imzm
en m
Wij lazen voor
DE LAMP
in de Woestijn
Radioprogramma
VI^BODIN
stad
door Ethcl M. Dell
Uit de Pers van heden
Boerenknecht pleegt zelfmoord
De verkeerde man op wacht
Kerstvacantie der
Eerste Kamer in gevaar!
DOOR
j edgar ricl.
IBURROUGHS
63.
Toen de Athairianen de bark ramden, begon
deze te zinken en de vrienden van Tarzan
kwamen allen in het water terecht. Lavac en
Helen werden door een vijandelijk vaartuig ge
red en onmiddellijk stroomopwaarts geroeid
naar de Verboden Stad. De nacht viel en nog
steeds bevonden de beide slachtoffers zich aan
boord van het schip. ,,Ik ben blij, dat wij niet
van elkaar gescheiden zijn, Helen", zei Lavac
zacht. Helen knikte en zuchtte. „Ik ben bang"
antwoordde zij, dat wij wel niet 'ang meer bjj
elkaar zullen blijven". Intussen hadden de
andere galeien de overige drenkelingen opge
nomen. Tarzan zou onder water hebben kun
nen duiken en zoo kunnen ontsnappen, doch
hij wilde zijn vrienden niet in den steek laten.
Als hij bij hen bleef, was het misschien moge
lijk, dat hij hen hulp kon bieden. En zo bevon
den de aapman, ,Magra, Gregory, Thetan en
Ogabi zich in een van de galeien, welke nu
snel achter de andere werd aangeroeid. De
kapiteirf der Athairianen lachte tegen Tar
zan, toen hij dezen aan boord hielp. „Onze
koningin zal wel blij zfln- Zi, heeft een bij
zonder mooie manier bedacht om U kwijt te
raken!"
Particuliere en coöperatieve
melkwol-fabricage.
In het orgaan van den Alg. Ned. Zuivel-
bond vliegt de heer Visser te Terwispel 't
Handelsblad in de haren, naar aanleiding
der publicaties van laatstgenoemd blad over
de melkwolfabricage, welke de coöperatie
ve zuivelfabrieken op initiatief van de Coöp.
zuivelfabriek .Friesland" ter hand willen
nemen. Het Hsb. schreef o.m.:
„Terecht overigens wees de Voorzitter van
do Friesche Zuivelbond er op dat hier geen
sprake is van „Fryslan Boppe," doch dat de
geheele coöperatieve zuivelindustrie er be
lang bij heeft (althans zou kunnen hebben)
om een poging te wagen het verzuim te her
stellen".
De heer Visser schrijft nu:
Wil men citeeren wat de Friesche Bonds
voorzitter gezegd heeft dan kan dat, maar...
dan moet men dat juist doen.
Gezegd werd namelijk woordelijk dit: „Bij
do behandeling van de agenda krijgt
straks: het vraagstuk van de Melk- of Kunst
wol. Dit is een vraagstuk van Coöperatief
Nederland en geenszins van Friesland al
leen. „Fryslan bonpc" is ons hierbij vreemd,
laat men dit buiten Friesland goed beden
ken. Wij vertrouwen dat ook Coöperatief
Friesland zal verstaan dat Coöperatief Ne
derland hier een mooie taak wacht".
Dat is toch aldus de schrijver, heel iets
anders dan: „dat de geheele coöperatieve
zuivelindustrie er belang bij heeft (althans
zou kunnen hebben) om een poging te wa
gen het verzuim te herstellen".
F.r is volgens mij geen sprake van her
stellen van een verzuim, er is ook geen spra
ke van een „duel" tusschen twee onderne
mingsvormen.
Laat de particulier trachten gelukkig te
worden met de Ferretti-patienten. doch
Coöperatief Nederland wil gaarne haar eigen
weg gaan! 4
De particulier hier in Nederland
hoeft anders zeer zekei ook nog niets
gedaan dan textielcaseïne maken,
ik hoop dat Coöoeratief Nederland
binnen niet te langen zal toonen, niet
halt te zeggen bij de caseïne, maai
de melkwol zelf te maken.
Welk verzujm is nu gemaakt? Hoewel ik
mij kan begrijpen: wiens brood men eet,
wiens woord men spreekt, zelfs van de re
dacteuren van bladen, dit mag niet altijd
voeren tot: denk er om dat gij niet vindt,
hetgeen gij zoekt.
De Landbouwredacteur van het Handels
blad zij dit laatste ter overdenking aanbe
volen omdat zijn Melkwolbeschou wingen
aldus de heer Visser, niet geheel los daar
van staan.
Feuilleton
13.
„Je opvattingen omtrent eer en dergelijke,
zijn sindsdie:- wei eenigszins gewijzigd," merkte
Monck met bit'eren spot op.
Dacre ontstelde even.
„Ik maak er geen aanspraak op zoo buiten
gewoon te zijn," zei hg, „maar ik houd vol
dat een huwelgk een vrouw niet het recht
geeft het leven van een man te verwoesten
Ze heeft niet meer recht op mij, dan op het
mannetje in de maan. En als ze probeert
rechten te doen gelden, dan zal ze merken,
dat ze zich heeft vergist!" Hg kwam lang
zamerhand weer in evenwicht en toen hg deze
verklaring aflegde, klonk zijn stem weer nage
noeg gewoon. „Maar er bestaat geen enkele
reden waarom ze dat doen zou. Ze weet heel
goed, dat zij er niets mee winnen zou. Je broer
schijnt daar een zeer vage voorstelling van
de zaak te hebben, t Was beter dat je hem
schreef dat die Dacre dood is. Je medeofficier
hoort tot een andere tak van de familie. Daar
mee moet iedereen tevreden zijn en niemand
wordt ermee tekort gedaan, hè?"
De laatste woorden gingen vergezeld van een
gcedmoedigen, overredenden glimlach. Hij wist
niet best hoe hij het met zijn metgezel had,
maar 't kwam hem voor, dat zelfs Monck
moest inzien hoe dwaas 't zou zijn om, waar
de zaken zóó stonden, zooveel drukte van het
Stval te maken, 't Eenige wat er te doen viel,
VERNIEUWING.
Wat er alzoo vernieuwd moet worden in
ons onderwijs somt het maandblad „Vernieu
wing" in het eerste nummer van zijn eersten
jaargang op. Wij lezen bijvoorbeeld:
De geest van de onderwijsinstellingen die
vaak koud en zakelijk, dikwijls streng, soms
hard is, moet plaats maken voor een meer
gemoedelijke sfeer, die den geest van een
goed gezin nabij komt.
De kinderen moeten grooter bewegingsvrij
heid krijgen en meer gelegenheid tot zelf
werkzaamheid. Dit houdt in, dat handenar
beid zijn plaats moet krijgen als gelijkwaar
dige naast hoofdwerk.
De kinderen moeten zooveel mogelijk ver
antwoordelijkheid dragen voor de ordening
van hun schoolgemeenschap en moeten al
dus inzicht en ervaring krijgen op het ge
bied der gemeenschapsordening.
De leerstof der scholen moet critisch be
schouwd worden: veel r.uttelooze, gedachte
loos van generatie tof generatie overgegeven
materie moet worden weggenomen uit het
leerplan, en het verband tusschen de leer
vakken moet worden hersteld.
Vooral ook: de kinderen moeten door onze
opvoeding en ons onderwijs komen tot meer
zelfstandig denken en tot meer initiatief. Wij
moeten hen bestand maken tegen de mas
sale suggesties die in onze dagen maar al
te gemakkelijk kuddegeest kweeken. Wij
moeten hen niet klaarmaken om „ieder
voor zich" carrière te maken, maar hun
oogeji onenen voor de taak die de enkele
persoonlijkheid in 't geheel der menschheid
te vervullen heeft...
Voorwaar, er is voldoende stof om met
energie en toewijding aan het werk te gaan!
Kiès: „onbezoldigd koerier der
Komintern"
Het Volk (S.D.A.P.) schrijft: De „Troelstra
beweging in Nederland" zooals de heer
P. Kiès zijn vereeniging gelieft te noemen
hield Woensdagavond j.1. een vergadering
te Amsterdam, zoo lezen wij uit een verslag
in het communistische /olksdagblad". Het
begint natuurlijk met hof gescheld op de so
ciaal-democratische volksbeweging, waar
van de revolutionnaire secten moeten leven.
Nadat voorzitter Wassing zijn hart hieraan
had opgehaald, gaf hij blijk, '.ich zeer wel
thuis te voelen in „het communistische
vaarwater" en in een gemeonschappelijken
strijd met communisten en go'de democra
ten (zeer juist om dit onderscheid te ma
ken!) De heer Kiès zelf. die als tweede spre
ker optrad, vertelde van een Fransehe reis.
die hij zoojuist had gemaakt. Hij gaf eenige
schitterende voorbeelden van de gezamen-
lijkke acties van socialisten en communis
ten in Frankrijk zoo schrijft d» com
munistische verslaggever goedkeurend en
dankbaar voor dezen steun bij de eenheids-
fronterij. Doch de heer Kiès blijkt tot verder
was het stilzwijgen er over bewaren H'jzeit
zou er natuurlijk niet over spreken en een leu
gentje om bestwil van Monck... en de zaak uas
in orde. Hij dacht er niet over, dat deze .aatste
jou weigeren hem dien k.einen dienst 'e be
wijzen Want, zooals hij zelf even te voren had
opgemerkt. Dacre was niet de eenige persoon
waar het omging.
Maar de algeheele en weinig belovende .itut.e
va.<rmee zijn gemakkelijke oplossing werd be
groet verontrustte hem eenigerma:? Hi
haastte zich die stilte te verbreken, oegri*-
pende, dat, hoe langer die duurde, hoe minder
kans hij had op een gunstige beslissing
„Kom, Kerel!' zei hij op vriendelijken toon.
„Je zult toch niet weigeren een vriend die in
't nauw zit te heipen. ik zou hetzelfde voor
jou doen en meer nog ook. En aenk er aan.
het is niet alleen mijn geluk dat gevaar loopt
maar... we moeten ook "in St" 'a denken!"
Bij die woorden keek Monck hem doordrin
gend bijna woest aan. Maar toen hg sprak
klonk zijn sterr bedaaru, bgna snijdend dui
delijk.
,,Ja," zeide ki), „en haar »er is je blijkbaar
evenveel waard als je eigen. Ik denk aan
haar en aan hdar alleen. En voor zoover ik
Z'en kan is er maar één ding te doer.."
„Zoo-, inderdaad!" DacraSs luchtige manier
van spreken kreeg iets brutaals. En dat
mo ik dan zeker bewerksti -ligen. Uw onder
danige dienaar! U hebt maar te spreken!"
Monck strekte een gespier *r arm uit en
hield hem de gebalde u's-t onder der neus.
Nntuu'Tgk moet je het doen," zei hg, „of ik zal
je
Tegen wil en dank ging Dacre een stap
a hteruit. „Wat bedoel je? Je zult toch niet
zoo'n ploert zin- on mij «e verraden?"
Monck maakte een ••-rac -telijk geluid, dat
eindigde in een lacn. „Je bent zoo'n vervloekte
schoft," zeide hg, „dat t ne geen drommel kan
schelen of je tt gronde gaat! Het eenige wat
k wensch is een vrouw te beschermen, wier
eer jF in gevaar hebt durven trenzen. Ik denk
er alleen over, hoe ik haa.' van de openlijke
gaande hand- en spandiensten bereid te zijn
want wij lezen: „Ten zeerste bfewogen deel
de Kiès mede, dat hij in een kort onderhoud
op Dinsdagavond met Thorez, den secreta
ris der C. P. F. (Communistische Partij
Frankrijk), diens hartelijke groeten voor 't
Hollandsche proletariaat medekreeg". Wat
wonder, dat deze onbezoldigde koerier der
Komintern in zijn bewogenheid een pleidooi
voor de eenheidsfronterij van Dimitrof liet
volgen op de boodschap van den Franschen
communist!
Kiès als loopjongen van Thorez en als pa
pegaai van Dimitrof het „Volksdagblad"
klapt in de handjes bij het armzalige mario-
nettensoel van den heer Stalin. waar, aldus
het Volk, alleen Moscou wel bij kan varen.
Na in den veestal meisje te
hebben aanqerand. Drama te
Hem bij Hoorn.
Gisterochtend omstreeks half acht heeft
zich te Hem bij Hoorn een drama afge
speeld.
In den veestal van den heer Appelman
was de 26-jarige knecht S. bezig met het
melken van de koeien, waarbij hij geholpen
werd door de 25-jarige pleegdochter van de
familie Apnelman, meiuffrouw van Stra
len. Plotseling heeft de knecht het meisie
aangerand. Zij werd ernstig gewond Op
baar hulpgeroep snelde een andere pleeg
dochter van de familie het meisie te hulp.
De knecht nam hierop de vlucht en
beeft door ophanging een einde aan zijn
leven gemaakt. Het lijk is naar de ouder
lijke woning te Hem overgebracht. De
toestand van het meisie is bevredigend.
De aanleiding tot het drama schiint gele
gen te ziin in 't feit, dat de aangevallene
verloofd is met een knecht, die vroeger in
dienst van de familie Appelman was en
met wien zij het volgende jaar in hef hu
welijk treedt. Dit was niet naar den zin
van S„ betgeen gisterochtend tot een uit
barsting heeft geleid.
ONDERHOUD ZUIDERZEEWERKEN.
Do hoofdingenieur-directeur van den
Rijkswaterstaat, belast met de uitvoering
van den dienst van de Zuiderzeewerken
heeft gisteren de volgende werken aanbe
steed:
Het onderhoud gedurende hot jaar 1939
van:
1. a Den Afsluitdijk van de Zuiderzee tus
schen Wieringen en de Friesche kust nabij
Zurig, met bijbehoorend hoofd, aansluitende
terreinen, havens en havendammen te
Kornwerderzand. Breezand en Den Oever
en van de aanwezige rijksgebouwen, met
bijkomende werken;
1. b. De kunstwerken in den Afsluitdijk Ie
Den Oever en Kornwerderzand, met bijko
mende werken:
2. Het op den Afsluitdijk gelegen gedeel
te van den Rijksweg no. 9
Laagste inschrijfster in massa was de N.
V. Zanen en Verstoep, Den Haag, voor
f 207.0(10.—
schande kan vrijwaren. Dat '.al niet gemak
kelijk gaan, maar 't kan /ebeuren en 't zal
gebeuren ook. Luister" en zijn stem kreeg
opeens een m> taalklank „Wanneer dit haar
zal worden bespa rd... en dat moet... en dat
z&l... dan moet jij weg ..verdwijnen, voor
oo er het naar bet) eft moet je vannacht
sterven!"
„Ik!" riep Dscre uit en keek mi ongeloo-
v' aan „Man je bent gek!"
„Dat ben ik niet!" scherp als een mes kwa
men die wooraen over Monck's lippen. Zgn
geduld was uitgeput. *ijr gelaat stond somber
zijn oogen schitterden hartstochtelijk en hg
was het toonbeeld van een man, die 't er op
heeft gezet zijn wil door te zetten. .Wanneer
je je verbeeldt dat haar veiligheid kan worden
verzekerd zonder eenige opofftring, dan vergis
ja je Denk je dat ik kalm zal toezien, hoe jij
e°n onschuldige vrouw ineesieept in den mod^
der waarin ij thuis hoort. En wat denk je wel
dat zij daarvan zou zeggen? Wat zij zou doen
als zij het eens te weten kwam
Ik geloof dat zij de nand aan zichzelf zou
slaan!"
„Maar zij behoeft het niet te weten. En zij
zal het nooit weten!" Dacre's antwoord klonk
vrgwel wanhopig. „Je hebt je mond maar te
houden, dan sterft het wel zgn eigen dood. Die
duivelin zal de moeite niet nemen om mij tot
hier «een te volgen. Waarom zou zt ook. Ze
weet heel goed dat ',e van mij niets meer heeft
te verwachten. Stella is de eenige vrouw die
ergens recht op heeft!"
„Juist!" Monck keek het woedend aan, ze
heeft het recht om al9 fatsoenlijke vrouw fat
soenlijk behandeld te worden. En voor zoover ik
het 'n mijn macht heb, zal dit geschieden. En
da rom zult ge vannacht verdwijnen, voor goed
uit haar leven verdwijnen en haar in den waan
brengen dat je dood bent. Ik zal ervoor zorgen
dat zij de waarheid noo' te hooren krijgt. Ze
zal veilig zijn, maar een niddenweg is er niet
"te za! d- kans niet loop„n nogeens te ervaren
•oe gemeen zjj is beetgenome-.
Toen hij zweeg, scheen oe maan op beider
En de schipper deed het werk
van den marconist...
Er had zich gistermorgen een schipper
van een Katwijkschen logger voor den raad
voor de Scheepvaart te Amsterdam te ver
antwoorden, omdat bij onlangs op de Noord
zee de wacht heeft overgelaten aan minder
dan twee man hetgeen in strijd is met de
Schepenwet. Wegens deze overtreding had
de inspecteur-generaal een klacht inge
diend.
Het bleek, dat edn 16-jarige lichtmatroos
10 minuten alleen op wacht had gestaan.
En juist in deze minuten liep de logger op
een andere logger, die drijvende was. Zoo
kwaim de fout van den schipper aan het
licht.
De inspecteur-generaal: „Wiat deed U
op dat moment beneden?"
Schipper: „Ik zat bij de radio".
Insjiect.- gen.: „Is er niemand anders
aan boord, die dat kon doen?"
Schipper: „Ja, we hebben ook een marco
nist-matroos aan boord.
Ins.-gen.: „Dus was het niet noodig dat
U beneden was".
Schipper: Nee, dat is waar, maar het is
algemeen gebruik, dat de schipper zich
met de radio bemoeit.
Insp.gen.: Ja, dat gebruik moet er juist
uit! Waarvoor hebben jullie anders een
marconist aan boord? Bovendien bent u
onbevoegd. U moet met uw handen er van
af blijven.
De Raad zal later uitspraak doen.
De Eerste Kamer der Staten-Generaal is
gistermiddag te half twee bijeengekomen
onder voorzitterschap van mr. W. L. baron
de Vos van Steen wijk.
Aan de orde is de mededeeling van een
besluit der centrale afdeeling om een lijst,
van wetsontwerpen in de afdeelingen te
doen ondei zoeken.
De heer Pollema (c.h.) vraagt, of het wel
noodig is geweest de Kamer bijeen te roe
pen tusschen Kerstmis en Oudejaar. Dit
zou niet noodig zijn geweest, indien de re-
gecring gevolg had gegeven aan den meer
malen geuiten wensch der Kamer om de
suppletoire begrootingen voor 1939 (welke
vóór 1 Januari 1939 moeten zijn behandeld)
tijdig in te dienen. Voor de wijziging der
beleggingsvvet. welke heden aan de orde
komt, en eveneens voor 1 Januari moet
worden behandeld, heeft de regoering 10
jaar tijd gehad. De regeering moet denken
aan het Kerstreces der Kamer!
De heeren van Sasse van 1-Isselt (r.k.) en
van Vessem (n.s.b.) onderschrijven hetgeen
de heer Pollema heeft gezegd.
Het besluit van de centrale afdeeling
wordt goedgekeurd en de lijst van ontwer
pen wordt dezen middag in de afdeelingen
onderzocht.
VRIJDAG 30 DECEMBER 1938.
Hilversum I, 1875 en 415,5 m.
NCRV-Uitzendinö. 6.307.00 Onderwijs
fonds voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Berichten, gramofoonmuziek.
(9.309.45 Gelukwenschen).
10.30 Morgendienst.
11.00 Het Holandsche trio.
11.15 Sopraan en piano.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
I.00 De Gooilanders en gramofoonmuziek.
(tct 2.55).
3.00 Het Haagsche trio, en gramofoonmuziek
4.15 Gramofoonmuziek.
5.00 Orgelspel.
6.00 Land- en tuinbouw-uitzending. (Ca. 6.30
Berichten).
6.30 Causerie over het Mellema-fonds, toe
spraak en sluiting van de radiocursus 1938.
7.00 Berichten.
7.15 Causerie „Staat op Uw wacht".
7.45 Causerie over leerbe'werking.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berieht.
8.15 Het NCRV-orkest en gemengd koor.
8.45 Jaaroverzicht.
9.00 Vervolg concert.
9.15 Vervolg Jaaroverzicht.
9.35 Vervolg concert.
10.00 Berichten ANP, actueel halfuur.
10.30 Gramofoonmuziek.
10.45 Gymnastiekles.
II.00 Het Apollo-kwintet.
11.25 Gramofoonmuziek.
11.50 -12.00 Schriftlezing.
Hilversum II, 301,5 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 6.30 VPRO. 7.30 AVRO.
9.00 VARA. 10.00 VP-iO 10.30 VARA. 10.40
VRPO. 11.00 —12.00 VARA.
8.00 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.16 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Grapiofoonmuziek.
11.00 Declamatie.
11.20 Orgelspel.
12.00 De Palladians. (Om ca. 12.15 EEten).
12.45 Het AVRO-Amusements-orkest.
1.30 Oudejaarsavondrede.
I.45 Philharmonie-Trio.
2.30 Causerie „Overpeinzingen bij het oude
jaar".
2.50 Orgelconcert.
3.00 Cabaretprogramma.
4.00 Gramofoonmuziek.
4.30 De Ramblers.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 VARA-orkest.
In de pauze: Declamatie.
6.30 Toespraak over weldadigheidspostzegels.
6.35 Berichten.
6.40 Kroniek „Vrijzinnige Protestanten in '38"
7.30 Extra Bonte... Vrijdagavondt:»:n.
'9.00 „Esmeralda" en solisten.
10.00 Causerie „Wat een jaar eigenlijk is".
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijding.
II.00 Zang en orgelspel.
11.30 Jazzr mziek (gr.pl.).
11.55—12.00 Gramofoonmuziek.
gelaat en ze keken elkaar aan met oogen vol
doodelijken haat. Het stilzwggen tusschen hen
beiden was nog vreeselij'..er dan woorden.
Eindelijk begon Dacre op heescken toon.
„Dat kan ik niet doen! Daar zit veel te veel
aan vast. En buitend'.n zou het geen nut
he ben. Ze zou net toch te weten komen."
„Ze zal 't moit weten! Eet antwoord klonk
onverbiddelijk streng maar tevens bleek eruit,
da er niet aan werd gedacht toe te geven.
„Ik heb in alles voorzien. En in deze wilder
nis zal het niet veel moeite kosten je spoor
kwijt te raken. En wanneer het gerucht wordt
verspreid, dat je dood bent, zal niemand je
ooit gaan zoeken."
Dacre huiverde. Hij wrong zich de handen
als een man tegenover zgn beul. 't Was hem
als voelde hij den strop om den nek. Maar
zelfverloochening lag niet in zijn aard. En met
de wanhoop in 't hart waagde hij nog een
laatste poging om het lot af te wenden
„Maar dat is een daad van geweld!" zeide
hij. „Daar kan toch geen kwestie van zijn. Ik
weiger! De dingen zijn al te ver gekomen. In
alle geval is Stella mijn vrouw en 't is onmoge
lijk, dat iemand tusschen ons komen zal. Je
moogt doen wat je niet laten kunt, maar ik
weiger!"
Verzet was zijn eenige wapen en hg han
teerde het met al de kracht die in hem was,
maar op hetzelfde oogenblik zag hij de nutte
loosheid ervan in. Monck maakte een enkele
vlugge beweging en in het maanlicht schit
terde de loop van een dienstrevolver. Hij
sprak kortaf en ijskoud.
„Je kunt kiezen! Maar als jij haar niet...
e bescherming van het weduwschap geeft
doen. Dat zal misschien wel de
veil'gste weg zijn.
n-cre orjiig nog een stap achteruit: „Je
~'"'t me willen vermoorden!" riep hij uit.
"onck grijnsde. „Je moest niet weigeren",
'.ei hij.
„Da4 is waar!" Dacre keek hem vol in het
gezicht. „En zooals je dat wel hebt voorzien,
zal ik dat in de gegeven omstandigheden ook
niet doen. 't Zou tijd hebben gespaard als je
't me dadelijk van dien kant hadt laten be
kijken."
„Misschien, maar ik hoopte, dat je ook zon
der dergelijke drang niet zoudt hebben ge
weigerd." Monck sprak met bijna op elkaar
geklemde tanden. Maar de revolver was weer
in de plooien van zijn kleed verdwenen. „Je
moet vannacht nog vertrekken, dadelijk, zon
der haar weer te zien. Dat begrijp je zeker!"
Dat was het eind der bespreking.
Dacre spartelde ook niet langer tegen. Hij
was er de man niet naar om nog langer zich
moeite te geven voor een zaak, die hg toch
verloren wist. Buitendien was er iets in
Monck, wat hem in bedwang hield, hem ont
zag inboezemde. Ofschoon hij den man haatte
om zijn overwicht, kon hij hem toch niet min
achten. Want hij wist dat wat hij gedaan had,
hem ingegeven was door zijn eergevoel en die
ridderlijkheid, die met eer hand aan hand
gaat, een ridderlijkheid, die geen vrouw van
hem zou hebben verwacl t. Hij geloofde vast
en zeker, dat Monck niet het minste belang
stelde in eenige vrouw ter wereld en die over
tuiging stevigde Monck's positie. Dat hij al
dus streed voor eeh beginsel was, hoewel
Dacre zich iets dergelijks niet kon indenken,
van meer gewicht, dan dat hij zich voor de
persoon zelf had geïnteresseerd. Monck was
de eenige man onder zijn kennissen, die nooit
naar de gunst van eenige vrouw had gedon
gen, die nooit onder den invloed van vrouwe
lijke bekoorlijkheden was gekomen en daarom
stond hij in Dacre's oog op een onaantastbaar
standpunt.
Door voor de overmacht te bukken, zwicht
te Dacre voor een zedelijken dwang, niet voor
persoonlijken invloed. En ofschoon zeer tegen
zijn wil, moest hg dien dwang gehoorzamen.
(Wordt vervolqd.)