Voorspel van de Lachende Lente Hooge en lage halzen Cursus Leerb e werking Amusante kraag Keus genoeg! Een Koningin gaat op reis Regelrecht van de bergweiden Vierde blad 'nZilveren schrijfmachine en gouden muggen Schoonheids-operaties 1 WAT ZIET HET KANTOORMEISJE VAN DE LENTE? Een klein stukje teerblauwe lucht door een hoog raam en wat zon licht dat het metaal van haar schrijfmachine zilverig blinken doet Maar op het oogonblik dat ze met een zucht van genot de Lente her kent en droomerig kijkt naar haar zilveren typewriter en lichtblauw kantoor-décor, wekt de stem van den „baas" haar uit haar gepeinzen en een seconde later is ze weer de ijverige typiste, zon en hemel vergeten... WAT ZIET DE HUISVROUW VAN DE LENTE? Er zijn huisvrouwen, die, bij het feller steken van de zon de Ja- louzieën in het salon neerlaten of de stoelen en crapauds omhullen met linnen hoezen, om trijp of pluche voor verschieten te bewaren. Deze zuinige dames zien alleen het kostelijke voorjaarslicht in de keuken of aan de straatdeur, als zij bakker en slager te woord staan. Er zijn gelukkig óók huisvrouwen, die zich nog kinderlijk verbazen kunnen over de duizenden stofjes die in een breede zonnebaan als gouden muggen in de kamers beginnen te dansen! Nu ligt er zelfs weer stof op het pas gewreven dressoir, hoe vaal lijkt het linoleum en, o, kijk eens, de eerste kale plekken op het vloerkleed komen in een aureool van lichtOndanks deze ontnuchterende uitwerking van de Lentezon op haar binnenhuisje, glimlacht moeder de vrouw, want zij ziet in de allereerste plaats de bundels gezondheid, die brutaal haar woning binnendringen. Doch al aanschouwen het werkende Jonge meisje, zoowel als de ploeterende huisvrouw maar een klein brokje Lente, dit verhindert haar niet, daar héél veel aandacht aan te besteden, want Lente betee- kent: nieuwe jurken, een niéuwen mantel, een nieuw hoedjede gedachte daaraan is al een feest, de voorpret van de Lachende Lente, slechts door de Vrouw gesmaakt De eerste voorjaarsmantels, welke door de modehuizen gepresenteerd worden, maken niet den indruk dat er een groote revolutie op mode-gebied op komst is. Wij zien voor den mantel weer het swagger-achtige model, met markante schouders en reu zen-zakken, in een brutale of gedistingueerde wollen ruit uitgevoerd, al naar de persoonlijkheid van de draagster. Maar wie haar oogen goed den kost geeft, bemerkt tóch iets nieuws aan deze jas. Het is de grappige tweedeelige kraag, het is de wijze waarop de ruimte in het rugpand verkregen is: drie die- pe uitspringende plooi- mJH/k en. Wat is ook een nieuwe mantel zonder, nieuwigheid?. Wat zal zij dragen? Koningin Elisabeth van Engeland Is bezig een keuze te doen voor haar reisuitrusting, in verband met haar aanstaand bezoek aan Cana da en de Vereenigde Staten. Daar bij laat zij zich raden door de Hertogin van Northumberland, de „Meesteres der garderobe" en door Miss Katherine Macleau, haar oude Sohotsche kamerdienares. Vooral laatstgenoemde die al 27 jaar bij haar in dienst is, laat een wakend oog gaan over de kleeding van de vorstin. Door deze wordt zij „Cat- ta" genoemd en driemaal in de week maakt zij een inspectietocht naar de ateliers van den hofkleer- niaker Hartnell. Daar bevindt zich een wasmodel dat nauwkeurig naar het figuur van de koningin is gemaakt en van de initialen „H.M." voorzien is. Op dit model worden alle cos- tuums gepast alvorens de hooge cliënte de laatste pas zelf komt verrichten. Het spreekt vanzelf dat de Ame- rikaansche vrouwen al met span ning de komst van de Koningin te gemoet zien, die thans voor het eerst door de Amerikaansche stu denten als „de best gekleede vrouw ter wereld" werd geproclameerd. Resultaten soms buitengewoon, soms teleurstellend. Was de chirurgie tot voor betrekkelijk korten tijd nog een wetenschap, die uitslui tend ten doel had, door middel van opera ties, menschenlevens te redden, tegenwoor dig vindt zij op het gebied der „schoonheid" een nieuw en zeer vruchtbaar terrein van werkzaamheid. Steeds grooter wordt het ge tal dergenen, die den operateur in den arm nemen, om zich van schoonheidsgebreken te ontdoen of zelfs om een algemeene ver jongingskuur te ondergaan. Er zijn twee soorten schoonheids-chirur-, gie. De eerste omvat alle operaties, die ten doel hebben wezenlijke gebreken weg te ne men: een hazenlip, een zeer onsierlijke neus, die het levensgeluk van de arme eige nares volkomen vergallen kan, lidteekens, die, bij voorbeeld, overgebleven kunnen zijn na een ongeluk, dat wonden in het gelaat veroorzaakte of, ten slotte, knobbels en an dere uitwassen, die sommige ziekten bezor gen kunnen. In al deze en dergelijke geval len kunnen de instrumenten en de weten schap van den chirurg veel goeds doen. Soms worden verbluffende resultaten be reikt en het geld, dat voor een dergelijke operatie uitgegeven wordt, is zeker goed 'be steed. Patiënte onherkenbaar. De andere soort schoonheids-operaties om vat een serie bewerkingen, die uitsluitend ten doel hebben haar, die er zich aan on derwerpt, meer schoonheid en, in vele ge vallen, een nieuwe jeugd te verschaffen, tegenwoordig is het mogelijk het gelaat, dc wangen, de oogleden, de beenen, de armen en de heupen door middel van een opera tie zoo groote veranderingen te doen onder gaan, dat de patiënte, als zij voor de eerste maal na het ingrijpen voor een spiegel ge plaatst wordt, zich nauwelijks meer her kent. Vetlagen worden door den operateur weggenomen bij voorbeeld in het geval van onderkin-operaties, het weefsel wordt opnieuw gespannen en rimpels verdwijnen als bij tooverslag. De bereikte resultaten zijn soms buitengewoon; soms ook teleur stellend. Het risico is vrij groot en het is m elk geval zaak voor dergelijke operaties bij een zeer bekwaam chirurg aan te klop pen, die op dit gebied ervaring heeft. In het algemeen zijn de prijzen, die voor der gelijke behandelingen gevraagd worden, zeer hoog, en dat kan bezwaarlijk verwon deren daar het hier slechts om bevrediging van de ijdelheid der patiënte gaat. De vrouw, die zich op tijd en geregeld verzoigt, zal zich trouwens nooit aan het mes van den operateur behoeven toe te vertrouwen. Wie haar huid systematisch reinigt en deze alle voedsel verschaft, dat de huid nu eenmaal noodig heeft, wie haar spieren met_ sport en massage lenig houdt C1?, °P. iuflTÜpt, wanneer er voor haar uiterlijk eenig gevaar dreigt, kan met een voudiger en goedkoopcr middelen haar jeugd vele, vele jaren lang ten volle behou den. De eerste soort schoonheids-operaties waarvan wij hierboven spraken, heeft on getwijfeld zeer veel nut; de tweede soort kan voor ons allen een overbodigheid blij ven. J GERTRUDEi (door een deskundigen medewerker) VOOR HET BRIDGEN. In dezen tijd, waarin bridgen nog steeds In de mode is, leek het ons wel aardig om de cursisten een étui voor kaarten te laten maken. Laten we hopen, dat het bij ieder in den smaak zal vallen* Het kaartétui dan, dat we deze week' zul len bespreken, is bestemd voor 2 spel kaar ten. Het lijkt ons dienstig deze spellen al vast gereed te houden, voor het passen in de beschikbare ruimte. Dan zijn we zeker, dat ze er in geborgen kunnen worden. Een nieuwe moeilijkheid, die zich bij dit kaartétui voordoet, en die we straks uitvoe rig zullen bespreken, is het maken van een z.g. blinde sluiting, die we, behalve bij dit Voorwerp ook vaak aantreffen bij het ver vaardigen van damestasschen. We schaffen ons weer aan een stuk schapenleer, dat hiervoor al bijzonder goed gebruikt kan worden. Op ons losse patroon heeft het groote stuk leer de afmetingen: ruim 29 bij ruim 14 c.M. en het tweede stuk, waarvan de zakken gesneden worden, is ruim 20 bij schijnen ze te komen, de kleine bouguetjes, die op de „velden" van dit gebreide Tiroler jakje prijken... Een fleurige dracht voor berg tochten. 9 c.M. Let bij het snijden er vooral op, dat bij het groote stuk de ronde lijnen voor den overslag mooi van vorm zijn en dat de vor men van de zakken even groot worden ge maakt. We laten nu het leer de verschillende bewerkingen ondergaan, die we zoo lang zamerhand wel kunnen droomen. Daarna wordt de versiering aangebracht, die op ons modelblad staat aangegeven, maar we veronderstellen zoo, dat menige leerbewerk- ster niet meer blindelings de patronen overneemt van het voorbeeld, maar naar eigen inzicht er misschien heel iets anders van maakt, iets wat we ten zeerste toe juichen. Zijn we dus zoover gevorderd, dan zullen we beginnen met het inzetten van de z.g. blinde sluiting, een eenigszins secuur werk je. De onderdeelen van deze sluiting kun nen we niet zelf vervaardigen, maar moe ten we ons aanschaffen (niet zoo duur!), evenals we dat bij den drukknoop hebben gedaan. De beide deelen E en D (zie losse model) moeten precies tegenover elkaar ko men te zitten, anders wordt het étui scheef. Let er vooral op, dat het een étui is, wat in drieën gevouwen wordt. We beginnen bij E. Van E krijgen we op de goede zijde van het leer niets te zien. Het knopje steekt al leen door het voeringl'eer. Het groote stuk leer wordt n.1. gevoerd met artex en daar over heen voeringleer. Als we nu de grootte van artex en voeringleer bepaald hebben, maken we een klein rond gaatje in de ar tex en op het voeringleer evenzoo. Nu ste ken we het knopje door de artex van ach ter naar voren en daarna door het voering leer. Het plaatje, wat aan den achterkant zit, blijft tusschen het bovenleer en de ar tex zitten. Nu lijmen we de artex en hot voeringleer tegen de binnenzijde van het bovenleer, dat met de goede zijde op een stevige ondervlakte ligt. De puntjes, die nog aan het achterplaatje zitten, kunneh nog even in de artex gedrukt worden (dit voor de stevigheid). Nu wordt de andere kant van de blinde sluiting afgewerkt. Op het losse patroon ziet u de plaats. Maar we kunnen die plaats nog beter bepalen, door het knopje, dat we eerst vastgezet heb ben, in het leer te drukken, op de plaats, waar we de sluiting hebben willen. Dat ge deelte van de sluiting komt n.1. aan den rechterkant van het bovenleer. Het groote ronde deel met het gaatje, waar het knopje ingedrukt wordt bij het sluiten, ligt dus bovenop. Van te voren worden twee spleet- Halzen... hooge, lage., v-halzen, vierkante- en schuit jashalzen, kragen en boordjes, décolleté... er is keus genoeg! Ên toch vormt de halsafwerking bij iedere jurk een nieuw probleem! Want dit onderdeel van ons toi- jes (zie teekening) in het leer gesneden. Daar gaan de beide pootjes door, die aan de achterzijde van de rondte zitten. Zit dit op de goede plaats, dan wordt aan de aohter- •.ijde op de pootjes een schuifje gedrukt, dat ilie pootjes uit elkaar houdt. Flink aandruk ken, anders raakt de boel los en het is een hopeloos werk, wanneer men zoo'n étui of tasch even los moet peuteren terwille van de blinde sluiting. Daarna worden artex en voeringleer opge plakt. Nu nemen we het stuk voor de zakken, en beplakken het met artex en voeringleer. Wanneer alles gedroogd is, slaan we bij e gaatjes (zie teekening I) en is dat ge beurd, dan lijmen we de zaken bij a, b, c en d vast en wel zoo, dat ze met een inslag op het groote stuk leer geplakt worden. Is dit alles weer goed gedroogd, dan kunnen we het stuk (fig. I) al in het midden vastzet ten. We nemen daartoe een stukje leer- band, indien eenigszins mogelijk van de zelfde kleur als het voeringleer. We steken nu met de rijgnaald door het eerste gat en vervolgens tusschen bovenleer en artex van het groote stuk, dan weer door het tweede gat enz. De steken zijn dus niet op het bo venleer te zien, (wel op de zakken). Daar na de kaartspellen er even insteken-, om te controleeren, of alles goed is. Nu rest ons nog de afwerking van het geheel, n.1. het inslaan van de gaatjes of spleetjes. Dit is ook weer niet gemakkelijk. We nemen b.v. de holpijp en slaan van boven af de gaatjes, maar van te voren hebben we er voor gezorgd, reepjes hout of dik karton geschoven te hebben bij a, b, c en d, om niet de kans te loopen, én dooi de gelijmde reepen én door de zakken zelf te slaan. Het eerste moet wel, maar door de zakken niet. Het lijmen is alleen geschied, om de gaatjes precies op elkaar te krijgen. Voordat we nu met leerband het geheel omrijgen, trekken we de gelijmde stukken a, b, c, en d een stukje los, maar zoo, dat de gaatjes te voorschijn komen, waar toch de zijden nog op het groote stuk leer vast zitten. Nu volgt het omrijgen. Dit werkstukje is niet gemakkelijk te ver vaardigen. Veel succes! let is een beslissende factor bij den indruk dien we op anderen maken! Niettemin zullen we ons, bij alle persoonlijke voorkeur, ook op dit punt naar de mode hebben te schikken! En die schrijft voor: hóóge halzen, soms bestaande uit een enormen col, dan weer met de allure van een sjaal, ook wel voort vloeiend uit een gesmockten pas en uitloopend in een popperige ruche. Slechts voor het groot avondtoilet is een diep décolleté toegestaan. Hooge en lage halzen dc gulden middenweg schijnt men d.it seizoen niet te, kennen!;

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 13