Om bet gezicht van
de vrouw
Wij lazen voor U.
Achter gesloten deuren
Polens geduld heeft
grenzen
Inbreker hangt de
millionnair uit
Zaterdag 5 Augustus 1939
Sluier of niet?
Uit dc Pers van heden
Is dc lof den heer Plesman naar
het hoofd gestegen?
Het „hoofd" probleem van het
Pan-Islamitische wereldcongres.
In alle stilte wordt er een maat
regel voorbereid, welke minstens
twee continenten op onze aardbol
oen geheel ander gezicht zal geveni
en wel in de letterlijke beteeke
nis. Want het gaat om het gezicht
van de vrouw; men wil de Ooster-
sche vrouw algemeen en definitief
het recht geven, zonder sluier op
straat te loopen, ja, de sluier geheel
af te schaffen, hetgeen enkele Mo-
hammedaansohe landen reeds ge
daan hebben. Er wordt een kuituur-
revolutie voorbereid, die ruim 250
millioen menschen zal betreffen.
De Mohammedaansche wereld maakt zich
gereed voor een Pan-Islamitisch wereldcon
gres. Zijn bijeenroeping komt noch van de
zijde der Wahabieten die gaarne aan
spraak maken op de geestelijke leiding van
den Islam noch van de zijde van de
forsten in de Oriënt. De voorbereidingen
»1ndei1 re?^ °°k &eheel met alle tradities
van den Islam.
De principieele beteekenis van het
„sluiervraagstuk" ligt dan ook min
der in den sluier zelf, als wel in
zijn symbolische beteekenis voor de
traditioneele isolatie van de Moham
medaansche vrouwen van alle open
bare dingen. De geëmancipeerde
Oostersche vrouwen keeren zich te
gen den sluier, omdat zij daarin het
symbool voor gesloten haremdeuren
en voor de starre afwijzing van haar
maatschappelijke en sociale rechts
gelijkheid zien, en niet omdat zij
hem bijvoorbeeld niet mooi vindei»
(want daarover zou nog te praten
zijn).
En op precies dezelfde gronden gelooft de
Mohammedaansche geestelijkheid, die ach
ter den „sluierstorm" niet ten onrechte een
gevaarlijke (gevaarlijk althans voor den ou
den Islam) omkeer ruikt, verplicht te zijn,
het conservatieve symbool te verdedigen met
alle denkbare dogmatische uitrustingen.
De Koran moet spreken!
Dat deze toestand steeds minder houdbaar
wordt, hoe meer de Mohammedaansche vol
keren voor hun zelfstandigheid vechten, ligt
voor de hand, en het moet dan ook vóór al
les de taak van het Pan-Islamitische Wereld
congres zijn, een algemeene regeling voor
het vraagstuk te treffen, welke overal geac
cepteerd en ook werkelijk doorgevoerd kan
worden.
Daar de oproepers tot het congres mo
derne menschen, doch eveneens ook geloovi-
ge moslims zijn, zal het niet mogelijk zijn,
dat bijvoorbeeld Mohammedaansche strijd
sters voor de rechten van de vrouw aan het
congres hun eischen voorleggen, waarna
dan de gedelegeerden van dc verschillende
landen daarover zullen stemmen. Zoo iets
worden namelijk getroffen door dr. Ben
Djelloel en Si Mabroek, de aanvoerders van
de Franco-Muzelmannen Vereeniging van
Noord-Afrika.
De hoofdvergaderingen van het congres
zullen in Algiers worden gehouden, andere
in Tunis en Constantine. Men wil na de er
varingen, welke men met verschillende
islamitische congressen in den laatsten tijd
heeft opgedaan, principieel een politiek de
bat uitsluiten om het komende wereldcon
gres het karakter van een groote cultureele
demonstratie van de geheele Islam-wereld
te kunnen geven en de onderlinge banden
in de Mohammedaansche wereld te verster
ken.
Het sluier-vraagstuk
,..In het middelpunt der debatten zal het
„sluier-vraagstuk" staan. Dit probleem is
inderdaad voor de geheele Mohammedaan
sche wereld van het grootste principieele
belang. In Turkije geloofde men het te
hebben opgelost, toen men de sluier zonder
meer verbood. Maar geen geweld en geen
propaganda hebben tot nu toe den koppi-
gen tegenstand van de kleine-boeren-vrou-
wen in Anatolië kunnen breken; en de
Turksche vrouwen iloopen alleen onge
sluierd in de steden en op andere plekken,
waar de lange staatsarm haar grijpen kan.
In Afghanistan en in Iran is het met an
ders gesteld. In Egypte verdwijnt de sluier
weliswaar iederen dag iets meer, maar cie
[vrouwen, die hem afleggen, breken daarmee
Gesluierd ter markt.
zou te „Europeesch" zijn en bovendien een
algemeene regeling onmogelijk maken. In
tegendeel: men zal in het geheel geen vrou
welijke afgevaardigden toelaten en het pro
bleem zal niet worden opgelost door stem
ming en meerderheid van stemmen. De
meest vooraanstaande Mohammedaansche
rechtsgeleerden en theologen, de moefti's,
ulema's en imams zullen rustig bijeen ko
men en met Oostersche grondigheid en
kalmte die plaatsen van de Koran uitpluizen,
die een „moderne" uitleg van de voorschrif
ten, betrekking hebbende op den sluier, de
Mohammedaansche studente, de representa
tieve huisvrouw en misschien zelfs de
rechtsbevoegdheid van de gehuwde vrouw
in de Mohammedaansche wereld mogelijk
maken.
Nieuive geestkracht wordt opge
wekt!
Slechts langs dezen weg zal een eenparige,
grondige oplossing van het „sluiervraagstuk"
mogelijk zijn en slechts op deze wijze zullen
de Mohammedaansche vrouwen overal een
werkelijke rechtsgelijkheid kunnen krijgen.
Het „vrouwenemancipatie-programma", zoo
als het congres zal uitwerken, zal niet een
breken met het verleden beteekenen, doch
een natuurlijke overgang naar een betere
toekomst; het zal daarom voor den Islam
niet een verzwakking, doch integendeel een
opwekking van nieuwe geestkracht zijn.
„Men vergeet, dat de beslissing be
rust bij de Poolsche regeering en
dat haar bondgenooten steeds even
vastbesloten zijn, het land in zijn
strijd voor de verdediging zijner
onafhankelijkheid te volgen".
In afwachting van de Poolsche nota. die
volgens inlichtingen uit goede bron giste
ren te Dantzig is overhandigd, als ant
woord op de Dantzigsche nota van 30 Juli,
publiceert de Poolsche pers een commen
taar, dat geïnspireerd schijnt te zijn, en
waarin een uiteenzetting wordt gegeven
van de kwestie Dantzig, zooals deze zich
ontwikkeld heeft.
Geen agressie, maar reactie.
De „Kurjer Poranny", die in nauwe re
latie staat met regeeringskringen en de
„Kurjer Polski" schrijven o.a.: de voort
durende provocaties van Dantzig hebben
verschillende Poolsche reacties uitgelokt.
Deze worden door de Duitsche propaganda
voorgesteld als ontoelaatbare daden van
agressie van Polen.
In al deze aangelegenheden ligt de
mogelijkheid om de getroffen rege
lingen te wijzigen in werkelijkheid
in handen van Dantzig; want zij
waren slechts het antwoord op
chicanes van Dantzig. Als men be
reid is, de laatste te staken, 'zal
alles terugkeeren tot den vroegeren
staat van zaken.
Schending van het statuut der
Vrije Stad.
Op het oogenbli'k wordt alle actie gericht
tegen de Poolsche douane-inspecteurs. Men
verwijt hun te Dantzig militaire en econo
mische spionnage. Het verwijt keert zich
regel zou hebben aangezien Polen zich met
cipe is Dantzig gedemilitariseerd gebied en
bijgevolg kan er zelfs niet de mogelijkheid
bestaan van militaire spionnage. Als de Se
naat van Dantzig toch het bestaan van
deze mogelijkheid toegeeft, komt dit omdat
Dantzig niet meer gedemilitariseerd is en
de senaat bekent dan, dat hij zich schuldig
gemaakt heeft aan een ernstige schending
van het statuut der Vrije Stad. Aan den
anderen kant kan er evenmin sprake zijn
van economische spionnage, omdat Dant
zig binnen de economische grenzen van
Polen ligt.
Polens geduld.
De taktiek der Dantzigsche autori
teiten, die trachten de rechten van
EEN KONINKLIJKE MACHINIST. Koning Boris van Bulgarije, die er een
speciaal genoegen in schept, af en toe als machinist te fungeeren, opende de
zer dagen een nieuwen spoorweg door het Rodophengebergte in het zuiden des
lands. Men ziet den koning hier in een gemoedelijk gesprek met een schilder
achtig gekleeden bergbewoner. Na de openingsplechtigheid bestuurde Z. M.
zelf den trein.
Polen te ondermijnen en te vernie
tigen, is vergeefsch. Polen zal zich
dit niet laten welgevallen. De Duit
sche heeren te Dantzig moeten we
ten,, dat gerekend moet worden met
de vastberaden reactie van Polen op
iedere nieuwe moeilijkheid. Polen
zal geen schending van zijn elemen
taire belangen dulden. Zijn geduld,
dat in het buitenland bewondering
wekt, kan ook grenzen hebben.
Een nieuwe proefballon.
De „Kurjer Poranny" besluit: Het van
Dantzigsche zijde geuite dreigement, de
grens Oost-Pruisen te openen, is als een
nieuwe proefballon te beschouwen, want 't
schijnt, dat Dantzig nog wel eens de ge
volgen zal overdenken, die zulk een maat-
tegen dengeen die het geuit heeft. In prin
al zijn krachten zal verzetten tegen iedere
poging tot directe actie, die de Duitschers
mochten beoogen om hun propaganda te
dienen en in het buitenland te verkondigen,
dat alles practisch te Dantzig geregeld kan
worden en dat het waarlijk niet de moeite
waard is om een oorlog te ontketenen over
een formaliteit. Doch in werkelijkheid heeft
deze Duitsche taktiek ten doel, het door
Polen en zijn bondgenooten gevormde front
te doorbreken. Men vergeet, dat de beslis
sing berust hij de Poolsche regeering en dat
haar bondgenooten steeds even vastbesloten
zijn, Polen in zijn strijd voor de verdedi
ging zijner onafhankelijkheid te volgen.
Hij liet zich eens fijn bedienen
maar werd later gesnapt.
Aan het einde van de vorige maand deed
de directie van een van de grootste Scheve-
ningsche hotels bij de Haagsche politie aan
gifte van flesschentrekkerij voor f 300.In
het hotel was op 10 Juli een gast aangeko
men, die sjofel in de kleeren zat en wiens
bagage bestond uit een handtasch ter waar
de van f 1.50. Hij bleef hier 14 dagen en
maakte het iedereen lastig. Wanneer hij ci-
garettcn bij den portier bestelde en 't doos
je kwam niet vlug genoeg naar zijn zin,
kreeg de portier een standje. De ober, die
hem na den eten koffie inschonk, kreeg een
uitbrander wanneer er op het hoekje van
de kan een vlekje zat. Tweemaal dineerde
hij met een dame en toen hij haar op zijn
kamer had genoodigd en daarop aanmer
king was gemaakt schold hij den chef de
reception uit. Wanneer de wijn niet naar
mijnheers wensch gechambreerd was, werd
de keldermeester ter verantwoording geroe
pen. Bestelde hij postzegels hij den piccolo
dan kreeg het jochie heel wat te hobren als
„LAAT HET NU UIT ZIJN!"
De Maasbode (r.k.) schrijft in een nabe-
Bchouwing over de erfpachtskwestie.
De mensch is nu eenmaal altijd een zeer
feilbaar wezen en al eischt het recht, dat
een politicus, die ernstige fouten maakt van
het tooneel verdwijnt, hierin kan toch geen
reden zijn gelegen den mensch in dezen po
liticus te blijven achtervolgen met sensatio-
neele beschuldigingen. Het is Belaas een
veel voorkomend verschijnsel, dat overheids
personen, die fouten gemaakt hebben o
daarvan beschuldigd worden blootstaan aan
meestal anonyme beleedigingcn. Dit is een
symptoom van moreele ontaarding en aa-
rakterlooze lafheid, die in de hand woid
gewerkt door een al te zeer op de sensa
tie ingestelde berichtgeving en die een per
soonlijk leed kan veroorzaken, waarvan dc
buitenwereld slechts een flauw besef ka
hebben.
Hoe het zij, de erfpachtskwestie is
thans onderzocht. Er is thans klaai-
heid gekomen en de politieke gevolg
trekkingen hebben niet lang op
zich laten wachten. Laat hier dc
zaak mee uit zijn en laat men in
het vervolg waken voor herhaling.
En laat men dan in een niet langer ve^
troebelde atmosfeer onderzoeken, op woikc
Punten de tot nu toe gevolgde grondpolitiek
der gemeente gewijzigd moet worden. Op
deze wijze zal er op den duur ook nog iets
goeds voortkomen uit de onverkwikkelijke
erfpachtsaffaire.
DE VRIJZINNIG HERVORMDEN GEEN
CHRISTENEN?
Een medewerker schrijft aan de N. R. Crt.
Een merkwaardige beschouwing heeft in
de kringen der vrijzinnigen, inzonderheid
onder vrijzinnige Hervormden beroering ver
wekt. In de Avondpost heeft de heer D.
Hans onlangs niet minder verklaard dan
dat degenen onder de vrijzinnigen, die niet
in de historiciteit van Jezus gelooven, niet
thuis behooren in de Ned. Ilerv. Kerk. Met
een paar uitspraken van leden der z.g. Lin
ker Werkgroep meende deze schrijver te
kunnen aantoonen. dat zij zelfs geen recht
hebben om zich Christen te noemen.
„Is het", vraagt de schrijver zich af, „ten
slotte zoo dwaas, en is het in den grond der
zaak onverdraagzaamheid, wanneer de or
thodoxie weigert in één en hetzelfde kerk
genootschap op voet van gelijkheid samen
te werken met hen. die het historisch be
staan van Jezus Christus loochenen, die
letterlijk alles loochenen wat er, historich,
het hem zou zijn gebeurd? Getuigt het eigen
lijk niet van karakter om te zeggen, dat
zulke radicaal-afwijkende voorstellingen in
eenzelfde kerkelijke gemeenschap eigenlijk
niet kunnen worden verkondigd?...
Is het eigenlijk niet alleszins lo
gisch te zeggen, dat de aanhangers
van die „radicale" kritiek, voor wie
heel het Evangelie symbool is en
beeldspraak, tot Christus en Zijn
kruisiging toe, een afzonderlijke
groep moeten vormen, maar niet den
kansel moeten beglimmen van ker
ken, die uitgaan van geloof in den
historischen Christus? Waarom noe
men die anderen zich eigenlijk nog
christenen?
De Hervormde vrijzinnigen, die zich te
gen dezen aanval op de leervrijheid verzet
ten, nemen, voorzoover wij hun betoog on
der oogen hebben gehad, genoegen met een
uiteenzetting, waaruit zou blijken, dat het
christelijk geloof en daarmee de christen-
naam niet van het bevestigen van histori
sche feiten afhankelijk is en wijzen den
heer Hans op misverstanden, waarvan zijn
beschouwing getuigen zou.
Ds. J. A. Bruins maakt er in Tijd en Taak
van 15 Juli den heer Hans opmerkzaam op,
dat de vraag naar de historiciteit geen ge
loofsvraag is, maar een vraagpunt van
wetenschappelijken aard.
„Zou het Christendom" vraagt deze
schrijver den heer Hans, „iets van
zijn waarde en waarheid verlie
zen, indien eens bleek, dat Jezus er
niet de stichter van was geweest?...
Ook al weten wij niet veel met zekerheid
van Jezus, zeker zijn we, dat in het Chris
tendom groote zegenrijke krachten voor
menschen en mcnschheid worden aange
houden. Als zij maar aanvaard en goed ge
bruikt worden.
de zegels hem niet vlug genoeg gebracht
werden. A contant betaalde deze lastige
gast niets: zijn toon maakte op alle gas
ten indruk. Men hield hem voor een grilli-
gen millionnair.
Ontgoocheling 5
Na 14 dagen verdween mijnheer met de
Noorderzon, zonder de rekening betaald te
hebben Hij liet zijn koffertje achter.
In een hotel aan den zoom van het Mast-
bosch te Breda nam hij een kamer. Hij bleef
er 8 dagen. De hotelgasten maakten aan
merking op zijn gedrag en de directie stel
de zich in verbinding met de politie, die
eens met den man ging praten. In zijn ba
gage vond men een chequeboek, dat op
naam stond van een Hagenaar, wonende
aan den Pompstationsweg. De Haagsche po
litie, van deze vondst in kennis gesteld,
zond een rechercheur naar Breda en toen
bleek, dat dit chequeboek bij een inbraak
op 25 Juli, dus een dag na 's mans vertrek
uit Scheveningen, was gestolen. Op 25 Juli
was er in een villa aan den Pompstations-
weg ingebroken. De bewoners waren op reis
en de inbreker was binnengekomen door
een raam van de benedenkamers aan den
achterkant. De buit bestond uit het cheque
boek, 2 koffers, waarin de dader 2 pakken,
dassen, schoenen en boorden had geborgen,
twee gouden horloges en ongeveer f 100.
De man bekende deze inbraak en verder
bleek, dat hij op 8 Juli uit de gevangenis
was ontslagen. Hij had anderhalf jaar „ge
zeten" wegens eenige inbraken, diefstallen
en oplichting in verschillende plaatsen van
ons land.
Hij is op transport naar Den Haag ge
steld. Het is de 28-jarige kelner F. K. van
W. Hij zal voor den officier van Justitie
worden geleid.
De imperialistische luchtvaart-
politiek van de K. L. M.
In den Indischen Volksraad heeft de heer
van Helsingen (C. S. P.) huid» gebracht
aan de K. L. M. en aan den heer Ples
man. Spreker vraagt zich echter af of de lof
den heer Plesman toegezwaaid, dezen niet
naar het hoofd is gestegen, hetgeen spre
ker afleidt uit zijn houding ten opzichte
van de KNILM. De heer van Helsingen zette
aldus de N. R. Crt. de buitengewone be
teekenis van de ontwikkeling der KNILM
voor Indië uiteen. Hij protesteerde tegen de
imperialistische luchtvaart-politiek van de
K.L.M., wier houding ten aanzien van de
luchtlijn naar Australië hij ten zeerste laak
te. Indien, zoo zegt spreker, de invloed van
de KLM op de KNILM dezelfde blijft, zal
de ontwikkeling van laatstgenoemd lichaam
ernstig worden geremd,
DUITSCHERS EN RUSSEN ONDER
HANDELEN.
BERLIJN VRAAGT ZICH AT: WAREN
MOLOTOW'S WOORDEN ERNSTIG
GEMEEND?
(Van onzen Berlijnschen correspondent).
BERLIJN, Aug. 1939.
De Duitsch-Russische onderhande
lingen, die in Berlijn gevoerd wor
den, zijn tot nog toe niet door de
Duitsche pers besproken. Ook de
officieele instanties zwijgen ab
soluut. Dit is overigens niet ver
rassend. Men behandelt de dingen
in Berlijn meestal eerst in het
openbaar, wanneer er practische
resultaten behaald zijn.
MOLOTOW.
Bij de vele maanden durende onderhande
lingen met Roemenië in het begin van dit
jaar is het niet anders geweest. Het. is dus
niet noodig, de talrijike in het buitenland
verbreide geruchten over bijzonderheden
der besprekingen te dementeeren. Deze pu
blicaties zullen wel uitsluitend op combi
naties berusten. Dit geldt in het bijzonder
voor de beweringen, dat minister Funk
zich binnenkort naar Moskou zal begeven.
Deze beweringen zijn volkomen onjuist,
naar men hier verklaart. Overigens wordt
ook aan Russische zijde de grootste ge
heimhouding betracht.
Mogelijkheden.
Welke mogelijkheden echter het Duitsch-
Russische handelsverkeer in zich bergt,
toonen de omzetten aan, die tusschen de
beide landen in vroeger jaren bereikt zijn.
Zoo voerde Duitschland in het jaar 1929
niet minder dan voor 426 millioen mark
waren naar Rusland uit, terwijl het daar
voor 354 millioen kocht. In het jaar 1932
was de Duitsche uitvoer naar Rusland zelfs
tot 625.3 millioen mark gestegen, terwijl
de import iets gedaald was.
Sinds 1935 is er echter in dezen
gunstigen toestand een algeheele
verandering gekomen. De Duitsche
importen bereikten in dat jaar nog
eens een hoogte van 215 millioen
mark, maar de uitvoer was op cata
strofale wijze gedaald, n.1. tot 39,3
millioen mark. In de jaren 1936 en
1937 beliepen import en e.vport
slechts ongeveer 100 millioen mark.
Als het ernstig gemeend was...
De onderhandelaars zien zich dus gesteld
tegenover een situatie, die gekenmerkt
wordt door het feit» dat vroegere erva
ringen aantoonen, dat de beide staten el
kaar zeer goed kunnen aanvullen, tenvijl
anderzijds door verschillende oorzaken in
de laatste jaren de omzetten aanzienlijk
taalden. Maren de eenige weken geleden
door Molotow gesproken woorden, dat hij
een uitbreiding van den handel met
Duitschland wenschelijk achtte, ernstig ge
meend, dan zal het., n*ar men hier meent
zeker tot een overeenkomst komen.
Hoe een dergelijke overeenkomst er uit
zou zien, is natuurlijk op dit oogenblik nog
met geen mogelijkheid te zeggen.