Bij de Hoe het kwam, dat de kerst- boomen toch brandden De volkeren vieren Kerstfeest... KERSTMIS 1938 Kribbe O Krib, waarin de heil-mysteries weem'len, Zoo grondloos diep, zoo maatloos schoon, Geweven in den gouden glans der Heem'len Om 't hoofd van 's Vaders een'gen Zoon! O Krib, vervuld zijn d' eeuw'ge profetieën, Zich meng'lend met de wond're kracht, Die klatert door 't accoord der harmonieën 9 |l *- 1 Van d'eenen, nooit volprezen nacht! Ik hoor de hooge Gods-herauten dalen, Bij 't scheuren van het wolkgordijn, Lofzingend in een zee van gouden stralen De glories van het Kindekijn! De glories van den grooten God daarboven, Die was, Die is, Die wezen zal, Wien alle tong belijden moet en loven. In de armoe van een armenstal. En ziet, zij griff'len daar met gouden veder, De wiek om 't Kribje heengespreid, In vormen eeuwig waar en smeltend teeder: Barmhartigheid! Barmhartigheid! Barmhartigheid! Dauwt Heem'len, dauwt den vrede, Gepsalmd door 't lied van de Englenstem, Bij 't staam'len van der zwakken bede, In d' een'ge kracht van Bethlehem! Barmhartigheid! Den sterken God zij glorie, Die boven de aard' ten rechtstoel zit, In d'eeuw'ge eeuwigheden der victorie.. Arm menschenkind, aanbid! aanbid! Het was winter. Korter, steeds korter werden de dagen en langer de nachten. De zon, die eiken morgen wat later uit den horizon oprees, had niet meer de kracht door mist en wolken heen te breken en de kille koude te verjagen. Een bleek afschijn sel was ze nog slechts van den gloeienden vuurbol, die eens zijn zengende stralen over de aarde had uitgegoten, die de graankor rels had rijp gestoofd tot de halmen de zwa re aren bijna niet meer konden dragen. De levenwekker scheen te sterven, onmach tig zich nog langer te verdedigen tegen den triomfeerenden vorst des doods, den heer der duisternis. Kaal en naakt stonden de boomen, dor en verlaten lagen de velden. Het was winter. Winter ook was het in de harten der men- schen. Eens hadden die warm voor elkander geklopt. Dat was in de dagen, toen de zon der liefde hoog aan den hemel stond en de aardsche stervelingen zich konden koesteren in haar warme stralen. In ikzucht was de mensch verstard, maar toch merkwaardig! wanneer hij aan-dat verleden terugdacht, leek het hem een para dijs te zijn geweest, dat verloren was gegaan en dat nooit, nooit meer zou kunnen worden betreden. Heerlijke idealen had hij toen ge kend. ideale van vrijheid en broederschap. Hij had gedroomd van een maatschappij van louter gelukzaligheid, waarin hii. de mensch. zou troonen als een godheid zelf. Echter, langzaam maar zeker had de heer der duisternis de vorst des doods hem in zijn green gekregen. „Ziit gii ITws broeders hoeder?" had die hem ingefluisterd. ..Ge kunt zijn. wat ge wilt doch „slechts ten koste van uw medemensrh. „Wat hij bezit, kan u ten goede komen. Zijn „dood is uw hrood." De mensch had gehoor gegeven aan die Inhlazin^en en. eerst nog aarzelend doch al lengs zelfverzekerder had hij er naar gehan deld. Met ziin schitterend verstand, had hii de hoogten der hemelen en de d'enten der zeeën veroverd en aan zich onderwornen Maar ziin triomfen hrachten hem niet het geluk, dat hij daarvan had gehoopt, omdat hij ze steeds had aangewend om zijn naaste ten gronde te richten. De zon der liefde scheen onder te gaan. Voor goed! o De God der Duisternis troonde in zijn paleis. Het was opgetrokken uit duizend verschil lende soorten kristal en het zou een in alle kleuren van den regenboog schitterend en tintelend wonderwerk hebben geleken, wan neer het niet omhuld was geweest door een eeuwigen stikdonkeren nacht. Het werd ge heel omsloten door dichte wolken, die nooit ook maar een sprankje licht doorlieten. De onderkant er van was 't nachtelijk uitspan- spel. Dat daar duizenden en duizenden ster retjes flonkerden, als een leger van glim wormpjes, wist de Heer der Duisternis ver moedelijk zelf niet. Want wie gaat er nu kij ken aan den onderkant van zijn paleis? Misschien ook vond hij die flauwe lichtjes niet de moeite waard. Hoe het zij, ze waren er. In het palcis was het zóó koud, dat iemand het bloed in de aderen stolde en er heersch te de stilte van het graf. Plotseling echter werd deze verbroken door voetstappen, die hard en hol door de ijzige ruimte klonken. Het geluid van staal op steen. De hinnengekomene was een gepant serd krijger, een bode, die een onheilspellend bericht bracht ..Een engel Gods zweeft over de aarde. >ire", sprak hij, nadat hij zich op één knie had neergelaten en deemoedig het hoofd boog „Wat wil die engel?" „1 w heerschannii ten gronde richten. Ma jesteit. Ze wil het licht, dat op het punt is .te sterven, weer doen oplaaien en aan de .menschen teruggeven". „TTa. ha!" lachte de vorst der duisternis „Mee dengene, die miin riik betreedt! Hii hegeeft zich in miin macht en is een kind ..des doods. Neem die engel gevangen en .breng haar voor mij, opdat ik haar rich- ..te." ..Naar uw wil zal worden gehandpld. Sire" antwoordde de bode. Hij stond op, boog en wilde vertrekken. „Halt!" hield zijn heer hem plotseling te rug. „N'og één ding! Zeker is zeker! Ik be- „veel, dat op aarde alle vuurslagen moeten „worden ingenomen. Geen enkel mag er blij- „ven. Waar geen licht kan worden ontsto- „ken, zal geen licht branden." „Naar uw wil zal worden gehandeld, „Sire", sprak de bode wederom. Hij boog nogmaals en ging heen. o Eenzaam zweefde de engel Gods boven de aarde. Somber was het haar te moede, want de aarde was woest en ledig en duisternis was op den afgrond. Haar Heer had haar gezegd: „Er zij Licht!" en vanzelfsprekend had ze slechts geant woord: „Uw wil geschiede!" Ze was van den hoogen hemel naar beneden gedaald en poogde nu de haar opgedragen taak te vol voeren. Echter, gemakkelijk was dat niet Want waar ze ging en waar ze kwam, nergens was een vuurslag te vinden en hoe kon ze onder die omstandigheden ook maar het kleinste lichtje ontsteken. Eén lichtje! Dat zou voldoende zijn. Brandde dat, dan was de rest maar kinderspel. Eén lichtje was het T.icht! Maar ach! Dat ééne lichtje, daaraan onthrak het nu juist. Haar opdracht scheen onuitvoerbaar. On- verrichterzake zou ze moeten terugkeeren, de aarde achterlatend in de macht der duisternis. En in den mensch zou het nog onregelmatig flakkerend gevoel aanstonds geheel zijn uitgedoofd, zou de liefde moeten sterven. Bedroefd streek ze neer. Ze zette zich op een ijsblok, dat verrees te midden van een uitgestrekt sneeuwveld en dacht na. Van avond was het Kerstmis. Zouden dit maal voor het eerst de Kersthoomen niet branden? Was Christus tevergeefs geboren? Ze moest de duisternis overwinnen, maar wat kon ze nog doen? Wat was dat? Plotseling scheen het haar of de fluister- nis nog dichter werd. Van alle kanten leken koude nevelen op haar aan te schuiven, ten slotte omsloten die haar geheel. Ze wilde wegzweven. Maar ze kon niet! Ze was gevangen. 'Ge vangen door de krijgers van den heer der duisternis. Ze voelde, hoe ze werd opgenomen en weg ge ri ra gen. Korten tijd later stond ze voor haar tegen stander in het kristallen paleis. o „Ha. ha!" hegroette die haar en zlfn Hoon- sch werd door de koude wandem van alle zijden weerkaatst. „Ziedaar de engel Gods! „Ze zweefde over de aarde om daar terug te „brengen het licht, het licht, dat ik heb weg genomen. Ongelukkige! Mat hebt je u \er- „meten! Hoe hebt ge het gewaagd mijn heer- „schappij te Delagen? Want groot is mijn „macht! Grooter dan die van den Heer des „Lichts! Ten eeuwigen dage zult ge blijven „in de boeien, waarin ge zijt geslagen. Doo- „den kan ik u niet, maar je zult zijn aan den „dood gelijk." De engel was door droefheid overmand. In wanhoop wrong ze haar handen en luid klonk haar geweeklaag. Echter, ze jeremieerde niet over zichzelf en over haar eigen lot! Heel haar medelijden ging uit naar de ar me wereld, die nu was gedoemd om onder te gaan in duisternis, naar de menschen, wier harten zouden bevriezen en aanstonds in niets te onderkennen zouden zijn van klom pen ijskoude steen, waaraan alle liefde vreemd was. Doelloos en nutteloos echter was haar ge jammer. Haar tegenstander kende geen me delijden en hard klonk zijn hoonlach. Ten einde raad begon de engel te schreien. Heette tranen biggelden langs haar wan gen en een voor een vielen ze op den grond, waar ze het kristal, dat blijkbaar geen warm te kon verdragen, deden smelten. De engel weende en weende, de heer der duisternis lachte. Plotseling kwam een bode binnen. Ditmaal boog hij niet nederig voor zijn meester. Daar toe ontbrak het hem aan tijd. „Sire!", riep hij, „Sire! Zie toch wat bui-- „ten is geschied. Op aarde zijn lichtjes ont stoken! Lichtjes! Bij duizenden en duizen- „dert!" Als door een wesp gestoken vloog de God der Duisternis overeind. De engel, alleen gelaten nu, ging hem achterna, terwijl haar hart bonsde van vreugde. Wat was er gebeurd? Vanaf den bodem van het kristalpaleis droppelde het naar beneden op aarde. De heette tranen van de engel hadden stuk voor stuk den ijsvloer doorboord en elk een ster retje losgeweekt van het nachtelijk firma ment. Eén voor één vielen die op de aarde, waar ze de lichtjes der kerstboomen hadden ontstoken. De vorst der duisternis zag de engel. „Bindt haar! Bindt haar!" schreeuwde hij, bijna dol van woede en drift. Maar de engel was niet meer bevreesd nu. Haar opdracht was vervuld. Er was Licht! Dat was de hoofdzaak. De rest deerde haar niet. „Waar Licht is, is hoop!" sprak ze. De macht van haar tegenstander leek haar hoogtepunt te hebben overschreden. De en gel scheen zelf warmte uit te stralen nu. Weliswaar flauw nog, maai toch voldoende om de koude nevelen, waarin de krijgers van den vorst der duisternis haar weer trachtten te hullen, van zich af -te houden. Een nieuwe onheilsbode kwam aansnellen. Heer!" riep hij, „de zon is hedenavond „een halve minuut later ondergegaan!" De vorst stond als door den bliksem ge troffen. Een halve minuut! Het was weinig, maar het bracht zijn heerschappij aan het wankelen. De duisternis begon te wijken voor het Licht. De engel maakt zich gereed weg te zwe ven naar de aarde. „Houdt haar!" schreeuwde de heerscher over dood en duisternis. Maar de engel lach te. Ze wist, dat dit bevel niet meer te vol- voeren was. „Wacht!" vervolgde haar tegenstander, „Mij zijn de mannen! Ze zwoeren mij trouw "op 't vaandel. Herinner hen aan hun eed", „Luister!" antwoordde de engel. „Hoort ga „mijn stormtroepen?" Als klinkende klokjes klonk van beneden kindergelach. Het ging over in gezang. Eere zij God in den hooge, Vrede op aarde, In menschen een welbehagen. De ijlbode, die had gereden met de snel heid der gedachte, was reeds weer terug. „Wat zeiden de mannen?" „Morgen, Sire, dan zullen ze hun trouw „bewijzen". „Morgen! JDan is het nog Kerstmis lachte de engel. Ongehinderd zweefde ze weg. Ze zweefde over de aarde, waar vroolijk de lichtjes flikkerden. Millioenen en nog eens millioenen lichtjes, ontstoken door de tra nen, die vloeiden uit liefde en medelijden, als uitingen van een ziel, vrij van de ikzucht welke het menschdom kluistert. Kwam het daardoor, dat het was of er van het schijn sel een bijzondere wijding uitging? Het Licht had getriomfeerd over dg duisternis. De aarde en de mensch gingen een nieuwq periode van licht tegemoet. Frankrijk en Italië doen 't zón der Kerstboom. „Nlssemannetje" en Kerst post ze gei. Hoe moer Kerstmis nadert, hoe duidelijker ook te Parijs de Kerststemming merkbaar wordt, maar het is een eenigszins andere dan de Nederlandfiche. Nergens zal men hallen of markten aantreffen, waar men speciaal kersthoomen kan koooen. Wel wor den de reclame-affiches en de advertenties der hotels en restaurants grooter. Het Kerst diner is hier meer in de m/ode dian het 'ntïerne hniseliike feest. Weliswaar stallen ook hier groo+e en kleine zaken kerstge schenken uit en zelfs ziet mem van tijd ot tnd een enkel hooimnie maar keruner- <end is dat alles toch niet voor het Fran- sche ^Kerstfeest. Alleen gegoede families oarrmtteeren zich de luxe vam een versier den hoorn. Een stammetje van nog geen meter komt n.1. op ongeveer f 1.50, hetgeen daar heel duur wordt gevonden. Kerstavond wordt hoofdzakelijk gevierd on straat, in de groote restaurants. Na het diner beeint het, nachtbal. dat om twaalf uur is afgeloopen, opdiat de bevolking in da gelegenheid z]f de sneciale vroegmis hii te wonen. Een tweede Kerstdag bestaat er niet De Italianen smullen. Ook ïn Tiah'ë zi'vn het slechts de meer ge goede families, die zich een Kerstboom per- ui toeren. Men heeft in dit land overigens niet de gewoonte, elkaar op Kerstmis met geschenken te vereeren. Dg echte Ttallaansobe „cadeaudag" valt op R Januari (Befaraa). Kerstmis is hier een kerkelijk feest. Te gen middernacht hegeeft zich het gebeele gezin naar de vroegmis. Tn de tweede plaats fs Kerstmis voor de Italianen een uitgezochte gelegenheid om veel en goed te eten. Hiervan krijgt men ^xx druk. wanneer men eenige dagen yoor het feest de uitstallingen der winkels m levensmiddelen bezichtigt: stanels wors ten, bergen kaas. kisten met visoh, enz. Op Kerstavond heeft de „Genone" (groote avondmaaltijd! plaats. Deze bestaat slechts uit spijzen, die op vastendagen genuttigd mogen worden, maar is daarom niet min der overvloedig. Hoofdschotel is: aal. Ver der eet men vermicelli en sardines en voorts: pangiallo, een uit Siena afkomstig ru v T ror,e een lekkernii, voorname- Uk bestaande uit amandelen en suiker. On Kerstmis zelf komen alle gerechten In aanmerking en wordt er derhalve volop lamsvleesch. en schapenbout gegeten. Voorpret. Tn Denemarken wordt Kerstmïs reeds aangekondigd door de feesteluk getooide straten. Guirlandes uit annengroen zijp kruiselings over de U A"* énkels Hangt an het dennengroen, waartus- SJ17 J*8 «tecWMhe lampfes stralen. Ner- j"rn?a kan men thans door een feesteliike Kerststraat wandelen als n Kopenhagen, tusschen de Kongems Nv- tow en het Baadhnis-pMn. nog een andere zede wordt Hier an "waken voor Kerstmis tot. Nieuw- -r BwvnscHe brie- ven wordt naast den verelschten postzegel nl geplakt welke twee non0 ^'tto-opbrongst. fü»tcH«n i Kronen (in den Toop van if weken dus, door bijdragen vam 2 Are door een bevolking van RH millioen zielen ™,"k" \oorts heeft men nog een specifiek Deensch Kerstgebruik; die „Nissemiam," een: rood mannetje met witten baard en roode puntmuts is een middending tusscheni Kerstmannetje en kabouter. In ontelbare, zeker in honderdduizenden exemplaren! wordt het Nissemannétje gemaakt, mieestaï ter grootte van een halve pink, uit rood wolgaren en witte wol. Bij elk Kerstge schenk wordt een Nissemannetje toege voegd. Want het is immers het Nisseman netje, dat het geschenk zorgvuldig verpakt, In het land van de plumpudding, De Engelschen hangen aan den avond van den Slisten Dec. hun kous bij het voe teneinde van het bed met een verlanglijstje er bij en den volgenden ochtend is de kous vol met allerlei cadeaux en lekkers, 's Middags verschijnt op tafel de wereldbe roemde plumpudding, terwijl de 2e feestdag voor het uitdeelen van surprises bestemd is. De openbare Kerstviering neemt in En geland overigens een belangrijke plaats in, o.a. bij de marine. Wanneer aan boord het Kerstmaal gereed is, marcheert er een muziekkorps het heele schip rond. De koks loopen achter de muziek aan en torsen eeni geweldige plumpudding. Achter hen aan volgen de matrozen, die in een bijzondere stemming verkeeren, want ze krijgen een extra oorlam! Mistletoe mag niet ontbreken! Iri Amerika vindt men de kerstboomen! zoowel in de huizen als op de openbare pleinen, waar de overheid ze laat neer zetten. Het Kerstfeest in de Vereenigde Sta ten staat overigens natuurlijk sterk onder Engelschen invloed. De mistletoe-twijg speelt een groote rol: evenals in Engeland worden daaronder verlovingen gesloten. Het Kerstmannetje heet hier Santa Claus en verheugt zich in een groote populariteit. De eroote firma's in New York laten haar Kerstmannetje met een geheelon voorraad artikelen door de stad wandelen. Overigens bestaat de viering ook hier voor een belangrijk deel uit welbereide maaltijden, waarhij de gebraden kalkoen de eereplaats op tafel inneemt. ïn Spanje. Kerstmis Is Tn Spanje een kerkelijk feest als leder ander. Weliswaar heeft in de laat ste jaren de kerstboom ingang gevonden in. grootere steden en in hoogere kringen, maar er wordt niet veel waarde aan ge hecht. Een klein boompje wordt voldoende geacht.. Men geeft elkander ook geen ge schenken, alleen de kinderen worden he- Jiff j en dat niet op Heiligen avond of op n der Kerstdagen, maar op Driekoningen, wordtaarmee 6611 ec^e dag der kinderen Een kinderfeest. ;-n v balkan-schiereiland is Kerstmis m hoofdzaak een kinderfeest. 'n ,d® dorpen trekken de kinderen ronrf, leder een bijdrage voor hun gesrheö- "Z^nd- Tn een Turksehen buidel -- «cgf J van 'enge Turkcche overheer- mg. worden de gaven, die ook in na- worden ontvangen, verzameld. Vaak tw" hl. P Inzamelingen geheele ver- ueedpartijen plaats. Een groen jongens h™ J"Ts trvt tiuis. terwijl een van als hok is uitgedost. Als de oogst mee- IchwJ t(yf dank den hok „dood- v,n.- geschiedt in den vorm van een kleine comedie. v*eren Het 'feest "door oerlige manltilderi aan te leeeeti Va alt ni'ncl! kostelijkheden voort tot Drieko ningen-avond.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 10