TIM#
ft-eAte. jonymA en meiijei!
KindeAvAiend
Oplossing raadsel vorige week
Nieuw raadsel
Wie wordt ballenkoning?
Harmonica's
Goedkope overtocht
EDGAR RICE
BURROUGHS
Volgens de kalender is de herfst van de
week ingegaan, maar ik zit hier te werken
met de serredeuren wijd open en nog heb
ik last van de warmte. Je zou denken, dat
we naar de zomervacantie gaan inplaats van
naar Sinterklaas. En toch is het laatste
waar. Ja, het duurt nog twee maanden voorr
dat de Sint op z'n paard door de straten
rijdt, maar Maandag gaan een paar honderd
collectanten al door de stad voor de viering
van het groote feest en ook deze weken zul
len wel weer als een droom voorbijgaan, zo
dat ik jullie nu al in gedachten in Casino en
Tivoli zie zitten en hoor zingen:
„Hoor wie klopt daar kinderen"
en al die andere fijne liedjes, die in je hoofd
beginnen te zingen, als je aan de 5e Decem
ber denkt.
Maar hoe kom ik nu zo plotseling op St.
Nicolaas? Dat komt zeker door het briefje
van het meisje, dat het boek van de week
gewonnen heeft. St. Nicolaas is immers ook
zo'n tijd van verrassingen.
Nu, de gelukkige van de week is:
NELLY KOTGANS,
die haar adres vergeten heeft op haar
briefje te vermelden.
Rika Keijzer, Den Burg (T.). Nee, ik
had nog niet aan je trouw getwijfeld, Rika,
maar toch doet het me genoegen, dat ik je
keurige briefje vandaag op m'n bureau
vind, want van de week was ik nog bij
„Ome Piet" op De Waal en toen hadden we
het nog over „die goeie ouwe tijd", toen er
een hele stapel briefjes van Texel kwam.
Maar m'n kringetje op Texel groeit weer.
Ik heb nu al weer drie trouwe vriendinne
tjes, die iedere week schrijven. En nu die
winter-puzzle erin staat, nu gaan vast de
groten ook mee puzzelen. Jij kan ook mee
doen en de honderd gulden verdienen. Lees
maar eens goed wat er vandaag in de krant
staat.
Piet Strous, Vlissingen. Ik begrijp het
niet, Piet, dat jouw briefje niet beantwoord
is. Er was een schoon bureau, toen ik er de
vorige week een punt achter zette. Je bent
dus niet met de vacantie in Den Helder ge
weest, maar ik kan me begrijpen, dat je het
in de Streek ook fijn gehad hebt, vooral toen
je appels mocht keuren en... druiven,
's Jonge, dat was goed werk. Een goed
baantje voor mij.
Jan Strous, Vlissingen. Ja, 't is jam
mer, Jan, dat jullie niet in Den Helder zijn
geweest, want dan wist ik hoe jullie eruit
zagen. En als je met de feesten hier geweest
was, dan had je kunnen zien, hoe Den Hel
der in een sprookjesstad herschapen was,
want we konden hier wedijveren met de
grootste steden van ons land.
Kika Koningstem. Nog gefeliciteerd
met je overgang, Rika en met je fjne va
cantie, als gevolg van je mooie rapport.
Want het is waar, die mooie cijfers gaven
ook wat glans aan de vrije dagen. Ik heb
niet geweten, dat de Wachtstraat versierd
was, de Langestraat heb ik nog gezien. De
Timorlaan droeg alleen het groen van de
struiken en heesters en de vlaggen natuur
lijk. Maar er was daar geen gangmaker.
Dan was het bij jullie leuker, hè?
Tini v. Brederode. Met de feestdagen
ben je dus één avond Tinus v. Brederode
geweest, Tini. Ik wil je graag eens in je
nieuwste vorm zien, hoor, en zie dus het
fototje tegemoet. Ik geloof, dat alle kinderen
met de feesten een of meer avonden laat
naar bed zyn gegaan. Myn viertal ook een
avond om kwart voor elf, de avond met de
gondelvaart. Dat was mooi. hé, en grappig
met al die verklede mensen in de stad.
Marianne. Ja, die plannen zijn niet
slecht, Marianne. Als winkeljuffrouw ver
dien je wat en op een naaicursus leer je wat
en zo kom je precies klaar voor de practijk
van het leven. En daar gaat het toch om.
Cor, Ba li en Annie v. Bijnen. Precies
goed uitgerekend, Cor. Maar Bali en Annie
hebben gelijk, dat ze je dat pretje niet gun
nen, dat je in hun klas zou komen. Doe
maar alle drie flink je best en die fiets in
het vooruitzicht is een aansporing genoeg
om je tanden op elkaar te zetten en ervoor
te zorgen, dat je met goede cijfers overgaat.
Teuntje Kloosterman. Afgesproken, Teun-
tje, als Cor een jaar is, kom je hem laten
zien. Ik vind kleine kinderen reuze leuk, al
doen ze ook wel eens rare dingen. Mijn Ita
gooide vorige week de hele inktpot over
haar heen. Ze zat van haar middel tot haar
teenen onder de inkt en Fransje slikte een
grote pruimenpit in en Jaapje voelde zich
zo raar, dat hij z'n boontjes en aardappels
uit z'n maagje op het kleed deponeerde. En
zo beleef je telkens weer wat leuks(?)
Loeki en Leon v, d. Wal. Allemensen
wat hebben jullie weer een hoop nieuws, dat
komt natuurlijk door die tien dagen in Den
Haag. Het zal je ook gebeuren, dat je pre
cies met de feesten in de feeststad zit. En
Den Haag was prachtig. Als ik m'n ogen
dicht doe zie ik nog de Vijverberg, de Lange
Voorhout, het Binnenhof. Het was alles even
mooi. Ook het vroegere Paleis van Konin
gin Emma op de Kneuterdijk. Jullie hebben
het alles natuurlijk ook gezien.
Antoon Vos. Je doet ook in het zevende
zeker wel flink je best, Antoon en als je
daar doorheen bent, wat ga je dan doen. Mag
je nog wat verder studeren? 't Is aan jou
besteed.
Marietje Weeda. Ja, dat was wel een
heel goed begin, Marietje, met die taart, de
vorige week. 't Was bijna niet te geloven,
hé, dat je daar de eerste de beste keer zo
met je neus in een fijne taart viel. Hij is nu
zeker al de weg van alle taart gegaan?
Simon Visser. M'n compliment, Simon,
een grote brief en een nette brief, dat zijn
twee goede dingen. Natuurlijk heb jij je als
meisje verkleed met de feestdagen en de
meisjes in de straat verkleedden zich als
jongen. Dat gaat altijd zo, je wilt altijd wat
anders zijn dan je bent.
Agatha Kramer, Dat is een teleurstel
ling voor je geweest, Agatha, dat je juist
met die feestdagen in bed moest liggen,
't Zal nu vermoedelijk wel een heel tijdje
duren, voordat de stad er weer zo feestelijk
uitziet. Die twee broertjes van jou zijn ech
ter hardlopers, zeg, dat ze beiden een prijs
winnen. Dat leuke versje wil ik natuurlijk
graag van je plaatsen. Je moeder heeft een
goed geheugen, hoor, dat ze het nog woorde
lijk wist.
HET RECEPT.
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven!
Miertje is de dokter thuis?
Kan hij mij een drankje geven
Voor een arme zieken muis,
Die zoeven van de treden
Van een ladder is gegleden
Op een plat, in de stad
Miertje, Miertje, haast je wat.
Even wachten, juffrouw Brommer!
Want de dokter is absent,
Hij is net naar vader Nachtuil
Die je zeker ook wel kent.
Die heeft bij het middageten
Eensklaps op zijn tong gebeten
Wat een pijn zal dat zijn!
Daarvoor helpt geen medicijn!
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven!
Daar ik dokter Langpootmug
Met zijn zalfjes en zjn pleisters
Dokter, dokter, zeg toch vlug
Wat ik aan die muis moet geven
Dat ze weer wat op gaat leven.
's Is een kruis, daar in huis,
Haar gezondheid is niet pluis.
Neem wat melk en neem wat boter,
Neem wat olie, niet te veel,
Meng het met een beetje sago,
Kneed het met een beetje meel.
Doe het in een houten napje
Roer het om en ook het papje,
Strijk het rond op de wond
Morgen is de muis gezond.
Cornelia v. d. Vis, Oosterend (T.). Dat
is geen kleinigheid, Corrie, acht jonge egels.
Als ze wat groter worden hollen ze 's avonds
over het achterstraatje, net grote ratten.
Wel een beetje griezelig, maar toch zijn het
aardige beesten.
Truus v. Liere, Ooster.-,d (T.). Je hebt
geljk, Geertruida, ik vt*J Truus ook veel
leuker dan Trui. In het vervolg onderteken
je dus met Truus. Woenscag ben ik nog door
jullie dorp gereden. Als k eens wat meer
tijd heb op Texel, wip ik nisschien wel eens
aan. Ik kom zo wel eens e»,n enkele keer over
Greta Blokker. Waarom ben je naar
een andere school verhuisd, Greta? 't Is wel
leuk, dat je er meteen 'n aar vriendinnetjes
vond en dat jullie nu e.Jn „speelkwartier"
hebben.
Heiuiy Blokker. Je vindt het natuurlijk
ftjn, bij die „Meester-kjidervriend" in de
3e klas, Henny. Nu heb j^ twee kindervrien
den in je leven; een waar je naar luistert en
een waar je aan schrijft
De Bengeltjes. Nietv van aan, dat het
lelijk weer wordt. Bengel jes. Je moet maar
eens kijken hoe fijn groei-] alles nog staat en
je moet 's morgens eens *let te laat opstaan
en kijken hoe mooi de yereld er dan uit
ziet, met dat stille herfstlicht.
Gerard Molenaar. Nty, dat is een voor
delig zaad geweest, Gera d. Enige maanden
geleden gezaaid en nu eyn boom van twee
bij twee, met wel duizeiyl tomaten. Eet ze
maar lekker op, niet alj.'maal tegelijk na-
turlijk. Ze zijn gezond, oi,adat ze in de zon
rijp gestoofd worden.
Jongens en meisjes, tot wederschrijvens.
Goede oplossingen ontvangen vant
Nelly R.; Marietje E.; Rika Keijzer, Den
Burg (T.)Piet en Jan £trous, Vlissingen;
Rika Koningstem; Geragd en Henk v. d.
Paal; Tini v. Brederode; Marianne; Bali en
Annie v. Bijnen; Leontine Fritsje en Neeltje
Coster; Cor, Bali en Annie v- Bijnen; Teuntje
Kloosterman; Jan KoomeflArie de Groot;
Wijnand Kerstens; Loeki vn Leon v- Wal;
Antoon Vos; Marietje \\eeda; Simon Vis
ser; Cornelia v. d. Vis, Qöf»tererl<I T.Geer
truida v. Liere, Oost (TJ: Greta Blokker;
Henny Blokker; Loesje )p"lotat; de Bengel
tjes en Coentje Coster.
Van links naar rechts:
1. tafel; 4. stoom; 7. Allda; 8. Olst 9. rok;
11. stee; 12. jakje; 13. Essen; 14. eland.
Van boven naar beneden:
1. tak; 2. fiets; 3. Olst; 4. sokje; 5. Osa-
ka; 6. Ot; 10. bed.
Dit kruiswoordraadsel is een beetje an
ders, dan de meeste raadsels. Jullie zien
ook hier een paar vakjes, die zwart ge
maakt zijn, maar de vakjes, die je in moet
vullen zijn niet horizontaal en verticaal,
maar liggen in een kringetje. Elk cijfer
staat in een zwart vakje en daarom heen
zijn vier witte getekend. In één van die
witte staat een pijltje. In dat vakje begint
het woord, dat je zoeken moet. Het gaat
van dat vakje uit rechtsom, dus volgens de
wijzers van de klok. Er komen een paar
moeilijke woorden in dit raadsel voor en
daarom is het niet geschikt voor de klein
tjes. Alleen de groteren onder jullie zullen
het op kunnen lossen. Misschien zullen
zelfs die de moeilijke woorden niet kunnen
vinden, maar dan willen vader of moeder
wel even helpen.
1. een boom
2. een deel van het lichaam
3. een deel van een boom.
4. ligt op de weg, als het in lang niet ge
regend heeft
5. een ander woord voor: mogelijkheid
6. een dakbedekking in Indië
7. zit in een bijenkorf
8. een ander woord voor: klap
9. zit in een kiektoestel.
10. gebruikt men om mee te wandelen
11. gepelde gerst
12. een Indische groet
13. niet echt
14. een Indisch wapen
15. het Latijnsche woord voor: dus
16. een rivier in Spanje
Hans had een mooie b^l op zijn verjaar
dag gekregen. Hij had niet zijn vriendjes
al allerlei spelletjes gedaan, jagerbal, sta-
bal en wie-heeft-de-bal.
Toen zei Jan, een vriendje van Hans
ineens: „Ik weet nog eet] ander leuk spel
letje. Ballenkoning heet het, het is erg
leuk en je kan het met ngt zoveel kinderen
spelen, als je maar wilt, Hoe meer er aan
meedoen, hoe aardiger hP1 's van
kinderen moet in het m|dden gaan staan,
dat moet Hans dan nu tyiaar doen, en wij
gaan er allemaal omheep staan. Nu moet
Hans steeds met de bal tegen de grond
kaatsen. Hij mag stil blijven staan of hij
kan ook heen en weer lopen, maar hij
moet steeds blijven kaptsen. Plotseling
moet hij dan de naam yan één van ons
noemen en die moet dan proberen om er
zó gauw bij te zijn, dat hij of zij de bal
verder kan slaan Maar omdat je meestal
zo onverwacht geroepen ^ordt. gebeurt het
heel vaak, dat je valt, pmdat je zo hard
moet lopen. Wie gevalletj of gestruikeld is.
valt uit. Zo wordt de ktjng steeds kleiner
en degene, die het laatst over blijft, is bal
lenkoning.
Je kunt het ook nog een beetje anders
doen. Dan mag de kring niet te groot zijn.
Wanneer nu een naam af wordt geroepen,
moet diegene vlug een keer om den jon
gen of het meisje, dat naast hem staat, heen
lopen en dan naar de bal toerennen. Maar
dat is wel erg moeilijk. Hans moet er aan
denken, dat hij zo onverwacht mogelijk
een naam roept, want juist, als het onver
wacht is, heb je meer kans, dat je valt of
struikelt."
Dat vonden ze allemaal een grappig spel,
ze hadden het nog nooit gespeeld en ze be
gonnen dan ook maar gauw. Toen ze het
een tijdje gedaan hadden en er een beetje
in begonnen te komen, wilden ze geen an
der spel meer doen en ze speelden verder
alleen nog maar Ballenkoning.
WETENSWAARDIGHEDEN.
In het plaatsje Kirt in Indië is de slaap
ziekte uitgebroken. In vier weken tijd,
stierven 300 inwoners. De ziekte begon met
lichte koorts, vervolgens vielen de patiën
ten in slaap en stierven daarna.
In het plaatsje Elham in Engeland heeft
men er tegen geprotesteerd, dat de wegwij
zer niet vast aan de grond staat. De wind
draait hem in de rondte en daardoor ver
gissen de touristen zich telkens in de rich
ting!
Bij een voetbalwedstrijd in Weijmouth
werd de scheidsrechter zó enthousiast, dat
toen hij wilde fluiten, zijn fluitje inslikte.
Hij werd naar het ziekenhuis gebracht en
moest geopereerd worden om het fluitje
weer te voorschijn te halen.
Een zekere meneer F. Davis schonk een
grote som geld voor arme schooljongens
van een school in Massachusetts in Ameri
ka. Hij deed dat, omdat één van de leerlin
gen van die school de hoed van zijn vrouw
uit een sloot had gehaald, toen het erg
stormde.
Het Duitse stadje Trossingen heeft iets
meer dan 5000 inwoners. Hier staat de gro
te fabriek voor Hohner harmonica's en in
deze fabriek alleen werken al net zoveel
mensen, als in het stadje wonen. De arbei
ders komen ook uit de dorpen in de omge
ving naar de fabriek. Er zijn nog wel meer
Hohner fabrieken, maar in Trossingen staat
de grootste. Per jaar worden daar ongeveer
20 tot 25 millioen mondharmonica's en een
paar honderd duizend trekharmonica's ge
maakt. Meer dan de helft hiervan gaat naar
het buitenland.
Het ongelofelijke van deze fabriek is, dat
niet, zoals in de meeste andere moderne fa
brieken alles machinaal gebeurt, maar al
les door de arbeiders zelf gedaan wordt.
Aan de fabriek is een harmonicaschool
verbonden. Daar kan je voor handharmoni
caleraar opgeleid worden. Het merendeel
van alle harmonicaleraren in Duitsland
hebben hun opleiding in deze school gehad.
Öp het ogenblik zijn er ongeveer 70 jon
gens en meisjes op de school. Ieder heeft
een eigen kamertje om te oefenen, dat on
geveer twee maal zo groot is als een tele
fooncel. In een grote zaal krijgen ze allen
met elkaarl es. Elke cursus duurt ongeveer
8 of 10 weken en na afloop wordt er een
diploma uitgereikt. Dikwijls komen de leer
lingen later nog eens terug om de laatste
nieuwtjes op harmonicagebied erbij te le
ren.
Het allergoedkoopste vervoermiddel, dat
je je maar denken kunt is de veerboot van
de Russendam in het Duitse stadje Pillau.
Dit veer is een openbaar vervoermiddel en
kostniets! Het gaat weg uit Pillau, vlak
by de aanlegsteiger van de grote stoombo
ten en vaart naar de Russendam. Dit is
een dam, die de Russen in de zevenjarige
oorlog hebben aangelegd, toen ze bezit van
de vesting genomen hadden en hun vloot
in Pillau legden.
De bezoekers van Pillau, die met de gro
te stoomboten aankomen, gaan altijd enige
malen op de veerboot heen en weer en
verwonderen zich dan vooral over het ge
mak, waarmee de boot heen en weer kan
draaien, wat bij de meeste veerboten niet
het geval is. De boot kan bijna helemaal
om zijn eigen as draaien en dat komt om
dat op de plaats van de schroef en het
stuur een grote propeller is, die ook in de
meeste boten zit, die over het Bodenm^er
en andere grote meren varen.
DOOR
No. 89.
De daaropvolgende nacht, dat Korak wan
hopig op de grond lag, omdat hij wist, dat de
olifant de touwen niet kon losmaken, waar
mede hij gebonden was, reden Meriem en
Baynes naar het Noorden langs de rivier.
De jonge Engelsman was licht gewond door
en van de kogels der Arabieren en door de
messteek opgelopen in zijn worsteling met de
zwarte slaaf en zij waren daarom dubbel ver
langend om het huis van Bwana te bereiken.
H-t was nauwelijks dag. toen ze plotseling op
een troep stootte, die haastig naar het Zuiden
reed. Het was Bwana zelf i/iet zijn zwarte
krijgers, op zoek naar Menen. Bij het zien
van Baynes fronste de grote ,man zijn wenk
brauwen; maar hij wachtte tot het meisje
haar avonturen verteld had. oordat hij lucht
gaf aan de woede, die in zijn borst opgekropt
was. Toen ze uitgepraat v-as. scheen hij
Baynes vergeten te hebben. Zijn gedachten
waren met iets anders bezig. „Je zei.dat je
Korak gezien hebt?" vroeg hij. „Ja ant
woordde Meriem, „even duide.jk als ik u zie.
Nog twijfelend, herhaalde Bwana zijn vraag j
aan Baynes en vroeg hem cis aapman te be
schrijven. „Hij is ongeveer van mijn leeftijd",
zei Baynes, „opmerkelijk gespierd en heel
bruin". Zijn haar en ogen. welke kleur hebben
die?" Nu antwoordde Meriem hem. „Het haar
van Korak is zwarte en zijn ogen zijn grijs
zoals de Uwe", zei ze. Bwana keerde zich
naar de leider van de troep. „Breng Miss
Meriem en Mr. Baynes naar huis", zei hjj.
„Ik ga de jungle in." „Laat met met U mee
gaan. Bwana", smeekte Meriem. ,.U gaat
Korak zoeken, ik weet het". Bwana keerde
zich verdrietig maar flink naar haar toe. ..Je
plaats is", zei hij, „bij de man, die je lief-
hebt". Er was een draagbaar gemaakt voor
de koortsige Baynes en de kleine troep ver
volgde langzaam haar weg. Bwana keek hen
na totdat zij uit het gezicht waren. Meriem
had niet éénmaal omgezien. Met gebogen
hoofd en hangende schouders reed hjj verder,
Bwana zuchtte. Hij hield van het kleine,
Arabische meisje, alsof zij zijn dochter was.
Langzaam keerde hjj zich naar de dichtst
bijzijnde boom.