roman 1938-39 Lee Leerbewerking RADOX Hoofdstukken: „halzen" „mouwen het voornaamste Een „onder-ons met Belgische vrouuen Zaterdag 10 December 1938 Vierde blad riet voorhoofd vrijhoofdmode van het huidige CURSUS GEEN VETPUISTJES MEER 9 Wintermode - HET HAAR BIJNA ONBEDEKT, DaT SEIZOEN! DAAROM: HééL KLEINE HOEDEN OF MUTSEN! EEN WOLLEN PETJE, SLECHTS MET EEN STRIK VERSIERD, IS VAAK VOLDOENDE OM EEN ZééR GEKLEEDE JAS TE COiMPLETEEREN! W5T- LES V. (door een 'deskundigen medewerker Wij vestigen er nog eens de aam dacht op, dat zij, die aan dezen gratis cursus leerbewerking deel willen nemen, geheel kosteloos de noodige -patronen kunnen verkrij gen mits zij zich slechts even de moeite getroosten haar naam en adres aan onze redactie- op te ge ven. Aan het eind van dezen cur sus waarvoor groote belangstelling blijkt te bestaan, organiseeren wij een tentoonstelling van door onze abonnée's ingezonden werkstuk ken; voor de mooiste inzendingen worden fraaie prijzen beschikbaar gesteld Redactie* Kamétui. We mogen nu veronderstellen, dat de cur sisten zioh eenigszins hebben geoefend en zich niet meer heelemaal op glad ijs bege ven, wanneer zij nu een eenvoudig voor werp van leer gaan maken, in dit geval een kam-étui. Daarvoor zijn noodig: twee stuk jes schapenleer, of wil men daarvoor een duurdere soort gebruiken, ook goed, maar beslist noodig is zulks niet. De afmetingen ,van beide stukjes zijn ruim 19 c,m. bij 5 c.m. en 12 c.m. bij 5 c.m. Wil men het étui voeren best, maar dan zijn nog een paar stukjes voeringleer noodig, voorts ruim IV2 c.m. Jeerband en 1 drukknoop. Kies voor boven- en voeringleer nooit kleuren, die niet met elkaar harmonieeren. 't Leerband kiest men in de meeste gevallen in de kleur van het bovenleer. Men begint natuurlijk als men ongekleurd gchapenleer heeft, dit te verven in de kleur die men wenscht. Denkt erom, eerst uw leer voch tig maken! Daarna snijdt men het leer volgens het door U ontvangen patroon in de daarin ge- teekende vormen. Nu het leer nog vochtig is, kan men direct gaan stempelen volgens het patroon. Natuurlijk kan men versierin gen aanbrengen door middel van den lij- nentrekker, of een stempel, indien U den laatsten bezit. Hierna laat u de beide stukjes leer dro gen. Na dit drogen zult u bemerken, dat het leer er niet mooier op is geworden. Maar dat komt terecht. U neemt nu een weinig boenwas en smeert dit op den glad den kant van het leer. Even laten indrogen en daarna met een zachten doek flink uit wrijven. Het leer krijgt nu een mooien glans en is meteen tegen waterdroppels bestand. Nu worden de beide stukjes voeringleer op den ruwen kant van het bovenleer geplakt. Het geheel minstens 24 uur onder druk la ten drogen. Wanneer dit is gebeurd, worden beide stukjes leer op elkaar gelegd, nadat de randjes van te voren met rubberlijm zijn ingesmeerd. Dit pakt direct en uw zakje is gevormd. Mocht door één of andere oorzaak een der stukjes leer uitsteken, dan eerst bijknippen. Hierbij komt nu meteen uit, of ge precies volgens het model hebt gewerkt. De scherpe hoeken worden een weinig bij- gerond en in die hoeken wordt met de hol- pijp een gaatje geslagen. De twee- of drie tand wordt nu te voorschijn gehaald en precies op één lijn slaat men de spleetjes, nie te dicht op den kant, want dan zou het leer gemakkelijk inscheuren bij het rijgen niet leerband. Reeds den vorigen keer is er op gewezen, dat de spleetjes op den bo venkant van het leer werden ingeslagen Nu worden nog even de randen van uw kamétui bijgekleurd met de verf, die ge bruikt is. Dit kan het beste met een penseel gebeuren. Daarna volgt het rijgen, zooals dat in de vorige les is behandeld. Denkt om den be gin- en eindsteek, en twee steken in een hoekgaatje, dat zal in het begin nog wel doch een frissche gave huid door geregeld gebruik van Radox in Uw waschwater Bij apothekers en erkende drogisten f0.90 per pak en f 0.15 per klein pakje OO Ir eens moeilijkheden opleveren; maar al doen de leert men! Nu eerst even een opmerking. Op uw mo delblad is geen drukknoop aangegeven. Wie het dus zonder drukknoop denkt te redden, is hiermede klaar. Zet men wel een druk- kfioop aan, dan dient men de versiering, wij bedoelen het stempelen, eenigszins te veranderen. Uw stempelmotief komt dan niet zoo hoog, als op het modelblad is aan gegeven. Het stevige en toch sierlijke kamétui is nu klaar! Goed succes! Wat de modehuizen onder win tercollecties verstaan is eigenlijk slechts een aanvulling op wat zij* ons in den herfst laten zien. De groote mode-parades worden in de lente en in het najaar gehouden; zomer en winter spelen, merkwaar dig genoeg, slechts een onderge schikte rol. De zomermode is de voorjaarsmode, ontdaan van wat het groote publiek met onverschil ligheid ontvangen heeft; de winter mode is van die van den herfst een tweede uitgave. Maar die tweede druk is toch niet geheel aan den eersten gelijk. Vele modehuizen maken van de gelegenheid gebruik verbeteringen aan te brengen, en er zijn er ook, die aan den vroeger in het licht gegeven mode-roman geheele hoofdstukken toevoegen, nieuwe hoofdstukken, vol nieuwe ideeën, die, als ze inslaan, bij de volgende goede gelegenheid in on derdeden zullen worden uitge werkt. is, wanneer zij door ieder aanvaard is, met een over haar hoogtepunt heen. Naar 1895 terug? Ook de mouwen ondergaan een verande ring. Niet in haar voordeel, naar mijn mee ning. Niet zonder eenige verbazing heb ik moeten vaststellen, dat de pofmouw de „manche a.gigot", zooals dat in het Fransch heet af haar best doet naar den voor grond te dringen en een omvangrijke rol te gaan spelen. Gaan we in dit opzicht werke lijk naar 1895 en 1900 terug? Het is bijna niet te gelooven, maar het ziet er wezenlijk naar uit. Nu wil ik niet beweren, dat een pofmouw, onder bepaalde omstandigheden, geen alleraardigst effect maken kan. Voor heel smalle vrouwtjes, die er eën beetje breeder, een beetje forscher, willen uitzien, is een paar flink poffende mouwen zelfs Hypermoderne vrouwen dragen bij voorkeur heel hooge halzen aan haar japonnen en zijn niet af- keerig van zeer ruim vallende mouwen. Onze belangstelling blijft ge prikkeld. De wintermode wijkt ook dit jaar op ver schillende punten af van wat men ons in het najaar als „dernier cri" toonde. Zoo gaat het nu eenmaal; de laatste „kreet" trilt nog in onze ooren na of er wordt alweer een nieuwe geslaakt. Zo.o blijft onze belangstel ling geprikkeld: als er één „perpetuum mo bile" (toestel dat eeuwigdurend in beweging blijft) in de wereld is dan moet het wei de mode zijn. De wijzigingen, die men aangebracht heeft, betreffen in het algemeen kleinighe den. Kleinigheden? Het is maar de vraag op welk standpunt men zich stelt. Zonder twijfel kan men veranderingen in de coupe van hals en mouwen kleinigheden noemen, maar aan den anderen kant zijn het juist die kleinigheden, welke bij de beoordecling van een toilet den doorslag geven. Is alles niet betrekkelijk? En kan een kleinigheid, in bepaalde omstandigheden, niet de belangrijkste en ernstigste gevolgen na zich sleepen? Zijn het niet louter klei nigheden, die de elegantie van een vrouw uitmaken? Kan één leelijke scheeve tand in een overigens mooi mondje niet alle aan trekkelijkheid van een lief gezichtje wegne men; maakt de eene hoed ons niet belache lijk en de andere alleraardigst? En geloof niet dat er tusschen die beide hoeden zoo veel verschil bestaat; het geheele verschil schuilt vaak maar in enkele vierkante cen timeters vilt of in een deukje, dat op de verkeerde of de goede wijze aangebracht is. De halzen. Zoo komen ook de halzen van de japon nen er op aan. Als u bijvoorbeeld, over een paar weken nog een „scheepjeshals" draagt, bent u niet langer... in de mode. Want ja ponnen, die de hierboven genoemde, tot de doodstraf veroordeelde halzen vertoonen, moeten van het vorige seizoen zijn. Overi gens blijft u keus genoeg. U kunt den hals van uw japon in hartvorm dragen of hem een vierkanten vorm geven, u kunt hem in een smal puntje doen uitloopen en u kunt hem den onregelmatigstcn vorm geven, waartoe uw fantasie u verleidt. Wilt u heel modern zijn en tegelijkertijd met de prac- tische eischen, die winterklceding stelt, ten volle rekening houden dan draagt u een hals, die aan de omgerolde halsboord van de trui van een wielrenner denken doet. Die bakert u dan warmpjes in en geeft u een wintersch en sportief uiterlijk boven dien. Dat de „scheepjeshals" in den ban ge daan is, ligt aan de omstandigheid, dat ve le dames vonden dat deze haar eigen hals onnoodig en onsierlijkk breed maakte. Ten slotte staat alles tegen. En een modedracht Charmant driedeelig wollen cos- tuumpje in effen bruin, afgewis seld met beige en bruine ruiten. De driekwart jas is geheel geruit, doch met effen bruine crêpe de chi- ne gevoerd. hoogst aanbevelenswaardig. Tot dusver be schikten zij alleen over de vierkante mar tiale schouders; die maakten haar al wat volumineuzer, maar nu de pofmouw er is, kunnen zij nog beter van de mode partij trekken. Het schouderbandje komt terug. Over de avondtoiletten een enkele opmer king. Zooals mijn lezeressen weten zijn de schouderbandjes sinds eenige jaren uit de mode. De schouders worden niet langer ge coupeerd, zelfs niet met bretelletjes, die uit niet veel meer dan een snoertje pareltjes bestaan. Dat is een mode, die allen vrouwen welkom geweest is. Zij bevrijdde haar van den angst voor mogelijke rampen niet al leen maar zij verleende haar ook een „ge heimzinnige" charme, die zij soms goed ge bruiken konden. Hoe dikwijls, niet waar, hebben wij ons niet heimelijk verkneukeld in de soms onverholen vefbazing van onzen tafelbuurman of danspartner, die maar niet begrijpen kon hoe „het ding", zonder ergens opgehangen te zijn, netjes om ons heen bleef. De verbazing van hen, die niet al te vaak aan een mondaine réunie deelnemen en die zich plotseling tegenover een goed-gedecol- leteerde, maar geen „schouderbandjes" dra gende vrouw gesteld zien, is nog altijd even groot. Nu komt het „schoudertje" weer om een hoekje kijken. Het merkwaardigste van het geval is, dat niet beide bretels terugkee- ren, maar slechts één. Die ééne, die ik kan dit wel verklappen overigens tot niets dient, wordt op het midden met een bloem versierd. Om die bloem gaat het eigenlijk; die kan het uiterst-smalle reepje stof niet ontberen, want onze zucht naar mode-martelaarschap gaat nog niet zóóver dat wij de bloemen met een veiligheidsspeld in onze schouders planten.. Een nieuwe stof viert triomfen. Wat de stoffen aangaat is er, plotseling, een op den voorgrond gekomen, die langen tijd maar een bescheiden plaatsje innam. Ik bedoel: het moiré. liét moiré viert op dit oogenblik bijna een triomf. Het is er in alle kleuren van den regenboog, en nog in vele andere tinten méér; het wordt voor middag- en avondjaponnen gebruikt voor de laatste vooral in verbinding met geplis- secrde kant; het geeft de verrassendste ef fecten. De winterkleuren ten slotte wijzigen het herfsttinten-tableau slechts in geringe mate. Wit en zwart, roode nuances en violet, paarsblauwe- en koper-tinten blijven den toon aangeven. De keus is ruim en geeft waarlijk „clck wat wils". GERTRUDE. De schouderband- jes zijn bij de avondtoiletten weer geoorloofd! Een bijzonder voordeel van het hier afgebeelde 'avondtoilet is, dat het gemakkelijk is om te tooveren in een wat ge- kleeder gewaad. De draagster kan ter afwisseling n.l. een korte bole rogeheel met glinsterende pail letten bezaaid, aantrekken of ook wel een zwart kanten casague over de witte pracht laten glijden. Mogelijkheid tot gezellige correspondentie voor Ne-» derlandsche dames. Het bezoek van den Koning der Belgen aan Nederland heeft de ban den tusschen de beide vrije volken toegehaald en verstevigd. De harte lijke toejuichingen, waarmee Koning Leopold, overal waar hij kwam, be groet is, hebben in alle Belgische harten weerklank gevonden, en de sympathie, die België voor den Noor delijken buurstaat gevoelt, vergroot en verdiept. Dit zal men eerst recht ervaren als in de komende lente of in het begin van den zomer Koningin Wilhelmina aan Brussel een tegen bezoek brengt. Het feestelijk ont haal, dat Hare Majesteit in België ten deel vallen zal, zal zeker niet al leen een georganiseerd karakter dra gen; een geheel volk zal, spontaan, de welkome gelegenheid aangrijpen aan zijn ingenomenheid en zijn vreugde, die meer dan oppervlak kige beteekenis heeft, uiting te geven. Niettemin Nederland en België kennen elkaar nog onvoldoende. Tal loze Belgen hebben Nederland nog niet „ontdekt" vele Nederlanders hebben omtrent het land van Ko ning Leopold en zijn bewoners denkbeelden, die niet met de werke lijkheid strooken. Dit kan zoo niet blijven. Van een goede en steeds betere verhouding tusschen de twee landen hangt voor beider toekomst iets af. Hoe meer Nederlanders en Belgen elkaar zul len kennen, hoe beter dat zijn zal. Het is op die gronden, dat de Belgische damesvereeniging „Entre Nous" waarvan intus- schen ook vele heeren lid zijn besloten heeft ook Nederland- sche in Nederland wonende le den toe te laten. Alle dames, die zich een aardige Belgische vriendin wenschcn, een vrien din, met wie men een gezellige briefwisseling onderhouden kan en natuurlijk ook persoonlijk kennis maken, zijn hartelijk welkom. Wie haar Fransch oefenen wil, vindt hier een nieuwe en prettige gelegenheid. Wie enkel Neder- landsch schrijft, vindt evenzeer vriendinnen te kust en "te keur. Op deze wijze kunnen wij medehelpen Nederland en België tot elkaar te brengen. En ons-zelf veel relaties genoegen en nut bezorgen boven dien. Alle nadere inlichtingen wor den gaarne gegeven door de admini stratrice van „Entre Nous", mad. G. M. Tieskens-Kasman, 21, rue du Postillon, Uccle-Brusscl.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 13