EM PI
©yijWffi'
Oplossing raadsel vorige week
R-uiM-o-ehje
10 -t«-
H MM*
za
16
sa
ZS
i (HT -
36
99"
satr -
31
KMhr
■113
159
{fao-a
Z51
EDGAR RICE
BURROUGHS
9
BtAte ionqenA en ntaAjeA,!
Dit wordt nu werkelijk ons laatste bab
beltje voor twee maanden. Vandaag is het
1 Juli en dus gaat de zomervacantie in en
het is eerst 1 September voordat we de pen
weer opgrijpen om elkaar te vertellen, hoe
fijn het wel geweest is in de maanden van
zon en vacantie, van uitgaan en spelen. Ik
hoop, dat jullie een fijne vacantie hebt, één
waarin je uitsluitend plezier hebt, waarin je
bruinbakt en waarin je zoveel gezondheid
opdoet, dat je de wintermaanden met ge
noegen op school werkt en met prachtige
rapporten thuis komt en natuurlijk over
vliegt naar de andere klas.
De taart is voor het laatst van de zomer
gewonnen door:
BEPPIE VINK,
Steengracht 3.
Als de vacantie voor jou nu nog niet goed
begint, dan weet ik het niet, Beppie. Wat
een boffer. Smul er maar lekker van.
Hendrik Molenaar, Inderdaad, Henk,
het besluit van jou was goed, het raadsel
was in orde en het is dus nu alleen nog
maar jammer, dat je de taart niet gewon
nen hebt. Een volgende keer in dat opzicht
meer geluk.
Marietje Weeda, 't Spijt me voor je,
Marietje, dat je die teleurstelling hebt,
maar als je op school je best gedaan hebt
en met goede rapporten thuis kwam, dan
heb je jezelf toch ook helemaal niets te
verwijten. En... je bent nog jong. 't Is aan
een kant niet erg, dat je nog een jaar moet
overdoen, het komt jc studie straks ten
goede.
Jan Koomen. Wat een prettig vooruit
zicht, Jan, dat schoolreisje. Jullie zijn nog
al wat van plan die 14e Juli. En een fijne
combinatie: een autotocht, een boottocht,
Rijksmuseum, Schiphol en als slot... de
speeltuin. Ik hoop, dat de zon schijnt die
dag.
George Veer. Jullie lopen allemaal met
vacantieplannen rond. Jij gaat, als je het op
school goed gemaakt hebt, naar Haarlem,
George. Nu, dat is fijn. Haarlem is een
prachtige stad, tenminste de buitenwijken
en er is een omgeving, waarvan je wel veer
tien weken inplaats van veertien dagen
kunt genieten. Dus doe nog maar flink je
best op school. Ik zal het leul£ vinden een
ansichtkaart van je te ontvangen.
3Iary Jurg. Ja, als je eens een paar
dagen weg geweest bent, Mary, dan waar
deer je het, dat we hier zo'n prachtige ge
legenheid hebben om te zwemmen en te ge
nieten van het water. Woensdag, op een
tocht door Limburg, zag ik een stuk of vier
kinderen rondplassen in een kom water, zo
groot als een badkuip. Dat missen ze toch
maar in die mooie omgeving. Geniet maar
veel van de zee deze zomer.
Annie te Brugge. Ja, natuurlijk mag
je meedoen, Annie, maar je komt net als
mostert na de maaltijd. We gaan nu twee
maanden van elkaar af en dan vrees ik, dat
jÜ wel niet meer schrijft.. Of wel??
Marietje Verbeek. Dat kattenconcert
kan ik tot m'n spijt niet opnemen, Marietje,
het is als rijm niet goed. Wat een gezellige
„beestenboel" is het bij jullie thuis. Weet
je wel, dat de directeur van Ouwehand's
dierenpark ook met huisvee begonnen is?
Wie weet hoe het met jullie gaat. Misschien
lopen over een paar jaar ook de leeuwen in
jullie park.
R. S.? Wie was dat luierende vriendje
in de Donkere Duinen? Met September je
naam voluit schrijven, hoor.
Piet Oorburg. Dat is een leuke dag
geweest, Piet, die tocht met je vader naar
de Wieringermeerpolder. Het zou goed zijn,
als al m'n vriendjes en vriendinnetjes daar
eens een bezoek brachten, want het is wat
interessant, dat „aan de zee ontworstelde"
land te zien.
Kees Taffijn. Een gezellige brief heb
je me geschreven, Kees. Ik vind het jam
mer, dat het je eerste en tevens je laatste
is. Zie ik je met September terug? Vroeger
verzamelde ik ook wel bladeren, maar ik
deed het niet zo netjes als jij, door ze te
drogen en op te plakken. Plakzegels heb ik
ook veel verzameld, maar postzegels en
bonnen niet. Ik zal in het ruilhoekje je bon-
nenaanvraag zetten.
Rika Koningstein. Ja, ik ben tot nog
toe erg gelukkig geweest met de excursies,
Rika, en èn wat het weer, èn wat het ge
zelschap betreft, 't Was deze vier dagen
heel wat minder warm dan toen jou ouders
mee waren. We hebben het fijn gehad. Een
leuke fietstocht heb je gemaakt. Het is geen
wonder, dat er veel meer woonwagens op
het kamp stonden, dan een paar weken ge
leden. Alle kermisreizigers zijn op Den Hel
der aangekomen.
Bali, Annie en Cor v. Bijnen. Dat zal
fijn zijn als jullie vader terugkomt, drietal.
Nu hij zo lang weg is tel je de dagen zeker.
Als het vanmiddag geen weer voor strand
of de duinen is, kom ik denkelijk met een
paar van m'n kinderen wel eens even aan,
maar dan zal het toch wel niet voor vijf
uur zijn. Blijf er in geen geval voor thuis,
hoor, want vast belov.en kan ik het niet.
Loeki en Leon v. d. Wal. Ja, dat zijn
boffers geweest, die Bali en Annie en Cor,
Loeki. Ze zijn inderdaad gelukkiger met het
winnen van boeken dan jij en dan heel veel
andere vriendjes en vriendinnetjes. Ik hoop,
dat jullie een prettige vacantie hebben in
Den Haag en dat je vader volgende week
weer beter is, want het is niets gedaan zo'n
zieke vader.
Jongens en meisjes, alle briefjes zijn be
antwoord, ik eindig dus. Heel veel genoegen
in de komende weken. Ik hoop, dat we
elkaar straks weer gezond ontmoeten.
I. Parijs Patrijs.
II. Sparen doet garen.
III. Dolf Wolf "tolf.
Goede oplossingen ontvangen vant
Bali, Annie en Cor v. Bijnen; Jan Bek;
Mary Jurg; Rika en Joop Ras; Tillie en
Ellie Bisschop; George Veer; Tini v. Brede-
rode; Henny v. Os; Nellie de Langen; Bep
pie Vink; Jan Koomen; Marietje Weeda;
Leon en Loek v. d. Wal; Hendrik Molenaar;
Tineke Klaassen; Marietje Kramer; Neel-
tje, Leontine, Frits en Coen Coster; Tea
Geus; 1 blanco.
WETENSWAARDIGHEDEN.
In Sydney in Australië wordt tegenwoor
dig aan politieagenten gelegenheid gegeven
om goedkoop te leren vliegen. Op die ma
nier hoopt men de belangstelling voor de po
litie groter te maken en meer mensen ertoe
te brengen om agent te worden, want daar
is een groot gebrek aan. Zo zal dan op de
duur de Australische politie over een eigen
luchtvloot beschikken en men gelooft, dat
de politie daar veel voordeel van zal heb
ben bij vervolgingen en onderzoeken.
Bij de mond van de Noorse rivier Nam-
sen deden de bewoners van die streek op
een morgen een wonderlijke ontdekking.
De oever van de rivier schitterde helemaal
zilver in het morgenlicht en toen ze gin
gen onderzoeken, wat dat was, ontdekten
ze, dat het ontelbaar veel haringen waren,
die daar op het droge lagen te spartelen.
Met schoppen en emmers werden de dieren
vlug in manden en in korven gedaan en
naar huis gebracht.
Maar de vissers, die aan de uitgang van
de fjord pp de grote school haringen wacht
ten, die volgens hun mening tegelijk met
de eb uit de riviermond moest komen, vis
ten achter het net. Want dit was een van de
weinige keren, dat de haringen „de aan
sluiting" gemist hadden. Ze gingen altijd
voor de eb weg, maar doof een zware storm
kwam de eb deze keer iets vroeger en zo
werden de haringen letterlijk droog gelegd!
Wie wil er 14 bonnen van Niemeyer en
50 weegschaaltjes ruilen voor 25 bonnen van
Hille's album Artis?
Kees Taffijn, Dahliastraat 60.
Hoe ver kunnen we
zien
Jullie weten allemaal wel, dat je een gro
ter deel van de omtrek kunt overzien, als
je op een heuvel klimt. Als de aarde een
platte schijf was, zouden we van elke hoog
te even ver in het rond kunnen zien. Dat
wil zeggen, natuurlijk als de lucht hele
maal helder was en als er geen hoge ber
gen in ons gezichtsveld stonden.
Maar we wonen nu eenmaal niet op een
platte schijf, maar op een ronde bol. Daar
om maakt het wel een verschil of we ho-
richtingen in de omtrek kunnen zien. Als
we 50 meter hoog staan, 25 k.m., als we
100 meter hoog staan 36 k.m. en als we op
een berg van 5000 meter staan ongeveer 252
k.m.
Nu zullen wij wel geen van allen ooit
op een hoogte van 5000 meter komen te
staan, maar het vergezicht van deze hoogte
is toch wel berekend.
Bij dit alles hebben we aangenomen, dat
er niets in onze gezichtskring ligt, dus geen
bergen of wat ook. Dit is de afstand, die
we kunnen overzien, als alles helemaal
vlak is. Als er nu achter het punt B nog
hoge bergen zouden liggen, zouden we de
toppen daarvan toch nog kunnen zien, want
die toppen steken zover boven het aardop-
ger of lager staan. We kunnen allemaal tot
de „horizon" zien, en als je denkt, nu zal ik
eens naar de horizon toelopen of er naartoe
varen, weet je wel, dat die horizon nooit
dichterbij komt, maar het is net of de ho
rizon verder weggaat, naar mate je zelf
dichterbij komt. Dat komt eenvoudig, door
dat de horizon de grens aangeeft van wat
wij kunnen zien. De horizon is als een cir
kel, waarvan Wij zelf het middelpunt zijn.
Als we dus een heel grote passen hadden
en de punt daarvan bij onszelf zetten en de
verste afstand, die we konden zien als
straal, zouden we zo een cirkel kunnen
trekken, die de horizon vormde.
Op de tekening zien jullie dit alles afge
beeld. M is het middelpunt van de aarde en
A is het punt waar we zelf staan. We staan
dus op een heuvel of een berg, want we
bevinden ons boven het gladde aardopper
vlak. De afstand van A tot het aardopper
vlak is h, dat wil dus zeggen de hoogte van
de berg waarop we staan. AB is de afstand,
die we kunnen overzien en is dus meteen de
straal van de cirkel, die door de .horizon
gevormd wordt. Nu hebben geleerden de
ze verschillende afstanden berekend en ze
zijn tot het resultaat gekomen, dat je hier
naast in de kleine tabel ziet afgebeeld. Hier
zijn namelijk de getallen van h en x ge
geven, die bij elkaar horen en we kunnen
hierop dus aflezen hoever je kunt zien, als
je op een hoogte van 10 meter enz. boven
het aardoppervlak staat. Natuurlijk is dit
alles berekend voor gewone, normale ogen.
Nu zien we dus, dat we van een 10 me
ter hoge toren ongeveer II k.m. naar alle
pervlak uit, dat ze in onze gezichtslijn val
len, terwijl alles wat lager is en bijna niet
boven het aardoppervlak uitsteekt, door de
ronde vorm van de aarde, aan ons gezicht
onttrokken wordt.
„WAT HEB JE VANDAAG WEER
EEN DORST!"
WAT ZAGEN JOOP EN KAREL?
Joop en Karei waren twee vrienden. Ze
maakten een wandeling, want ze wilden
van het mooie weer genieten. Ze kwamen
uit de stad en waren echte stadsheertjes,
Eerst hadden ze een treintje geromen om
een flink eind buiten te komen "n nu wan
delden ze dan over prachtige buitenwegen.
Maar het is buiten op het land nu eenmaal
anders dan in de stad. Ze waren in de stad
aan druk verkeer' gewend. Aan veel auto's
en trams en zo al meer. Daarom waren ze
ook heel verwonderd, ,^;oen er plotseling
iets over de weg stak, dat geen tram of
auto of iets dergelijks was. Ze wisten niet,
dat daar buiten zulken dingen zomaar over
straat wandelden!
Wat was het nu, dat ze ontmoetten? Ver
bind alle cijfers maar eens met elkaar, dan
zal je het wel zien!
Een bezoek van oom Tom
of
Een kwajongensstreek
Een echo-praatje
Allemaal hebben we wel eens een echo
gehoord, en misschien zelf het bekende zin
netje geroepen: „Wie is de burgemeester
van Wezel?" om dan terug te horen:
Ezel!".
Maar het gebeurt meer dan eens, dat het
geluid verschillende keren wordt terugge
geven, zodat je een woord of een klank wel
vier, vijf maal terug hoort komen. Er zijn
verschillende plaatsen op de wereld, waar
heel beroemde echo's zijn.
Een daarvan is in het Adersbacher Rots
gebergte, een gedeelte van het Reuzenge
bergte, waar diepe kloven zijn en waar op
sommige plaatsen wel 15 of 20 lettergrepen
van een zin herhaald worden.
Nog geweldiger is de echo bij Roseneath
in Argyle in het bergachtige Midden-Schot
land. Een liedje, dat op een woudhoorn
wordt geblazen en dat 10 noten bevat,
wordt door deze echo helemaal teruggege
ven. Dan wordt het stil en even later hoor
je het melodietje nog twee maal.
Bossen en rotsen zijn heel geschikt voor
echo-plaatsen, maar de spreker, die de
echo wil horen, moet minstens 21 meter
van de rotsen en de bosschen af zijn. Want
anders vallen de weerkaatste tonen bijna
met de oorspronkelijke tonen samen, en
kan je maar één, korte echo horen.
Als er verscheidene rotswanden in da
buurt zijn, die bovendien nog bepaalde hoe
ken met elkaar maken en toch ook vrij
ver van elkaar afliggen, kan je wel zeker
zijn, dat er meer dan één weerkaatsing zal
zijn. Zo'n echo is bijvoorbeeld in Milaan
in de villa Simonette, waar een woord der
tig maal, en als het heel duidelijk en luid
is uitgesproken, wel vijftig maal weer
kaatst wordt!
DOOR
66.
De volle maan rees boven de bergen vlak
voor Tarzan. Het wilde gebrul van de leeu
wen werd luider, weerkaatste in de canyon,
waar hij zoo juist vandaan gekomen was en
die het „Pad van de krijgers", heette. Nu
wist hij zeker, dat de jagende leeuwen van
Cathne hem op het spoor waren. Geen be
schaafd mens zou de leeuwen aan hun gebrul
hebben kunnen tellen, maar voor Tarzan was
elk geluid herkenbaar. Hjj wist, dat vijf leeu
wen meedogenloos achter hun prooi aanlie
pen. Hij versnelde zijn schreden. Hier dreigde
gevaar, zelfs voor den machtigen Tarzam, Hg
kon niet hopen stand te houden en de over
winning te behalen over vijf van zulke gewel
dige dieren. En dus rende hij verder, zijn
brede borst rees en daalde regelmatig, zijn
hartslag was nauwelijks sneller bij deze vlug
ge verplaatsing. Maar de wilde, hongerige
leeuwen kwamen eveneens snel vooruit. Het
was nu de kwestie, wie vlugger zou zijn, Tar
zan of de leeuwen. Eindelijk was Tarzan op
een halge kilometer afstand van een bos,
waar hij in de bomen zou kunnen ontvluch
ten. Maar juist toen hij dacht, dat zijn vei
ligheid verzekerd was. kwam er een onvoor
zien voorval tussenbeide.