Wij lazen voor U
Acrobatisch aangelegde
inbrekers
Ontkerstening
van Spanje
De „Karimata"
trekt zich terug
Steuntrekker had f 1600»-
in een jampotje
Schulte wint den grooten
prijs van Europa
Uit de Pers van heden
Kostbare armband
teruggevonden
UtieiAetmen
Goering ziek
Doodelijk ongeluk te
Argentinië
NEDERLAND IS EEN CHRISTELIJKE
NATIE.
In een artikel, waarin de Msb. (r.k.) zich
uiterst tevreden toont over het bijna afge-
loopen parlementaire jaar in Nederland,
schrijft het blad:
Verheugend is ook hierom de ingetreden
toestand, wijl men mug aannemen, dat nu
vrijwel aanvaard is geworden vooral van
belang bij de toenemende ontkerstening van
Europa dat in Nederland een Christelijk
Kabinet, een Kabinet, dat in wetgeving en
bestuur Gods wet tot opperste richtsnoer
neemt, blijven moet.
Wel werd het nog niet in de Grond
wet vastgelegd; reeds Schaepman
wees er op, dat zelfs de woorden „bij
gratie Gods" in de Grondwet worden
gemist; te gelegener tijd zal dat stel
lig in een of anderen vorm moeten
geschieden, ook, opdat hij, die onze
Grondwet ter hand neemt, ook daar
uit kunne besluiten, dat Nederland
is een Christelijke natie.
Joden in de N.S.B. leiding?
De Msb. legt voorts den vinger op een
merkwaardige onthulling van majoor Kruyt
gedeserteerd uit de N.S.B. en thans actie
voerend in Keulen.
Majoor Kruyt, een van Musserts mede-pre
tendenten naar het dictatorschap, noemt
volgons het blad de N.S.B. het toppunt van
tweeslachtigheid, de beweging houdt er twee
gezichten op na, vooral ten aanzien van liet
„ras- bloed- en bodem-principe".
De leiding der N.S.B. zal er vol
gens den heer Kruyt nooit toe over
gaan dit principe in haar program
op te nemen (zooals de majoor voor
zijn eigen organisatie deed en dan
ook als hoofdpunt), en wel om de
eenvoudige reden dat die „leiding
der N.S.B. bevat Joden en vrijmetse
laars."
Wat dit laatste betreft, het is sinds lang
bekend, dat de heer Farwerck een hooge-
graad-vrij metselaar is. Majoor Kruyt be
weert intusschen, dat de heer Mussert in
eigen persoon tot een der hooge graden van
de vrijmetselarij behoort. En van den heer
van Geelkerken vernemen wij, dat hij even
eens en eerst sinds 1937 tot de hoo-
gere maconncrie is toegetreden.
Om zijn bewering waar te maken, dat het
„volksvreemde" element in de N.S.B. niet
gemist wordt, discht de heer Kruyt voorts
een verhaal op over den gouwleider van
Limburg, wiens voorvaderen hun Duitschen
naam „Kaufmann" in den Napoleontischen
tijd „de Joodsche Kameleon-tactiek getrouw"
veranderden in Marchand.
Inzake den invloed der vrijmetselarij op
de N.S.B., hier door majoor Kruyt, „ont
huld", is toch een ophelderende verklaring
van den leider zeer gewcnscht, besluit het
blad.
INBREUK OP DE RECHTEN DER
KROON.
Onder het hoofd „Ongenoode gasten in de
kraamkamer der Troonrede" vinden wij in
de liberale pers een ernstige afkeuring van
een neiging van sommige' r.k. bladen „aan
de Begeering voor te schrijven wat de
Troonrede op het stuk van de werkloosheid
zal moeten bevatten."
Zoowel de Volkskrant (orgaan van de
R.K. Staatspartij als Het Huisgezin (r.k.)
vinden het noodig dat de regeering zich bij
de werkloosheidsbestrijding niet zal houden
aan „onze goede oude begrippen". „Het zul
len wel geen positief-christelijke begrippen
zijn" teekent de N.R.Ct. (lib.) hierbij aan
en vervolgt:
Dit zich vooraf bemoeien met den
inhoud eener Troonrede, dat nu al
eenige maanden aan den gang is,
is weer wat nieuws. Er is uit de
volksvertegenwoordiging reeds meer
dan eens met moties, met vragen,
met meedokteren ook bij kabinets
formaties inbreuk gemaakt op de
rechten van de Kroon en de verant
woordelijkheid der ministers, al leek
het, dat in den laatsten tijd de
oogen voor deze euvelen der „demo
cratie" waren opengegaan wat
nog niet altijd betcekende, dat per
sonen, die tot het betere inzicht
kwamen, steeds overeenkomstig dat
inzicht handelden. Verkeerde ge
woonten worden nu eenmaal niet
gemakkelijk afgeleerd, ook al beseft
men er het verkeerde van.
In de R.K. Staatspartij was men in dit
opzicht zelfs op nog bedenkelijker zijpaden
verdoold, zegt het invloedrijke liberale blad,
toen de voorganger van Mr. Verschuur, mr.
Goseling, als voorzitter van genoemde par
tij, met dezelfde oppervlakkigheid, die zijn
beleid in de zaak-Oss heeft gekenmerkt, in
het orgaan der R.K. Staatspartij denkbeel
den verdedigde, die hierop neerkwamen,
dat de raadslieden der Kroon, om conflicten
met de volksvertegenwoordiging te vermij
den, over bepaalde wetsvoorstellen vóór de
indiening daarvan het oordeèl van politieke
fractieleiders moesten inwinnen, en dat die
fractieleiders buiten de grondwettelijke, ver
antwoordelijke raadgevers van de Koningin
om ook in de gelegenheid moesten worden
gesteld Hare Majesteit van raad te dienen,
indien bepaalde omstandigheden politieke
moeilijkheden deden verwachten. Men had
in beide denkbeelden een machtsaanmati
ging van het partijwezen te zien, welke, zoo
daaraan gevolg ware gegeven, tot verzwak
king van de verantwoordelijkheid van het
kabinet geleid zou hebben en de onschend
bare draagster van de Kroon in den politte-
ken strijd zou hebben betrokken.
De vinder verkwanselde hem
voor I 1.75.
Op 3 Sept. deed de Belgische senator P. bij
de Haagsche politie aangifte, dat zijn vrouw
een kostbaren gouden armband met Egyp
tische scarabeen ter waarde van f 300.
had verloren: Dezen zelfden dag kreeg de
politie bericht, dat er bij een bank van lee
ning te Den Haag een armband was beleend.
Dit bleek inderdaad het vermiste sieraad te
zijn, zoodat de senator op 4 Sept. bij zijn
vertrek zijn bezit kon meenemen.
De politie stelde een onderzoek in en hel
derde ook deze diefstal op. De armband bleek
door den 61-jarigen smid A. W. O. op het
kerte Voorhout te zijn gevonden. De man
verkocht het sieraad in een logement voor
f 1.75 aan den 44-jarigen grondwerker j.l„
wonende in de Gortmolen. Deze zag wel,
dat de armband een kostbaar stuk was en
hij wilde deze laten taxeeren door een 56-
jarigen gasmetermaker W. D. van O. Deze
laatste echter taxeerde den armband niet
alleen, maar probeerde het sieraad te heiee
nen. De ambtenaar van de bank van leening
vertrouwde de zaak niet. Van O. merkte dit
oogenblikkelijk en maakte zich zonder geld
uit de voeten.
Twee rechercheurs hielden tenslotte de
drie mannen aan als verdacht van diefstal
en heling.
BERGINGSPOGINGEN BEëINDIGD.
Naar wij vernemen, zal de Kari
mata op 14 dezer worden terugge
sleept van Terschelling naar Kin
derdijk. Verder vernemen wij, dat
het niet in de bedoeling ligt, dat de
„Karimata" de poging nog zal her
halen. Hiermede is dus het zoeken
naar de schatten van te Lutine zon
der succes geëindigd.
Voordat de gemeenschappelijke mijnbouw-
maatschappij Billiton met haar tinbagger
molen aan het werk begon, had zij op
grond van alle beschikbare gegevens een
terrein uitgezet waarbinnen 't Lutinewrak
zich moest bevinden, doch dat zoo ruim ge
nomen was, dat wanneer gedeelten van het
wrak zich door onbekende omstandigheden
zouden verplaatst hebben, die gedeelten re
delijkerwijze eveneens binnen het arbeids
veld zouden vallen. Dit vooropgestelde sche
ma is nauwkeurig uitgevoerd. Men heeft
uit de berichten kunnen volgen hoe de bag
germolen meter voor meter het terrein op
do gcwenschte breedte en diepte uitwerkte.
Aangekomen bij de uiterste grens heeft men
veiligheidshalve ook nog een belangrijke
strook daarachter genomen, totdat ieder spoor
van overblijfselen van de Lutine ontbrak.
Ook toen nog meende de gemeenschap
pelijke mijnbouwmaatschappij Billiton dat,
nu zij eenmaal het werk aangevat had,
geen enkele kans mocht verwaarloosd
worden. Er waren bovendien nog meer aan
wijzingen afkomstig van vroegere onderzoe
kingen en bergingspogingen, waarom het
besluit werd genomen om naast het oor
spronkelijke uitgewerkte terrein nog een
strook aan de zuidzijde uit te werken en
dit werk is in de afgcloopen weken vol
tooid.
Deze tweede werkperiode heeft onvol
doende aanwijzingen opgeleverd oin verder
baggerwerk te rechtvaardigen.
Hiermede is dan een werk be
ëindigd, dat allerwegen met grootc
belangstelling en spanning is ge
volgd. Veilig kan geconstateerd wor
den. dat geen kans of aanwijzing
onbenut is gelaten. Alles heeft
men van de Lutine kunnen vinden,
bet voorschip zoowel als het achter
schip met zijn wrakhout, zijn ka
nonnen en munitie en zijn ballast-
brooden. Alleen een ding bleek niet
aanwezig te zijn, t.w. de gcwenschte
goud- en zilverschat.
Toen het werk werd aangevat, werd er
gewezen op twee mogelijkheden, die. een
teleurstelling zouden kunnen brengen. In
de eerste plaats dat de „Karimata," evenals
vele voorgangers, door de weersomstandig
heden of de gevaarlijke stroomingen bij
Terschelling, niet voldoende gelegenheid
zou krijgen om te werken en in de tweede
plaats het risico dat het goud en zilver er
niet zou geweest zijn in de hoeveelheden die
men zich had voorgesteld, of reeds geheel
of voor het grootste gedeelte door vorgan-
gers naar de oppervlakte van de zee zou
zijn gebracht.
Wat het eerste betreft, is men het er wel
eenstemmig over eens, dat de „Karimata"
technisch aan de hoogste verwachtingen
heeft beantwoord. Op zichzelf is dit een
belangrijk feit, omdat het hier betreft ont
ginningsmateriaal, dat veel grooter is dan
vroeger door Nederlandsche werven werd
afgeleverd. Onder de bijzonder ongunstige
omstandigheden, waaronder dezen zomer
gewerkt moest worden, heeft dit materiaal
wel schitterend zjjn technisch vermogen be
wezen en heeft men er ervaringen mee op
gedaan, die zoowel voor het tinbedrijf als
voor de Nederlandsche molenbouwers vruch
ten voor de toekomst zullen afwerpen.
Het andere risico, waarvoor men stond,
n.1. dat het gcwenschte goud en zilver niet
aanwezig zou blijken te zijn, is tenslotte tot
aller teleurstelling een werkelijkheid geble
ken.
Hiermede is dan een eind gekomen aan
den meest grootschen en, naar wij verwach
ten, tevens laatsten aanval, die er op de
vermeende schatten van de „Lutine" is ge
daan.
Maar zijn vrouw behartigde zijn
financiën. Vrijspraak gevor
derd.
Een werkloos sleepbootkapitein te Dord
recht, die reeds gedurende verscheidene ja
ren steun trok vond bij het opruimen van
een schuurtje en jampotje, verborgen in
een emmer met zeep. Niet gering was zijn
verbazing, toen het jampotje een bedrag
van ongeveer f 1600.bleek te bevatten.
Verheugd bracht hij zijn vrouw in kennis
van dat meevallertje, maar deze bereidde
hem een onaangename verrassing. „Zit er
maar f 1600.in?" vroeg ze, „dan heb jij
er zeker f 1100.uit gehaald, want ik heb
er f 3000.in gestopt."
De zaak draaide uit op een hoogloopende
ruzie tusschen de beide echtgenooten, tus-
schen wie de verhouding allang te -wen-
schen overliet en die thans ook gescheiden
zijn ten tenslotte werd de ambtenaar van
maatschappelijk hulpbetoon er in gemengd.
Daarmee had evenwel de kwestie voor den
man een leelijke wending genomen, want
als hij niet kon bewijzen, dat hij van die
f 3000, of van die f 1600.niets af wist,
dan kon hij wel op een vervolging rekenen.
Het geld werd daarenboven geheel door
maatschappelijk hulpbetoon opgevorderd als
compensatie voor de ten onrechte uitge
keerde steungelden.
Inmiddels was de zaak ook al bij de
Dordrechtsche rechtbank aanhangig ge
maakt en de vrouw, verre van zich op haar
verschooningsrecht te beroepen, maakte
den man op allerlei manieren zwart en
verklaarde dat hij best van die f 3000.
had afgeweten. Oorspronkelijk stond dat
bedrag op een spaarbankboekje, maar toen
het gezin steunuitkeering kreeg, werd het
beter geacht het bedrag van het boekie af
te halen en op de genoemde wijze te ver
stoppen. Maar wie teveel wil bewijzen, be
wijst juist niets en in haar ijver haar man
te beschuldigen, sprak ze zich zelf verschil
lende malen tegen. De man van zijn kant
verklaarde, dat zijn vrouw zijn financiën
beheerde. Toen hij nog werkte gaf hij haar
altijd het loon en wat zij met het geld
deed, wist hij niet.
Dit alles bij elkaar bewoog de rechtbank
te Dordrecht een vrijsprekend vonnis te
wijzen. De officier van Justitie, die een
veroordeeling had gevorderd, teekende ap
pèl aan en gister diende deze zaak voor
het Haagsche Gerechtshof.
De procureur-generaal, mr. L. B. J. Ver
meulen, kon in dezen ook niet tot een ver-
oordceling concludeeren. Wel zijn er eeni
ge bezwarenden omstandigheden tegen den
man aan te voeren, maar de verklaringen
van de vrouw moeten met zooveel voorzich
tigheid worden beschouwd, dat een overtui
gend bewijs niet valt te leveren.
De verdediger, Mr. Mijnlieff te Dordrecht
voegde als demonstratie van de onbetrouw
baarheid van de getuigenis der vrouw er
nog aan toe, dat de vrouw voor den rechter
commissaris Verklaard heeft., dat zij bij de
spaarbank f 3000.heeft gekregen in drie
bankbiljetten van duizend. Bij informatie
is gebleken dat het bedrag van het spaar
bankboekje maar f 1690.— was.
Op prachtige wijze heeft onze landgenoot
Gerrit Schulte te Lyon den wedstrijd achter
de nieuwe, kleine Derby-motoren om den
grooten prijs van Europa gewonnen. Reeds
kort na het vertrek nam Schulte met Ber-
tocco en Majerus de leiding en de voorsprong
van deze drie renners bedroeg spoedig meer
dan 200 M. Canardo kwam bijna een ronde
achter. Na 60 k.m. gaf Pclissier op en even
later kreeg Schulte een lekke hand. Onmid
dellijk nam hij een andere fiets en even
later verwisselde hij deze weer voor zijn
eigen machine. Maar inmiddels had hij
eenigen achterstand moeten boeken. Maje
rus greep de kans en liep 35 seconden op
Eertocco en Schulte uit, maar toen zette
de Nederlandsche renner op schitterende
wijze de achtervolging in. Na iedere ronde
was zijn achterst-.nd kleiner en in den
SOsten k.m. had hij den Luxemburger be
reikt. Maar Schulte trapte onweerstaanbaar
door, Majerus kon het tempo niet bijhou
den en met bijna 1 minuut voorsprong ging
Schulte als eerste over de eindstreep.
De uitslag luidt:
1. Schulte, 2 uur 38 min. 17 sec.:
2. Majerus (Luxemburg) 2 uur 39 m. 15 s.
3. Bertocco (Frankrijk) 2 u. 10 min. 40 s.
Op één ronde: Laurent, Bartali, Guerra,
Soffietti, Meulenbcrg.
Eenige dagen absolute rust nood
zakelijk.
Minister-president generaal-veld-
maarschalk Goering is sedert Zon
dagavond licht ongesteld.
Over zijn toestand hebben de hem behan
delende geneesheeren gistermiddag een bul
letin uitgegeven, waarin wordt verklaard,
dat de bloedvaten van liet rechterbeen van
Goering ontstoken zijn. Een catarrhe van
de bovenste ademhalingsorganen is daar
nog bijgekomen. De ziekte, welke gepaard
gaat met koortsen, maakt het noodig, dat
Goering eenige dagen het bed zal houden
en absolute rust zal genieten.
Tijdens autorace.
Nabij Rafaela in de provincie Santa Fé (Ar
gentinië) is een snelheidswedstrijd voor au
tomobielen over 500 mijlen gehouden. De
Argentijnsche coureur Manrique ging in de
achttiende ronde met zijn wagen over den
kop en overleed zeer kort na het ongeval.
De gebroeders Louis en Fernandez Brosutti
werden winnaars. Zij legden de 868 ronden
af in 4 uur 52 min. 52 sec. en bereikten dus
met hun Mercedes Benz een gemiddelde
van 164 k.m. per uur, hetgeen een nieuw
baanrecord betockent.
Abdul Nazek, één der aanvoerders van de
opstandige Arabieren in Palestina., met rijn
staf. Deze foto werd met levensgevaar ln
het hoofdkwartier van den gevreesden ter.
roristenleider gemaakt.
Hun voorkeur voor sigaretten
verraadde hun leeftijd.
In de afgeloopcn maanden werden regel
matig inbraken gepleegd in de Residentie,
waarvan de daders niet konden worden ge
arresteerd, doch er kwamen na uitgebreid
onderzoek telkens nieuwe gegevens bij de
Haagsche politie binnen. Tenslotte kon men
overgaan tot de arrestatie van enkele jon
gelui, die bekenden zooals wij reeds ge
meld hebben aan 13 inbraken schuldig
te zijn.
Op 1 September 's morgens werd in een
perceel in de Dirk Iloogcnraadstraat de
muntmeter verbroken. Het viel de politie
op, dat er tevens eenige gereedschappen,
een nijptang en schroevendraaiers waren
ontvreemd, terwijl de 24-jarige A. T„ die in
het bewuste perceel op kamers woonde,
dien dag vroeg was weggegaan en niet meer
terugkwam. Natuurlijk viel de verdenking
op A. T. De politie ging zijn gangen na en
constateerde, dat hij omging met verschil
lende mcnschen, die doei uitmaakten van
een clubje, waar de politie reeds lang het
oog op had. De leden van deze club werden
verdacht, van inbraak.
Toen in den nacht van 5 op 6 Sept. werd
ingebroken in een ijzerwinkel aan de Bad
huisstraat, leidde de politie uit verschil
lende bijzonderheden af, dat er verhand
moest bestaan tusschen den bewustzijn A. T.
en deze inbraak. De verdenking tegen hem
was zoo sterk, dat hij denzelfden dag, terwijl
hij in de Keizerstraat wandelde, werd ge
arresteerd.
Aanvankelijk hield hij vol niets met de
inbraken te maken te hebben, doch spoedig
viel hij door de mand en bekende hij de
inbraak en de muntmeterdiefstal te hebben
gepleegd.
Het onderzoek werd voortgezet en in den
nacht van 9 op 10 Sept. werden de 17-jarige
B. W. en de 20-jarige T.K. van hun bed ge
licht.
Laatstgenoemde bleek mededader te zijn
van de inbraak aan de Badhuisstraat. De
politie beschikte tegen deze twee jonge in
brekers over een overstelpend bewijsmate
riaal ip verband met een aantal onopgehel
derde inbraken in deze gemeente.
De inbrekers begrepen wel, dat ontken
nen niet zou helpen, zoodat zij tenslotte toe
gaven 13 inbraken op hun geweten te heb
ben,
In Mei doorzochten zij een voetbaltcnt
aan den Bezuidenhoutscheweg, een perceel
aan den zeekant te Scheveningen, een melk
inrichting aan de Wassenaarschestraat, ter
wijl zij eveneens in Mei een bezoek brachten
aan een restaurant aan de strandboulevard.
Zij kwamen daar binnen door inklimming
door een raam aan den zeekant en zij de
den zich tegoed aan limonade, chocolade en
sigaretten, waarvan zij er ook nog meena
men.
In Juni was een consumptietent aan het
strand Noord aan de beurt en een kantoor
aan de Dr. Lelvkade. Bij deze laatste in
braak in een kantoor van een magazijn voor
scheepbenoodigdheden ontvreemdden zij
een groot aantal sigaren en sigaretten. Zij
deden deze in een zak, welke in een plant
soen in Zorgvliet werd begraven. Een ge
meentewerkman vond later deze zak en
bracht de vondst naar de politie.
Den inbrekers zetten hun speurtocht door
den Haag voort en kwamen in een onbe
woonde villa aan den Hoogeweg.
In Augustus braken zij in in een hotel
aan den Strandweg. Zij lichtten de balcon-
deuren van de haak er tijdens afwezigheid
van den hotelgast, den Franschen Senator
R. C„ doorzochten zij diens kamer en kof
fers. Ontvreemd werden een portefeuille,
waarin een paspoort en een treinabonne
ment en voor eenige honderden guldens
rransrh geld, benevens een aantal sigaret
ten. De portefeuille met naspoort en trein
abonnement werd op het terras geworpen.
In dezelfde maand pleegden de jeug
dige inbrekers een inbraak aan den Bad
huisweg. Hier bleek, dat zij met buitenge
wone vasthoudendheid te werk gingen.
Eerst trachtten zij de villa aan de eenc zijde
binnen te dringen, doch zij stuitten daar
op een stalen tusschendeur. Daarop begon
nen zij aan de achterzijde en met meer
succes. Hun werk is daar blijkbaar ge
stoord. want er werd niets vermist.
Ook poogden zij in te breken in de van
Dorpstraat en doorzochten zij een perceel
aan den Benoordenhoutscheweg. In Septem
ber braken zij in aan de Laan van Poot.
De buit van deze inbraken is in hot al
gemeen gering geweest. De gearresteerden
speurden in de eerste plaats naar geld, ver
volgens ook naar snoepgoed en sigaretten.
Dit laatste is den daders tenslotte nood
lottig geworden. De politie begreep te doen
te hebben met een paar acrobatisch aange
legde jongelui, die vaak halsbrekende toe
ren moesten verrichten om op het. terrein
van hun arbeid te komen. Zoo kon men
tenslotte tot hun arrestatie overgaan.
Priestermoord brengt de kerfc
in nood. „God uit het openbare
leven verbannen", zegt kardi
naal Coma Y. Toma.
De Spaansche kardinaal Goma Y, Torna
heeft een boodschap gepubliceerd, waarin'
hij de verliezen, welke de burgeroorlog de
kerk in Spanje tusschen 1935 en 1937 be
rokkend heeft, memoreert. Aan het docu
ment, getiteld: „Na verloop van twee ja-
ren" ontleent de Msb. o.m. het volgende:
Om eenig idee te geven van de aange
richte schade, geef ik, aldus de bisschop,
hier eenige cijfers over de bisdommen, waar
van de bisschopsstad niet in handen van'
de rooden was of in September 1937 reeds
was bevrijd.
Yan de 38 seminaries werden er
29 voor oorlogsdoeleinden gebruikt:
ze werden ingericht tot kazernes,
hospitalen, gevangenissen, weeshui
zen; van de 9 overigen zijn er ver
schillenden verwoest, terwijl enkele
hun oorspronkelijke bestemming be
hielden
Roeping verloren-
Wij klaagden reeds over de plotselinge
daling van 't aantal seminaristen in Span
je: in vijf jaar hebben wij 5000 roepingen
verloren, bijna de helft van het totale aan
tal. Alleen reeds van de 38 seminaries, waar
over wij gesproken hebben, werden 26 se
minaristen vermoord, meerd an 500 namen
vrijwillig dienst in het Iger, meer dan 1300
recruten werden onder de wapenen geroe
pen, en ontelbaar is het aantal dergenen,
die wegens bijzondere omstandigheden de'
lessen niet konden volgen; het is onmogelijk!
te berekenen, hoeveel seminaristen aan het
front gesneuveld zijn, en hoevelcn er
zoowel aan de eenc als aan de andere zijde!
van de gevechtszone hun roeping heb
ben verloren.
Want hoeveel seminaristen zullen
er niet zijn, die zonder hun ideaal
te verliezen, toch den weerslag heb
ben gevoeld van een geest, die ge
heel tegenovergesteld is aan de men
taliteit van het seminaries?
Het aantal vermoorde priesters iri velé
diocesen stelt ons ook voor het probleem
van het onderwijspersoneel in de seminaries»
In de meeste seminaries waren reeds te
weinig leeraren: de mecstcn hunner waren
overbelast met werkzaamheden, die niet iri
het kader lagen van hun taak het onder
wijs. Een leerstoel voor theologie, philoso-
fie, of het kanonieke recht vereischt de volle
activiteit van een leeraar. Welnu,'onze pro
fessoren waren tevens nog predikanten, ar
chivarissen, curie-beambten enz. In de her
overde provincies telde men in September
1937 reeds 35 vermoorde geestelijken, die les
gaven aan de seminaries van het semi
narie van Toledo werden 14 van de 26 pro
fessoren vermoord! Hoe zal hierin voorzien
kunnen worden, nu zooveel geestelijken in'
steden en dorpen op laffe wijze vermoord
werden, en hierdoor zooveel plaatsen in de
zielzorg zijn opengevallen?"
Wet het ergste Is.
Maar het ergste is toch wel, zoo
vervolgt de bisschop, de diepe ont
kerstening van geheele gebieden1,
waar de overheden God uit het open
bare leven hebben verbannen. Wij
hebben statistieken voor ons, over
hetgeen tijdens de hegemonie der
rooden bij ons is geschied. Het is be
schamend, nooit hebben wij gedacht
dat de geest Gods bii ons zoo vernie
tigd zou kunnen worden.
Wat zal er overgebleven zijn in de gebie
den, waar men, aldus besluit bet doe urnen,
nu al twee jaar leeft zonder God, en zei -
in verachting van God, van Zijn wet e
Zijn waarheid?