof, Baron Speyart van Woerden zet
zijn den vorigen dag afgebroken uiteenzet
ting voort.
Spreker merkt op dat bij het verhoor, dat
spr. met den Officier gedurende acht uur
heeft afgenomen aan wachtmeester de Gier
laatstgenoemde zich op het standpunt heeft
gesteld, dat, wanneer het betreft gedragin
gen van geestelijken, ook al vallen die ge
dragingen niet onder de strafwet, het dan
toch tot de taak der marechaussee behoort,
daarnaar een onderzoek in te stellen.
Spr. heeft over de wijze, waarop de ma
rechaussee in deze zaken is opgetreden, zijn
ernstige afkeuring uitgesproken en hij heeft
naar aanleiding van het rapport zijn ver
bazing uitgesproken, dat de mccning van
de Gier ten aanzien van de taak der mare
chaussee ten deze werd gedeeld door den
inspecteur van het wapen.
Spr. heeft in de conferentie de heeren er
niet van kunnen overtuigen dat voor een
onderzoek, ook tegen geestelijken, alleen
strafbare feiten een rol kunnen spelen en
zij zijn op het standpunt blijven staan, dat
zij om het zoo uit te drukken de gees
telijken mcenen te mogen beschouwen als
het heerlijk jachtrecht van het wapen der
marechaussee.
Vervolgens onderwerpt spr. den gang van
zaken in de actie tegen de pastoors aan een
kritische beschouwing en hij merkt op, dat
wachtmeester de Gier op de hoogte is ge
weest van het feit, dat hier mede sprake
was van een poging tot chantage in ver
band met een thans in Den Haag wonende
dame.
Spr. wijst er op, dat de wachtmees
ters, die deze dame in den Haag
hebben bezocht, het aan haar heb
ben voorgesteld, alsof de pastoor zou
hebben verklaard, dat hij vroeger
een verhouding met haar heeft ge
had, ten einde aldus een verklaring
van deze vrouw te kunnen. krijgen.
Zeer verontwaardigd heeft deze
dame onmiddellijk daarna een brief
aan den pastoor geschreven, waaruit
blijkt, dat de pastoor toch zeer goed
weet, dat hij nimmer een verhou
ding met haar heeft gehad.
Voorts moet worden geconstateerd, dat
wachtmeester de Gier verklaard heeft, geen
prijs te stellen op een verklaring van den
echtgenoot van genoemde dame, dat deze
voor haar huwelijk nimmer een verhouding
heeft gehad. Toch ging men met het onder
zoek voort en in arren moede wendde de
pastoor zich tot den burgemeester met het
verzoek hem tegen een dergelijk onderzoek
te beschermen, Neen, heeft toen de burge
meester gezegd, tegen die mcnschen kan ik
u niet beschermen, gaat u liever naar den
bisschop.
Spr. herinnert voorts aan de ont
vangen klachten over het optreden
van de marechaussee bij hun ver
hoor van tal van kinderen en mis
dienaars, welke verhooren groote
opschudding hebben teweeg ge
bracht en ten aanzien waarvan vol
komen duidelijk is gebleken, dat
er geen enkele reden voor aanwezig
was.
Vervolgens gaat spr. dc zaak van den
kruidenier Boclcns na, en constateert, dat
de substituut-officier van justitie na ken
nismaking van dc stukken als zijn oordcel
heeft te kennen gegeven, dat het niet aan
gaat, dat de marechaussee in zaken als de
ze optreedt als een boeman, ten einde op
deze wijze iemand te dwingen zijn betalings
verplichtingen na te komen.
En nu wil men het hier voorstellen, zoo
als gisteren gebleken is, dat deze zaak door
dr marechaussee op zoo tactvolle avijzc is
behandeld. Do feiten, aldus spr., bewijzen
het tegendeel.
Wat de zaak-do Wolf betreft, geeft spr.
een heel relaas van allerlei mishandelingen
welke deze, volgens zijn verklaring, in de
kazerne heeft ondervonden, terwijl daar
naast vijf getuigen hebben verklaard, dat
hij verwondingen had, welke voor zijn
gang naar de kazerne, niet aanwezig wa
ren.
Mr. Meyes: kan de procureur-generaal ver
klaren, hoe het mogelijk is, dat mcnschen,
die in een vorige periode zeer goed opspo
ringswerk hebben verricht, thans in hun
gedragingen zoo ernstig zijn te kort gescho
ten?
De procureur-generaal merkt op, dat er
steeds is gewerkt met groote voortvarend
heid en dat er ook goede resultaten zijn be
reikt. Bij aandachtige bestudeering kan men
echter niet spreken van „fijn recherche
werk" en hij het uitreiken van onderschei
dingen of hij beoordccling van het werk der
marechaussee heeft spr. dan ook nooit als
adjectief „bijzonder bekwaam" gebruikt.
Ook kan men niet spreken van „deskun
dig" optreden, en de successen zijn dan ook
meer een gevolg van hun iiver, voortvarend
heid en doortastendheid. Bepaalde moeilijk
beden zijn er echter niet geweest. (Beroe
ring in de zaal).
Toen de brigade naar aanleiding
daarvan werd onderscheiden, is zij
op hol geslagen en heeft zij alle
nuchter inzicht verloren. Zij ging
op onoordeelkundige wijze allerlei
zaken entameeren, daarbij aangezet
door de matclooze verheerlijking, ook
in de pers, en zulks geschiedde met
volkomen vcrwaarloozing van de
gemeentepolitie, die steeds zeer goed
'werk heeft verricht en met meer
tact en doorzicht optrad.
Zoo moest dan eindelijk komen een nood
lottige ontknooping en dat deze gekomen is,
vindt spr. jammer. (Gelacht).
Aan de „terreur en domheidsmacht" moest
echter een einde komen en daartoe heeft
spr. den minister van Justitie geadviseerd.
De president vraagt den procureur-gene
raal, of er ook nog sprake is geweest van
straf.
De procureur-generaal: dat is een aange
legenheid, waarover de minister van Justi
tie niet heeft te beslissen.
Voortgaande komt spr. op de verhouding
tusschen hem en de autoriteiten der mare
chaussee, ten aanzien waarvan een zekere
animositeit wordt voorgesteld. Spr. gaat op
lal van détails in.
Voorts doet spr. nog mededeeling van een
geval, waarin een wachtmeester zelfmoord
pleegde, omdat hij verduistering had ge
pleegd. De toenmalige divisie-commandant
heeft toen in een brief zijn verwondering er
over uitgesproken, dat de man, die bijna
pensioengerechtigd was, daartoe gekomen
was. „Waarom heeft hij mij niet, aldus dat
schrijven, om hulp gevraagd, dan zou er wel
een oplossing kunnen zijn gevonden door
vervroegd pensioen."
Dat is, aldus de procureur-géneraal, èen
voorbeeld, hoe men tegen een strafbaar feit
van verduistering optreedt.
Getuige Boellaert: Mag ik naar aanleiding
daarvan eénisre onmerkingen maken?
President: Het lijkt me niet gewonscht om
hiér over dergelijke kwesties een debat toe
te laten. Is u het met het medegedeelde niet
eens?
Getuige Boellaert: Volkomen oneens.
President: Dan zullen we daarvan aan-
teekening doen.
Mr. Meyes: Heeft u liet onderzoek in de
zaak van de twee geestelijken stopgezet?
De procureur-generaal: Ik heb geen last
gegeven om het onderzoek te stoppen, al
leen heb ik een rapport willen hebben en
toen ik na ontvangst daarvan mijn oordeel
over de wijze van het onderzoek heb ken
baar gemaakt, is het onderzoek niet verder
voortgezet.
Op een vraag van Mr. Meyes zegt de pro
cureur-generaal nog, dat op de, conferentie
op het departement van Justitie niet ge
sproken is over de noodige gelden voor over
plaatsing en voorts, dat niet is gezegd, dat
de regeling daarvoor reeds in orde was.
Majoor van Evcrdingen: Bij die conferen
tie heeft de minister wel gezegd, dat de
machtiging voor overplaatsing er reeds was
en dat. de reisgelden later wel in orde zou
den worden gemaakt.
Kolonel van Selm: Ik' onderschrijf dit vol
komen.
Daarna wordt als getuige gehoord de heer
Ploegmakers, burgemeester van Oss.
Deze verklaart niet aan den procureur-
generaal verzocht te hebben om verschil
lende onderzoeken, welke in zijn gemeente
plaats hadden, te stoppen, doch wel om een
eind te maken aan het gezagsondermijnend
optreden van de marechaussee.
Voorts verklaart getuige met den opzich
ter van Borgen te hebben gesproken over
de beweerde onregelmatigheden bij de werk
verschaffing. Getuige vertrouwt van Ber
gen volkomen en deze heeft hem gezegd,
dat er niets gebeurd was. Toen heeft getui
ge hem gevraagd om maar niet verder over
deze zaak te spreken, om do gemeente niet
meer in opspraak te brengen, maar gezegd:
„Mondje dicht" heeft getuige niet.
Wat de zaak van der Hoven betreft, is er
bij de inbeslagneming groote belangstelling
geweest.
In dc zaak van de werkverschaffing heeft
getuige gemeend, dat. het gemeentebestuur
zelf een onderzoek moest instellen, hetgeen
dan ook is geschied.
Op een vraag van Kr. Keyes ant
woordt getuige, dat hem door In
gezetenen der gemeente is gevraagd
een protcstvergadering bijeen te roe
pen tegen het optreden der mare
chaussee. Dit verzoek is o.m. gedaan
door eenige raadsleden.
Getuige heeft zich echter tegen een pro
tcstvergadering verzet.
Getuige van Everdingcn verklaart nog,
dat hij persoonlijk van den minister van
Defensie opdracht heeft, gekregen een onder
zoek in te stellen naar de beweerde mis
handeling van den arbeider de. Wolf.
Getuige heeft de Wolf gehoord en deze
hield de mishandeling vol, doch zeidc,
daarvan geen aangifte te hebben willen
doen, wanneer de gemeentelijke politic
agent Veldkamp niet hij hem gekomen was.
oorts heeft de „mishandelde" na dc mis
handeling 10 kilometer per fiets afgelegd.
Getuige heeft alle leden der brigade cr bii
gehaald en de Wolf verklaarde toen, dat
van Ree hem had binnengelaten, hoewel
dat in werkelijkheid van den Berg is ge
weest.
Voorts heeft van der Hoven, die den be-
wusten nacht in een andere cel zat, ver
klaard, dat hij dien nacht wel allerlei ge
rommel met grendels en sloten heeft ge
hoord, doch geen gesprek of geroep. Getui
ge heeft zelf een proef genomen en kunnen
constateeren, dat men in de cel van van
der Hoven elk gesprek kan hooren, zoodat
hij dan zeer zeker ook wel de mishandeling
moet hebben gehoord.
Mr. Mcws vraagt, of de Gier nu een ver
klaring kan geven, waarom hij onder zijn
rapport in zake de geestelijken heeft gezet:
„in overleg met u wordt het onderzoek ge
sloten."
Wachtmeester de Gier: Ik had de opdracht
ontvangen om mijn rapport in te dienen en
meende dat daarmee de zaak was afgeloo-
pcn.
Na hervatting van de zitting volgen de
Pleidooien
van Mr. James als raadsman van de kla
gers.
Pleiter herinnert eraan, dat oud-minister
Merchant na de arrestatie in de Organon-
affaire in „Or»s Noorden" schreef, dat de
marechaussee de reddende engel is geweest
door opheldering in deze zaak te brengen.
Het kan echter verkeeren, want nog geen
maand later werd die „reddende engel" aan
geduid als „terreur en domheidsmacht".
Door de getroffen maatregelen voelen de
klagers zich zwaar gestraft en volkomen
terecht hebben zij zich daarover beklaagd.
Pleiter gaat de staatsrechtelijke positie
na van de wachtmeesters der marechaussee
en komt tot de conclusie, dat de minister
van Justitie aan het rijkspolitiebcsluit niet
de bevoegdheid kan ontleencn om een par-
tieele schorsing te bevelen, zooals hier in
feite is geschied.
De minister van defensie heeft ten
deze te beslissen, doch de minister
van Justitie heeft hier een overhaast
besluit genomen, teneinde zijn ambt
genoot van Defensie voor een fait
accompli te stellen.
Pleiter constateert voorts dat het motief
voor den door den minister genomen maat
regel uitsluitend is geweest het gepreten
deerd optreden van de Ossche brigade.
Maar waarom krijgen deze mcnschen
dan in hun nieuwe standplaatsen opnieuw
de opsporingsbevoegdheid?. Daaruit blijkt
ook wel voldoende, dat de maatregel niet
tot motief had „onbekwaamheid".
Pleiter is van oordeel, dat aan
genomen moet worden, dat niet
meer mocht worden ontdekt en daar
om heeft men het erop aangelegd
de wachtmeesters der Ossche bri
gade allen over te plaatsen.
Die toeleg is gelukt.,, maar, vraagt pleiter,
waarom heeft men de officieren van de
marechaussee niet op de hoogte gesteld van
het beweerde onjuist optreden hunner on
dergeschikten?
De president: Ik moet u verzoeken niet op
deze wijfee voort te,gaan. Wanneer u meent
kwade trouw in' hét geding te mogen bren
gen, dan zal ik de behandeling schorsen
en daarna beslissen, hoe de verdere behan
deling der zaak zal geschieden. Ik kan die
uitlatingen niet toelaten In het algemeen
belang en ik maak u daarop uitdrukkelijk
opmerkzaam.
Mr. James, zijn pleidooi voortzettend,
betoogt vervolgens, dat de minister zich
schuldig heeft gemaakt aan machtsmis
bruik.
Voorts keurt pleiter het af, dat de
maatregel, waarbij op 15 Novem
ber 1937 aan de brigade het opspo
ringsonderzoek in gemeentelijke za
ken werd ontnomen, niet ter kennis
is gebracht van den betrokken dis-
strictscommandant.
De president: Ik kom nog even op mijn
straks gesproken woorden terug. Wanneer
u meent den minister of andere autoritei
ten te moeten betichten van handelingen te
kwader trouw te hebben verricht, dan kan
ik u dat niet verhinderen want u heeft dat
recht. Alleen wilde ik zeggen, dat ik dan de
zaak in het algemeen belang verder met
gesloten deuren zal doen behandelen.
Voortgaande, zegt pleiter, dat nu wel ge
zegd wordt, dat het aantal aardappelen, dat
verduisterd zou zijn, niet zoo heel groot
was, en dat dit niet een optreden van de
marechaussee, zooals zij gedaan heeft, noo-
dig maakte, doch pl. wenscht op te mer
ken, dat wachtmeester de Gier bij het slui
ten van zijn rapport was gekomen tot een
verduistering van 1030 kg. en nog van 4 zak
ken aardappelen. Dit aantal acht pl. geens
zins gering, en zeer zeker wettigde dit, een
onderzoek, vooral waar het hier overheids-
eigendommen betrof.
Uit naam van Curfs en de Gier
verklaart pleiter, dat heiden ook
thans nog er van overtuigd zijn, dat
cr bij de jeugdwerkverschaffing wel
strafbare handelingen zijn gepleegd,
en dat er bij 'n verder onderzoek zeer
zeker tot een vervolging zou hebben
moeten zijn overgegaan.
Pleiter komt daarna tot de zaak van dei-
Hoven, en merkt hierbij op, dat de Offi
cier dezen heeft toegevoegd, dat, wanneer
hij van der Hoven niet voor een groot be
drag zou kunnen grijpen, hij hem toch voor
kleinere bedragen zou vervolgen en voorts,
dat de Officier hem een schande noemde
voor het makelaarswezen.
En toch wordt aan wachtmeester van Re-
nes verweten, dat hij is opgetreden tegen
iemand, dien hij zoo door den Officier heeft
hooren bejegenen, en die na overleg met
den officier is gearresteerd. En na die ar
restatie was het in het belang van het on
derzoek noodzakelijk onmiddellijk over te
gaan tot inbeslagneming. Wanneer men
hiervoor eerst nader overleg zou hebben
moeten plegen met den Bosch, dan zou daar
mede onnoodig tijd verloren zijn gegaan.
De wachtmeester heeft toen zelfs nog te
gen den Officier gezegd, dat hij voor de in
beslagneming een vrachtauto noodig zou
hebben, waarop de Officier gezegd heeft:
„Dat komt er niet op aan, wachtmeester, je
laadt alles maar in en brengt de heele boel
naar de kazerne, dan zullen we wel eens
uitzoeken, waar de aanhangsels van de po
lissen zijn."
Mag nu de wachtmeester zich op die
woorden niet beroepen of moet de wacht
meester, nu niet blijkt, dat zijn optreden
wordt gedekt door de mondelinge gegeven.,
opdracht, daaruit afleiden, dat hij in het
vervolg den Officier steeds om een schrifte
lijk bevel moet vragen?
Pleiter betitelt ten slotte als onwaar de
voorstelling, als zou de arrestatie van van
der Hoven van te voren bekend zijn gewor
den en dat de wachtmeester door de mede
deeling daarvan een volksoploop heeft ver
oorzaakt.
Pleiter breekt hier zijn pleidooi af, waar
na de zitting wordt verdaagd tot hedenoch
tend 10 uur.
Reiger
(heenreis)
Buizerd
(terugreis)
Vertrek van Aankonat te
Jodhp. 24 Juni [Rang. 24 Juni
Jodhp. 24 Juni B-asra 24 Juni
Pelikaan l^hene 24 Juni Basra 24 Juni
(heenreis) I
Valk Kledan 24 Juni Bang. 24 Jum
(terugreis)]_J__j i
kw
Aan de gevolgen overleden.
In de Eerste Atjelistraat te Amsterdam;
is gistermiddag een ernstig ongeluk ge
beurd. Een 50-jarige vrouw is hiervan het
slachtoffer geworden. Zij was op de veran
da achter haar woning, welke op de tweede
verdieping is gelegen, bezig waschgoed op
te hangen en gebruikte hiervoor een trapje,
Op een gegeven moment gleed zij op een
der treden uit, verloor het evenwicht en
stortte over het hekje naar beneden. Het
slachtoffer kwam terecht op een binnen
plaats en werd in bewusteloozen toestand
en met een schcdelbasisfractuur opgenomen.
De geneeskundige dienst vervoerde haar
naar het Onze Lieve Vrouwe Gasthui^,
waar zij in den loop van den avond is over
leden.
Het eerste gesloten cabine-toestel
ter wereld.
Een historische vliegmachine, het eerste
gesloten cabine-toestel ter wereld, is gister
morgen door de luchtvaartafdeeling van de
Koninklijke Nederlandsche Landmacht
naar Soesterberg vervoerd, om daar ten
toongesteld te worden gedurende de expo
sitie, die in Soesterberg gehouden wordt ter
gelegenheid van liet rcgecringsjubileum van
de koningin.
Hot toestel werd gebouwd door de Britsh
Aerial Transport Co. Ltd. in het voorjaar
van 1919. De plannen waren door den heer
Frits Koolhoven ontworpen in de dagen
vlak na den wapenstilstand, toen de heer
Koolhoven hij bovengenoemde maatschappij
chef-monteur was. Het heeft plaatsruimte
voor vier personen en een piloot en een ac-
tie-radicus van 1100 k.m., een max. snelheid
van 200 k.m. per uur, terwijl de landings-
snolheid 70 k.m. bedraagt.
Het toestel is uitgerust met een Rolls-
Royce Eagle motor, van 380 p.k.
Onmiddellijk na de eerste proefvlucht in
1919 is het toestel naar Nederland overge
vlogen, waar het o.a. eenigen tijd werd
geëxposeerd.
Drogisterij brandde driemaal
binnen het jaar.
In verband met een brandje, dat gister
nacht omstreeks kwart over twaalf heeft
gewoed in een drogisterij te Rotterdam, is
een diepgaand onderzoek ingesteld. Het is
n.1. reeds de derde maal binnen het jaar,
dat in bedoelde drogisterij brand heeft ge
woed. Bij het onderzoek zijn twee feiten
aan het licht gekomen, die hebben geleid
tot aanhouding van den eigenaar.
In de eerste plaats is komen vast te
staan dat hij kortgeleden zijn verzekerings
bedrag hooger heeft laten stellen en in de
tweede plaats zijn in den kelder van de
drogisterij, waar de brand moet zijn ont
staan, een aantal lappen1 gevonden, die ge
drenkt waren in een licht brandbare vloei
stof.
De man is in het politiebureau aan den
Bergsingel opgesloten.
DENATURATIEVERGOEDING ERWTEN
EN VELDBOONEN, OOGST 1937.
De Nederlandsche Akkerbouwcentrale
maakt bekend, dat de denaturatievergoe-
ding voor erwten van oogst 1937, welke zijn
gedenatureerd in het tijdvak van 20 tot en
met 25 Juni 1938, voor groene erwten, door
handelaren gedenatureerd en voldoende
aan de standaardmonsters van de kwali
teitsklasse A, B of C, respectievelijk f2.20,
f 1.70 en f 1.20 per 100 kg. zal bedragen en
voor vocdererwtcn, door de telers gedenatu
reerd f 0.70 per 100 kg.
De steunvergoeding voor veldboonen van
den oogst 1937, welke aan de daartoe ge
stelde eischen voldoen en door telers of
handelaren zijn gedenatureerd in genoemd
tijdvak zal f 2.30 per 100 kg. bedragen.
Zooals reeds werd medegedeeld, is deze
weck voor het laatst een steunvergoeding
vastgesteld. Dit houdt dus in, dat de aan
vragen voor denaturatie uiterlijk op 23 Juni
moeten zijn ontvangen.
Indien door omstandigheden geen opzich
ter voor het houden van toezicht beschik
baar kan worden gesteld, zal aan degenen,
die tijdig denaturatie aanvroegen, nog ge
legenheid tot denaturatie worden gegeven
in dc daarop volgende week, tegen de ver
goeding, vastgesteld voor genoemd tijdvak.
's-Gravenhage, 24 Juni 1938. (Adv.)
De oudste wilde de jongste red
den.
Gistermiddag zijn te Limme (Limburg) 2
kinderen in de Maas verdronken.
Na schooltijd waren de dochtertjes van
het gezin Leduc, resp. 12 en 7 jaar oud, hun
ouders gaan opzoeken, die op den glooien-
den oever van de Maas aan het hooien wa
ren. Niemand heeft het ongeluk bemerkt,
maar vermoed wordt, dat het jongste kind
bloemen heeft .willen plukken en daarbij
is uitgegleden, waardoor zij in de Maas viel.
Het oudste kind zou haar toen hebben wil
len redden, en eveneens door den stroom
zijn meegesleurd.
Een schipper vond beide kinderen in het
water en haalde hen er schielijk uit. Hot
oudste meisje leefde nog, maar gaf spoedig
den geest. Bij de jongste waren de levens
geesten reeds geweken,
De opening van de nieuwe lucht-
haven.
Friesland heeft zijn luchthaven geopend
en te Leeuwarden waaide gisteren aan de
eeuwenoude, massieve Oldehove de vader-
landsche driekleur. Bruggen, straten en
pleinen waren hier en daar feestelijk ver
sierd. Kleurrijke vlaggen wapperden fier ini
den straffen Zuidwestenwind. Kortom; het
was een blijde, vreugdevolle stemming, die
er op dezen overigens somber uitzienden
zomerdag in de Friesche hoofdstad viel
waar te nemen.
Twintigduizend Friezen woonden de ope
ning van het vliegveld bij. Talrijke voor
aanstaande burgerlijke en militaire autori
teiten waren cr bij aanwezig.
We noemen sléchts den oud-opperbevel
hebber van leger en vloot' generaal C. J,
Snijders, den inspecteur der militaire lucht;
vaart, luitenant-generaal M. Raaymakers,
den commandant van de luchtvaartafdee
ling Soesterberg, luit.-kolonel F. A. van
1-Icyst, den commandant van het vliegkamp:
de Kooij, kolonel Iv. van Aller en vele an
dere hooggeplaatste militairen.
Voorts den secretaris van de Konir ke
Ned. Vereen, voor Luchtvaart, den heer II.
Walaardt Sacré, den onderdirecteur van de
K.L.M., den heer P. Guillonard, vertegen
woordigers van andere vliegvelden in Ne
derland, .sportvliegers enz. enz.
Het programma op den eersten dag er,
wordt drie dagen feest gevierd was in]
góede handen. Behalve onze militairen uit
Soesterberg en de Kooij demonstreerden om.
de heeren Schmidt, Carm en van Graft ge
durfde kunstvluchten en ging de heer Hoek
stra met een zweefvliegtuig de lucht in. Ook'
de „Scheldcmusch" verleende medewerking
Alles had een vlot en prettig verloop. Ook
voor de traditioncele rondvluchten was
groote belangstelling.
Heinrich Menz uit Biberach, die op 22 Fe
bruari ter dood veroordeeld werd, verdacht
van spionnage ten behoeve van een andererf
staat en van het leveren van materiaal aan'
dien staat, is gisteren terecht gesteld
Gisterochtend is nabij Tel Aviv, op de
plaats van de ongeregeldheden van Donder
dag, een Joodsch marskramer gesteenigd erf
gedood. Een van de Joden, die eergisteren
gewond werden, is aan de bekomen kwets
uren overleden.
Door de vakvereenigingen vani
Argentinië.
Het Argentijnsche verbond van vakver
eenigingen heeft een resolutie aangenomen,
waarin het volk wordt opgeroepen tot boy
cot van Duitsche en Japansche goederen,
als protest tegen de aanvallen op de bur
gerbevolking in Spanje en China,
Groote terreinen onder water.
In de omgeving van Wates in de Vorsten
landen op Sumatra heeft een ernstige over
strooming plaats'gehad. Groote complexen,
zijn onder water gezet. Zes groote huizen
en verschillende kleinere zijn meegesleurd
aldus de N. R. Crt.
Persoonlijke ongelukken zijn nog niet Pe*
meld. De Pakoe Alam, de regent van Wales
en de Patih stelden zich persoonlijk op d®
hoogte van de schade door de bevolking
geleden,