t
Morgen is vrede!
Advocaat beleedigd
Huwelijkszwendel
te Alkmaar
Vredesvrienden
gegriefd
Arresteer mij!"
Een dertienjarige
moordenaar
Maximum straf voor
mishandeling
Vliegvelden potdicht
Brandkast opengesneden
Een streng vonnis
Abessinië's ex-kroonprinses
bestolen
Mussolini houdt vloofschouw
Van de fiets op de
radiateur
.EN 'N GOED BEGIN
UIT ONZE OOST
Madame Curie en de
kankerbestrijding
zeide de Duitsche Keizer
toen hij onze grenzen overschreed
Zaakwaarnemer voor den rechter.
De zaakwaarnemer J. K. heeft in het or
gaan „De Rechtskundige Adviseur" een ar
tikeltje gepubliceerd dat. getiteld „De eer en
de stand dor advocaten", bcleedigend werd
geacht voor mr. van H. en diens echtgenoo-
te. mevr. mr. van H.v. R.. advocaten te
Alphen aan den R'in. wier handelingen in
een executie-geschil scherp werden becriti-
seerd.
Het artikel betichtte de advocaten ervan
det zij tegen een rechtmatige executie ver
zet hadden nangeteekend, omdat de schul
denaar toch onvermogend was en do schuld
pisrher. ongeacht den afloop van het geding
te kort zon komen, omdat hii de gemaakte
kosten nooit zou kunnen verhalen. Met be
dreiging van een dure procedure zouden de
advocaten den crediteur aangeraden heb
ben van de executie af te zien.
De schrijver van het artikel heeft zich
evenwel niet ontzien beleedigende uitdruk
kingen te bezigen, noch de namen van beide
advocaten voluit te noemen. Mr. H. heeft
daarop een klacht ingediend tegen den zaak
waarnemer, die door de Haagsche recht
bank wegens smaadschrift tot een geldboete
van f 100.subs. 50 dagen hechtenis is ver
oordeeld.
Gisteren werd deze zaak in hooger beroep
voor het gerechtshof te 's-Gravenhage be
handeld.
Onsmakelijk gedoe."
In het artikel kwamen uitdrukkingen
voor als: „onsmakelijk gedoe" en „de eer
en de stand van de advocaten worden door
dergelijke zaakjes ernstig geschaad".
Er bleek voorts, dat de gedupeerde credi
teur zich over de handelingen van den ad
vocaat bij den Raad van Toezicht en Dis
cipline heeft beklaagd, doch daar nul op het
rcauest heeft gekregen.
De advocaat-generaal vorderde bevesti
ging van het door de rechtbank gewezen
vonnis.
Geen fatsoenlijke advocaten."
De verdediger zette in een uitvoerig plei
dooi uiteen, dat een smaadschrift eischt
het ten laste leggen van een „bepaald feit",
doch nergens kan pleiter in de dagvaarding
zulk een bepaald feit vinden.
De handelingen van de advocaten waren
volgens pleiter zeer laakbaar en niet die
van fatsoenlijke advocaten.
De publicatie in „De rechtskundige advi
seur' achtte pl. dan ook in het algemeen
belang geschreven en hij concludeerde tot
ontslag van rechtsvervolging, subs. vrij
spraak.
De uitspraak werd bepaald op 14 Nov.
Ontaard vader veroordeeld.
Het gerechtshof te 's Hertogenbosch heeft
gisteren arrest gewezen in de zaak tegen
den arbeider A. W. K. uit Mill, die terecht
stond, verdacht van het feit, dat hij gedu
rende de maand December 1937 en Janu
ari 1938 te Mill zijn tweejarig dochtertje
Wilhelmina zoodanig heeft geslagen en
geschopt, en daarna heeft neergeworpen op
een houten krib in een kamer welke niet
was verwarmd, terwijl het kind niet vol
doende was gekleed, dat het tengevolge
van deze handelingen op 5 Januari is over
leden.
K. was door de rechtbank veroordeeld tot
de maximumstraf voor mishandeling, twee
jaar en acht maanden gevangenisstraf.
Het gerechtshof' heeft het vonnis vernie
tigd en. opnieuw recht doende. K. eveneens
veroordeeld tot de maximumstraf: twee
jaar en acht maanden.
Ban maar naar Twente...
Als knooppunt in het internationale lucht
verkeer is Zondag het vliegveld Twente van
belang geweest.
Tengevolge van den mist zaten de vlieg
velden in het westen Zondagmiddag dicht,
waardoor voor verschillende machines geen
voldoende landingsmogelijkheid was. Daar
om werd Twente door diverse machines als
landingsplaats gekozen. Zondagmiddag land
den er het vier motorige Deensche vliegtuig
uit Knppnhagen. twee D.C. 3 machines van
de K.L.M. uit Londen, een D.C. 2 van de
K.L.M. uit Pariis en twee D.C. 2 van de K.
L.M. uit Amsterdam.
Tn den loop van den middag zijn deze
vliegtuigen naar hun bestemming vertrok
ken. Er waren in totaal 45 passagiers, van
wie vier per trein hun reis naar Amster
dam voortzetten.
Amsterdamsche notitie kon zelfs
geen vingerafdrukken ontdek
ken.
Gedurende het weekeinde hebben dieven
zich toegang verschaft tot het kantoor van
de Slagersvereenicing Amsterdam, dat op
het terrein van het gemeentelijk abattoir
is gevestigd.
Alles was overhoop gehaald. De brandkast
was k la sardine opengesneden en hieruit
werd een bedrag van ongeveer driehonderd
gulden meegenomen.
De politie kon al direct bij het eerste on
derzoek zien. dat hier vakmenschcn aan het
werk waren geweest. Ook vingerafdrukken
zijn niet gevonden. De heeren hebben de
zaak met handschoenen aangepakt.
De rechtbank te Rotterdam heeft gisteren
den 21-jarigcn A. B. veroordeeld tot vijf
jaar gevangenisstraf, wegens het plegen van
ontucht met een meisje beneden de 12 jaar.
Onder meer van haar gouden
kroon beroofd.
Toen de ex-kroonprinses van Abessinië te
lvaïro terugkeerde van een kort bezoek aan
Jeruzalem, bleek dat uit haar woning te
Abassia voor 4000 pond aan juweelcn en
kostbaarheden was ontvreemd.
Onder de vermiste voorwerpen bevond
zich een met diamanten bezette gouden
kroon van de ex-keizerin en een medaille
van de koningin van Sjeba. Van den dief
stal is aangifte gedaan bij den Abessijn-
sclien gezant te Kaïro.
Revue der kolonisten.
Gekleed in de uniform van eersten maar
schalk heeft Mussolini gisteren in den golf
van Gaete aan boord van den kruiser Tries
te een vlootschouw gehouden van de sche
pen, die de 20.000 Italiaansche kolonisten
naar Libye vervoeren. De „Trieste" werd ge
volgd door vier torpedojagers. Het voorbij
varen der schepen duurde ongeveer een half
uur.
Adres aan de Koningin teneinde
het Defensieverbod voor verschil
lende vereenigingen ongedaan
te maken.
De Algemeene Nederlandsche Vredesactie
Algemeene Nederlandsche Vrouwen Vrede
bond, Internationale Vrouwenbond voor
Vrede en Vrijheid, afd. Nederl., Jongeren
Vredes Actie, Katholieke Jongeren Vredes
Actie en Kerk en Vrede hebben een adres
aan H.M. de Koningin gezonden, naar aan
leiding van het feit. dat het lidmaatschap
hunner organisaties voor ambtenaren verbo
den is verklaard. Door dit verbod worden,
aldus adressanten, de leden hunner ver
eenigingen beschouwd als minder goede
staatsburgers en zulks, „omdat zij altijd in
eigen kring en daarbuiten hun geloof en
vertrouwen in een meer vreedzame samen
leving hebben uitgesproken."
Adressanten verzoeken Ilare Majesteit
eerbiedig „wèl Haar invloed te willen aan
wenden, dat aan deze grievende bejegening
een einde wordt gemaakt."
Juffrouw te Eindhoven
auto meegesleurd.
door
De 51-jarige mejuffrouw M. uit Eindhoven
werd gisterochtend, toen zij per fiets bij
Tivoli den voorangsweg van Geldrop naar
Eindhoven opreed, door een personenauto,
afkomstig uit Utrecht, gegrepen. De vrouw
werd eenige meters op de radiateur van
den wagen meegenomen en vervolgens te
gen den grond gesmakt.
De bestuurder raakte bij zijn poging om
de aanrijding te voorkomen met zijn wagen
in een sloot. Hij liep evenwel geen letsel op.
De onvoorzichtige wielrijdster verkeert in
levensgevaarlijken toestand.
„Ik ben geen baas meer in eigen
huis!" - Zeldzaam karweitje voor
Londenschen politie-agent.
Een politie-agent bracht een kleinen ma-
geren man van acht en vijftig jaar een
Londensch politiebureau binnen. Hij bleek
een overwonnene te zijn in eigen huis, die
zich aldus tot den politierechter wendde:
„Ik heb onoverkomenlijke moeilijkheden mijn
moderne kinderen in het rechte spoor te
houden. Ik wilde gearresteerd worden, op
dat ik mijn toestand voor u kon blootleg
gen. Als ik in huis een order geef, neemt
niemand er eenige notitie van."
Het was daarom, dat de man het huis
verliet en zich pardoes in de armen wierp
van een politie-agent, met het vreemde
verzoek hem te willen arresteeren. Maar
'n Beetje te vroegj
Integendeel, want als u nu niet
onmiddellijk voor 'n fietsachterlicht
zorgt, dan zou "t beslist géén goed
begin worden, wat 1938 brengt I
(Evenmin trouwens als voor den
automobilist, die z'n verlichting
niet in orde brengt.)
Herdenking ontdekking van het
radium.
De bij de „Inlernationalcn Bond tot Be
strijding van Kanker" aangesloten landen
herdenken dit jaar het feit, dat het 40 jaar
geleden was dat het echtpaar Madame en
Pierre Curie hel radium ontdekte. Hiertoe
wordt van 23 November tot 30 November
een internationale kankerbcstrijdingsweek
gehouden.
De deelname van Ncd.-Indiö hieraan wordt
aldus de N. R. Ct., met groote voortvarend
heid voorbereid. De gouverneur-generaal
aanvaardde het beschermheerschap van de
Indische kankerbestrijdingswcck, waarvoor
een eerecomité is ingesteld.
In de hoogste klassen der middelbare
scholen zal propaganda worden gevoerd.
De Indische regeering is zelfstandig lid
van de Union.
de dienaar der wet bracht den man naar
huis terug. Nauwelijks had de politieagent
zich omgekeerd of de ongelukkigeg vader
smeekte den agent opnieuw, hem mee
naar het politiebureau te brengen. Onder
luid protest werd de man zijn huis inge
duwd, maar hij bleef koppig volhouden en
probeerde het voor d'e derde maal. En ziet
deze keer gaf de politieagent toe. Hij bracht
den man over naar een politiebureau in de
buurt.
De politierechter stelde vast, dat de
kleine man iets meer gedronken had, dan
goed voor hem was, maar hij vond toch
geen termen aanwezig hem op het bureau
vast te houden.
Met loome schreden aldus vertelt de
Daily Express verliet de ongelukkige
huisvader eindelijk het politiebureau,
waar hij zich zoo veilig had gevoeld.
Hij bond zijn slachtoffer en
stopte het in een zak.
Drama te Holloway.
Een blonde jongen van dertien jaar werd
gearresteerd, verdacht van moord op de
vierjarige Bcryl Oborne. De kleine werd
door touwen vastgebonden in een zak
gevonden in een kolenschuurtje achter
haar ouderlijk huis in Hazellville-road te
Holloway.
De Daily Express vertelt, dat Beryl een
dezer dagen tegen theetijd vermist werd.
Den geheelen nacht werd tevergeefs naar
de kleine gezocht en de jongen die 't laatst
met Beryl was gezien, werd in verhoor ge
nomen.
Alle pogingen het kind te vinden bleven
vruchteloos, totdat een weduwe, die in het
huis ernaast woont, luid gillend de wo
ning van Beryl's moeder binnen kwam en
hoogst ontdaan vertelde, van een ontdek
king welke zij gedaan had in haar kolen
hok. Het lichaam van de arme kleine was
aan armen en beenen gebonden, terwijl er
ook een strop om het halsje was. De zak,
waarin zich het lijkje bevond, had de
moordenaar naast de zakken met kolen
neergezet. Er is alle reden om aan te ne
men, dat de dertienjarige jongen dezen
gruwelijken daad bedreven heeft.
EEN INCIDENT IN HET MEMELGEBIED.
In het dorp Petrajahnen (Memelgebied)
hebben, volgens 't Duitsche Nieuwsbureau,
leden van de Litausche schuttersverecni-
ging zich Zaterdagavond tegen Memelduit-
schers gekeerd. Er ontstond een handge
meen en er vielen schoten. Eenigen der
raddraaiers konden gearresteerd worden.
De bruigom was reeds zes jaar
getrouwd.
Een meisje uit Alkmaar, dat niet afkee-
rig van den echtelijken staat was, zag in
1936 in een der groote dagbladen een huwe
lijksadvertentie staaan, waarop zij niet kon
nalaten te schrijven.
Zij maakte aldra kennis met den heer,
die een geschikte levensgezellin zocht en
hij bleek een beschaafde en prettige jonge
man te zijn.
Herhaaldelijk kwam hij haar in zijn eigen
auto bezoeken en hij had weldra zoozeer
haar vertrouwen gewonnen, dat zij hem zoo
nu en dan wat geld leende. Plotseling, na
dat hij f 120 en twee gouden ringen had mee
genomen, bleek hij verdwenen. Het meisje
hoorde niets meer van hem en deed navraag
bij de politie, nog altijd in de veronderstel
ling, dat haar aanstaande een ongeluk was
overkomen.
De politie was, aldus het Ildbld., van het
ongeluk niet zoo overtuigd en deed onder
zoek in een geheel andere richting, met het
resultaat, dat spoedig bleek, dat de jonge
man zich bediend had van den naam van
iemand uit Indië, die daar te goeder naam
en faam bekend staat en met de geheele ge
schiedenis niets te maken bleek te hebben.
Deze Indische heer is dezer dagen gere
patrieerd en thans kon het onderzoek met
kracht worden voortgezet. Met behulp van
de Amsterdamsche recherche slaagde men er
in den echtgenoot in spé in de hoofdstad te
arresteeren, waarna hij op transport naar
Ukmaar gesteld werd.
Hij ontkende aanvankelijk, maar er waren
te veel bewijzen en de 28-jarige jongeling,
die inmiddels reeds 6 jaar gehuwd bleek,
moest toegeven, dat hij reeds meer vonnis
sen wegens oplichting en verduistering ach
ter den rug had. Hij heeft thans een volle
dige bekentenis afgelegd, is ter beschikking
van den officier van Justitie gesteld en naar
het Huis van Bewaring overgebracht.
Herinnering aan 191
„IK LAAT U ER BESLIST NIET DOOR',
ZEI DE WACHTCOMMANDANT.
Zondag 10 November 1918, zes uur
in den morgen.
De sergeant van de grenswacht van
het oude, vriendelijke Limburgsche
stadje, Evsden, in Neerland's uiter
sten Zuidhoek, wordt in zijn niet-of-
ficieelj maar wel officieus dutje, ge
wekt door den post van het geweer,
'n Ongewone tijd om wakker ge
maakt te worden en nog wel op 'n
Zondagmörgen. Dat waren ze daar
in 't Zuiden niet zoo gewend. Dus:
iets bizonders natuurlijk!
„Sergeant, kom-d'eens gauw meel D'r
staan wel een stuk of tien Duitsche auto's
met Duitsche officieren aan de grens, die
d'r over willen!" De wachtcommandant
springt overeind. Hij is paraat en present.
Duitsche auto's met officieren, wat willen
die lui zoo vroeg op Zondagmorgen? Eerst
schenkt hij maar weinig aandacht aan 't
geen hem zoojuist is meegedeeld, maar bui
tengekomen, ziet hij ze slaan, de grijze Duit
sche legerauto's met officieren, héél hooge,
een paar generaals d'r bij. In 't Duitsch
maken ze den Nederlandschen onderofficier,
den landstorm-sergeant Pierre Pinckaers,
thans een welgesteld, rustig burger van het
Limburgsche dorpje Gronsveld, hun bedoe
ling kenbaar: het gezelschap wil zonder
meer naar Nederland! De auto's kunnen
echter niet verder, want juist op de grens
scheiding liggen de dreigend uitziende,
groote en afdoende Spaansche ruiters, die
er, met 't oog op mogelijke gebeurtenissen,
een versperring vormen, welke langdurig
oponthoud veroorzaken zal.
De krantenman wint!
„Nee, nee, ik doe 't niet! Beslist niet. 'k
Heb 't al zóó dikwijls verteld, en 'k heb
vanmiddag ook druk werk d'r bij! 'k Heb
mezelf gezworen, 't niet en nooit meer te
doen. 't Is de laatste keer geweest!"
„Maar dan nou d'n allcrlaatstcn keer! Was
U daar in Evsden kantonncments- of grens
wachtcommandant? 'k Heb zelf ook a'n de
grens gelegen, in Brabant, en nou heb ik
drie sterren on den kraag. Dat was toch wel
'n grenswachie?"
,Ja, ja, grenswacht!"
„Zwaar?"
„Och nee, 'k had zes man op wacht, zes in
rust, om do 24 uur wisselen. Een luitenant
was commandant, maar die was dien Zon
dag juist met verlof, van Zaterdagmiddag
tot Maandagochtend."
„Met zes en dertig uur?"
„Ja, juist, dat had je daar wel noodig!"
Het ijs is ongemerkt gebroken: de „aller
laatste keer" neemt 'n goede wending. Twee
mobilisatie-menschen spreken met elkaar,
begrijpen eikaars militaire jargon. En waar
om dan ook eigenlijk niet? 't Gaat ge
smeerd, ongemerkt, achter 't huis, tegen de
binnenplaats aan, de typische Limburgsche
binnenplaats van 'n groot huis. En net als
in de mobilisatie-jaren: sigaretje voor en
sigaretje na. 't Heeft er bijna veel van, alsof
't gisteren gebeurd is, en niet twintig jaar
geleden. Pinckaers herinnert zich alles nog
als de beste.
„Wat wilden die officieren?"
„Ze zeiden, dat ze over de grens moesten,
nach Holland! D'r was groote haast bij en
ze hadden maar heel weinig tijd."
„Ja, maar, dat gaat zóó niet! Laat Uw
Scheine" eens zien. Nou, en wat ik daar
zag, géén goeie papieren. IJ komt er niet
over, d'r staat geen stempel van den IIoI-
landschen consul in 'Luik, Antwerpen of
Brussel op. 't Gaat niet!"
„Interneeren!"
De officieren bleven aandringen, maar ik
zei: „Ik laat U er beslist niet door! Als U
zich laat interneeren, dan kunt U in Hol
land komen!"
„Ja, schon gut! Internieren! Aber bald!
We hebben de grootste haast!"
„Waren ze gewapend en nam U hun de
wapens af?"
„Ze waren zwaar bewapend, sabels, revol
vers, en voor in eiken wagcp stond aan elke
kant een geladen karabijn. De wapens leg
den ze direct in de auto's, die hierna do
grensscheiding over trokken. Bij het café
even over de grens bleven ze staan; daar
moesten ze wachten."
Nu moest ik den bataljonscommandant,
majoor Van Dij 1in Maastricht, telefonisch
waarschuwen, 't Was onderhand half zeven
geworden. Een van mijn wachtsoldaten kort
ik 't niet laten doen; ik als waehtcomman-
zou dus moeten weggaan, 'n Moeilijk ge
val, maar ik deed 't. Doch ik had 'n ste-
vigen landstormkerel d'r bij, zoo eentje met
haar op de tanden. „Jij bent zoo lang wacht
commandant, totdat ik d'n maioor opgebeld
heb. totdat ik weer terug ben."
„Komt best in orde, sergeant, en als d'r
een 'm smeren wil, schiet ik h'm dood!"
'k Deelde d'n generaal mee, dat ik den
bataljonscommandant in Maastricht zou
gaan opbellen. Dadelijk verbinding. Je kon
echt merken, dat de majoor in z'n slaap
gewekt werd: hij begreep eerst weinig van
m'n verhaal. Maar toen: ik kom met lui
tenant Brouwer."
Een generaal met een oude pet.
Ik terug naar de grens, en jawel,
daar liepen ze allemaal langs en bij
de auto's. Ik ging 'r ook eens langs
loopen. Bij den derden wagen stond
een hooge officier, 'n generaal, den
linkerarm wat omhoog, lang geen
nieuwe kleeding aan, en ook geen
Het Belgische douane-kantoor, waar de
Duitsche auto's nie* verder konden, voor
men den wensch te kennen had gegeven,
geïnterneerd te willen worden.
nieuwe pet op, en de knevelpunten
naar beneden, 'k Keek hem eens
goed aan, dien had ik vaker op fo
to's gezien, maar z'n naam wou me
niet direct te binnen schieten*
Hij sprak me aan: „Wie neent man solcK
einene Soldat in Holland?", terwijl hij op
m'n strepen wees. „Sergeant, Zijne Excellen
tie," zei ik, „onderofficier. Zijne Excellen
tie." „Ach so, bei uns ist das ein Unteroffi-
zier.". En voortgaande; „Wat is 't hier een
mooi landschap, Prachtig! Ik ken Holland
heel goed, ben ei- meer dan eens geweest,
Als kwajongen in de buurt van Arnhem.
Daar was zoo'n trammetje, dat vaak uit de
rails liep, en dan mochten wij jongens den
conducteur helpen, om de tram weer in de
rails te zetten. En dan kregen we er 'n gra
tis tochtje mee! En dan Amsterdam. Hat ein
ganz schönes Museum, das schönste der
ganze Welt. En in Den Haag ben ik ook
meer dan eens geweest; daar kwam ik bij de
prinses Von Wied! En vin je 't niet fijn, dat
er morgen vrede is?"
„Vrede, Zijne Excellentie???"
„Ja, ja, morgen is 't vrede. Morgenochtend
om elf uur wordt de wapenstilstand geslo
ten!"
,,'t Is em!"
Toen ging me 'n licht op, ik twijfelde nief
langer. Dat moest de Duitsche keizer zijn.
Dat kan niet anders- Ik kan dus met den
keizer gesproken.
,,'k Liep nog eens verder on toen weer te
rug. Daar zag ik meneer W. de Graaf, de
rijksontvanger, wien ik 't vertelde. Die
moest eerst lachen. De keizer! Maar we
gingen samen naar z'n huis, 't was aan de
grens; hij had nog 'n oude foto van den
keizer. „Ja, hij is 't! 't Is de Duitsche keizer!'
Meneer de Graaf ging met me mee, en
ook hij zei: ,,'t Is do Duitsche keizer, 't Is
'em!" Önderdehand bleven we op d'n ma
joor wachten: de officieren stonden met el
kaar te praten; de keizer stond d'r ook bij;
Toen ze den majoor met den luitenant Brou
wer zagen komen, gingen ze allemaal op n
rij staan, de keizer in 't midden. Dat was
natuurlijk op Hollandsch gebied, zooals U
begrijpt. De majoor ging eerst naar den kei
zer: hij kreeg van allemaal 'n hand. Maar
de majoor was nogal zenuwachtig, doch hu-
tenant Brouwer heelemaal niet. Die was reu
ze flink! Die heeft later ook met Den Haag
getelefoneerd. Natuurlijk met d'n Opperbe
velhebber, met Generaal Snijders. Intus-
schen was Eysdcn wakker geworden; men*
schcn, die naar de vroegmis van half acht
zouden gaan, misten de Mis, zoo nieuwsgie
rig waren ze." j|
„Maar moesten de officieren dan zoo lang
blijven wachten?"
„Ja, van zes tot acht hebben ze gewacht;
ongeveer 20 officieren en 9 auto's. Als n
loopend vuurtje ging 't door Evsden, dat de
keizer in Holland was, en heel het dorp hep
uit. D'r waren hier toen een massa Belgen;
nou, en die waren lang niet vriendelijk legen
hem! Dat kun-de- wel begrijpen, nietwaar.
„En hoe ging.'t toen verder"?
„Om acht uur gingen ze rechtstreeks met
de auto's naar het station hier in Eysden.
Daar heeft de keizer lang met den stations
chef W. de Clerccj gepraat. D'r was 'n groote
belangstelling daar bij 't station, dat ik da
delijk heb laten afzetten. De keizer heelt
lang op 't perron gcloopen. Eerst om onge
veer elf uren is hij in z'n trein gegaan, en
hij is d'r niet meer uitgekomen?"
„Trein?"
„Ja, zeker, zo wisten, dat op de lijn, waai*
over in vier jaren van Visé geen trein ge*
komen was, de Duitsche trein van d'n kei
zer zou kom. n. Maar wij militairen hebben
d'r niets van geweten, dat de keizer zou ko
men. De .spoormenschen wél."
„Wat was dat met dien trein?"
,,D» trein van d'n keizer had twee groot
locomotieven voorop: d'r waren salonwagen
en keukenwagens hij. En koks in kcuiig
witte kleeding."
„Hebt U naderhand nog wel eens wat van
den keizer gehoord of gemerkt.?"
„Nee, nooit meer!" jtl
(frn één uur dien middag kwamen er veel
marechaussees. En dat was ook wel nootus
ook, want van alle kanten uit Limburg,
voet, met de fiets, wagens, waren de me
schen hiernaar toegekomen.'t Was'n gevve
digo drukte. Maar de moesten hebben de
keizer natuurlijk niet eens gezien! F.n no
heusch, meneer ,is het de allerlaatste ke
geweest, dat ik 't verteld heb! 'k Doe bei
nóóit meer!"