Wildernis-film van groot formaat
Beklemmende avonturen-film, spelend
V erkeer smiddelen
in Hollands Noordpunt
in de „Groene Hel
Van trekschuit tot autobus
Zaterdag 15 April 1939
Derde Blad
Wat geven de Bioscopen U/jtte Y3ia£co-ofl
Tivoli-7 heater
Veelzijdige acteurs
talenten van René Deltgen
ïUa£io--t(iecvU,i
Drie man in de sneeuw
Errol Flynn en Olivia de Havilland
Nick White and his Swingers
Speeltuinkinderen
aan de limonade
Tocht met de O 16
Burgerlijke Stand van Den Helder I
AUTOBUSDIENST DUINOORD
DE PIJP ALS TROOST.
René Deltgen en Hans Nielsen in de Ufa-film „In den greep der Wildernis" („Kaut-
echuk"), welke deze week in het Tivoli-theater draait.
Zoolang als de cinematografie bestaat,
bestaat ook de avonturenfilm, en een van
de dankbaarste uitingen van dit genre is
wel de „wildernis-film", waarin men de
studio verplaatst naar de jungle, het oer
woud, en waar men dan doorgaans in an
derhalf uur te zien krijgt hoe het schoone
meisje, al dan niet belaagd door pygmeeën
of opgezweepte indianen-hoofdlieden, ge
molesteerd wordt, om in de laatste acte
door „den held" teruggewonnen te worden;
welk gelukkig einde dan met de traditio-
neele kus, en wat dies meer zij, bezegeld
wordt.
De goede jungle-films zjjn aan de vin
gers van twee handen te tellen, doch er is
geen twijfel aan dat onder deze de produc
tie der TJFA, „In den greep der wildernis"
een bijzonder eervolle plaats inneemt.
Het is een merkwaardige film. Zij behandelt
het groote avontuur van den Engelschman, die
een eeuw geleden zijn leven op het spel zette
om de door de geheele Braziliaansche natie
bewaakte rubber-zaden uit dat land te smok
kelen, opdat ook Groot Brittannië de kans zou
krijgen het „goud van de rimboe" aan te kwee
ken.
Het verhaal is niet historisch juist. Men
heeft de kern er van genomen en daarop vrije
lijk voortgeborduurd. Hetgeen niet wegneemt,
dat er een film is ontstaan, zoo aangrijpend in
de uitbeelding van de gevaren van het oer
woud, zoo voortreffelijk van visie en zoo breed
opgezet, dat men hier de UFA een compliment
moet brengen voor deze wel zeer bijzondere
prestatie.
Het is, vóór alles, een spannende film. Een
film, die van de eerste tot de laatste meter
Uw volle aandacht vraagt en enkele malen
tot een climax stijgt, zooals men dat slechts
zelden beleeft.
Het is een verhaal van een eenzaam Engelsch
man die cie rubberzaden smokkelt. Weken,
maandenlang, zwerft hij door de rimboe, door
de Braziliaansche „Groene Hel". Hij vecht met
krokodillen, met Indianen, met de Braziliaan
sche soldaten. Hij vecht ook met de muskieten,
de wanhoop en de koorts. Het lijkt een volko
men hopelooze onderneming als blanke in deze
hel te slagen, maar hij klaart het, zij het dat
zijn hoofd als door een mirakel gered wordt
en hij slechts door een toeval van den „dood
door den strop" gered wordt.
De wijze waarop de regie door Eduard von
Borsody verzorgd is, dwingt tot eerbied. Hier
heeft een man werk verricht, onder de, uit
filmisch oogpunt, moeilijkste omstandigheden
Hier werd gevraagd van een regisseur om
naast het eigenlijke verhaal een werkelijk
jungle-beeld te geven, zonder drie-stuivers-
romantiek. En hij slaagde daarin. Ziet hoe hij
een vluchtende Indiaan in de lens houdt, de
wanhoop en de misère levend weet te maken.
Ziet hoe hij h t oerwoud weergeeft, zóó be
klemmend, zóó vol leven als alleen een mees
ter in zijn vak dit vermag.
Daar zijn gevechten met Indianen en dieren
en zelden zag men deze zoo geloofwaardig
uitgebeeld. Zelden ook zag ge een aantal ver
tolkers van rollen zoo opgaan in hun taak en
er in slagen tot een dergelijk gelukkig resul
taat te komen.
De beeld-montage is uitermate knap. Het
close-up werk verraadt telkenmale weer het
vakmanschap van de technische leiding van
de expeditie, zoodat er niet anders dan van
een tot in onderdeelen geslaagde film gespro
ken kan worden.
Ziedaar: een avonturenfilm van lioog
gehalte, waarin het avontuur niet ver
laagd werd tot een goedkoop geheel met
dieren en menschen, maar waarin men een
episode uit de Britsche historie te zien
krijgt, die, zij het niet geschiedkundig
juist, toch den geest ademt van een volk,
dat zoo na aan het Hollandsche verwant
is. Een film, die men moet zien en die
men niet spoedig vergeten zal.
Vermelden we nog dat in het voorprogram
ma een aantal aardige shorts draaien die een
prettige inleiding tot deze bijzondere film zijn.
Erich Kastner heeft een boek geschreven,
een boek, dat een wereldvermaardheid geniet
door de sprankelende humor, die iedere blad
zijde kenmerkt. Het is ontspanningslektuur
van de beste soort, vlot, boeiend geschreven
en geestig.en origineel van inhoud. Juist om
dat het aardige van dit boek hoofdzakelijk
naar voren komt in de gesprekken van de
hoofdpersonen en in de laatste plaats in de
handeling, zijn wij eenigszins sceptisch naar
het Rialto-theater getogen om te zien wat
Metro Goldwyn met de verfilming van dit
werk had bereikt.
En voor de zooveelste keer is weer naar vo
ren gekomen, waartoe de Amerikaansche
filmindustrie eigenlijk in staat is. Want op
een wijze, die wel zeer knap is, heeft men den
inhoud van dit werk verfilmd en heeft men de
rollen omgekeerd, zoodat nu in de eerste
plaats het oergeestige van de handeling naar
voren is gekomen en de dialogen eenigszins
op den achtergrond zijn geraakt. Het is meer
dan een genoegen het geheel te aanschouwen.
Met bijzondere zorg zijn de hoofdpersonen
gekozen, het is niet belachelijk geworden, in
tegendeel men heeft kans gezien om de per
sonen uit het boek te scheppen, zooals de
lezer zich hen voorstelt. En toch heeft men
zich zoo streng mogelijk gehouden aan den
inhoud, zoodat de geheele vermakelijke ge
schiedenis zich in den tijd van 1% uur af
speelt. Het is een kostelijke story geworden,
juist doordat de geestige momenten, de clou
van het geheel, zoo zuiver naar voren is ge
bracht.
Robert Young, als de man, die een prijs
vraag gewonnen heeft en daardoor 14 dagen
naar Zwitserland mag, is bijzonder goed. Zijn
prettige persoon, zijn open manier van doen,
nemen direct voor hem in.
Ralph Morgan als de rijke fabrikant, die
nu eindelijk eens onder den plak van zijn huis
houdster vandaan wil en een paar weken
de bloemetjes wil buiten zetten, heeft zich
uitstekend in zijn rol ingeleefd. Taljooze ma
len ziet hij kans een lachsalvo door de zaal
te doen daveren, niet door gezocht geestig te
zijn, maar door de komische verwikkelingen
waarin hij terecht komt.
Mary Astor geeft eveneens een natuurlijk
spel te zien, dat prettig aandoet. En zoo zou
den wij door kunnen gaan, met de goede hoe
danigheden van ieder der spelers naar voren
te brengen, maar dat is o.i. absoluut over
bodig. Men moet deze film gaan zien, zeker
wanneer men het boek gelezen heeft, want
zelden zagen wij de verfilming van een boek
werk op een betere wijze weergegeven.
Wij willen niet nalaten de aandacht te ves
tigen op het feit, dat de natuuropnemen bij
zonder mooi zijn. Het skiën in de bergen 'is
prachtig opgenomen, evenals de mooie ver
gezichten op de met sneeuw bedekte toppen.
Vooraf aan deze film draaide „Haar groot
ste offer", een tragedie met Herbert Marshall
en Barbara Stanwyck in de hoofdrol. Het is
de geschiedenis van een meisje, dat op punt
staat te trouwen, maar waarvan de verloofde
bij een auto-ongeluk het leven laat. Er wordt
een kindje geboren en dit wordt aan anderen
ter opvoeding gegeven. Om bij dit kind te
kunnen blijven, trouwt zij dan tegen haar zin
den man, die voor het kind heeft gezorgd. Het
is geen groote tragedie geworden, evenmin als
Barbara Stanwyck een geweldige tragédienne
is, toch geeft het een geschiedenis weer, die
uit het leven is gegrepen, en dat op een zeer
reëele wijze.
Z O N D A G'S
KOFFIE of THEE met gebak
20 ets.
BORRELEN met bitterballen
„DE TOELAST", Spoorstraat 9—11
Den bezoekers- van de „Witte" wacht deze
week een verrassing. Als hoofdfilm draait
namelijk „Het Dubbele Huwelijk", een rol
prent waarin de eerste rollen vertolkt wor
den door het star-team Errol Flynn en Olivia
de Havilland.
Errol Flynn, dezelfde die men reeds zoo
vaak te voren in de vermaarde historische
films heeft gezien, o.a. in „Robin Hood",
Captain Blood" en vele andere. Ook in deze
film blijkt Olivia de Havilland een waardige
partner te zijn.
Als tweede film draait een vroolijk blijspel,
getiteld „Niets is heilig'".
Een Band, welke dit seizoen al zeer po
pulair is geworden in Den Helder: Nick
White and His Swingers, komt morgen, Zon
dag in Casino, wederom in hun 9 mans be
zetting, w.o. de Lady Crooner Dolly Whyte.
In Amsterdam is Nick White één der zeer
geziene dansorkesten. De leider van een der
grootste Dansinstituten aldaar schreef: „Voor
Uw vele prestaties op het gebied der dans
muziek heb ik meer dan bewondering. Wat
U met Uw bezetting weet te bereiken is
prima in orde. Men danst gaarne op Uw
muziek."
Den gemobiliseerde militairen wordt vrijen
toegang verleend.
riF Mrri^TF FCTC
"PORTRET- ATELIER^
C~ JAC.DE BOER
600 Fleschjes cadeau gedaan aan
de vier tuinen.
Vanmiddag is het feest op de tuinen!
Vanmiddag gaan de deuren der speeltuinen
open en zal er weer een aanvang gemaakt
worden met het spelen der jeugd, die onge
twijfeld weer met drommen acte de présence
zal geven.
Voor de tuinen is deze opening wel zeer
in het bijzonder een feestelijk gebeuren.
Wat is namelijk gebeurd?
De „Heldersehe Limonafabriek" van den
heer Dito in de Sternstraat, heeft namelijk
het sympathieke idéé gehad niet minder dan
600 fleschjes limonade voor de speeltuinkinde
ren beschikbaar te stellen en het plan is,
deze vanmiddag in de tuinen „frisch" te maken.
Een woord van dank, namens de 600 bof
fers, mogen wij hier wel laten hooren aan het
adres van den gulden gever!
Zwaartckrachtmetingen op zee.
Naar bekend is, zal dr. W. Nieuwenkamp,
de zwaartekrachtmetingen van prof. Vening
Meinesz voortzetten en daartoe deelnemen aan
de reis van de O 16. Deze zal a.s. Donder
dag uit Nieuwediep via de Kaap naar Indië
vertrekken. Bij een interview deelde dr.
Nieuwenkamp o.a. het volgende mede over
het programma van de reis en van het onder
zoek.
„De belangrijkste zwaartekracht-onderzoe
kingen zullen in de buurt van Marokko plaats
vinden. Ik zal daar de bergruggen aan een
onderzoek onderwerpen; die bergruggen van
Marokko, die bij den Atlantischen Oceaan
schijnen af te knappen, maar zich onder den
zeespiegel voortzetten zullen, naar ik hoop,
veel interessants opleveren. U moet namelijk
weten, dat de zwaartekracht boven steen
massieven anders is, dan boven andere aard-
samenstellingen. Zoo is dan door metingen
vast te stellen, of die massieven zich al dan
niet onder de zee bevinden. In de O 16 hebben
we voorts een toestel opgesteld om de golf
beweging in de oceanen op verschilende diep
ten waar te nemen.
„Over de indeeling van het reisplan kan ik
mededeelen, dat Lissabon zal worden aan
gedaan en vervolgens Kaapstad. Dit traject
duurt ongeveer één maand en in dien maand
zullen we alleen maar water en nog eens
water zien. We stellen ons voor een paar
keer per dag te f uiken en dan onze proeven
te nemen. Alles zal natuurlijk geschieden in
nauw overleg met den commandant van de
O 16, luitenant ter zee P. A. Mulock van der
Vlies Bik."
Vertrekt thans op Donderdag
20 April.
Naar wij uit betrouwbare bron vernemen
zal H.Ms. O 16 haar reis via Kaap de Goede
Hoop naar Nederlandsch-Indië, niet op 28
April a.s. aanvangen, doch reeds 20 April a.s.
De O 16 staat onder commando van den
luit. ter zee le kl. P. A. Mulock van der
Vlies Bik, terwijl dr. Nieuwenkamp de reis
voor zwaartekrachtmetingen zal meemaken.
Kapitein-luitenant ter
werd bevorderd tot
ee C. H. Brouwer
apilein ter zee.
ONDERTROUWD: P. Snijders en A. C. de
Vries.
GETROUWD: S. Botter en P. M. Wiringa;
H. C. Hoogervorst en M. Minneboo.
BEVALLEN: A. C. Katoen—Dekker, z„ N.
Triestde Vries, z.; M. A. Roozenclaal—
Schrier, d.
APOTHEKEN.
Van hedenavond 10 uur tot Maandagmor
gen is aleen geopend de apotheek van W. H.
Kingma, Kanaalweg.
Van Maandag 17 April tot 24 April wordt
avond- en Zondagsdienst waargenomen door
W. D. de Bas, Binnenhaven 16.
Zondag van 2—7.30 nam.
vertrek Fazantenstraat en Station.
Ondn. HILTAX-Garage Telef. 565
In den aard der verbindingsmiddelen van
Den Helder met de omgeving heeft in de
laatste 25 jaar een groote verandering
plaats gehad.
Sinds 1869 hadden wij hier de spoor, die in
hoofdzaak ook toen reeds bestemd was voor
het vervoer op grooteren afstand. Engeland
was als oud industrieland de leverancier van
de eerste tientallen locomotieven. Nóg zien
wij ze rijden, die gebouwd zijn bij Peacock
Co., Manchester (1889), Dat zijn die model
len, met zoo'n groot drijfwiel in het midden.
De wagons werden van oudsher geleverd door
Beynes Co. te Haarlem. Later ook door
Werkspoor te Amsterdam.
Over de bediening door de „Etoile du
Nord" was men in deze contreien over het
algemeen nooit zeer voldaan.
Hoe dikwijls heeft de voormalige Helder
sehe Kamer van Koophandel niet op sneller
frequentie aangedrongen, mede ten behoeve
van het vischvervoer. Meestal tevergeefs.
Wat waren er naar verhouding weinig snel-
en veel boemeltreinen!
Hoe kon de stemming van de reizigesr tot
het nulpunt zakken, niettegenstaande de po
gingen van de altijd vroolijke hoofdconducteur
„Jean Jacques" Mallet.
Hij toch gaf iederen dag wéér zijn galgen
humor ten beste:
„Vooruit maar weer met de geit!"
„Noord Warschau" (Noord-Scharwoude)
„Chicago" (Schagen).
„Altijd Wind" (Zijdewind).
„Ouououwe Sluis", op zéér meewarigen toon
uitgesproken.
„Nova Zembla!"
„Tot aan het bittere einde!"
Toch brachten die veel gewraakte stoptrei
nen in den tijd, toen er nog geen busdiensten
waren, heel wat menschen uit de omgeving
naar Den Helder, om hier hun inkoppen te
doen: meubelen, confectie, manufacturen enz.
De laatste 20 jaar was ook dit afgeloopen
en werd gestopt voor anderhalve man en een
paardekop. Alles ging nu per autodienst
naar Den Helder!
Jaren en jaren kon men reeds zien, dat de
spoor geen vervoerstaak meer had op de
kleine halteplaatsen.
De tentwagen en de sjees.
Vele gezeten boe
ren hadden een eigen
gespan om naar de
stad te gaan. U weet
wel van die leuke
West-Friesche tent
wagens. Anderen be
zaten een sjees. Het
was een genoegen in
zoo'n vervoermiddel te rijden. Al hebben wü
nu andere comfortabele wagens op luchtban
den en met mechanische drijfkracht, men moet
niet denken, dat onze ouders niet wisten, wat
prettig was! Afgezien van de snelheid waren
I deze luxe wagens zelfs te prefereeren. Ze had-
den zeer groote, lichte wielen. Dit op zichzelf
geeft reeds een rustigen gang. (Men denke
aan de thans eenigszins in onbruik rakende
brancards.) Daarbij was voor een geweldig
soepele veering gezorgd.
Kleine schokken drongen niet tot de zit
plaatsen door en flinke kuilen of hobbels ver
oorzaakten een weelderige deining.
Eeuwenlang zijn deze
wagens van steeds
volmaakter samen
stelling de schakel ge
weest tussehen plat
teland en stad.
De auto heeft ze in
25 jaar tot museum
stukken gemaakt.
Veranueriixgen nebben tegenwoordig wél
snel plaats.
De jaagschuitjes.
Schipper Volder onderhield sinds jaar en
dag zijn dienst Anna PaulownaDen Helder.
Schipper Bruyn SchagerbrugDen Helder.
Ze brachten zakken aardappelen, vee en
soms passagiers naar de stad en namen
.pakken turfstrooisel mee terug, benevens de
goederen, die door de buitenmenschen ge
kocht waren.
Met de regelmaat van een klok zag men
ze iederen morgen door het Heldersehe Ka
naal glijden.
Eerst kwam altijd het echte trekschuitje
uit den Anna Paulowna Polder.
Het planken roefje, met aan iederen kant
één venstertje was van een onbestemde kleur,
't Had nog het meest weg van iets groens.
Er bovenop bevond zich een donkere asfalt-
bedekking.
't Oude dorre oaard met zijn vlokkige
huid had e°n lichte turfklet"-.
De jonge borst op den wal, die deze knol
bestuurde, kon hem af en toe nog wel tot
een behoorlijk sukkeldrafje aanzetten. Het
bootje slierde dan gezell'^, langs den kant.
De schipper was zoo iemand, die gedurende
een periode van 25 jaar steeds even oud lijkt,
n.1. 50 jaar. Hij had een bakkebaard en
immer een pijp in den mond, die er slechts
even werd uitgenomen om op een hoorn, een
oude vieze koehoorn, te blazen, ter waar
schuwing van de brugwachters.
Zonneschijn noch regen, hitte noch koude,
schenen hem te kunnen beroeren.
Schipper Bruyn van Schagerbrug was in
zijn tyd een modern menscb. Een fiks motor
bootje kon hij zijn bezit noemen. (Zie teeke-
ning).
Het was een oud houten huikje, van buiten
zwart geteerd, jaar op jaar steeds weer er
overheen, Er was geen houtdeel meer te
Hy vesmaadde de oude, vieze koehoorn
voor het geven van signalen. Neen! Binnen
zijn bereik hing een gimmende koperen bel,
die hij zoo noodig vroolyk liet klingelen.
De kracht en de klop van z'n motor kende
hij alsof zijn zenuwgestel er met honderd
vezels aan verbonden was. Op de centimeter
af kon hij zijn boot doen stoppen. En een
maal op de terugvaart door het Heldersehe
Kanaal, van den laatsten aanlegplaats bij de
Nieuwstraat vertrokken, gaf hij hem van
katoen! De boeggolf spoot vroolijk op en de
deining langs de boorden van het kanaal
deed zien welk een macht z'n motor kon
ontwikkelen.
Een pittig bedrijf!
Hij bracht de boerevrouwen aan en af in
hun lange zwarte kleeren en de welgedane
boeren in hun stijf lakensch pak Het goud
van de Westfriesche kappen schitterde in de
zon. Bij slecht weer konden zjjn passagiers
plaats nemen in de gerieflijke kajuit, waar
als in een tram de lattenbanken langs de
zijkanten liepen.
Precies om elf uur 's morgens voer hij door
de Werfbrug naar den Ouden Helder, waar hij-
voor de Westerkerk aanlegde. Juist om één
Un°- Vertr0k ^0 weer in tegengestelde rich-
Dat ging zoo door, jaar op jaar totdat..
opeens ook hy wegbleef.
Wat was het geval?
De autobusdiensten waren ingesteld- Wie-
ringen Anna Paulowna-Den Helder van
Naastepad en door de Commanditaire Ven
nootschap „Nd. Holland" Alkmaar-Den Hel
der. Dan nog Schagen Callantsoog Juliana-
dorp—Den Helder.
Het was voor hem gedaan!
De bussen gingen veelvuldiger en vlugger.
Men had schipper Bruyn niet meer noodig en
hij kon gaan spelevaren!
Gelukkig zij, die open oog hebben om de
veranderingen in de maatschappij snel te
onderkennen. Zij kunnen, als ze niet conser-
vat.ef 'li, nog tijdig dv .-l nemen en weer
op de stroom van het leven gaan mee varen!
P. H. S,