Wij lazen voor l SM PI OLIFANTS- MANNIN DRIE MANNEN Duitschland heeft gebrek aan ijzer Dc Wieringermeer ia de Engelsche huiskamers! Brutale inbraak te Callantsoog Radioprogramma DOOR EDGAR RICE BURROUGHS Uit de Pers van heden een zware verantwoordelijk heid. Auto tegen een boom Minister onderscheidt bakker Morgan S. Roscuc Nadat de toegangspoort geopend was wag gelde een reusachtige olifant de arene in. Juist toen hjj binnenkwam lichtte hij zijn slurf hoog op en uitte een wilde, boze kreet, terwjjl hij trompetterde, alsof hij daarmede zijn slachtoffers bang wilde maken. Menofra in de koninklijke loge lachte met duivels voldoe ning. De gehate wildeman had allerlei won- dertoeren verricht in de arena, maar nu was zijn einde gekomen, van hem en van den trotsen Valthor ook. De steken van hun dol ken zouden niet meer zijn dan speldeprikken in de dikke huid van den olifant. Rondom de arena klopten duizenden harten vol sympathie voor de beide mannen, die zo klein en hulpe loos schenen en zo'n geweldig contrast vorm den met het grote dier. De edele Valthor was zeer geliefd geweest bij het volk en de gewel dige kracht van Tarzan had de bewondering van het gehele volk voor zich gewonnen. Eerst leek het alsof de olifant de beide men sen in de arena in het geheel niet opmerkte. Hij waggelde wat rond bij de hoeken alsom hij een weg zocht om te ontkomen. Toen opeens draaide het dier zich om en kwam regelrecht op de twee mannen af, met een flinke vaart! De Telegraaf schrijft naar aanleiding van de vreeselijke verkeersongelukken, welke in het einde van de vorige week heb ben plaatsgegrepen: Onvooaziohtigheid en gebrekkige over heidszorg vormen de directe oorzaken van deze ongelukken. Wie er voor verantwoor delijk is, dat op den drukken weg Haar lemLeiden de gevaarlijke trambaan der NZ.H.T.M. zich her- en derwaarts over den verkeersweg slingert, benijden wij van daag die verantwoordelijkheid niet. Na tuurlijk: daardoor hoefde het Hillegomsche ongeluk niet te gebeuren, maar deze stun telige wijze van trambaan-aanleg, waarte gen destijds voldoende is gewaarschuwd, legt de basis voor ongelukken als deze. Zoo is het ook met het vreeselijke onge luk op 'den onbewaakten overweg te Hou ten. Het is lichtzinnig, om met drie men- schen in de cabine van een auto te gaan zitten. Is het niet eveneens lichtzinnig om de doodelijke vallen te blijven bestendigen, die onbewaakte overwegen heeten? Wij zijn met ons verkeer op den ver keerden weg. EEN BAANTJE VOOR DR. COLIJN. Ds. D. J. Couvée, Gereformeerd predi kant te Hillegersberg, schrijft in zijn or gaan „Herleving" het volgende: Indien dr. Colijn rust in politicis zoü krijgen, die ik hom van harte gun, dan... Dan zou ik voor mij, wel nuttig werk voor dezen werker weten. Hoofdredactie-arbeid aan „de Standaard", vraagt iemand? Misschien ook die. Sedert haar veel-hoofdige redactie is zij er noch in pittigheid noch in leiding geven op critieke oogblikken op voortuitgegaan. Ze liep nog al eens achter de feiten aan en met alle respect voor de practische levenswijsheid en beginselvastheid van hare penvoerders, niet allen verstaan zóó de kunst van schrijven, dat men als in oude dagen avond aan avond naar de voorpagina grijpt! Brood moet gedegen, doch ook smakelijk zijn. En 's Zaterdagavonds een croissant of wat krentenbrood acht men ook in onze gezinnen geen luxe. Doch dien arbeid van langer adem had ik niet op het oog. Ik dacht... aan... Sneek... en de daar weldra te houden synode. Men „zit" nu al wat met den te kiezen praeses. Zeer bekwamen zijn het al één of meer malen geweest of niet herkiesbaar. Waar in den bijbel staat, dat het voor een keer eens geen „leek" mocht zijn? Een „leek", die voor vele „geestelijken" gezag heeft. Een partij-looze. Misschien dat enkelen, die thans naar niemand luisteren willen, naar dezen grijzen wijze zouden willen luisteren. „ONDERWIJSSCHAPPEN". In „De Opbouw", democratisch tijdschrift \oor Nederland en Indië beveelt de redac teur G. B. als oplossing voor vele onder- wijsmoeilijkheden aan; het invoeren van nieuwe organen met verordenende be voegdheid voor speciale onderdeelen van de staatstaak. Het Volk (s.d.a.p.) voegt aan dit advies toe: Onzerzijds mogen wij daarbij herinneren aan het rapport Nieuwe Organen der S. D. A. P. en aan het rapport „Het Staatkundig stelsel", waarin ook een bladzijde aan de mogelijkheden voor het onderwijs door nieu we organen gewijd is. De conclusie van het artikel luidt o.m.: Waarom zou een nationale instel ling als het waterschap met wetge vende bevoegdheid ons niet kunnen heenwijzen naar dito „onderwijs- schappen"? Een onderwijsschap of onderwijsschappen als voorbeeld van decentralisatie van onderwijs- wetgeving met verordenende be voegdheid. Verordenend op zui ver onderwijskundig en tech nisch terrein; de politieke en de fi- nanciëele zijden latende onder de controle der Staten-Generaal. De gedachte is op zichzelf belangrijk. Maar zij wordt nog veel belangrijker, aldus het Volk, omdat de Opbouwredacteur G. B. degene is, die thans in de eerste plaats verantwoordelijk wordt voor de voorberei ding van wetgevende arbeid inzake het on derwijs: n.1. de nieuwe minister voor Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen, G. Bol- kestein. Van de acht inzittenden er zes naar het ziekenhuis. Zaterdagavond tusschen zes en zeven uur is op den Havelterberg tusschen Steenwijk en Meppel een personenauto bestuurd dooi den heer de Vries uit Leeuwarden, door tot dusver onbekende oorzaak tegen een boom gebotst. De wagen werd totaal vernield. In de auto zaten, behalve de heer de Vries zijn cchtgenoote en zes kinderen, die bij de familie te Leeuwarden hadden gelogeerd en thans op den terugweg naar Meppel waren. Alle acht inzittenden werden gewond, de heer en mevrouw de Vries en vier der zes kinderen zoo ernstig dat zij In het Diaco- neserahuis te Meppel moesten worden opge nomen. Naar omstandigheden is hun toestand redelijk wel. Op het departement van Economische Za ken is Zaterdag de zilveren medaille, welke minister Steenberghe had uitgeloofd voor het beste examen algemeene handelskennis voor het middenstandsdiploma krachtens de Vestigingswet kleinbedrijf uitgereikt. Een voorwaarde was daarbij, dat het examen o.n der de moeilijkste omstandigheden moest zijn afgelegd. De gelukkige, wicn deze eer te beurt viel, de heer Egbert van Dijk uit Schouwerzijl (Gr.) werd met zijn verloofde door den lei der van de afdeeling, dr. W. L. Groeneveld Meijer, ontvangen. Namens den minister, die buitenslands vertoeft, reikte de heer Groeneveld Meijer met enkele woorden de medaille over. Het was, zoo zeide hij volgens het Hsb., geen gemakkelijke taak uit de 13.000 candi- daten een keuze te doen. De keuze is tenslotte gevallen op den lieer Van Dijk, voor wiens doorzettingsvermogen spr. zeide groot respect te hebben. Hij was er zeker van, dat hij in het bakkersvak, waarvoor hij het examen heeft afgelegd, evengoed zal slagen. Met de gelukwenschen van den minister reikte spr. de fraaie medaille aan den geluk kige uit. NA DE HEKKEN VAN DE BE GRAAFPLAATSEN, THANS OOK DE WEGWIJZERS. Uit Berlijn wordt, gemeld, dat na de ijzeren hekkefi van de huizen in de steden, thans ook de hekken van de begraafplaatsen in de dorpen en zelfs de ijzeren wegwijzers langs de wegen worden verwijderd. In een radiorede, welke werd uitgezonden door den Duitschlandzender werd aangera den deze wegwijzers te vervangen door ar tistiek bewerkte houten richtingaanwijzers. Een B.B.C. hoorspel over de Zui derzeewerken. Naar den drooggelegden Zuiderzeepolder zijn al heel wat buitenlanders wezen kij ken... Maar er leven nog millioenen, die de reis naar de Wieringermeer niet maken kunnen en aan deze thuisblijvers heeft dc Engelsche radio, de B.B.C. gedacht, toen zij, gisterenavond een uitzending gaf wel ke een prachtige propaganda behelsde voor onze Ilollandschc waterbouwkunde. De B.B.C. voerde nl. een hoorspel op, ge titeld „Tatning the Zuiderzee" (Bedwinging van de Zuiderzee.) Hierin werd de heele historie van den opbouw van het Nieuwe Land in populairen vorm weergegeven. De luisteraars werden a.h.w. meegevoerd naar den polder in al zijn stadia. De spreuk „Een volk dat leeft, bouwt aan zijn toe komst" werd herhaaldelijk door den luid spreker vernomen. In tallooze Engelsche huisgezinnen heeft men stellig van deze zeer aparte uitzending bijzonder genoten. FL 350 gestolen op klaarlichten dag. Vrijdag heeft een tot nu toe onbekend geble ven persoon, tijdens afwezigheid der bewo ners, ingebroken in de boerenhofstede van den heer G. Vries en is met een geldsom van 350 gulden verdwenen. Toen de heer V„ woonachtig aan de Scheidingsvliet, in 't land aan 't werk was, en de vrouw des huizes een uitstapje maakte met een logé, heeft de da der zich toegang tot de slaapkamer ver schaft. door het hor, hetwelk onder 't raam stond, te verwijderen en aldaar een bedrag van 350 gulden ontvreemd Voor hij weer ver trok heeft hij alles in de oude stand terug gebracht. Toen de heer V. een kwitantie wil de betalen, kwam hij tot de ontstellende ont dekking. dat de portefeuille inhoudende 350 gulden, verdwenen was. Eerst nog niet ver moedende dat het geld gestolen was, dacht hij dat zijn vrouw het op een andere plaats gelegen had, doch al spoedig bleek dit niet zoo te zijn. Toen heeft men direct de politie van Cal lantsoog, den heer 'Koelcmeij, van 't ge val op de hoogte gesteld, die in samenwer king met rijksveldwachtei Overhand, een uitgebreid onderzoek heeft ingesteld, dat nog voortduurt en zich tot in Amsterdam uitstrekt. Zaterdagmiddag is iemand uit de Nieuwstraat te Schagen ondervraagd, het geen nogal eenige opschudding bracht. De ze persoon bleek echter buiten het geval te VIERINGEN EEN JUBILEUM Donderdag 17 Aug. 1939, hoopt onze vorige Brigadier der Rijksveldwacht de heer A. Bergsma, thans Brigade-Commandant der Rijksveldwacht te Purmercnd, den dag te herdenken dat hij voor 25 jaar bij de Rijksveldwacht in dienst trad. De heer Bergsma, die zich hier een uitste kende reputatie verwierf als politie-man en de daders van vele roofpartijen, diefstal van kippen en konijnen, het stelen en slachten van schapen enz., bij zijn nachtelijke speur tochten, waarbij hij vaak uren in kou, regen en wind onder woonwagens lag, aan het licht bracht, zagen wij dan ook noode ver trekken, doch zijn promotie werd hem door allen van harte tocgewenscht. Wij wenschen hem dan ook bij zijn aan staand jubileum veel geluk en verwachten dat Wielingen hem op zijn jubileumdag niet zal vergeten. DINSDAG 15 AUGUSTUS 1989. Hilversum I. 1875 en 414,4 m. AVKO-uitzending. 6.307.0C RVU. 8.00 Orgelspel. 8.15 Berichten. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gewijde muziek (gr.pl.). 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Martin Roman en zjjn orkest en solist*. 11.00 Causerie „De vrouw en het wereld beeld" 11.10 Vervolg concert. 12.00 Orgelspel. (Om 12.15 Berichten). 12.20 Gramofoonmuziek. 12.30 AVRO-Amusementsorkest en solist. (1.001.05 Interview). I.15 Het Lyra-trio. 2.00 Zang met pianobegeleiding. 2.25 Pianovoordracht. 2.55 Jetty Cantoris Ensemble en declamatie. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Kinderhalfuur. 5.40 De Twilligt Serenaders. 6.28 Berichten. 6.30 Causerie: „Het pulseerende heelal. III. Einstein, de Sitter, Lemaitre de prijs winnaars in den wedstrijd voor het ontwer pen van een heelal". 7.00 De AVRO-Dance Band. 7.30 Pianovoordracht. 8.00 Berichten ANP, Radiojournaal en mede- deelingen. 8.15 Het Residentie-orkest en soliste. 9.10 Reportage. 9.25 Zang met pianobegeleiding. 10.10 Gramofoonmuziek. 10.30 AVRO-Musette-Ensemble en soliste. II.00 Berichten ANP. Hierna tot 12.00 Fres co's Swing Aristocrats en soliste en Jack Louis' Tango-Band. Hilversum II. 301.5 m. KRO-Uitzending. 4.00—5.10 HIRO. 8.009.15 Gramofoonmuziek (Ca. 8.15 Ber.), 10.00 Pontificale Hoogmis. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-Orkest. I.20 Vervolg concert. 2.00 Vrouwenuurtje. 3.00 Gramofoonmuziek. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.05 Causerie „Te midden van een geestelijke en sociale omwenteling". 4.20 Gramofoonmuziek. 4.25 Causerie „Vivisectie, een verouderd btel- sel". 4.40 Gramofoonmuziek. 4.45 Berichten. 4.55 Causerie: „In aanraking met een onzien lijke wereld, staande midden in het volle Leven". 5.10 Gramofoonmuziek. (5.456.05 Felicita ties en ca. 6.30 Berichten). 7.15 Causerie „Maria ten Hemelopneming". 7.35 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP en mededeelingen. 8.15 De Koninklijke Militaire Kapel. 9.15 De KRO-Melodisten en soilst. 10.00 Gramofoonmuziek. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Declamatie met muzikale omlijsting. II.1012.00 Gramofoonmuziek. FEUILLETON. Naar het Amerikaansch van 32. Mr. Terry moet al om acht uur op het werk zijn, meneer en mr. Mc Girk is een half uur geleden weggegaan. O'Malley lachte terug. Nu Mandy, ik zal vanmorgen in de stad ontbijten, want ik moet ook gauw de uit. En ik heb het den heelen dag zoo druk 'k niet hier kan komen eten. Zeg dat maa tegen mis. Peil, wil je? En hier is wat voor Dank u wel, meneer. Ik zal het mrs. P0'Meaüeyn'Zag een samengeknepen hand, een rij witte tanden en weg wasze. O'Malley waschte en kleedde beetje haastig en was na eenr het huis uit. Hij nam den ondergaro Times Square, ontbeet daar in ee binnen en ging vervolgens een kappers7-8^ en om zich te laten scheren. De banken aan nu open en hij liep eerst bij zijn biina om een cheque te incassceren daar ri(.htte door zijn contanten heen was. Daar jomi- hij zjjn schreden naar zijn werkelijke oilie in de vriendelijk woning va Zijn kamers leken een paradijs .van weelde ®n gerief vergeleken bij de kaalheid Pells pension. Hij zette zich aan zijrii schiijf tafel en wijdde zich opnieuw aan het pr bleem van den tweeden brief. Hij haa enveloppe uit zijn zak, legde een onbescnr ven vel papier voor zich neer en toog van voren af aan aan het puzzelen. Het eerste woord was „taxi" en het tweede „zeven"; dat stond als een paal bo ven water. Maar hoe de rest van de mede- deeling moest gelezen worden en wat zij be- teekende daaruit kon hij nog steeds niet wijs worden, hoe hij ook peinsde en combineerde. Het resultaat van gisterenavond klonk nog het meest aannemelijk maar wat de be doeling ervan kon en mocht Joost weten. Tegen éénen gaf hij het op en ging. om zijn geest wat te verzetten, een wandeling maken en in de stad koffiedrinken. Toen hrj terugkwam boog hij zich weer over de vreemde boodschap, maar een oplossing van het raadsel weigerde hardnekkig zich aan zijn murw-gepiekerde hersens te openbaren. Dus borg hij de enveloppe nogmaals in zijn zak weg, bande het probleem i astbe sloten naaar den achtergrond van zijn bewustzijn in de hoop, dat een p.otselinge in spiratie misschien licht zou brengen en bracht minstens een kwartier door met zorgvuldig toilet maken. Dus, toen hij de „Plaza bin nenging om ten tweeden male thee te drinken met het meisje zijner droomen zag hij er uit om door een ringetje te halen en zijn oogen zochten verlangend of hrj haar ook ergens kon ontdekken. Ze was er nog niet, maar hij hoefde toch niet lang te wachten tot hij haar uit een taxi zag stappen en hij was bij den ingang ora halr te verwelkomen toen ze de vestibule binnentrad. Theedrinken in de Plaza was voor O'Malley geen onbekende luxe, maar bg deze gelegenheid, evenals bij de overige, was hij bij het vooruitzicht ervan even opgewon den als een kleine jongen, die naar een cir- Claudia, slank en bekoorlijk als haar beeld in zijn gedachten leefde, kwam door de deur en gaf hem een hand. Hij begroette haar glimlachend en ze beantwoordde zijn glim- ïach, haar oogen op zijn gelaat gericht. Eensklaps was zijn blijde opgewondenheid om deze ontmoeting weggevaagd door bezorgd heid voor haar. Maar hij zei niets tot ze voorge gaan was naar een afgelegen tafeltje in de groote, koele palmen-zaal en hij een stoel voor haar had bijgeschoven. Toen nam hij plaats en sloeg haar bleek en bedrukt ge zicht gade. Een van Claudia's meest aantrekkelijke eigenschappen was een ondefinieerbare, waar dige reserve, haar rustig evenwicht en haar zelfbewustheid. O'Malley was er vanaf het eerste oogenblik door gecharmeerd geweest. Nu zocht hij er vergeefs naar. Maar deze eigenschappen hadden nu plaats gemaakt voor iets wat hem oneindig lie ver was, want de mooie oogen, die in de zijne blikten met een onbewust beroep op hem spraken een onmiskenbare taal voor hem. En hij werd zich bewust dat Claudia, achter die evenwichtige terughoudendheid eigenlijk nog een half kind was. Het kind had van daag de boventoon: een angstig, verdrietig kind. En ze was bij hem gekomen om ge rustgesteld en getroost te worden. Hij boog zich dichter naar haar toe. Ik zal thee bestellen. En dan vertelt u mij wat er is, nietwaar? De vriendelijkheid in zijn stem ontroerde haar. Er kwamen tranen in haar oogen, maar ze veegde ze weg, knikte zonder iets te zeg gen en gaf he meen bevend glimlachje, waar van hij volkomen weg geweest zou zijn, als het niet al zoover met hen geweest was. Een kellner was naar hun tafeltje gekomen en hield zich tactvol op een afstand. O'Malley bestelde wat ze den vorigen dag graag gehad had. Daarna knikte hij goedkeurend, toen de kellner de bestelling herhaalde en wendde zich weer tot zijn gezellin. Vertelt u me eens, drong hij zacht aan, is er iets gebeurd? Haar oogen werden groot van verbazing. Hebt hebt u de krant niet gelezen? fluisterde ze. O'Malley schudde het hoofd. Ik heb het te druk gehad. Zegt u het me maar Hij is verdwenen, mr. O'Malley. Ik heb niet van hem gehoord. Ik heb hem sedert eergisteravond niet gezien. Ik ik weet ni^t wat ik doen moet Met trillende lippen wendde ze zich af. En er stonden de vreeselijkste dingen in de krant, die vanmiddag verscheen, ver volgde ze na enkele oogenblikken. Eerst stond er dat hij verdwenen was. Iemand moet per telefoon met een van de bedienden ge sproken hebben. En op een andere plaats stond een beschouwing over den moord op mr. Bindles. Er werd gesproken over een op zienbare onthulling en daarbij werden bedek te toespelingen gemaakt dat VVards plotse linge verdwijning wel eens meer dan toeval kon zijn! Ik kan me niet voorstellen wat ze daarmee bedoelen. En ik durf naar geen van onze kennissen te gaan. Ze zouden vragen stellen enen Hebt u er eenig idee van waar hij kan zijn? vroeg O'Malley. Neen! John, die jarenlang als bediende bij Ward is, zegt maar steeds dat ik mij niet ongerust moet maken. Maar iets definitiefs kan hg mij ook niet vertellen. Ik ik wil u niet lastig vallen, mr. O'Malley, maar Julian is zoo jong. Kunt kunt u mjj misschien raden wat ik moet doen? Een smeekbede als deze vond rechtstreeks den weg naar O'Malley's overvol hart. Zjjn oogen werden eensklaps donker van onver holen teederheid. Een ondeelbaar oogenblik leek het hem, dat een zacht licht in de hare hare antwoordde, maar haar wimpers gingen bijna dadelijk omlaag. Hij zag een zacht- rooden gloed in haar hals en op haar wangen. Het kostte hem eenigen tijd om te herstel len van den zaligen schok die die blik hem gegeven had. Toen kon hjj zichzelf wel om de ooren slaan dat hij haar in deze omstan digheden in verwarring had gebracht. Hij be- heerschte zich. Miss Hunt, zei hij snel, ik zou heele- maal niets doen. Ik weet niet wat ik er van moet denken. Maar ik ben overtuigd, dat ik iets bepaalds op het spoor ben. En ik weet ook zeker, dat uw broer, waar hjj ook mag zjjn, uitstekend in staat is om op zichzelf te passen. Het komt me voor dat wat u ook mag ondernemen, dwars tegen zjjn plannen zou kunnen ingaan. We hebben immers geen enkele reden om te veronderstellen dat zjjn zijn verdwijning, zooals u het noemt, niet geheel vrijwillig van zijn kant zou zijn. Claudia keek op. Haar blik was weer neu traal. U bedoelt dat u niets zoudt doen in mijn geval? Maar misschien heeft hjj hulp noodig. O, denkt u dat u gauw kunt ontdek ken wat dit allemaal te beteekenen heeft? Dat hoop ik, antwoordde O'Malley. Ik zal tenminste mijn uiterste best doen. En wat u betreft, ik zie niet in wat u zou kun nen doen. Als u zou willen zeggen wat er dien avond in zjjn kantoor gebeurd is, toen u hem dien brief bracht dan zou mij dat op weg kunnen helpen. O, dat doe ik liever niet! riep ze. Ziet u, ik hoorde toevallig iets dat een ander betrof. Als u erop aandringt zal ik het u zeggen. Ik zal doen wat u het beste vindt. O'Malley schudde het hoofd. Dan maar beter van niet. Ik kan ten slotte ook niet zeker zeggen dat het ons hel pen zou. En ik hoop, dat ik binnenkort iets definitiefs weet. Het heele geval is een ver ward mysterie en ik zou dolgraag met Bar- rett zelf spreken. Maar het komt zeker in ord. Dat zult u zien, miss Hunt. Gelooft u niet wat de krant schrijft? O'Malley loog zonder een zweem van aar zeling. Geen woord! Echte krantensensatie. Het publiek wil dat nu eenmaal. Claudia keek opgelucht, toen glimlachte ze tegen hem. U verstaat de kunst iemand op te beu ren, mr. O'Malley. Wordt vervolqi.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 7