Wij lazen voor U
j VERBODEN i
^rv%h,£G^
EN 01
ITTiiO
De Spoorwegen
reorganiseeren
Radioprogramma
j door
j edgar ricl
burroughs
- Uit de Pers van heden
Ongeluk met stofzuiger
UIT ONZE. OOST
Het onderzoek van Nieuw Guinea
Luchtdienst
Amsterdam Manchester
wordt stopgezet
Rijksambtenaar knoeide
met declaraties
Een dure rit
Uoetdmt
Het Bondselftal tegen
Rotterdam
F e u I lleton
maurice walsh
No. 27.
Onmiddellijk draaide Helen zich om en kroop
onder de achterwand door. Stil bleef ze staan
en wachtte tot een oer bewakers zich om
draaide, waarna ze het bos insloop. Thome
was verwonderd en boos, toen hij zag dat
Helen verdwenen was. Hij vermoedde, dat ze
een bezoek van hem verwachtte en dat ze
zich nu ergens in het kamp verborgen had,
maar het kwam niet tij he mop, dat ze de
gevaren van de junglenacht zou durven trot
seren. Helen liep door de duisternis. De maan
klom hoog aan de hemel en ze verhaastte
haar schreden. Als door een wonder ontkwam
ze aan de wilde dieren en bij het aanbreken
van de dag bevond ze zich op een grote open
vlakte. Haar spieren waren vermoeid, maar
ze strompelde voort. Vlak bij haar waren
drie kanibalen op jacht, waarvan één haar
plotseling zag. „Een blanke vrouw,,' riep
Chemungo uit, .laten we haar gevangen ne.
men." Geluidloos kropen de krijgers door het
lange gras, totdat ze dicht genoeg bij waren,
waarna ze op de arme Helen toesprongen!
HET „ROOMSCH-ROODE SPOOK".
In een beschouwing over de memorie van
antwoord, waarmee de regeering het poli
tieke debat, dat gisteren in de Tweede Ka
mer plaats had, heeft ingeleid, komt het
Volk (S.D.A.P.) tot de conclusie, dat de re
geering zich aan een onmogelijke taak zet,
althans indien zij haar taak aanvat op de
wijze, zooals in de memorie, uiteengezet.
Het Volk motiveert zijn sombere conclu
sie aldus:
Dat het huidig kabinet gemis aan eens
gezindheid vertoont, geeft de memorie „in
zeker opzicht" toe. Het verweer, dat zij hier
tegen aanvoert, is, zeer zwak. Immers, het
komt op niet anders neer dan de nogal na
re vraag: „weet Gij een betere combinatie?"
Of om het in de stijl der regeering te zeg
gen: „welke combinatie blijft er dan prac-
tisch over, buiten die eene, waarop van
één zijde de hoop gevestigd wordt en van
de andere zijde met het doove oor geluis-
terd wordt?"
Men proeft in de woordkeuze de staats
manswijsheid van dr. Colijn. Wij willen er
slechts dit van zeggen. De sociaal-democratie
staat niet te dringen om, in vereeniging
met de katholieken, mogelijkerwijs aange
vuld met derden, tot het regeerkasteel te
worden toegelaten. Geen enkele politieke
partij, die haar zinnen bijeen heeft, zal
zich gebrand toonen de trieste erfenis van
ruim een half dozijn jaren aanpassingspoli
tiek te aanvaarden.
Toch zijn wij bereid de social-eco-
nomische inzichten, die wij bij voort
during tegenover de Coliniaansche
politiek hebben verdedigd, in prac-
tijk te brengen, indien ons in een
hiervoor geëigende combinatie de
kans wordt geboden. Zoo is de posi
tie en het is voor ons geheele volk
een ware jammer, dat de innerlijke
tweestrijd in de roomsch-katholieke
staatspartij, nog steeds de vorming
belet van een nieuwe, actieve re-
geeringscombinatie, waaraan de
behoefte te duidelijker wordt gede
monstreerd door het nauwelijks ver
holen leedvermaak, waarmede dr.
Colijn, ter bemanteling van de
zwakheid der door hem geleide
ploeg, het roomsch-roode spook over
den achtergrond van het politiek
tooneel doet huppelen.
HEUSCH SLUITENDE GEMEENTE-
BEGROOTINGEN?
Uit het Handelsblad (lib.)
De twee door de regeering voorgestelde
nieuwe gemeentelijke belastingen, 'te weten
le. een nieuwe inkomstenbelasting, te hef-
fen volgens het proportioneele stelsel (dus
zonder progressie in de heffing) en 2e.
een nieuwe forensen-belasting, zijn voor ons
oordeel slechts dan verantwoord, wanneer
de gemeentebesturen, die tot de heffing
van deze beide of van één dezer belastin
gen willen overgaan, er van verzekerd
kunnen zijn, dat met inbegrip dezer belas
tingen hun begrooting voor het volgende
jaar sluitend zal kunnen worden gemaakt,
desnoods met hulp der regeering.
Zonder dat vooruitzicht zullen niet vele
gemeentebesturen deze nieuwe belastingen,
waarvan de nieuwe inkomsten-belasting
slechts mag geheven worden door de nood
lijdende gemeenten, willen invoeren.
N.S.B. TEGEN DICTATUUR?
Het Nationale Dagblad (N.S.B.) in een
aanval op den minister van Justitie terzake
van diens houding met betrekking tot den
wilden busstrijd:
Het optreden van minister Goscling te
gen de wilde autobusdiensten heeft op
nieuw aanleiding gegeven tot zeer ernstig
misnoegen.
Was in Oss de zaak, waarom het ging,
reeds hoogst ernstig, zoo beduidt de hou
ding van den minister in de wilde autobus
affaire een onmiddellijke terzijdestelling
van rechterlijke beslissingen. De minister,
die zich blijkbaar oppermachtig schijnt te
gevoelen, heeft hiermede een weg bewan
deld, die voor de rechtszekerheid voor ons
volk de grootste gevaren medebrengt.
In strijd met de onafhankelijkheid der
rechterlijke macht, het laatste bolwerk van
de leer der scheiding der machten, heeft
Goseling openlijk het pad der dictatuur be
treden, t.w. de dictatuur der R.K. Staats
partij.
Meisje te Stolwijk door
stroom gedood.
den
Gistermorgen omstreeks tien uur is bij
den kruidenier A. Stoppelenburg te Stol
wijk een ernstig ongeluk gebeurd.
De 14-jarige dochter Bernardina was met
een stofzuiger bezig de woonkamer schoon
te maken. Naar alle waarschijnlijkheid was
het apparaat defect, waardoor het meisje
den stroom door het lichaam kreeg. Zij was
op slag dood.
Voorbereidende arbeid
voltooid.
thans
In zake het exploratiewerk van de Ne-
derlandsche Nieuw Guinea petroleum maat
schappij in Nieuw Guinea wordt naar de
N.R.Crt. meldt, van het Departement van
Verkeer en Watrestaat, vernomen ,dat de
opname van luchtfoto's in den z.g. Vo
gelkop en Noord Nieuw Guinea over een
oppervlakte van in totaal 10 millioen thans
bijna gereed is. Het exploratieplan is goed
gevorderd. De voorbereidende arbeid is vrij
wel voltooid. Uit de verkregen resultaten
kan worden afgeleid, welke structuren
voor een verder onderzoek door middel van
diepbringen in anamèrking komen.
Heropening tegen 1 Maart 1939
verwacht.
Tegen het einde van deze week zal de
K.L.M. haar dienst AmsterdamManches
ter stopzetten. In de richting Manchester zal
het laatste vliegtuig Vrijdag, 11 November,
vertrekken, terwijl op 12 November voor
de laatste maal in de richting Amsterdam
zal worden gevlogen. Waarschijnlijk kan
tegen 1 Maart van het volgende jaar de
heropening van deze lijn worden verwacht.
Zooals men weet, lag het aanvankelijk
in de bedoeling dezen dienst reeds met in
gang van den winterdienst te staken. De
goede resultaten, welke evenwel verkregen
werden, gaven er aanleiding toe de lijn
AmsterdamManchester v.v. nog eenigen
tijd in exploitatie te houden.
Voorwaardelijke gevangenisstraf
opgelegd.
De Haagsche rechtbank veroordeelde,
conform den eisch van den Officier van
Justitie, een ambtenaar bij den Rijksge-
bonvvendienst, die zijn declaraties voor
dienstreizen te hoog heeft opgesteld, tot
een voorwaardelijke gevangenisstraf van
twee maanden.
Een nieuwe afdeeling zal zich
bezig houden met de ontwik
keling van het reizigersvervoer.
Naar wij vernemen hebben de
plannen tot hergroepeering van de
diensten van vervoer en handelsza
ken en van exploitatie bij de N.V.
Nederlandsche Spoorwegen thans
hun definitieven vorm gekregen.
De zeven afdeelingen van eerstgenoemden
dienst en de vijf afdeelingen van de tweede
benevens een der afdeelingen van den alge-
meenen dienst, zullen worden samen ge
voegd tot elf afdeelingen, waarvan zeven
zullen behooren tot den dienst van het ver
voer en vier tot de commercieele afdeeling.
Aan deze elf wordt nog een nieuwe afdee
ling toegevoegd, welke zich zal bezig hou
den met de ontwikkeling van het reizigers-
vervoer in denzelfden geest als reeds ge
schiedt voor dat van goederen. Het is de
bedoeling, dat de met het bovenstaande sa
menhangende verschuivingen op 1 Januari
a.s. hun beslag zullen hebben gekregen.
Automobilist met f 2000.be
boet.
Het Amsterdamsche Gerechtshof veroor
deelde gisteren een Hagenaar, die door
roekeloos rijden te Wassenaar in den nacht
van 1 op 2 Maart van het vorige jaar een
auto-ongeluk heeft veroorzaakt tot een
voorwaardelijke hechtenisstraf van twee
maanden en f 2000.boete.
Drager als rechtsbuiten.
Onder voorbehoud, dat van Male en van
Heel in het Rotterdainsche elftal zullen
spelen, is het bondselftal door de Keuze-
Commissie van den K.N.V.B. voor den
Zondag 20 November te Rotterdam te spelen
wedstrijd om den gouden onafhankelijk
heidsbeker als volgt samengesteld:
Doel: Dijkstra (Z.F.C.)
Achter: Weber (A.G.O.V.V.) en Calden<-
hove (D.W.S.)
Midden: Paauwe (Feyenoord), Anderies-
sen (Ajax) en Roelofs (Go Ahead).
Voor: Drager D.W.S.)van der Veen
(Heracles). Dumortier (D.O.S.), de Vroet
(Feyenoord) en de Harder (V.U.C.)
Reserves: Dommers (V.U.C.), Been en
Blomvliet (beiden Ajax) en van Leur
(D.O.S.).
DONDERDAG 10 NOVEMBER 1938.
Hilversum I, 1875 en 415,5 m.
8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO.
2.00—12.00 NCRV.
8.009.15 Gramofoonmuziek. (Om ca. 8.15
Berichten)
10.00 Gramofoonmuziek.
10.15 Morgendienst.
10.45 Gramofoonmuziek.
11.30 Godsdienstige causerie.
12.00 Berichten.
12.15 KRO-orkest (1.001.20 Gramof.muz.)
2.002.55 Handwerkuurtje.
3.00 Zang, piano en gramofoonmuziek.
3.45 Berichten, Bijbellezing.
4.45 Gramofoonmuziek.
5.00 Cursus handenarbeid voor de jeugd.
5.30 Gramofoonmuziek.
6.30 Causerie over tomaten.
7.00 Berichten.
7.15 Boekbespreking.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten.
8.15 Orgelspel.
9.00 Causerie over de beteekenis van de Chris-
telijk-sociale beginselen voor dezen tijd.
9.30 Christelijk Radiokoor, en gramofoonmuz.
10.00 Berichten ANP., actueel programma.
10.30 Sonora-kwintet.
10.45 Gymnastiekles.
11.00 Vervolg concert.
11.40 Gramofoonmuziek.
Ca. 11.5012.00 Schriftlezing.
Hilversum II, 301,5 ml
AVRO-Uitzending,
8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.15 Berichten),
(Om 8.15 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gewijde muziek (Gr.pl.).
10.35 Omroeporkest. (In de pauze: Causerie
„Waarom is er onrust in Palestina?;
om 12.15 Berichten;).
12.30 Het AVRO-Amusementsorkest.
I.15 AVRO-Aeolian-orkest m.m.v. solist.
2:00 Voor de vrouw.
2.30 Cellovoordracht.
3.00 Cursussen voor de vrouw.
3.45 Gramofoonmuziek.
4.00 Voor de zieken.
4.30 Orgelspel.
5.00 Week-Kaleidoscoop.
5.20 Gelukwenschen.
5.30 De Twilight Serenaders en gramofoonmuz.
6.30 Sportpraatje.
7.0 Voor de kinderen.
7.05 Het AVRO-Dansorkest.
7.30 Engelsche les.
8.00 Berichten ANP; radiojournaal; mededee-
lingen.
8.20 Het Concertgebouw-orkest m.m.v. soliste.
(In de pauze: Causerie „Shaw over Beetho
ven").
10.35 Gramofoonmuziek.
10.45 Schaaknieuws.
II.00 Berichten ANP, hierna het ensemble
Friedl Schick, m.m.v. soliste. (Tot 12.00).
34.
Nu moet je je nergens meer druk over ma
ken kindlief," zong de milde klokkenklank
van' haar stem. „Trek je nergens meer iets
van aan. Ach, waarom heb ik de gave toch met
om te maken, dat alles als oen droom voorbij
gaat, mo lanaveen oge (mijn klein kindje)!"
Toen keek ze naar Shamus Og, al hoofd
schuddend.
„Voor jou heb ik geen enkele boodschap.
Shamus Og, zoon van je vader. Vergeef het me
maar."
„Dat doe ik zeker, Maag Carty. Zooals jg
het doet is het altijd goed."
„Je bent te sterk voor me." Ze ging naar
de deur.
„God zij met jullie!" was haar laatste zege
bede en daarmee verdween ze, haar man ach
terna.
3.
Een uur later kregen ze opnieuw bezoek.
Een dame. Niet Julie Brien, hoewel Shamus
Og vol hoop had opgekeken. Dit was een
donkere dame met een donkere voor
haar gezicht; niemand anders dan Elspeth
Trant; ze zag nog steeds zeer bleek onder het
zwarte gaas en haar oogen waren groot en
blauw. Ze was zenuwachtig, maar ze slaagde
er niet in, dat niet te laten merken.
Rogue McCoy kwam overeind en Shamus
Og met hem; haar schouders hadden een ge
baar van huivering, toen ze de aaneengekop-
pelde handen zag.
„Het doet me verdriet, dat ik jullie zoo
moet weerzien," zei ze vlug.
Rogue had zoo'n moeite met het vinden van
zijn woorden, dat Shamus Og voor hen belden
moest antwoorden.
„Dat behoeft heelemaal niet mevrouw," zei
hg beleefd. „U kunt niet helpen dat we hier
zitten."
Zij scheen Rogue voorloopig over het hoofd
te zien; ze liep op Shamus Og toe en strekte
haar hand uit, die hg onhandig greep met
zjjn linkerhand.
„Ik wou je bedanken omdat je me gisteren
zoo één twee drie uit het gedrang bevrijd
hebt!"
„Dat hoeft heelemaal niet, mevrouw."
„Het spijt me, dat je in moeilijkheden ge
raakt bent dat had j niet verdiend."
„O, dat zijn de gevolgen van den oorlog!"
grinnikte Shamus Og.
Ze wierp een blik op Rogue. „Gaan Jullie
alsjeblieft weer zitten," drong ze aan en
kwam een stap naar voren, om ze weer op de
bank terug te duwen. „Ik wou met u ook een
woordje spreken, meneer Rogue McCoy.
Zij gingen weer zitten, zij aan den kant van
Rogue; Shamus Og keerde zich van hen af
zijn hand waar de boei zat op zijn heup ge
steund en keek naar het kleine getraliede
venster.
„Wat ellendig, Rogue McCoy," zei ze.
„Wat? Een maand in de nor?" hij glim
lachte gelijkmoedig, waarop zij den anderen
kant uitkeek.
„Ja dat alleen! Dat andere dat zou vroeg
of laat toch hebben moeten gebeuren."
Rogue negeerde de diepere bedoeling, die
achter haar woorden zat. „Een maand in de
nor is niets voor een zigeuner," zei hij luch
tig. Haar schouders schokten licht bij het
hooren van zijn woorden. Hij had zijn ver
bonden hand op zijn knie gelegd. Zij liet haar
oogen er op rusten.
„Een gekneusde knokkel en een verrekte
duim," deelde hg mee. Het leek we' of hij er
behagen in schepte, met deze jonge dame open
kaart te speler.. „Jamesy Coffey zegt dat ik
het alleen maar aan mijn eigen onhandigheid
te danken heb gehad."
„Was dat uw knecht, die zoo'n merkwaar
dig verhaal deed als getuige?"
„Neen, niet mijn knecht, mevrouw Trant,
ik ben zijn knecht. Jamesy Coffey is de baas,
de hoogste instantie, het opperhoofd. Hij heeft
mij onder zijn vleugels genomen; overdag be-
drilt !j me en 's nachts dekt hij me warm
pjes ioe."
Shamus Og lachte achterom. „Je zegt het
goed," zei hij, „je moet den ouwen baas zijn
eigen gang laten gaan."
„Dan komt alles terecht!"
,0 zoo!"
„Is dat mooie meisje mét dat rooie haar
zijn dochter?" vroeg mevrouw Trant.
Shamus Og hervatte met een ruk zijn studie
van het enster, terwijl het bloed hem in het
gezic steeg.
„De dochter van zijn vrouw," vertelde Rogue
.ïaar. Maag Carty heet ze, een ongenaakbaar
koninklijke vrouw, helderziende en met de
wondei-gaven van het oude Egypte tot haar
jeschikking."
„De oude heks!" mompelde Shamus Og.
Elspeth Trant's zenuwen die door de inlei-
ende gesprekken tot kalmte leken gekomen,
eigden haar nu weer de baas te worden; ze
>n haast niet big ven stilzitten; ze klopte met
de punt van haar schoen op der grond; ze
neep de handen 'neen en strengelde de vin
gers door elkaar en weer los; ze wierp, vlugge
blikken op Rogue en keek dan weer weg. En
die, sterk en kalm onde zijn kneuzingen en
wonden, keek haar met zijn beide oogen, het
eene open, het andere halfdicht, aan en
wachtte.
„U hebt me een raad gegeven!" Eindelijk
begon ze zachtjes te spreken. „Daar heb ik
heel erg over nagedacht."
„Misschien was het wel geen heel wijze
raad," zei hij. „Misschien hebt u wel gemerkt
dat ik niet heelemaal bg mgn positieven was,
toen ik hem gaf."
Zg zweeg.
„Ik weet ook wat angst is," zei Rogue.
Daarmee gaf hij te kennen, dat hij wist wat
de kern van haar meest verborgen gedachten
was.
Zij boog zich voorover en haar lippen be
gonnen te trillen. „Ik begrijp zelf niet goed,
hoe ik er bij kom, om u lastig te vallen.
„Maar hebt u zelf zooveel doorgemaakt, dat
u mg, die zoo zonder eenige ervaring en zoo
dood alleen ben, heel goed met uw zuur ge
wonnen arbeid zoudt kunnen helpen. Ik wou
vrij zijn ik wou me zuiver kunnen voelen
ik wou dat mijn leven de moeite waard
zou zijn. U weet het misschien niet, maar u
hebt me al eens geholpen toen ik hulp zoo
zeer noodig had. Het ieek er wel wat op
dat doet het nog alsof er iets van een
band tusschen ons was. Dat wou ik u zeggen.
Maar is dit sterk genoeg?" Zij had een droe
vig glimlachje. „Het is zoo'n zwakke band,
a' zoo tot het uiterste gerekt en nu gaat
u uit mijn leven weg. Misschien zie ik u nooit
meer. O, neen, neen! Ik wil niet langer om
uw hulp bedelen."
Eigenlijk was ze nog maar een kind, een
kind in een half vreemd land, gezegend met
aardsche en andere goederen, die haar ge
vaarlijk konden worden; ze was niet zoo heei
verstandig, gansch niet wereldwijs en gedre
ven door een krachtig verlangen, de baas te
blijven over haar eigen ziel daarbij kwa
men de netten van een groote verleiding
steeds naderbij. Hij Keek haar aan met een
vriendelijken blik, waaruit zuiver m toege
negen vertrouwelijkheid sprak, legde een van
zijn verbonden vingers op haar gehand-
schoende handje en terwg'1 hg die daar liet
rusten als ware hij de brug tusschen hen
beiden, begon hij met groote beslistheid te
spreken.
„Dit kan ik alleen maar zeggen. Ik blijf
bij wat ik u geraden heb. Maak u los van
uw tegenwoordig leven, tracht opnieuw te
beginnen en zet door misschien zgn een
paar maanden voldoende, om u weer vasten
grond onder uw voeten te gever, en te ma
ken, dat u de dingen weer zuiver ziet. Ga op
reis. het doet er niet toe waarheen en zorg
vooral, dat niemand maar da n ook nie
mand aan de weet komt, waar u heen
gaat."
„Daarna," hier hief hij zijn vinger op en
maakte een bezwerend gebaar in de lucht,
„zult u pas in staat zijn van uw eigen leven
te maken, wat u er van verlangt, en van uw
obsessies zult u bevrijd wezen. Probeert u
dat eens."
Zij naaide diep adem. „Maar ik heb ver
plichtingen."
„Tegenover u zelf."
„Maar u moet den ouden heer niet verge
ten een man, die voelt, dat hij oud wordt
die altijd goed voor me geweest is die
me noodig heeft. Het zou laf zijn om weg te
loopen."
„Wou u dan wegloopen?"
Haar oogen bleven neergeslagen en haar
stem was niet meer dan een gemurmel, toen
zg antwoordde:
„Als ik u bg me had om me te helpen
„Als dat zoo is," zei Rogan Stuart somber,
„dan zult u uw eigen weg in het onbekende
moeten zoeken."
Er werd aan de deur gerammeld en een
marechaussee kwam om den hoek kijken.
„Het is bijna tijd voor den trein, mevrouw."
Ze kwam overeind en de beide mannen
met haar. Zij keek geen van beiden aan. Er
was een koude gelijk de koude des doods in
haar stem. „Vaarwel! W zullen elkaar waar
schijnlijk nooit weerzier'Daarmee ging ze
het vertrek uit, zonder éénmaal om te kij
ken. En Rogan Stuart bleef naar de deur
staan kijken, die achter haar dichtgevallen
was. Op welk een moeilijken weg gingen haar
voornemens haar voeren naar welk doel,
welk noodlot? Wie zou de man zijn, die haar
metgezel zou worden op dien weg? Moest zij
dien weg gaan was dat onvermijdelijk?
En weer voelde hg die wonderlijke, intense,
sterke emotie over zich komen, een emotie
te sterk, om geheel onpersoonlijk te zijn. Toen
begon hij te begrepen, dat zij in haar nood
hem om hulp aangeroepen had, en dat hij
haar in den steek gelaten had.
„Dat was nog eens een vrouw, sta me
bij, als het niet waar is," zei Shamus Og.
Wordt vervolgd.)