Wij lazen voor
MANNEN
RZAN
;N @I
Zijn hospita bedrogen
De „Kleine" glipte
door het kelderraam
Kurkenfabriek verwoest
Radioprogramma
ïPiohm op jee
óJtaAm aan iaat
EDGAR RICE
BURROUGHS
- A.
r.
Uit de Pers van heden
Inbraak bij den Nederlandschen
Typografenbond
Een zeemansverhaal
door: Jaap Moulijn
DOOR
Gedurende de nacht lagen Spike en Troll
verborgen vlak bij het Safari-kamp een
nacht vol verschrikkingen door het gebrul
van leeuwen in het rond. Dadelijk bij het
aanbreken van de dag gebruikten Gonfala,
Van Eijk en Wood een stevig ontbijt en gin-
gen apart op jacht, ieder vergezeld door een
geweerdrager. „Wees voorzichtig," riep Wood
tot Gonfala, terwijl hun wegen zich scheid
den. Zijn angst gold hoofdzakelijk de wilde
mensapen, die in het oerwoud leefden. Maar
hy' wist natuurlijk niet, dat er een veel gro
ter gevaar dreigde, namelijk Spike en Troll,
die het spoor van Gonfala volgden. Terwijl
Spike haar voorzichtig achterna sloop keerde
Trol terug en haalde zijn zes zwarte bedien
den, zodat ze het meisje met geweld konden
overmeesteren als dit nodig mocht blijken.
Intussen bleef Kuiro, Gonfala's geweerdra
ger plotseling staan. „Kijk, Memsahib! Kijk!
Simba!" De leeuw lag in he' gras, zijn groene
ogen onafgebroken op de jagers gericht.
4jJ.
Alleen zijn kop was zichtbaar en gaf slechts
een klein doelwit. „Geen notitie van hem ne
men," fluisterde Gonfala. „Wij moeten pro
veren dichter bij hem te komen en hem aan
een kant te nade;en!" Dat was een fatale
fout!
S.D.A.P. OOK STAATSPENSIOEN-
PROPAGANDIST.
De S.D.A.P. en de Bond v. Staatspension-
neering, die langen tijd gekibbeld hebben
over de vraag of de S.D.A.P. nog steeds
daadwerkelijke strijd voor ouderdomszorg
voert, schijnen het weer aardig eens te wor
den.
Het pas verschenen April-nummer van
„De Nederlandse Pensioenpartij", het orgaan
van de Bond voor Staatspensionnering,
bevat een uitvoerig artikel van den Soc.
Dem. J. A. Berger, waarin deze het stand
punt van de S.D.A.P. tegenover het pre-
mievrij staatspensioen uiteenzet. Van de
heren J. de Ruiter uit Giekerk en J. Wïardi
uit Heerenveen, bestrijders van Berger, zijn
'bijschriften opgenomen, waarin de redac
tie „het persoonlijk element verzwakt en
het zakelijk element versterkt en verder
wat geschaafd" heeft. De redactie noemt
Berger's artikel zelf „correct en zakelijk'.
Naar aanleiding van de drie artikelen
merkt de redactie aan het eind het vol
gende op:
De gerezen twijfel vindt zijn oorzaak in
het bekende Rapport van N.V.V. cn S.D.A.
P., dat soms de indruk maakt, dat er geen
eindredacteur geweest is, die alles nog
eens heeft doorgenomen om te zien of liet
wel klopte en ook schijnbare tegenstrijdig
heden werden vermeden.
Stelt, men de pertinente vraag van den
heer Thijssens: Laat do S.D.A.P. het pre-
mievrij Staatspensioen los? dan zou men
daarop even pertinent kunnen antwoorden:
Neen, dat doet de S.D.A.P. niet.
Het is nog veel sterker. Op blz. 40 wordt
het zuivere Bondsbeginsel, het algemene
premievrije Staatspensioen verdedigd. En
al zijn wij persoonlijk niet naief genoeg
om ons hierop blind te staren, de critici
moeten zich evenmin blind staren op an
dere onderdelen van het Rapport, die boven
genoemde twijfel deden rijzen. Daar wat on
duidelijk en duister is, kan worden opge
helderd, hadden wij een onderhoud met
den heer Berger, nadat hij ons zijn artikel
tje zond. Dit onderhoud heeft ons gesterkt
in de overtuiging, dat de S.D.A.P. staat op
het standpunt dat premievrij Staatspensioen
in Nederland als algemene basis voor een
afdoende regeling van ouderdomsverzorging
noodzakelijk is."
BELEEDIGINGSZAKEN
Wij lezen in de „Avondpost" (lib.):
De klachten, die in den laatsten tijd bij
de justitie zijn ingediend wegens beleedi-
ging, zijn niet meer te tellen.
Er gaat geen week voorbij, of de rechts
kundige raadsman van de N.S.B. maakt
verscheidene van zulke zaken bij de rech
terlijke macht aanhangig.
Aan den anderen kant echter worden er
ook vele klachten ingediend tégen de N.S.B.;
voor liet grootste deel zijn die gericht tegen
mr. Rost van Tonningen. De justitie zelve
heeft trouwens ambtshalve verschillende
zaken tegen hem aanhangig gemaakt. Maar
nu voor het eerst is er, op het eind der vo
rige weck, een vrij zware straf tegen hem
geëischt, namelijk (wegens herhaalde be-
leediging van Minster Goseling) een geld
boete van f 900, subs. 3 maanden hechtenis,
benevens een voorwaardelijke gevangenis
straf van drie maanden, met een proeftijd
van drie jaar.
Mr. Rost van Tonningen, die zijn verde
diging ten deele zelf voerde, verzette zich
tegen den eisch o.a. met de opmerking, „dat
hij daardoor in zijn arbeid ernstig wordt
geknot". Dit was een merkwaardig argu
ment. Welk publicist zal zich geknot voelen
in zijn werk, omdat hij niet meer mag be-
leedigen?
HET EIGEN VOLK WORDT NIET
VERGETEN!
Het Alg. Handelsblad schrijft op gepe
perde wijze tegen de manier, waarop de N.
S.B. pers tekeer gaat tegen de haars in
ziens ongemotiveerde steunuitkeeringen
aan Joden. Eigen volk zou daarbij in ge
drang komen. Neen, zegt het Hsb., want via
belastingen, collectes enz., wordt door Ne-
derlandsche burgers aan Nederlandsche bur
gers één millioen per dag betaald. Het blad
noemt dan: werkloozensteun; steun met
geld en levensbehoeften, alsmede uitbeste
ding en verpleging in ziekenhuizen; uitrei
king van kleeding, levensmiddelen, brand
stoffen, e.d. op vertoon van bons; uitbeste
ding; huisvesting in vrije woningen, hofjes
e.d.; gestichten voor kinderen, oude lieden,
gebrekkigen cn maatschappelijk ongcschik-
ten; ziekenhuizen; herstellingsoorden, enz.
enz.
In 1935 (de cijfers daarvoor zijn in Dec.
1937 gepubliceerd) werd voor al deze doel
einden in totaal beschikbaar gesteld ruim
200 millioen gulden. Welk bedrag dan aldus
moet worden gesplitst:
a. f 144 millioen voor Werkverschaffing,
steunverleening e.d. aan werkloozen (zonder
den steun uit bijdragen van de leden van
de werkloozenkassen);
b. f 116.305.605, waarvan f 91.249.758 voor
rekening van de overheid kwam.
Hierbij komen dan de honderdduizenden
van de verschillende collectes.
Wij beroemen ons niet op deze getallen,
besluit het Ilsb. Wij stellen ze enkel objec
tief zakelijk vast, zonder ons zelf daarmee
een certificaat van barmhartigheid en men-
schelijke volmaaktheid te overhandigen.
Maar dat de nood van onze landgenootcn
ons goeddeels onberoerd zou laten en ons
niet tot den daad van hulp en steun zou
brengen, daarvan zijn bovenstaande cijfers
in ieder geval wel de beste weerlegging.
Hoewel nood er overigens nog te lenigen,
b 1 ij f t.
Brandkast bood weerstand.
Spaarbusjes en postzeqelkas ge
roofd.
Toen men gistermorgen in het gebouw
van den Nederlandschen Typografenbond
op de. Leliegracht te Amsterdam het kan
toor óp de eerste verdieping binnenkwam,
vond men er alles overhoop gehaald.
De brandkast was omgekeerd op de
tafel gelegd en er waren duidelij
ke sporen, dat gepoogd was de
achterzijde met carbidbranders te
openen. Dit is echter niet gelukt en
daarmede is den heeren een groot
bedrag aan geld, dat in de brand
kast was geborgen, ontgaan.
Zij hebben zich tevreden moeten stellen
met den inhoud van een spaarbusje ten be
drage van vijf gulden en een postzegelkas
met tien gulden, welke gemakkelijker te
bemachtigen waren.
Het is duidelijk te zien, dat hier geen be
roepswerkers van den eersten rang aan
den arbeid zijn geweest en deze inbraak
vertoont dan ook geen overeenkomst met
die van het reisbureau Lissone in de Leid-
schestraat, waarvan wij gisteren meldiing
maakten. Het geheele kantoor was door
het gebruik van de carbidbranders zwart
gewalmd.
Wegens valschheid in geschrifte
vervolgd.
Een jeugdige Amsterdammer, die reeds
eerder met den strafrechter heeft kennis ge
maakt, had zich gisteren te verantwoorden
wegens valschheid in geschrifte.
De hospita, van verd. vriend bezit een
hond. Het dier werd ziek en de kostganger
zou wel even met het dier naar een veearts
gaan. Samen met verd. trok hij er met
den hond op uit. Tot een advies kwam het
echter niet en hij moest den dokter dan ook
geen cent betalen. In weerwil hiervan toon
de hij zijn kostjuffrouw oen quitantie van
tien gulden, een bedrag, dat hij aan den
veearts zou hebben betaald.
Deze quitantie bleek geschreven en met
een valschen naam te zijn onderteekend
door verd.
Ter zitting legde verd. een volledige be
kentenis af.
De officier van Justitie vorderde acht
miaanden gevangenisstraf tegen verdachte.
De verdediger bepleitte een voorwaardelij
ke straf.
De rechtbank besloot een reclassecrings-
rapport over verd. uit te doen brengen. Op
26 April zal dit rapport ter zitting worden
behandeld.
En de grooten volvoerden de
booze plannen. Amsterdam-
sche politie arresteert drie man-
i ?i en-
De politie van het bureau Marnixstraat
te Amsterdam heeft gisteimorgen vroeg
drie mannen aangehouden, die ervan wor
den verdacht zich te hebben schuldig ge
maakt aan het ontvreemden van zilvervos
sen tot een gezamenlijke waarde van dui
zend gulden uit de étalage van een bont
zaak in de Kinkerstraat, welke diefstal van
eenige weken geleden dateert. Korten tijd
later werd in dezelfde straat uit de etalage
van een zaak coupons stof, costuums en
schoenen ter waarde van totaal negenhon
derd gulden weggenomen.
Onder leiding van een agent ging de -po
litie aan het werk en al spoedig kon tus-
schen beide zaken duidelijk verband worden
gelegd, zoodat gistermorgen kon worden
overgegaan tot aanhouding van een 40-jari-
gen groenteventer, die in de combinatie van
het drietal de rol achter de schermen speel
de en de zaken op touw zette, de uitvoer
ders van het plan, een 40-jarigen timmer
man en een 36-jarigen man, bijgenaamd
„de Kleine" wiens medewerking, vooral om
zijn klein postuur zoo op prijs werd gesteld.
Hij liet zich door het kelderraam zakken en
wist zoo via een belendend perceel de win
kels te bereiken.
De heeren hebben getracht de goederen
aan den man te brengen.
Brandweer machteloos tegenover
de vuurzee.
In den vorigen nacht is de groote kurken
fabriek van de N.V. Asbest en Kurkwerk
H. Geerdink, gelegen aan het Apcldoornsch-
Dierensche kanaal te Apeldoorn tot den
grond toe afgebrand.
Omsteeks een uur ontdekte de nachtwaker
van de fabriek op zijn ronde in de zagerij
en platenperserij een Ibegin van brand.
Toen de Apeldoornsche brandweer met groot
materiaal ter plaatse verscheen, stond de
fabriek reeds in lichter laaie. De brand
weer kon het gebouw niet voor algeheele
verwoesting behoeden.
Het geheele fabriekscomplex met alle
machinerieën is door het vuur verwoest.
Dertig man personeel is door dezen brand
zonder werk gekomen. De oorzaak van de
ramp moet worden gezocht in zelfontbran
ding van de kurk.
Fabriek en machinerieën waren op beurs-
polis verzekerd; de vennootschap was ech
ter niet tegen bedrijfsschade verzekerd.
De schade beloopt in de tienduizenden
guldens.
VRIJDAG 14 APRIL 1939.
Hilversum I, 1875 en 415.5 m.
Algemeen Programma verzorgd door de
KRO.
8.009.15 Gramofoonmuziek. Ca. 8.15 Ber.),
10.00 Gramofoonmuziek.
11.30 Bijbelsche causerie.
12.00 Berichten.
12.15 Het Peregrinos-orkest.
(12.451.00 Gramofoonmuziek).
I.35 De KRO-New Style Artist,
2.05 Gramofoonmuziek.
2.15 Orgelconcert en gramofoonmuziek.
3.15 Gramofoonmuziek.
4.00 Zang met pianobegeleiding.
(4.154J0 Gramofoonmuziek).
4.45 Gramofoonmuziek.
5.15 KRO-orkest.
6,006.20 Land- en tuinbouwcauserie.
6.25 KRO-Melodisten en solist. (Ca, 6.30 Ber.)
6.45 Berichten.
7.0b Z. Exc, Min. M P. L. Steenberghe: Land-
bouwcrisispolitiek (II. De akkerbouw).
7,30 I.uchtvaartcauserie.
8.00 Berichten ANP.
8.15 Gramofoonmuziek.
8.45 KRO-orkest.
9.15 Koninklijke Militaire Kapel.
9.45 KRO-Melodisten en solist.
10.15 Koninklijke Militaire Kapel.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Bela Kiss en zijn orkest.
II.0012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum II, 301,5 in.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.16 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Orgelspel.
10.50 Declamatie.
11.20 VARA-orkest.
12.00 De Palladians. (Om 12.15 Berichten).
12.50 Gramofoonmuziek.
I.10 AVRO-Amusementsorkest.
2.00 Causerie „Zaaien en planten".
2.30 AVRO-Kinderkoor met pianobegeleiding.
3.15 Gramofoonmuziek.
3.30 De AVRO-Dance Band.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 Esmeralda.
6.20 Gramofoonmuziek.
6.28 Berichten.
6.30 Causerie „Socialisme en humanisme".
6.50 Berichten ANP.
7.00 Zie Hilversum I
7.30 Berichten.
7.35 Causerie „Geestelijke leiding voor de
moderne jeugd".
8.00 Nederlandsch strijkkwartet.
8.30 Causerie „Vrijzinnige Protestanten in
andere landen".
9.00 Fragmenten uit de operette „Zigeuner-
liebe".
10.15 Causerie „Schuldig of onschuldig?"
10.20 Gramofoonmuziek.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijding.
II.00 Viola d'amore en cembalo.
11.30 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.5512.00 Gramofoonmuziek.
FEUILLETON.
18.
En hebben ze al dien tijd stilgelegen?
informeert juffrouw Baldriaanse: wat zal
dat saai zijn geweest! Mijn broer is, toen hij
al emeritus wasnee toch niet, nee, hij
stond nog in Winterswijk. Maar toen is hij
naar Engeland overgestoken. Het woei zóó
hard, dat hij den heelen nacht zeèziek is ge
weest. Vreeselijk saai! Hij moest naar een
conferentie vanjawat wés het ook
weergunst, dat ik dét niet meer weet!
Mijn geheugen begint me leelijk in den steek
te laten zoo nu en dan!
Mevrouw de Koning, zegt de freule:
mag ik u nog even vragen voor u weg
gaat: wilt u mij het genoegen doen en uw
man eraan helpen herinneren, dat hij of een
van de diakenen naar die menschen Kolder
zou gaan. De man bedelt voortdurend bij mijn
rentmeester om een betrekking, maar ik kan
op het oogenblik onmóoglijk tot uitbreiding
van mijn personeel overgaan.
Mijn man is er al geweest freule en het
blijkt, dat ze het erg arm hebben. De diako-
nie zal er wel iets aan doen, denk ik.
Heelemaal vertrouwen doe ik het overi
gens niet, zegt de freule: het is ook
zoo gek, die menschen hebben nota bene een
radio! AIS je zoo arm bent kun je toch geen
rddio bekostigen!
Die zal nog over zijn uit de betere tij
den freule, vermoedt Paula.
Mogelijk mevrouw de Koning, maar die
menschen hebben ook zooveel behoeften! Ik
begrijp het niet. Ze moeten altijd rooken bij
voorbeeld. Ik heb heelemaal geen behoeften!
En u rookt ook niet! Paula is een
oogenblik sterk in de verleiding deze ondeu
gende gedachte eruit te flappen, maar doet
het natuurlijk niet. Wel bedenkt ze, dat de
freule iederen winter naar het Zuiden trekt.
Maar dat hoort zeker niet bij de behoeften.
Plet is instinct, precies als bij de zwaluwen,
want die doen het ook.
De diakonie heeft hun toestand nauw
keurig onderzocht, freule, het moet werkelijk
niet rooskleurig zijn, zegt Paula en neemt
meteen afscheid. Eva doet haar uitgeleide
en helpt daarna de andere dames met de
hoeden en mantels. De auto's staan te wach
ten in den voortuin en rijden vijf minuten
later door den nog hevigen storm het hek
uit, de luxe-wagen van de freule zonder be
hoeften vooraan.
Binnen is het kamermeisje al bezig het
servies op te ruimen. Onder de strenge oogen
van tante doet ze het uiterst voorzichtig.
Voor het diner loopt Eva nog even den
tuin in en gaat het gerepareerde kippenhok
bekijken. De harem is alweer op zijn gemak
en de sultan slaat nijdig met zijn sporen naar
een kip, die zijn favorite aan het treiteren is,
door vlak voor haar snavel een graantje weg
te pikken.
Eva loopt verder en treft Jan Kamp aan,
die peinzend naar een klein boompje staat
te kijken.
Zoo Jan, nog niet naar huis? vraagt
ze.
Nee juffrouw, moar 'k goai zoo derekt.
'k Most nog is efkes noar dat boompjen
kiek'n. Doar kan 'k mit de pet niet bie. Ie
zol zegg'n, zo'n boompjen noe toch. Doar
mankeert niks an, héélemoal niks! Joa, 't is
dat 't dood is, moar da's dan ok net 't eenig-
ste. Ik begriep d'r niks van.
En dat je zoo'n kleinigheid nu niet even
verhelpen kunt, sneu hè? leeft Eva mee.
Kiend, doar mag ie niet met spott'n!
De dood, al is 't moar van zo'n boompjen,
dat blieft altied een ernstige zoak. Toe'k
'et verlèj'n joar in de grond 'ezet hebbe, toe'
was 't toch zo'n mooi dink, vol mit lèvens-
sapp'n en mit lèvenslust. Een klein wonder
van Gods groote scheppinge, dat was 't. En
noe: noe is 't niks meer, ie kunt 't weg-
smiet'n op de voalt. 't Is bedroofd! En zoo
geet 't met alle lévens, 't eene jong, 't an
dere old. Moar d'r kumt een ogenblik, dat
God oe 't lev'n d'r uut hoalt. Da's een ern
stig dink mien kiend, een heel ernstig
dink!
Jan schudt zijn hoofd en kijkt nog steeds
naar zijn boompje. Eva kijkt ook en zoo staan
ze daar: de oude man en het jonge meisje,
samen stil te peinzen over het groote raad
sel in de natuur. En boven hun hoofden, over
de dennen, die hun beschutten, jaagt de
storm.
Kom, 'k goai dan moar is op huus an,
zegt Jan eindelijk.
Ik hope mien kiend, dat veur oe de tied
d'r nog lang niet is en dat ie erst nog zult
magg'n bluuj'n as de mooiste bloem!
voegt hij er poëtisch aan toe.
Wat ben je toch een schat! denkt
Eva geroerd, maar kijkt hem enkel dankbaar
aan, want ze weet zoo gauw geen geschikte
woorden te vinden.
Noe, dag juffrouw.
Dag Jan.
Eva gaat naar binnen om te dineeren met
tante en Jan naar zijn eenvoudige huisje,
waar zijn vrouw hem met het avondeten
wacht.
Allemaal thee zeker? vraagt Paula
en kijkt haar kringetje gasten rond: Sui
ker en melk?
Het is de afgesproken Donderdagavond,
Mijnheer en mevrouw van Tuilen zijn met
Tom in hun Citroen uit Arnhem gekomen
en met Paula en haar man, dominee Albert
de Koning zitten ze in de salon der pastorie
in gemakkelijke stoelen om den haard. Met
één groote en twee kleine schemerlampen is
het er zoo gezellig, dat ze zich direct be
haaglijk voelen.
Tom geniet van z'n thuis zijn, vooral nu,
na zoo'n zware reis. Hij heeft vier weken
verlof gekregen, want hij is bijna anderhalf
jaar aan één stuk uitgeweest, doordat zijn
schip in de JavaNew Yorklijn voer. 't Is
een heele overgang, van het scheepsbestaan
naar het oude leven in Arnhem. Als van een
druk marktplein naar een stil, schilderachtig
hofje in de morgenzon, zoo weldadig!
Toen hij daarnet binnenkwam zei Paula:
Even niet kijken Albert! nam zijn
hoofd tusschen haar handen en gaf hem een
kus. Albert keek toch, maar lachte en drukte
hem warm de hand.
Ben je al klaar Paula of komt er nog
meer? vroeg Tom en voelde zich geluk
kig bij deze ontvangst.
Eva van Aghterkerke komt nog,
leidde Paula hem op een zijspoor en vertelde
er meteen bij wie dat was.
En nu zitten ze, in afwachting van haar
komst, maar vast een kopje thee te drinken.
Blij je weer gezond hier te hebben ke
rel! zegt Albert: je hebt ons heel wat
onrust bezorgd. Om maar niet te spreken van
oom en tante.
Mevrouw van Tuilen lacht nog wat ner-
neus bij de gedachte aan die angstige dagen
en mijnheer kijkt dankbaar van haar naar
zijn jongen.
Ze hooren buiten een auto aanrijden en
stoppen voor de pastorie. De motor staat sta-
tionnair te brommen. Er wordt gebeld en
een deur van den wagen slaat met een klap
dicht. Dadelijk nadat het meisje heeft open
gedaan raast de motor fel op onder meer
gas, dan klikt de overschakeling naar tweede
en derde versnelling en daarna neemt de
sterkte van het geronk af bij het wegrijden.
Paula loopt de gang in en ze hooren Eva's
donkere stem door de opengelaten deur. Dan
komen ze binnen en Paula lanceert het con-
ventioneele:
Mag ik even voorstellen: mijn vriendin
juffrouw van Aghterkerke; mevrouw van
Tuilen, mijnheer van Tuilen en nogeens mijn
heer van Tuilen.
Als ze weer zitten, Eva de groeten van
tante gedaan en haar thee in ontvangst ge
nomen heeft, vraagt Albert:
Tante is zeker op haar wekelijksche
avondvisite bij de freule?
Ja, ik moest wachten tot de auto te
rug was, ik mocht niet alleen hier naar toe
loopen, vertelt Eva lachend.
Zou ik ook niet goed gevonden hebben!
beweert Albert: maar je komen ha
len dee' ik toch beslist niet meisje, want
stel je voor, dat een van mijn schapen me
met jou in het donker zag loopen!De
heele kudde sloeg onrustig aan het blaten en
verloor voorgoed het vertrouwen in haar
herder!
Kan ik me voorstellen! zegt Tom met
klem.
Wat weet jij daarvan? vraagt Al
bert: jij vaart op oceanen en breekt
schroefassen. Bemoei je dus niet met de ge
dragingen van een eerzaam predikant op een
Geldersch dorp! Vertel ons maar eens liever
van de belveenissen op zee de laatste reis
want daarvoor heeft Hare Majesteit deze
soirée eigenlijk georganiseerd.
Als Hare Majesteit mij dan genadiglijk
het woord wil verleenen, zal ik gaarne aan
het vereerend verzoek van Haar Heer Gemaal
voldoen, gaat Tom erop door.
Doe niet zoo idioot, kwajongens! -na-
van Tuiten! ^_ajesteit: en be^- Thomas
Nou- k«k eris, en Tom zet het ge
zicht van een tooneelzeeman, die rauw aan
het verhalen slaat: we waren dan zoo ge-
n£L „Warnsveld" op den Atlantischen
Oceaan, nog anderhalve dag van Gibraltar
verwijderd, toen de schroefas brak. Een
sleepboot sleepte ons, daar is het per slot van
rekening dan toch ook een sleepboot voor
naar Lissabon. Daar werd de as gerepareerd
en toen konden we weer verder door, naar
Java. Dat is net alles!
(Wordt vervolgd.