ITARZAN I
DE LAMP
II ©E
¥I^B©©EPi
SM©
Diefstal en oplichting
in de hoofdstad
in de Woestijn
Dankbetuiging
Prinselijk Paar
Vrouwen aan boord
Het bedrijfsleven
in oorlogstijd
Radioprogramma
i
EDGAR RICE
j BURROUGHS
Amsterdam nog korten
tijd onder dr* De Vlugt
door Ethel M. Dell
van het
Brutale inbreker staat terreebt
Werkman had
inbrekerswerktuigen
Busbestuurder bemerkte
trai'er te laat
aaaaaaaaaaaasll^
i
DOOR
s
Zwijgend vervolgden de zes ptomen hun weg
door het water, terwijl zij er zorg droegen, dat
gen enkel geluid hun aanwezigheid verried.
Doch Tarzan was even waakzaam als een dier
uit het oerwoud. Hij zou al jaren geleden de
dood hebben gevonden, als hij in zijn prilste
jeugd niet geleerd had, dat oplettendheid een
eerste levensrvereiste is. Het was een gewoonte
van hem om zo nu en dan achterom te kijken,
daardoor kwam het ook, dat hij nu de ptomen
zag. Hij wist, dat vluchten nutteloos was.
Helen was verzwakt door het vreselijke avon
tuur, dat zij zo juist had meegemaakt. En de
ptomen waren in het water beter thuis dan zij.
Dus was vechten hun enige hoop. Helen was
geheel van streek sinds zij in de waterkamer
was achtergelaten. Naturlijk had zij noch
Tarzan noch Herkoef herkend in hun water-
pakken. Zij geloofde, dat zij door de ptomen
gered was, van de ene dood om een andere,
nog vreselijker dood tegemoet te gaan. Maar
toen de grootste van haar twee metgezellen
naar de achtervolgende ptomen wees, begreep
zij, dat zij in vriendenhanden was. Tarzan
beduidde haar te blijven staan. De' drie vluch
telingen gingen nu met de ruggen tegen elkaar
staan, in afwachting op de aanval. En het
duurde niet lang, of de ptomen hadden hen be
reikt!
Eenige arrestaties.
In den nacht van Zondag op Maandag
j.1. was te Amsterdam door verbreking
van een ruit ingebroken in een groothan
del in zuidvruchten, waarbij voor onge
veer 150 gulden aan waren' gestolen was.
Maandagavond zijn in verband hiermede
door de politie een tweetal mannen, resp.
28 en_ 37 jaar oud, wegens diefstal, en een
52-jarige vrouw, wegens heling, gearres
teerd.
Toen Maandagavond de bewoners van de
eerste étage van een perceel in de Helmer
straat van een uitstapje thuis kwamen,
ontdekten zij tot hun schrik, dat er in den
loop van den dag ongewenschte bezoekers
in liet huis waren geweest.
De woning was grondig doorzocht en
met een buit van 200 gulden, enkele gou
den tientjes, een obligatie van de Stad
Amsterdam en eenige spaarbankboekjes
waren de bezoekers, zonder spoor achter
te laten, verwenen. De politie heeft een
onderzoek ingesteld.
De dag van afrekening.
Op het, politiebureau Overtoom is een 45-
jarige man ingesloten, verdacht van op
lichting tot een bedrag van ongeveer
f 250.—.
De man moest voor een firma kwitan
ties innen. Toen echter de dag van afreke
nen kwam, bleek van de ontvangen bedra
gen niet veel meer over te zijn. De arres
tant heeft inmiddels een volledige bekente
nis afgelegd.
De Regeeringspersdienst bevestigt., een
bericht, wat reeds de vorige week in de
pers is medegedeeld, nl. dat de regeering
op den burgemeester van Amsterdam, dr.
W. de Vlugt, aandrang heeft uitgeoefend
nog gedurende eenigen tijd zijn ainibt te
willen blijven vervullen.
Burgemeester de Vlugt heeft zich naar
aanleiding van dat verzoek bereid ver
klaard nog gedurende korten tijd zijn amibt
waar te nemen en zich in verband daarme
de een herbenoeming te zullen laten welge
vallen.
De burgemeester heeft gistermiddag den
Raad officieel medegedeeld, dat hij zijn
derde herbenoeming heeft aangenomen en
nog korten tijd zijn ambt zal blijven ver
vullen.
Uit den raad hebben wethouder de Miran
da en ook andere leden den burgemeester
hartelijk toegesproken. Een derde hérbe
noeming is sins het eenvoudig burgemees
terschap is ingesteld in Amsterdam, nog
niet voorgekomen.
Feuilleton
49.
Er was iets in de stilte, die op zijn woorden
volgde, dat hem deed omzien naar zijn broer.
Everard zat rechtop in zijn stoel, starende
naar den grond alsof hij daar een slang zag
kruipen. Maar voor hij nog iets had kunnen
zeggen, sprong hij op met een beweging alsof
hij een last van zich afwierp en liep naar het
raam. Hij sloeg het open en bleef in de
opening staan, terwijl hij diep adem haalde
als een die dreigt te stikken.
„Scheelt er wat aan, oude jongen?" vroeg
Bernard.
Zonder zich om te keeren antwoordde hij:
„Neen, 't is alleen dat duivelsche hoofd. Ik
kom dadelijk weer binnen, 't Is een onstui
mige avond."
De regen viel bij stroomen neer en in de
verte hoorde men het rollen van den donder.
De dikke druppels vielen kletterend op het
dak der veranda en maakten ieder gesprek
onmogelijk.
't Is me een verduiveld prettig land hier!"
mompelde de man in den stoel.
De man bij het raam zei geen woord. Hij
hijgde en staarde naar buiten in den donke
ren nacht.
Een oogenblik bleef Bernard liggen en sloeg
hem gade. En eindelijk stond hij zachtjes op.
Everard kon hem niet hebben hooren aanko
men, maar hij bemerkte het toch, voor hij bij
hem was. Hjj keerde zich om en sloot het
venster.
's-Gravenliage, 8 Februari. Hoe
wel zeer erkentelijk voor de vele,
blijken van belangstelling welke wij
bij gelegenheid van den eersten
verjaardag van onze dochter moch
ten ontvangen, is liet ons tot ons
leedwezen niet mogelijk een. ieder
daarvoor persoonlijk dank to zeg
gen. Daarom veroorloven wij ons
langs dezen weg allen, zoowel onbe
kenden als vrienden, die ons een
schriftelijken gelukwensch deden
toekomen, of op eenige andere wij
ze van hunne gevoelens van sym
pathie of medeleven blijk hebben
gegeven, onzen diepgevöelden dank
le betuigen. De hartelijke ontvangst
welke ons op onzen rijtoer door de
stad is ten deel gevallen en de ge
voelens van aanhankelijkheid,'
waaraan op zoovelerlei wijze uiting
werd gegeven, hebben ons diep ge
troffen en zullen voor ons onver
getelijk blijven.
Juliana/Bernhard.
Drie jaar en zes maanden ge
vangenisstraf met aftrek van
voorarrest geëischt.
Gisteren behandelde de rechtbank te
Leeuwarden een reeks brutale diefstallen
te Leeuwarden en te Huizum, welke in de
maanden October en November groote on
gerustheid onder de bevolking hebben ge
wekt. Er werd op geraffineerde wijze te
werk gegaan, en het kostte de politie heel
wat moeite de daders te pakken te krijgen.
Allereerst stond terecht de 30-jarige ver
zekeringsagent J. C. te Leeuwarden. Hem
waren hot plegen van twee inbraken ten
laste gelegd, één te Huizum, waar de buit
uit f 350.cn eenige zilveren cn gouden
horloges bestond en één te Leeuwarden,
waar C. in een woning o.a. een geldkistje
met een aantal effecten tot een nominaal
bedrag van f' 30.000.—, een spaarbank
boekje met f 7000.alsmede eenig bank
papier en gouden en zilveren voorwerpen
stal.
Uit de behandeling van de zaak bleek,
dat verdachte niet minder dan vijftien dief
stallen en inbraken heeft gepleegd.
De eisch luidde drie jaar en zes maan
den gevangenisstraf, met aftrek van voor
arrest.
Ze keken elkaar aan en er was iets ge
drukts in de atmosfeer, iets als een geestelijk
conflict. Het gekletter van den regen was
eenigszins bedaard en was nu een passende
begeleiding voor de electriciteit in de kamer.
Eindelijk begon Bernard te spreken: lang
zaam, bedaard, maar niet onvriendelijk.
„Waarom zou je de moeite nemen om mij...
er omheen te draaien?" vroeg hjj. „Vind je
het de moeite waard?"
Everard's gezicht stond strak. Hij sprak
e§n oogenblik niet en vroeg toen: „Wat
meen je?"
„Ik meen," antwoordde Bernard bedaard,
„dat des churk, die met Madeleine Belleville
trouwde, haar daarna verstootte en aan haar
lot overliet en je collega-officier, die op zijn
huwelijksreis in de bergen den dood vond,
een en dezelfde persoon zijn. En dat wist je!"
- „En?" het woord kwam fluisterend over
zijn lippen. Er was iets vreeselijks in de
wijze waarop het werd uitgesproken.
Bernard keek naar het gelaat van zijn broer
als iemand, die in een muur van een fort een
zwakke plaats zoekt. ,,Ah!" zei hij een
oogenblik later. „Je moet in de meening heb
ben verkeerd, dat Madeleine nog in leven
was toen Dacre trouwde. Wat was de datum
van het huwelijk?"
„De vijf en twintigste Maart." En weer
sprak hij die woorden bijna zonder de lippen
te bewegen.
Eeri glans van voldoening kwam op het ge
laat van ziin broer.
„In dat geval is er in het geheel geen
kwaad geschied, 't Spijt me, dat je zoo lang
met die kwellende gedachte hebt rondgeloo-
pen.
Everard stond van de tafel op en schonk zich
wat in.
Zijn broer sloeg hem gade. „Men zou zoo
veggen, dat zijn dood door de voorzienigheid
beschikt was," merkte hij op. „Je vrouw weet
hier natuurlijk niets van."
„Neen!" Hij bracht met vaste hand het
glas aan de lippen en dronk. „En zij zal het
Maar geen personeel voor de
machinekamer
Gistermorgen had zich een kapitein van
een Groningsch kustvaartuig voor den Raad
voor de Scheepvaart te verantwoorden. De
reden hiervan was, dat de inspecteur-gene
raal voor de Scheepvaart een klacht tegen
dezen 29-jarigen kustvaarder had ingediend,
omdat hij eens op een dag zonder machine-
kamerpersoneel naar zee was vertrokken.
Dit nu is bij de wet verboden, hoewel in
gevallen van dringende noodzaak een uit
zondering wordt gemaakt. De kapitein voer
de aan, dat- zich zulk een geval had voor
gedaan. Terwijl het vaartuig eenige dagen
voor het laden van kolen in de haven van
een zeer onbeteekenend plaatsje in Ierland
lag, inviteerden vier leden der bemanning
vier vroolijke Iersche meisjes aan boord,
met wie zij tijdens het passagieren kennis
hadden gemaakt. Op een avond bleven de
meisjes aan boord. Eerst toen de zon op den
nieuwen dag reeds boven de kim stond,
slopen zij zachtjes naar den wal.
Ondanks liet verbod van den kapitein,
bleven de Ierschen den volgenden nacht
weer op hef schip, waarop de kapitein den
eersten motorist ontsloeg. De twee andere
leden van liet machinekamerpersoneel ver
klaarden zich solidair met den ontslagene
en gingen ook heen.
De kapitein deelt dan mede, dat het ge
val zich afspeelde op den dag voor het
vertrek. In het Iersche plaatsje kon hij geen
ander machinekamerpersoneel krijgen en
daarom is hij zonder dit naar Amsterdam
terug gevaren.
De voorzitter: Dat mag toch niet.
Indicp liet wangedrag aanleiding gaf tot
drastische maatregelen, dan had u daar
mede moeten wachten, tot u zeker wist niet
in moeilijkheden te komen."
De kapitein vond dat echter zoo erg niet,
omdat hij toch naar Nederland terug gin>
De Raad zal later uitspraak doen.
Advocaat-generaal gelooft ver
dachten niet.
Bij vonnis van 6 December 1938 heeft de
Haagsche rechtbank de loswerklieden NV.
S. en A. van T. veroordeeld ieder tot een
gevangenisstraf van 2 jaar en 6 maanden,
omdat zij zouden hebben ingebroken in een
huis in de Stadhouderslaan, bij afwezigheid
van de bewoners. De buit bestónd uit gou
den sieraden en geld ter waarde van onge
veer f 1000.^
Van dit vonnis kwamen beiden in appèl
cn zij verklaarden gisterochtend voor het
gerechtshof niets met deze inbraak te ma
ken te hebben.
Bij het deskundigenverhoor kwam echter
nooit weten ook," zei hij en zette het glas
neer.
„Natuurlijk niet. Je kunt er van verzekerd
zijn, dat ik het haar nooit zal vertellen." Ber
nard kwam naast hem staan en legde hem
vriendelijk de hand op den schouder. „Je weet
wel, dat je op mij kunt vertrouwen, hè oude
jongen?"
Everard keek hem niet aan. „Ja, dat weet
ik," zei hij.
Zijn broeder's hand drukte hem. „Nu ze
beiden dood zijn, doet het er ook weinig toe,"
zei hij, „en kan die zaak blijven rusten. Maar,
kerellief, houd je toch altijd aan de waar
heid. Je hebt vroeger nooit tegen mij gelo
gen." Zijn toon was ernstig, cn dringed over
redend. Everard keerde zich om en zag hem
aan. Op zijn donker gelaat stond hevige ont
roering te lezen.
,,'t Spijt me, Bernard," zei hij.
Bernard glimlachte vriendelijk. Hij vatte de
hand van zijn broer, ,,'t Is goed. Ik zal 't ver
geten," zei hij. „En wat dunkt je ervan om
nu ter ruste te gaan."
Ze namen afscheid voor den nacht. De een
sliep zoodra hij lag, in, rustig en vreedzaam
als een kind. De ander liep uren en uren heen
en weer en streed met den ergsten vijand dien
hij ooit te bestrijden had gehad.
Want Everard Monck was dien avond door
de wraak der goden getroffen en zelfs zijn
Ijzeren wil kon die macht niet weerstaan. Hij
was verslagen, vóór hij zich nog kon verdedi
gen, verslagen en verachtelijk terzij gewor
pen. Er was nog maar een ding dat waard
was ervoor te strijden en daaraan zou hij zijn
laatste krachten geven, daarvoor had hij zelfs
zijn leven veil.
In den nacht van onrust en beroering,
kwam hij maar steeds terug op datgene, wat
zijn eenige houvast was in het vreeselijke
drijfzand. Zoolang hem 't leven werd gegund,
zou hij dien grootsten schat, die hem geble
ven was, verdedigen, de eer der vrouw die
hij liefhad met een liefde, zooals slechts wei
nigen kennen.
vast te staan, dat iivde woning van den
eersten verdachte een Haagsch politie re
chercheur inbrekerswerktuigen gevonden
heeft.
De advocaat-generaal achtte het i>ewijs,
dat verdachten deze inbraak gepleegd heb
ben, wettig en overtuigend bewezen en
vroeg bevestiging van het vonnis van de
rechtbank, v
De verdedigers pleitten vrijspraak, subs.
aftrek van de preventieve hechtenis.
Uitspraak over 14 dagen.
Drie gewonden bij botsing te
Brummea.
In de Torensche Allee te Brummen is
Dinsdagavond een dienstbus van de Gel-
dersche Trailiweg Maatschappij, die uit de
richting Dieren kwam, achter op een voor
hem rijdende trailer gereden. De botsing
was vrij hevig.
De trailer, afkomstig uit Groningen en
bestuurd door S„ werd aan de achterzijde
ingedrukt. De bus, die na de botsing tegen
een boom terechtkwam, werd ernstig be
schadigd. Eén van de- vijf passagiers kreeg
lichte hoofdwonden. De chauffeur liep
verwondingen aan de hand op. De con
ductrice, mej. P. uit Dieren, liep een her
senschudding op. De bestuurder van de
trailer kwam met tien schrik vrij.
Omtrent de oorzaak van de botsing
verklaarde de bestuurder van de bus, dat
het achterlicht van de trailer niet had ge
brand, zoodat hij even voor de botsing het
voertuig pas had waargenomen.
Adres van Ttotterdamsche Kamer
van Koophandel aan Tweede
Kamer.
Naar aanleiding van de acht ingediende
wetsontwerpen houdende regelen op ver
schillend gebied voor het geval van intre
den van buitengewone omstandigheden
heeft de Rotterdamische Kamer van Koop
handel en Fabrieken zich met een adres tot
de Tweede Kamer gewend. Daarin wordt
de Tweede Kamer verzocht te willen bevor
deren. dat in al deze wetten worde bepaald,
dat een wetsontwerp ter bekrachtiging van
daaropsteunende koninklijke besluiten bin
nen een maand moet worden ingediend, be
houdens in geval van oorlog.
Voorts spreekt de Kamer de hoop uit, dat
bij de evcntueclc toepassing dezer zeer al
gemeen luidende wetten zeker niet minder
dan in het verleden onder soortgeluke om
standigheden wel is geschied, voeling zal
worden gehouden met de betrokken kringen
van het bedrijfsleven.
VIERDE DEEL.
HOOFDSTUK I.
Dobbelen met den Duivel.
„Het is jammer!" zei Sir Reginald.
,,'t Is verduiveld jammer, generaal!" viel
kolonèl Mansfield hem volmondig bij. „Ik heb
den kerel altijd vertrouwd als mezelf. En hij
heeft me gedupeerd."
Die twee waren oude vrienden. Indië had
dien band nog vaster aangehaald: ofschoon
hun wegen uit elkaar leidden en zij elkaar
slechts zelden zagen, waren ze door één geest
bezield en de beste kameraden. Ze zaten
samen in de werkkamer van den kolonel, die
uitzag op het doorweekte paradeveld. De
morgenzon waagde een zwakke poging om
door de wolken heen te dringen.
„Daar zou ik nu maar niet zoo vast van
overtuigd zijn," merkte Sir Reginald na een
oogenblik nadenkend op. „De dingen zjjn niet
altijd zooals ze schijnen. En men heeft er
soms spijt van een te haastig oordeel te heb
ben geveld."
„Ja, dat weet ik," hernam de kolonel en
staarde naar buiten. „Maar ik heb hem altijd
volkomen vertrouwd en ik kan er maar niet
overheen dat hij zich, zooals hij zelf zegt,
tegenover -mij zoo- dubbelhartig heeft gedra
gen. Ik wil aannemen dat het een plotselinge
verzoeking is geweest, maar hij was tegen
over mij altijd zoo openhartig, tenminste dat
heb ik altijd gedacht. En hij heeft buitendien
onschatbare diensten bewezen."
„Gedeeltelijk ook daarom zeg ik, oordeel
niet te haastig," zei Sir Reginald. ,,Wjj...
Indië... kan geen enkelen knappen en bruik-
baren man missen!"
„Maar we kunnen hier toch ook geen deug
nieten gebruiken!" hernam de kolonel.
Sir Reginald glimlachte even. „Daar ben ik
nog zoo zeker niet van, Mansfield. Zelfs deug
nieten kunnen nuttig zijn. Maar ik ben in
mijn ziel overtuigd, dat die man bij lange na
geen deugniet is. Ik voel er veel voor om niet
overhaast te werk te gaan en hem de kans
te geven zfjn reputatie te herwinnen. Mis-
VRIJDAG 10 FEBRUARI 1939.
Hilversum I. 1875 en 301.5 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA.
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
8.00 Gramofoonmuziek. (Ou 8.16 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Declamatie.
10.45 Fantasia.
11.15 Orgelspel en gramofoonmuziek.
12.00 AVRO-Amusementsorkest. (Om 12.15
Berichten).
12.45 Gramofoonmuziek.
I,15 Het Puszta-orkesc.
2.00 Viool en piano.
2.40 Causerie „Huisbewoners' Hef en leed".
3.004.00 De Palladians.
4,05 Gramofoonmuziek.
4.35 De Ramblers.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 Orgelspel.
6.00 Esmeralda.
6.28 Berichten.
6.50 Gramofoonmuziek.
6.30 Letterkundig overzicht.
7.00 VARA-Kalender.
7.05 Causerie „De sociale taak der gemeente
lijke en provinciale besturen."
7.23 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 Causerie „Levenswaarden der Renaissance
8.00 Zang met pianobegeleiding.
8.30 Causerie „Het dier in zijn wereld".
9.00 Fragmenten uit de opera „Aïda".
10.15 Johnny and Jones.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijding.
II.00 Pianovoordracht.
11.30 Jazzmuziek (Gr.pl.).
11.5512.00 Gramcfoonmuziek.
Hilversum II. 415,5 m.
Algemeen programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Berichten, gramofoonmuziek. (9.309.45
Gelukwenschen).
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Pianovoordracht en gramofoonmuziek.
12.00 Berichten.
12.30 Het Stichtsch Salonorkest en gramofoon
muziek.
2.00 Gramofoonmuziek.
2.35 Christelijke Lectuur.
3.00 Orgelspel.
4.00 Zang en piano.
4.45 Gramofoonmuziek.
5.15 Het Amsterdamsch Kamermus'„1 artet
en gramofoonmuziek.
6.30 Berichten, tuinbeuwpraatje.
7.00 Berichten.
7.15 Literaire causerie.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten.
8.15 Reportage en concert.
9.00 Bach-cantates (Opn.).
10.00 Berichten ANP, actueel halfuur.
10.30 „Quintolia", en gramofoonmuziek.
11.25 Gramofoonmuziek.
11.5012.00 Schriftlezing,
schien klinkt dat jou wat toegeeflijk in de
ooren, maar ik heb nog nooit iemand veroor
deeld bij zijn eersten misstap. En deze man
heeft een vlekkeloos verleden. Laten we daar
nu rekening mee houden."
,,'t Zal me tijd en moeite kosten om het te
vergeten," zei de kolonel. „Ik kan bijna alles
vergeven, maar bedrog niet. Daar heb ik een
vervloekten hekel aan."
,,'t Is niet aangenaam om om den tuin ge
leid te worden," stemde Sir Reginald toe.
„Wanneer is het gebeurd? Was hij toen al
getrouwd?"
„Neen!" De kolonel dacht een oogenblik na.
„Hij is in 't voorjaar pas getrouwd, 't Is al
meer dan een jaar geleden. Het moet verleden
jaar voorjaar zijn geweest. Ja, dat is zoo.
Zoowat in den tijd van het huwelijk van dien
armen Dacre. U weet wel. Dacre is getrouwd
geweest met den zuster van den jongen Den
vers, die nu de vrouw is van Monck. Dacre
werd op zijn huwelijksreis vermoord, een dag
of veertien na zijn huwelijk. Dat herinner jij
je nog wel, Burton!"
Met die woorden wendde hij zich tot den
majooMlie juist het vertrek inkwam.
Burton ging bij de tafel staan. Hjj had de
oogen half dichtgeknepen en ze hadden een
gemeene uitdrukking toen hij zei: „Ja, dat
herinner ik me zeker. Zijn dood viel precies
samen met het geheimzinnige verlof van
Monck en ook met de onverwachte afwezig
heid van Rustam Karin, juist op het oogen
blik dat Barnes hem zoo dringend noodig
had."
„Wie is Rustam Karin?" vroeg Sir Regi
nald.
„Een beambte bij de politie. Een knap man.
Een onschatbare man!" Kolonel Mansfield
keek, terwijl hij sprak, naar het speurders
gelaat van den majoor. „Niemand houdt van
den man. Men zegt dat hij leproos is. Maar
knap is hij. Hij is ontzettend knap. Ik herin
ner me nu zijn afwezigheid. Dat was juist in
den tijd van de missie naar Khanmulla de
missie die ik aan Monck had willen opdra-
gen'(Wordt vervolgd.)