Gunga Din: Sensationeel
tragisch rauw
AKKERTJE
Romantisch filmwerkdat op grootsche wijze
werd uitgebracht
JM/joXi-ttieateA
Witte ï3io-ico-Cbp
Vandaag
.Instituut van Steeden'
Zaterdag 3 Tuni 1939
Derde Blad
Een der beste films van
den laatsten tijd
Kameraden van de straat
Dc tuin der vreugde
Ned. jongemannen zeilen
om de kaap
Qvoor 50 jaar
Neem dadelijk
Stop die razende kiespijn!
Twee eeuwen geleden,
van Amsterdam naar
Den Haag
PARFUMERIËN
The original Swing Serenaders
Wat geven de Bioscopen?
Rialto theater
Een opname uit de film
„Gunga Din": Gunga Din
(Sam Jaffe) en zijn mak
ker (Gary Grant) in
groot gevaar.
(Rialto-thater)
De meeste lezers zullen ongetwijfeld wel
eens gehoord hebben van de Thugs. De Thugs
waren een seete inlanders, wonende in Noord-
Afrika en Britsch Voor-Indië, die door hun
Godin van het Kwaad opgedrag'en werden uit
te gaan in de wereld en te dooden.
Zij verscholen zich in de dichte jungle en
wee den eenzame blanke of inlander, die zich
langs een pad begaf, in de omgeving waarvan
zich een dezer fanatieke moordlustigen be
vond. Geruischloos viel uit het dichte gebla
derte een strik naar beneden, altijd precies om
den hals van het slachtoffer, dat met een ruk
naar boven getrokken werd.
Het is begrijpelijk, dat er om het bestaan
van deze secte legio legenden gevlochten zijn
(o.a. in Eugène Sue's „Wandelende Jood").
Mef name toen de voorzienigheid de secte
deed uitsterven.
Is het wonder, dat men deze stof als de
meest dankbare voor een filmscenario gekozen
heeft? De moeilijkheden waren echter groo-
tendeels gelegen in de entourage en de uiter
mate lastige opgaven van de mise en scène.
Dat R.K.O. er nochtans in geslaagd is een ver
haal als „Gunga Din" te brengen op een wijze
waarvan men zich deze week in het Rialto-
theater moet gaan overtuigen.
R.K.O. heeft deze film laten regisseeren
door een tweetal leden van haar staf, wier
naam in de eerste filmkringen der wereld een
goeden klank hebben. Het zijn namelijk nie
mand minder dan Ben Hecht en Charles Mac-
Arthur, het team, dat enkele jaren geleden de
aandacht van vijf werelddeelen op zich vestig
de met de verfilming van dat onvergetelijke
filmwerk „Crime without Passion" („Misdaad
zonder hartstocht"). Dat R.K.O. besloot hen
beiden deze „Gunga Din" technisch en artis
tiek te laten verzorgen, en dit was reeds van
te voren het teeken, dat er iets bijzonders naar
voren zou komen.
Welnu, er is iets bijzonders geboren.
Een film, van de lengte van niet minder
dan 3300 meter, maar waarvan in geen
halven decimeter de spanning, het rhyth-
me vermindert. Een film, die beurtelings
tragisch, -spannend, en geestig is. Een
film, die ongetwijfeld tot de beste filmi
sche voortbrengselen der laatste jaren
gerekend mag worden en waarvan in onze
stad deze week een roep zal uitgaan.
Wij geven toe: men moet voor deze film
sterke zenuwen hebben. Het is alles zeer
soldatesk, het is alles ruw en rauw.
Dooden en gewonden vallen bij tientallen,
men ziet ijselijke gevechten van man tegen
man, men ziet de worgers aan het werk,
men ziet twee legers tegen elkander in
het veld trekken en men wordt doof van
het mitrailleurvuur.
Dat alles is op een ongelooflijk knappe
en geraffineerde manier in scène gezet. In
sommige deelen ziet men een kleine dui
zend man figuranten optreden. De opna
men in den tempel van de Godin van het
Bloed zijn indrukwekkend en de figuur
van den Hoogepriester is zelfs onverge
telijk.
Al deze opnamen kenmerken zich door een
uiterst fraaie opname. Wat hier door een com
binatie van regie en visie gegeven wordt, is
zonder overdrijving het beste wat men in lan
gen tijd op het witte doel gezien heeft, en met
name vestigen wij de aandacht op de bijzon
dere stemmingsvolle tegenlichtopnamen.
En dan op: Gunga Din. De soldaat, die geen
soldaat was. Een onbekende Hindoe, wiens
eenige bezit op deze wereld was een trompet.
En die had hij nog maar gevonden.
Gunga Din... die na zijn dood tot sergeant
bevorderd werd, omdat hij een geheel leger
van een zekeren dood redde. Gunga Din, de
onbekende inboorling, die zoo prachtig op de
trompet speelde, ondanks dait hij stervende
was.
Nog klinken dissonanten van Gunga Din s
niakaber instrument ons in de ooren. Het zal
velen gisteravond zoo vergaan zyn.
De andere rollen: het zijn Gary Grant, Vic-
tor MacLaglen, Douglas Fairbanks Jr. Zij al
len waren de rechte mannen op de rechte
plaats en geven in verschillende scènes spel te
aanschouwen van een kwaliteit, zooals men
alleen maar van een dergelijk in het vak groot
geworden trio filmrotten kan verwachten.
Een film, grootsch van opzet en die men
niet verzuimen moet.
De „open doekjes" gisteravond spraken wel
voor zich zelf!
De titel dezer film tzou eenigszins op een
dwaalspoor kunnen bréngen, want „Vrienden
van de straat" geeft nu eens niet de uitwer
king van een vriendschap in een achterbuurt,
bedelaars. In „Vrienden van de de straat
tusschen zwervende, vagebonden of daklooze
Wordt het leveffln en om de stallen der ren
paarden getoond. In deze film gunt de Metro-
Goldwyn Mayer den toeschouwers een blik op
de wereld van de renpaardensport: de ver
zorging der dieren, de adembeklemmende
races, de speculaties, die tijdens de race plaats
vinden, het tot het uiterste gespannen publiek,
de donderende ovaties, die den winnaar te
beurt vallenKortom, de liefhebbers van
paardensport kunnen hier hun hart ophalen.
En tegen dezen achtergrond is 't verhaal ge
plaatst van den jongen uit het volk, die door
zijn trouwe zorg het paard, dat de race ver
loren heeft en door den ontmoedigden eige
naar zal worden verkocht, redt van den slager,
zich enthousiast door de moeilijkheden heen
slaat, geen moeite voor zijn lievelingspaard
spaart... die de vriendschap weet te winnen
van den aan drank verslaafden veearts, en
na tal van wederwaardigheden en niet dan na
groote moeilijkheden overwonnen te hebben,
als jockey uitkomt en de race weet te winnen.
Mickey Rooney, de jeugdige jockey, Wallace
Beery, zijn vriend, de veearts
Wallace Beery, deze naam zegt feitelijk al
genoeg. Wallace Beery als de vagebond, als de
verloopen veearts, die, ontroerend door zijn
onbeholpen liefde voor het ventje, dat zoo
aan zijn renpaard is gehecht, steeds beducht
voor speurende rechercheurs, telkens en tel
kens zijn vrijheid op het spel zetEen film
vol spanning en afwisseling, ondanks het een
voudige gegeven, een film waarin romantiek
en werkelijkheid ineengevlochten zijn tot een
aannemelijk geheel. Vele zijn de korte, gees
tige momenten, die de film levend en aan
trekkelijk maken, even zoovele de ernstige,
waarin bij landloopers en staljongens een
warme menschelijkheid aan het licht treedt.
Het is geen film van groot formaat, maar
het spel 1 de altijd wisselende gelaats
expressies van Wallace Beery zijn op zichzelf
een studie waard van de beide hoofd
figuren waarborgt een aangenamen avond.
De bijfilm: „Een onvergetelijk man" is van
een ernstiger, genre. Het aangrijpend simpele
verhaal van den dorpsdokter, die geen geld
van onvermogenden vraagt, die helpt uit
menschlievendheid. Een film vol afwisseling.
De Tuin der Vreugde
Het is een honderd procent „musical", die
deze week in de Witte draait. De „musical",
welke luistert naar den beloftevollen naam
van „De Tuin der Vreugde", een bijzonder
smakelijk gemixte cocktail van zang, dans en
muziek, welke de liefhebbers van een muzikale
film zich ongetwijfeld uitstekend zal laten
smaken.
Een amusementsfilm van het goede soort,
waarin diverse prominente sterren den boven
toon vieren.
I Alleen onze onberispelijke uitvoering en onze
lage prijzen doen ons steeds weer nieuwe
clientèle verwerven.
DE VRIES
Centrale Verwarming
ALKMAAR ROTTERDAM
Tel. 3045 Tel. 44504
2 ljjnen m
Een reis van 10 maanden
Vereeniging „Het Zeilend School-
schip" steekt van wal.
„Een zee-officier behoort op een zeilschip
te worden opgeleid". Zoo heeft groot-admiraal
Rader, opperbevelhebber van de Duitsche ma
rine, eens gezegd. En de heer C. J. Jaski
citeert deze woorden als hrj ons het een en
ander vertelt over de vorderingen van de na
tionale vereeniging „Het Zeilend Schoolschip",
waarvan hij voorzitter is. In Nederland be
staat bij de marine slechts een zeer geringe
en bij de koopvaardij in het geheel geen gele
genheid voor de in opleiding zijnde officieren
het varen op zeilschepen te beoefenen. Het is
's heeren Jaski's vereeniging, die ten aanzien
van de koopvaardij in die leemte wil voorzien.
Vier bestuursleden van deze nog vrij jonge
organisatie zitten in „Kras" en zij vertellen
het een en ander. Het zijn behalve de voor
zitter de bestuursleden W. N. van de Poll, oud
havenmeester van Amsterdam, N. van Wijck
Jurriaanse, oud-gezagvoerder ter koopvaardij,
en J. C. den Bandt, secretaris-penningmeester
der vereeniging. Zij vertellen hoe zij er toe
zijn gekomen hun organisatie te stichten:
Nederland staat met het kleinste aantal zee
rampen aan de spits van de veilige vaart. Ons
land moet aan de spits blijven. Dat kan zoo
lang onze gezagvoerders nog gezeild hebben
in hun jonge jaren, zoolang zij de werking van
de elementen op het schip kunnen aanvoelen.
Dat zal moeilijker worden, aldus de overtuiging
van de thans reeds 250 leden tellende veree
niging, als straks de oude rotten, die het zeilen
nog kennen, allen met pensioen gaan en als
hun plaatsen zullen worden ingenomen door
jongeren, die nooit anders dan het dek van
een mechanisch voortbewogen schip onder hun
voeten hebben gehad. Daarom moet de gele
genheid heropend worden de leerling-stuur
lieden een tijdlang op een zeilschip te laten
varen.
Reeds vroeger is aan de hand van een on
derhoud met den heer Jaski uiteengezet, waar
om de vereeniging een zeilreis voor den aan
staanden koopvaardij-officier met het oog op
zijn karaktervorming en zijn zeemanschap
noodzakelijk vindt.
Nu Nederland, Om een 2500 tons vracht
varend zeilschip te laten bouwen en te
exploiteeren is een kapitaal noodig van
driekwart millioen gulden. De vereeniging
is doende dit bij elkaar te brengen. Het
zal nog wel een jaar of wat duren voor
het bij elkaar is. Maar zij wil zoo' lang
niet wachten. Daarom zal zij. zich voorloo-
pig bepalen tot een anderen minder kost
baren maatregel.
„Op de Ryberg".
De vereeniging heeft besloten dezen zomer
nog een aantal Nederlandsche jongelui, die
bestemd zijn voor koopvaardij-officier, te
plaatsen aan boord van het Zweedsche oplei
dingsschip „Abraham Rydberg", dat eind
Augustus wederom ter graanvaart uitzeilt met
bestemming Autralië. Gegadigden hebben zich
reeds aangemeld. Zoo heeft een der groote
Uatvdiien uit hei VÜtq&ruL Ï3£aadjs
Toen de koning jubileerde
In den allegorischen optocht, gisteren ge
houden, werden de twaalf stammen Israëls
voorgesteld door de heeren:
Heraut te paard: L. van Tijn.
BanierdragerM. L. Beek.
Ruben: P. L. Vrieslander; Simeon: S. M. de
Jong; Levi: S. M. Manheim; Juda: W. S. J.
Beek; Issaschar: J. L. BeekZebulon: H. L.
Elte; Dan: D. J. Grunwald; Nafthalic: D. J.
Jacobs; Gad: E. H. Oudkerk; Aser: H. L.
Vrieslander; Jozef: S. A. Kannewasser; Ben
jamin: B. C. de Beer.
stoomvaartmaatschappijen de vereeniging ge
vraagd voor haar rekening twee stuurmans
leerlingen op het schip te plaatsen. Ook zal er
zoo mogelijk een Nederlandsche stuurman mee
varen met de opdracht een uitvoerig rapport
aan de vereeniging uit te brengen. Het aantal
Nederlandsche jongelui, dat mee zal varen,
is nog niet bekend. Eind Juli wordt de mon
sterrol van de „Rydberg' opgemaakt. Er zijn
behalve Zweden ook Engelsche gegadigden.
Als er weinig plaats over is zal het aantal be
perkt zijn. De reis zal, uit en thuis, ongeveer
tien maanden duren. Zij gaat om Kaap de
Goede Hoop.
Ondertusschen gaat de vereeniging voort in
Nederland het denkbeeld van een eigen zeilend
schoolschip meer en meer ingang te doen vin
den. Zij is er verheugd over althans van één
lijnreederij medewerking en instemming te
ondervinden. En zij weet, dat vele kleinere
reederijen vooral als zij de wilde vaart be
oefenen achter haar staan. Zij weet, dat de
zeevaartscholen haar streven niet steunen,
doch zij schrijft dit toe aan de veronderstelling,
dat de vereeniging in het onderwijs zou willen
ingrijpen. Dit ligt geenszins in hare bedoeling;
zij wil de opleiding slechts aanvullen met een
stuk h. i. onmisbare zeemanservaring, de er
varing van ten minste één lange zeilreis. Van
het departement van Onderwijs, K. en W.
heeft zij dan ook de verzekering gekregen, dat
zij van regeeringswege geen tegenwerking zal
ondervinden.
Inrichting voor
Heilgymnastiek en Massage
Therapeutische Gymnastiek
Massage - Hoogtezon
Uitsluitend op medisch advies
MEJ. A. C. HONDERS
Gedipl. lid v. h. Ned. Genootschap
voor Heilgymnastiek en Massage
Uati JAe.tk en „duulj e."
Na de gekruide opmerkingen inzake
Manus Nakken en het Watergevogelte,
ditmaal, als milde tusschenspijs, eens
louter vriendelijkheden. Ditmaal geen
bittere, geen wrange, zelfs geen zure of
zacht-zure hatelijkheden, doch uitslui-
tend uitingen van sympathie.
En dan denken wij in de allereerste
plaats aan het 30-jarig bestaansfeest
van Helder", welk festival heden te
plegen staat, en wel in het bijzonder aan
dat officieuzen Helder"-factotem, dat
sedert jaar en dag in de Koningstraat
domicilie heeft en die in genoemd domi
cilie sedert 15 lange jaren ..Helder" een
gastvrij onderdak schonk. De naam van
den jubilaris is: Freek de Boer en het
domicilie is deszelfs lunchroom.
Van Freek kan men moeilijk zeggen,
dat de zorgen dezer benarde tijden aan
hem geknaagd hebben,-noch dat de tand
des tijds zichtbaar aan hem knabbelde.
Ook zijn haast spreekwoordelijk gewor
den bonhommie heeft hem in al die
jaren geen moment verlaten, noch
droogde zijn schier eindelooze reserve
aan droogkomiekerij op.
De vereeniging veranderde. Nu eens
vierde zij hoogtij, dan weer bleek For-
tuna spoorloos voor haar verdwenen te
zijn en vroeg men zich af waar de tijden
van weleer waren. Maar één veranderde
er nooit: Freek. Freek bleef Freek, en
hij bleef wonen in de Koningstraat.. Hij
bleef rond en mollig (met de jaren iets
ronder en molliger) en stond in de bran
ding der tijden in indrukwekkende on
aantastbaarheid zijn .kleintjes" pils te
tappen, middelerwijl heftige schimp
scheuten en giftige pijlen afschietend
op de complete internationale politiek
in het algemeen en op de onsportiviteit
van sommige sportlieden in het bijzon
der. Zijn mond was nimmer te snoeren
en het is ons bekend dat zijn stemgeluid
in de rijen van een niet gering deel van
sportend Den Helder meer dan orakel
klank bezit.
Freek jubileert dus vandaag mee.
Misschien dat een oud Helder"-lid
morgenmiddag of morgenavond even bij
ons aller F reek aanloopt en hem de poe
zele hand drukt. En zeker is het, dat
Freek, en laat ons zijn betere helft daar
bij niet vergeten, morgen de enorme kerk
zijner rijke herinnering omkeert en een
blik terug zal iverpen op al datgene, wat
zijn en hun .Helder" in al die jaren be
leefde.
En nu wij dan tóch in de materie van
lunchrooms en taveernen zijn aangeland,
nog een enkel woord over een ander
plaatselijk popularis: over Guus van het
Badhotel. In het Badpaviljoen, dat
sedert de militaire invasie, een hausse
periode beleeft, is het tegenwoordig
druk. Zoo druk, dat slechts zeer handige
en in het vak uiterst doorkneede kellners
naar het genoegen van de heeren officie
ren (gezwegen van ons gewone-bur
gers kunnen serveeren. En daar is
wat voor noodig!
Welnu, Guus, grijsgeworden in zijn
vak, eens ober in de hoofdstedelijke
Schouwburg, die vorsten, radja's en pre
laten laafde. Guus, Badpaviljoen- en
Casinovazal, altijd correct, altijd ,,bij
den tijd", met een fabuleus geheugen,
snel ter been ondanks zijn 70 jaren!
Guus: dé keljner, een maestro in zijn
ambacht, een „gargon" waarvan men de
weerga in Den Helder moeilijk vindt.
Hij loopt en rent, draaft en galoppeert.
Glimt van inspanning en ziet kans ieder
een tegelijk te helpen.
Woensdagavond sloegen wij hem, als
gewoon-burger, gade. En we zagen hoe
„Guusje" werkte voor het landmacht-
officierendom, dat hooge eischen stelt
wat men tenslotte aan zijn stand ver
plicht is) en waarvan wij hopen, dat het
zijn voortreffelijke diensten ook in klin
kende munt zal weten te honoreeren.
Hij verdient het, deze 70-jarige kellne-
rende Methusalem, die menig jong ober
tje een les kan geven inzake snelheid -
ter been en handigheid, en die kans zag
in den loop van vele, vele jaren van zijn
vak een kunst te maken. Hoe weinigen
is zulks gegeven
"AKKERTJES" zijn onfeilbare pijn
stillers en bevrijden U direct van
zenuwpijnen, spierpijnen, hoofdpijn.
Onschadelijk. Let op 'l AKKER-merk.
Per koker van 13 stuks -12 stuivers.
Per doos van 2 stuks - 2 stuivers.
Wanneer burgers en boeren in het midden
der achttiende eeuw op reis gingen, hadden
ze de keus tusschen de schuit en den post-'
wagen. Maar voor de „groote lui" ging de
postwagen wat langzaam en zal de post
wagen wel wat veel geschommeld of gestoo-
ten hebben. Wie nu geen eigen reisrijtuig, of
althans een rijtuig, dat daartoe gebruikt kon
worden, in zijn stal had, vervoegde zich bij
een stalhouder, die Mijnheer dan wel tegen
een billijke vergoeding „met de koets wilde
dienen".
Nu gebeurde het, dat de Heeren Lups en
Hoovy, voorname Oostzeehandelaren in Am
sterdam, de laatste met zijn vrouw, in het
jaar 1754 een reis naar Den Haag moesten
ondernemen. Den 27sten Februari lieten zij de
koets van den stalhouder Jan Schijff voor
komen, die ze voor vijf dagen voor de som
van 48.huurden. Of die koets reeds vroeg
voorkwam, is niet bekend. Maar zoo niet,
dan heeft de knecht van den stalhouder, die
meeging, ongetwijfeld goed doorgereden, en
de 2.fooi, die hij bij thuiskomst ontving,
wel verdiend! Want denzelfden dag. nog hiel
den zij voor de Oude Doelen, of voor eén an-
der logement in de Hofstad, waar zekere Be-
noist kastelein was, stil. Benoist begon met
te Vertellen, dat hij den koffer reeds ontvan
gen had van het veer en dat hij voor vracht
14 stuivers had betaald. Lups en Hoovy had
den nl. voor alle zekerheid met de schuit ieder
hun knecht vooruitgezonden. Deze heeren
hadden hun tijd o.m. gekort met het nuttigen
van een „tweede ontbijt", dat per hoofd op 5
stuivers berekend werd.
De reisgenooten liepen dien dag hun mid
dagmaal onderweg mis. Dus bestelden zij een
behoolijk souper. De waard dischte dit zoo
keurig op, dat het ieder der aanzittenden op
een rijksdaalder kwam te staan. Bij een goed
souper hoort echter een goed wijntje. Het
drietal gebruikte een flesch Pontac voor
1.30, en een flesch Bourgogne voor 2.—.
Ook de bedienden vergaten zij niet. De
knechts bij wie zich de koetsier had aange
sloten, verteerden met hun drieën aan eet
waren een daalder en de heeren tracteerden
hen bovendien op een fleschje pontac. De
overige dagen was dit dienstpersoneel te sa
men voor 4.20 in den kost. Hun nachtver
blijf schijnt onder den prijs, dien de Heeren.
betaalden begrepen te zijn geweest, of wel
licht kropen ze met den koetsier in het hooi,
want op de rekening trok Sinjeur Benoist
daarvoor geen post uit.
Zooveel te duurder echter berekende hij de
„voorname reizigers". Alleen aan logies be
taalden zij 15.waarvoor zij slechts twee
kamers gehad hadden, waarvan de verwar
ming nog 5.— extra kostte.
Mevrouw mocht een grooten koffer heb
ben meegenomen om de toilette in te bergen,
waarin ze visites ging rijden, of waarin zij
's avonds op bezoek ging bij den Heer Gaiof-
kie het halen en brengen berekende de
Haagsche stalhouder. Arie Rongee, haar voor
1.10. Zij scheen geen plaats te hebben dur
ven inruimen aan het toiletwater, want
zij was genoodzaakt de twee flesschen Eau-
'de-Bristol, elk van 8 stuivers, welke zij in de
vier dagen van het verblijf in Den Haag
noodig had, bij den waard te bestellen.
Overigens leefden de reizigers niet over
dadig. Dat zij ieder voor 8 stuivers ontbeten
tegenwoordig doet men 't er niet voor!
Doch met dit al beliep de rekening, die de
kastelein hun aanbood, toen zij den 3den
Maart wegreden78.80. Of het meeviel
of niet, is een onbekende zaak: er werd 1.45
fooi gegeven.
En dat zij behouden weer thuis kwamen,
bewijst de kwitantie, die de stalhouder bij de
betaling gaf.
Speciaal le klas merkartikelen
(toch niet duurder).
Maison Gerrits, Spoorsir. 104. Tel. 457.
..The original Swing Serenaders", de Band
welke gedurende het winterseizoen, onder
leiding van John Wood, de dansmuziek heeft
verzorgd in Eden-Palace te Amsterdam, is
thans uitgekozen om tijdens de zomermaan
den in „De Rustende Jager" te Bergen te
muciceeren. Vóór hun optreden aldaar ko
men zij eerst nog in Casino en wel morgen
(Zondag), doch slechts voor één enkele maal
met een Thé Dansant en een Soirée,