Wij lazen voor RZAN M PI ITTS- MANNEN Onze moedertaal wordt niet achtergesteld tr (jein* SUN LICHT ZEEP Radioprogramma vaart uit EDGAR RICE BURROUGHS 21. - Uit de Pers van heden De zon in April As, MxiA exv 'tk W? kalt De bijwagen was oud Advocaat stroomt op straat DOOR En omdat Tarzan verder over Gonfala niets te weten kon komen, sloop hij zachtjes de hut uit. Terwijl hij zich omdraaide, raapte hij de groene steen op en zwaaide door de boom, die over de palissade hing, weer weg. Op dat ogenblik wist hij niet waar hij zoeken moest... De ene dag na de andere trokken Gonfala, Spike en Troll naar het Noorden, Haar betrekkelijke veiligheid was gelegen in de jaloersheid der beide mannen. En om zich zelf te beschermen waakte zij over de vei ligheid van hen beiden, alsof ze van hen bei den hield. Spike en Troll bevonden zich in een dilemma. Zy hadden Confala ontvoerd, omdat zy geloofden, dat zij de toverkracht kon laten werken, als ze haar hand op de grote diamant hield, maar ze aarzelden om haar de steen te laten aanraken, uit angst, dat zij haar kracht tegen hen zou gebruiken. „Het geeft niet", gromde Spike, „wacht „Ze doen!" De Haagsche Post (lib.) juicht het toe, dat minister Steenberghe in radio-toespra ken de landbouw-crisispolitiek uiteen heeft gezet. Zooiets moest méér gebeuren, aldus het blad, dat schrijft: De radio-speeches van Dr. Colijn toonen duidelijk aan, hoe Regeeringsdaden, wan neer men ze herleidt tot hun kern, aan het geheele volk kunnen worden verklaard. De critiek zal er des te eerlijker door zijn. Mi nister Marchant heeft eens gezegd, hoe de houding van zeer velen tegenover daden, handelingen of verzuimen der overheid in het motto „ze moestenkan worden sa mengevat. Goede toelichting door de radio kan dit motto veranderen in de meer waar- deerende uitspraak: „ze doen." Vrijaf voor rood niet voor oranje! Het Amsterdamsche gemeentebestuur heeft bepaald, dat het onderwijzend personeel in de hoofdstad wél op 1 Mei des namiddags vrijaf kan krijgen voor de viering van het 1 Mei-feest (in welk geval eventueel een tijdelijke leerkracht aan de betreffende scho len moet worden aangesteld), doch niet voor het Julianafeest. De Telegraaf schrijft; Wij achten dit een vreemde regeling. Voor het Oranjefeest kunnen de leden van het onderwijzend personeel geen vrijaf krij gen, maar wél om gelegenheid te hebben deel te nemen aan een politieke demonstra tie. Daar komt nog iets bij. Wie de circulaire aandachtig leest zal daarin missen de toevoeging „dat het aan stellen van een tijdelijke leerkracht ge schiedt buiten bezwaar van de gemeente kas". Wanneer een onderwijzer vrijaf vraagt voor deelneming aan een feest, dan wordt hem dit verlof verleend onder voor waarde, dat hijzelf de tijdelijke leerkracht 'betaalt, die hem vervangt; wie vrijaf vraagt voor deelneming aan het 1 Mei-feest heeft blijkbaar aan deze voorwaarde niet te voldoen. Het komt dus hierop neer, dat het deel nemen van de onderwijzers aan den 1 Mei dag door de gemeenschap wordt betaald. Later zal uitgezocht worden wie de kosten voldoet, de gemeente of het Rijk. Dat hangt van verschillende omstandigheden af. in ieder geval komt het van de belastingbeta lende burgerij. En ook dat doet eigenaardig aan. Dienstplichtige weet niet waar hij aan toe is. De Nieuwe Rotterd. Crt. over het wets ontwerp tot verlenging van den eersten oefentijd: Er moge bekoring uitgaan van het denk beeld, dat in ons democratische land der- gelijke ver gaande bevoegdheden in vol vertrouwen aan de Regeering worden ge geven, wij ontveinzen ons anderzijds niet, dat de onzekere toestand, dien wij hier boven schetsten, voor de dienstplichtigen een onaangename zijde heeft. Het is im mers altijd aangenamer om precies te we ten, waaraan men toe is, dan zijn studie te onderbreken of een betrekking te verla ten voor een onbepaalden tijd, slechts be grensd door het minimum van 11 en het maximum van 24 maanden. Voorts zien Wij niet in, hoe de begroo ting van defensie zal moeten worden sa mengesteld, wanneer het niet hekend is, hoe lang de dienstplichtigen onder de wapens zullen zijn, terwijl tenslotte het vraagstuk van de benoodigde karzernee- ringsruimte onoplosbaar is. Ales bijeengenomen, achten wij de voor gestelde oplossing verre van gelukkig en gelooven wij, dat in de Staten-Generaal nog al wat bezwaren zullen worden ontwikkeld. Wat De Bilt constateerde. Gemiddeld over de vijf hoofdstations was in April de ochtendtemperatuur één graad boven normaal, in de drie decaden respectie veiijk 1 en 3 graden boven en 1 graad bene den normaal. De grootste afwijkingen kwam voor op den 12den en den 28sten April, respectieve lijk 7 graden boven en VA graad beneden normaal. De gemiddelde dagelijksche maximum temperatuur en het gemiddelde dagelijksche minimum waren VA graad boven normaal. Het aantal dagen met een minimum tempe ratuur beneden het vriespunt bedroeg te De Bilt slechts één, tegen vier normaal. De neerslag was in het Noord-Oosten van het land ongeveer honderd procent boven nor maal, in het Noord-Westen en Zuiden 10 tot 25 procent en overigens 25 tot 60 pet. boven normaal. Te De Bilt werden 167 uren zonneschijn waargenomen, tegen 152 uren normaal. Antwoord aan den heer van Vessem. Op de vragen van den heer van Vessem betreffende de uitsluitend in de Duitsche taal gestelde verklaringen, af te geven in gevolge het Nederiandsch-Duitsche verdrag nopens de regeling van het goederenverkeer van 25 Maart 1939, hebben de ministers Co- lijn, Patijn en Steenberghe het volgende ant woord ingezonden. 1. De bijlage van het weekblad Economi sche Voorlichting van 31 Maart 1939, no. 13 bevat de niet offieieele vertaling van het Nederlandsch-Duitsch verdrag nopens de re geling van het goederenverkeer van 25 Maart 1939. De daarbij afgedrukte verklaringen van Nederlandsche instanties zijn ontleend aan den officieelen Duitschen tekst van het ver drag. De daarbij gevoegde „Kontingentsbeschei- nigung" (bijlage 3 en 4 van het zittingspro tocol) is noodzakelijk ten einde den Neder- landschen exporteur in de gelegenheid te stellen van Duitsche contingenten, waar voor een verlaagd invoerrecht geldt, ge bruik te maken. Deze verklaring, die een vergemakkelij king van het handelsverkeer beteekent, aan gezien op die wijze de administratie van een Duitsche douanecontingent aan een Neder landsche instantie wordt overgelaten, treedt in de plaats van ecu anders noodzakelijke verklaring van de Duitsche douane-autori teiten. Waar deze verklaring in het wezen van de zaak dus gelijk gesteld moet worden met een verklaring van een Duitsche autoriteit ligt het voor de hand, dat deze verklaring in de Duitsche taal wordt afgegeven. Bij soortgelijke regelingen met andere landen worden dergelijke verklaringen in de Fran- sche en Engeische taal afgegeven. De andere modellen zijn cjualiteitscertifi- caten, welke ten gerieve van buitenlandsche autoriteiten veelal in de taal van het im- porteérende land worden afgegeven. 2. Uit het antwoord op de eerste vraag blijkt duidelijk, dat van eenige achterstel ling der Nederlandsche taal geen sprake is. YUrCJ, YWöÜtT CLAa, TJLfiri Sct'-JC <W U CIau. 1 9.105-0*104 Oorzaak van de vreesclijke bot sing te Haarlem nog niet vast gesteld. In den vorigen nacht is in het St. Elisa- 'beth-gasthuis te Haarlem overleden de vijftigjarige heer G. F. Toepoel, die Zondag avond bij het autobusongeluk te Haarlem zeer ernstig werd gewond. Voorts is gebleken, dat behalve de tram bestuurder ook nog een trampassagier, een 32-jarige typograaf uit Haarlem, die op het voorbalcon stond, licht aan hoofd en polsen is gewond, zoodat het aantal gewonden tien bedraagt. De oorzaak van het ongeluk kon nog niet worden vastgesteld, daar de heer F. du Mee, directeur van de Haarlemsche Tou ringcar-onderneming, die zelf de bus be stuurde, nog steeds in zeer overspannen toe stand verkeert en daardoor nog niet ver hoord kon worden. Wel beschikt de politie over tal van verklaringen van ooggetuigen, maar hun meeningen loopen nogal uiteen. De trambestuurder heeft verklaard, dat hij de autobus eerst heeft gezien toon tijdig stoppen niet meer mogelijk bleek. Achter den motorwagen was namelijk een oud mo del bijwagen gekoppeld, waarvan de rem men niet van den motorwagen uit bediend kunnen worden. De tramwagen is, even als de autobus, in beslag genomen. Nachtelijke hamsleraars in de hoofdstad aangehouden. Gisternacht ontmoette een surveil- leerend agent op de Jan van Goyen- kade te Amsterdam twee mannen, die ieder een welgevulde gonjezak torsten. De agent die dit nachtelijke vervoer verdacht vond, hield de mannen aan. Een van hen gooide zijn zak neer en nam de vlucht. Op straat rolden velerlei kruide nierswaren tusschen splinterend glas in een plas advocaat. De politieman had den ander die niet meer zoo stevig op zijn beenen stond, om dat hij behalve de zak ook zijn maag met velschillende alcoholische dranken had ge vuld, vastgegrepen en bracht hem over naar het bureau. Eenige uren later kon ook zijn kameraad worden aangehouden. Het bleek, dat de politie met de arrestatie van deze beide mannen een goede vangst had gedaan. Des nachts, hadden zij een be zoek gebracht aan een filiaal van de N.V. P. de Gruyter en zoon op den Stationweg, waar zij behalve velerlei kruidenierswaren flesschen advocaat en wijn hadden ingesla gen. Zij waren hier binnengekomen door een ruit uit de sponningen te lichten. Daar deze inbraak veel overeenkomst vertoonde met een tweetal andere vorige week in Zuid gepleegd, werden zij ook hierover aan den tand gevoeld. De heeren bleken inderdaad ook daar aan den slag te zijn geweest. Bei den zijn ingesloten. maar totdat we die vallei hebben bereikt. Daar kunnen wy haar laten doen wat we wil len. Ik zal haar zeggen de steen te bewer ken, zoals wy het willen, of dat wy haar an ders zullen doden. En niemand kan ons st©. ren, omdat niemand de plek kan vinden, waar we naar toe gaan". WOENSDAG 3 MEI 1939. Hilversum I, 1875 en 415,5 m. NCRV-Uitzending. 6.25—6.55 Onderwijs fonds voor de scheepvaart. 8.00 Schriftlezing en meditatie. 8.15 Berichten, gramofoonmuziek. (9.309.45 Gelukwenschen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.15 Pianovoordracht en gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Cellovoordracht en gramofoonmuziek. 1.00 Gramofoonmuziek. I.45 Damesorkest van Eden en gramofoon muziek. 2.30 Voor postzegelverzamelaars. 3.00 Vervolg concert en gramofoonmuziek. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.00 Zang, piano en gramofoonmuziek. 4.45 Gelukwenschen. 5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek, berichten. 6.256.55 Taalles en causerie over het Bln- nenaanvaringsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie over de wereld-zendingsconfe rentie te Tambaran (Madras). 7.45 Gramofoonmuziek. 7.45 Opwel king tot steun aan de Nationale Reclasseeringsdag. 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten 8.15 Gramofoonmuziek. 8.35 Zie Droitwich. 9.15 NCRV-Gemengd koor en declamatie. 10.15 Berichten ANP, actueel halfuur. 10.45 Gymnastiekles. II.40 Gramofoonmuziek. Ca. 11.5012.00 Schriftlezing. Hilversum II, 301,5 m. VARA-Uitzending. 10.00—10.20 v.m. en 7.30 —8.00 VPRO. 8.00 Esmeralda (Ca. 8.16 Berichten). 8.30 Gramofoonmuziek. 9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00 Voor arbeiders in de Continubedrijven. 11.40 Voor de werkloozen. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.15 £>erichten. 12.17 VARA-orkest. I.00 Gramofoonmuziek. 1A5—1.45 VARA-orkest. 2.#Ö Voor de vrouwen. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Orgelspel. 6.00 De Ramblers (Ca. 6.28 Berichten). 6.406.55 Causerie „Uitstapje naar de zelf. kant". 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Felicitaties. 7.10 „Van streven en stryden", interview. 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00 Herhaling SOS-Berichten. 8.03 Berichten ANP, VARA-Varia. 8.20 Sylvia-Amusementsorkest en solist. 8.45 Radiotooneel. 9.30 Marimba, xylofoon en orgel. 9.45 Gramofoonmuziek. 10.00 Berichten ANP. 10.10 VARA-orkest en soliste. II.0012.00 Dansmuziek (gr.pl.). FEUILLETON. E t h e I M Del 4. Ik ben gekomen, om mijn dochter af te halen, zei hy op conversatietoon. Ze is een beetje aan het boemelen geweest met kennissen in Londen. U verwacht zeker ook iemand. Of gaat u zelf aan den boemel? Het was een dwaze opmerking, gezien het norsche uiterlijk van den kapitein. Maar Sir Philip had er pleizier in ze te maken. Reuben Stark was voor het moment de eenige, waar mee hij zich amuseeren kon. Stark's antwoord was op het randje van grof, maar niet meer dan op het randje. Men was zelden openlijk grof tegen Sir Philip Tredville. Het kaatste op een of andere ma nier op hem af. Boemelen kan me gestolen worden zei Reuben Stark. Ik kom voor hetzelfde als u. Zoo? Komt u iemand afhalen? Sir Philip's dunne wenkbrauwen gingen een tikje omhoog. Ja, zei Reuben. Mijn dochter. Ze komt thuis. Sir Philip's wenkbrauwen rezen nog iets meer omhoog en zijn staalblauwe oogen druk ten verwondering uit. Dus u is óók huisvader, zei hij. Werkelijk! Daar had ik geen idee van. Het „ook" maakte de opmerking verdraag lijk. Stark voelde zich in de verleiding ge bracht zijn lang gekoesterde grieven uit te spreken. De man was immers een dominee. Dominee's werden verondersteld alles te be grijpen. Ze is een verduivelde last geweest. zei hij, haar leven lang. Ik heb voor haar betalen, ik ben verantwoordelijk voor haar geweest, nadat haar moeder dood was. En nou is ze volwassen en komt thuis op mijn kosten leven. U weet wat het is U hebt zelf een dochter. Als het een jongen was geweest, zou het me niet hebben kunnen schelen. Dan had hij naar zee kunnen gaan. Maar vrouwen hij weerhield er zich net van te spuwen en slikte inplaats daarvan ze loopen als katten over ons heen en ze hooren eronder gehouden te worden. Zoo denk ik er tenminste over. Bij de geboorte verdronken te worden? opperde Sir Phil. Is dat uw bedoeling? Of daarvoor, zei Reuben Stark wrok kig. Hij begon een beetje spijt te krijgen van zijn mededeelzaamheid. Ze zijn alleen maar goed voor dienstmeid, besloot hij. en dat is het dan ook waarvoor ze bestemd zijn. Ze zijn inderdaad maar al te bereid dat te vergeten, merkte Sir Philip op. Stark zag hem scherp aan. Zoo, zei hij, dus dat hebt u zelfs opgemerkt. Als geestelijk leider is het myn taak dingen op te merken, lichtte Sir Philip hem welwillend in. Stark, hoewel hij het nooit zou willen hebben toegegeven, voelde zich gevleid, dat de dominee het met hem eens was. Hij begon weer wat toeschietelijker te worden. Ik zal u eens wat zeggen, Sir Philip, zei hij, en het zou me niets verwonde ren, als u van dezelfde meening was. Vrouwen zijn de oorsprong van alle kwaad. Sir Philip lachte een beetje afwezig. Ik ben bang, dat we het toch voorloopig niet zonder ze kunnen stellen, zei hij. En zooals u zelf zegt, ze hebben hun nut. Het moet toch niet moeilijk zijn een baantje voor uw dochter te vinden, als u haar niet thuis wilt houden. Baantje! zei Reuben grimmig. Ik heb een goed genoeg baantje voor haar. Wer ken zal ze, dat de stukken eraf vliegen, of myn naam is niet Reuben Stark. Mogelijk! gaf Sir Philip toe en wend de zijn hoofd af op het geluid van de signaal- bel. Maar het is een wonderlijk slag, deze generatie, jongens zoowel als meisjes. U zult het zelf wel merken. Ze gaan allemaal hun eigen gang. Het gaat zoo vanzelf. Ze zijn zoo geboren of ze pikken het op op school. Zooiets als vaderlijke autoriteit bestaat te genwoordig niet meer. O nee? zei Reuben Stark dreigend. Sir Philip maakte een luchtig handgebaar. De oude zeerob amuseerde hem een beetje. Welnee man, zei hij. Er is geen hou den aan. Ze zijn er vandoor, voor je het weet. Reuben kuchte agressief. Zijn goed humeur was weer heelemaal verdwenen. Best! zei hij kwaadaardig. Ik zé.1 het zelf zien. En er is nog iemand, die het zien zal. En als het een gevecht op leven en dood wordt, dan zal ik het winnen. Iets in zijn toon trok Sir Philip's aan dacht. Maak je niet zoo dik, man, zei hij met de gemakkelijke familiariteit, die hij naar believen kon aannemen. Laat ze maar een beetje vrijheid. De oude wereld zal er wel om doordraaien. De wereld gaat me geen bliksem aan, snauwde Reuben Stark nijdig. Maar ik laat me niet omver loopen op mijn eigen dek. Ik ben baas en dat zal ik blijven ook. Sir Philip lachte een beetje, zijn beschaafd, luchtig lachje, dat over alle onpleizierige mo gelijkheden heengleed. Hoe gaat het toch met den ouden Columbus? vroeg hij. Ik ben in den laatsten tyd niet aan den overkant geweest. Weet ik dat! snauwde Reuben. Dood is hij in ieder geval nog niet. Het wordt anders zijn tijd. Hy en zijn oude schuit zijn van voor den zondvloed. Ik moet toch mijn dochter eens mee brengen met haar photografietoestel, zei Sir Philip losjes. -O, daar komt onze trein. Nou goeden avond! 'n Avond, Sir Philip, zei Stark on vriendelijk en kuchte weer. En toen hy den rookpluim van den naderenden trein in de verte bespeurde, zwoer hy een duren eed aan de zwarte boosheid van zyn ziel, die niets goeds beteekende voor het kind van zyn ge storven vrouw, dat hem met snelheid tege moet werd gevoerd. De trein stoomde binnen. Een joviaal „hallo!" uit een coupéraampje begroette Sir Philip en het compartiment kwam slechts enkele schreden van hem af tot stilstand. Een tenger, blond meisje sprong eruit, een suit-case achter zich aan sleurend. Hallo Paps! Alles goed thuis? Ik heb nog een koffer en een hoedendoos. Probeer eens, of je een van die witkiels te pakken kunt krijgen? Sir Philip had al een wenkende hand om hoog geheven en een jonge witkiel kwam aan gesneld en stortte zich in de coupé. Het blonde meisje keek toe, dat haar be zittingen veilig werden afgeleverd en wendde zich dan weer tot haar vader. Heb je de oude rammelkast meegebracht, Paps? Goed zoo! Met moeder alles wel? Zoo het gewone gangetje, zei Sir Philip. Ze knikte. Nee witkiel terwijl ze zich weer omwendde - dat is vande andere dame. Laat het maar op het perron staan en neem mijn dingen mee! Ze keek in de coupé, die nu door den witkiel verlaten was. Dit is Beam, zei ze. Hier moet u uitstappen. Uw vader of iemand anders zal er wel zyn, om u af te halen. K°® tweed? reizigster stapte uit, belast en beladen met twee valiezen en een pak Ze was ook een meisje, een paar jaar ioneer dan Sir Philip's dochter, heel tenger, wonder- yk gracieus en met byna puriteinsche strengheid gekleed in het donkerblauw met een simpel zwart hoedje op. Sir Philip zag een eigenaardig fascinee- rend gezichtje, met een blos als een rijpe perzik en oogen zoo diep en donker achter leken Wlmpers' dat ze zeIf bÜna zwart Zy dochter liet hem slechts tyd voor een oppervlakkige beschouwing. We hebben samen gereisd vanaf het kruispunt, zei ze op haar eenigszins hautaine manier. Ze zegt, dat ze op Honeyballfarm moet zijn. Reu ben Stark is haar vader. Hy is zeker ner gens te bekennen? Sir Philip onderdrukte alle verwondering die het uiterlijk van Reuben's dochter bij hem' opwekte en groette hoffelyk. Ja zeker, zei hij. -- Kapitein Stark is hier om u af te halen. Kijk, daar komt hy al aan. Reuben bereikte de kleine groep juist, toen het meisje eenige aarzelende woorden van dank stamelde en nam meteen de zaak in handen. - Goedendag, zei hy grimmig. JH bent zeker Julie? Goeden avond juffrouw. Hy begroette Sir Philip's dochter met een nonchalanten hoofdknik en wendde zich dan weer byna dreigend, tot het andere meisje. Waar is je bagage? Heb je het mis schien allemaal verloren? Of heb ie heele maal niets meegebracht? 3 Het meisje keek hem ontsteld aan alsof kendenwaf n ^1' haar geheel en al onbe" naar h^ft ruChte ze zich en wees naar het koffertje op het perron. Dat is van mij en er is nog een koffer m den bagagewagen, - zei ze. - Ik f deHrichS 2\middenWeg en slenterde in waardigheid van fef'WaS' met de plomPe de^omineesdochter met e'e'n ^ndTcg Pa7s vTeie'n' z~ graag met dat meisje willen ruilen Inderdaad, lieve Svhit ulien- Philip droogjes op L S m?rkte Sir zich niet herinnmo j aime kind kan heeft. Nou wat Cel hlhZevhenJ °0it gezifin uitgevoerd? O, daar is het a,me kaartje Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 5