Slachtoffers van H. Ms. Van Gelder teraardebesteld HEUMATIEK Wederom in afwachting Verkeersagenten Vrijdag 6 October 1939 Tweede Blad Een droeve plechtigheid op de Alg. Begraafplaats te Huisduinen Burgerlijke Stand van Den Helder Ernstige aanrijding in de Koningstraat Collectrices gevraagd Pas °P Er is esn R in de maand Gistermiddag ia het stoffelijk overschot van korporaal-machinist Kruisland op den doodenakker te Huisduinen ter aarde be steld. Met militaire eer geschiedde de laat ste gang van dezen Nederlandschen ma rineman en velen sloegen langs den weg de sobere plechtigheid gade. Het was som ber weer en ook dat gaf waarschijnlijk deze begrafenis zoo'n intens droef karak ter. Zeer sterk hebben velen dien middag iets gevoeld van de tragiek, die ligt in het heengaan van die menschen, die niets anders deden dan hun plicht om hun land te beschermen tegen thans oorlog voerende naties. Onwillekeurig komen ons de kortelings door schout bij nacht Jolles gesproken woorden in herinnering: „Dat zij niet vielen tijdens het verrichten van toravour-werk, dat zij niet vielen als hel den op het slagveld, doch alleen maar bij de uitoefening van hun dagelijksch werk." Juist daarin schuilt een tragiek, die gis teren aan den Buitenkant velen in het diepst van hun hart gevoeld zullen heb ben. In de rouwkamer. In het Marine Hospitaal waarvan de vlag halfstok hing, was wederom de rouwkamer ingericht voor deze plechtigheid. Wederom stond een stoffelijk overschot van een marine man opgebaard, wederom brandden daar de lampen tusschen he*' zwarte vloers van het rouwdoek, en we1'""'" "ermengden zich in deze kamer de geuren van velerlei prachtige bloemen. Van rozen, chrysanten, aronskelken en lelies. Daar waren bloemstukken van de ge- heele Nederlandsche Marine, van het ge meentebestuur van Den Helder, van de opvarenden van H. Ms. „Jan van Gelder", van de opvarenden der divisie mijnenve gers, van „langenooten en kennissen", van het Heldersche Zeemanshuis, van het Propaganda-comité Suriname (Kruisland was een Surinamer), een „laatste groet van de Surinamers", van „Molly aan boord H. Ms. Maurits van Nassau", en voorts van verschillende familieleden en ken nissen. Het geheele interieur ademde goeden smaak en was met veel gevoel door den heer Kort man gearrangeerd. De stoet. Om kwart over één nam Kruisland's laat ste gang een aanvang. Zoodra de stoet zich in beweging zette, klonk een hoornsignaal op het Wachtschip en werd door de bemanning aan dek de houding aangenomen. Voorop loo- pen de tamboers en pijpers. Twee van ieder. Zwarte floersen dekken de trommen. Ernstig staat 't gelaat van deze muzikanten van de treurmuziek. Achter hen komt het uit 8 man bestaande vuurpeleton en daarachter de dragers. Zes korporaals, dezelfde rang dus als de over ledene. Dan volgt de lijkwagen, waarin zich tevens de bloemen bevinden. Vier slippendra- gers flankeeren de auto, en het zijn vier lands lieden van wijlen Kruisland: Surinamers. Ach ter hen komt de leider van de begrafenis, de luitenant ter zee 2e kl. S. L. de Jong, en daarachter schrijden de opvarenden van H. Ms. „Jan van Gelder" en „Abraham van der Hulst". Tenslotte is er nog een deputatie van de verschillende schepen en maritieme in richtingen, en een volgauto. Via 't Havenplein... Het is de oude weg, die de stoet volgt. De weg via het Havenplein. Het Havenplein, met zijn monument „Voor hen die vielen", dat de ze dagen een sombere realiteit geworden is. De vrouw en het kind van dit monument zijn méér geworden dan symboliek alleen. De trommen roffelen en de pijpers blazen. Het zijn al bekende klanken, maar klanken die op dezen somberen, in-triesten dag brj ieder marineman wel zeer droeve gedachten oproepen. En bij de militairen niet alleen. Op de Hoofdgracht staat voor het Hoofdkwartier van de stelling Den Hel der de wacht aangetreden, die het saluut brengt. Op de hoeken der straten groept publiek samen. Via Kanaalweg en Kerkgracht gaat het langs het stadhuis, alwaar de gemeentevlag halfstok hangt. En dan trekt de stoet ver der over het Singel en zoo naar den dooden akker. Op de begraafplaats. Op de algemeene begraafplaats hebben zich zeer velen verzameld om dezen gevallen ka meraad de laatste eer te bewijzen. Daar staat zijn hoogste chef, de commandant der Marine, schout bij nacht H. Jolles, als vertegenwoor diger van den minister van Defensie en van den opperbevelhebber van Land- en Zeemacht. Schout bij nacht Jolles is vergezeld van zijn adjudant den luit. ter zee der le kl. B. J. Vel- derman. Daar is als vertegenwoordiger van den Chef van de Marinestaf, de kolonel J. G. v. Hengel. We zien er den burgemeester en den gemeentesecretaris. Een deputatie van de Landmacht, bij wie majoor v. d. Blom, de vlootpredikant Ds. Vaandrager en tal van of ficieren onderofficieren en minderen. Honder den burgers zijn aanwezig. Naast de graven van de beide officieren van H. Ms. v. Ewijck, waarop nog de doode bloemenkransen, verwaaid en ver regend liggen, is een nieuw graf gedolven, waarin Kruisland zal worden neergelegd. Als de stoet het plein opgereden is, en het gewapend detachement zich naast de baar heeft opgesteld, tillen de dragers de kist met het stoffelijk overschot, die gedekt is met de Nederlandsche vlag, uit de auto en plaatsen haar op de baar. Eenige kransen worden op de kist gelegd, waaronder die van de Marine, witte en paar- sche dahlia's en blanke lelies, een lint met de kleuren van de vlag. Een salvo vuur wordt gegeven en dan wordt de laatste gang naar de groeve gemaakt. Het is doodstil op de be graafplaats. Slechts het klagelijk huilen van den wind door de groene sparren wordt ge hoord. Als de kist boven de groeve staat wordt opnieuw een salvo vuur gegeven en terwijl de geweren worden gepresenteerd en door de militairen het militair saluut wordt gebracht en de burgers het hoofd ontblooten, daalt de kist. Een laatste salvo vuur wordt gegeven. Toespraak commandant Marine. Met ontbloot hoofd spreekt schout bij nacht Jolles een afscheidswoord. Opnieuw staan wij tegenover de Majesteit van den dood. Weder om heeft de Nederlandsche Marine een groo- te slag getroffen door het op een mijn stoo- ten van H.Ms. „J. v. Gelder", waarbij een aantal mannen het leven verloor. Een van die slachtoffers ben jij, Kruisland. Wij zijn hier gekomen als vertegenwoordi gers van den minister, van den opperbevel hebber van Land- en Zeemacht, van den chef der Mairnestaf, autoriteiten van de stad Den Helder, afgevaardigden van de Kon. Land macht, mede opvarenden van de „Jan van Gelder" en afgevaardigden van de Kon. Ma rine. Doch wat baat het?. Wrj kunnen jou de R van Rauw weer op komst. Ge voelt het aan Uw rheumatiek. Waarom zoudt ge nog langer door 't leven gaan als 'n wandelend weerglas, met scheuten en pijn bij iedere aanwijzing van ander weer? Het rheumatiekseizoen staat voor de deur, maar het is nü nog tijd. Neem Kruschen Salts. De aansporende werking van Kruschen's zes minerale zouten op lever, nie ren en ingewanden heeft een weldadige invloed op Uw heele gestel. Dat komt omdat dje tot nieuwe werking opgewekte organen Uw bloed zuiveren van alle overtollige schadelijke zuren, die zich nu ophoopen in het gestel en oorzaak zijn van Uw klachten. Begin vandéég Uw kuur, om straks te ei-varen, dat ge vrij blijft van de ondragelijke pijpen, die U nu het leven vergallen. Kruschen Salts, verkrijgbaar bij apothekers en drogisten a 0.40, 0.75 en 1.60 (extra groot pak). Fabrikanten: E. Griffiths Hughes Ltd., Manchester (Engeland). Opgericht 1756. (Adv.) het leven niet meer teruggeven. Je bent van ver weg gekomen om het vaderland te dienen en je hebt deze daad met den dood moeten bekoopen. Wij zijn niet in den oorlog, maar als er ooit sprake is van het vallen op het veld van eer, dan is er hier sprake van. Ginds treuren je familieleden. Wij roepen je, namens allen toe: Rust zacht. Afscheidswoord van den comman dant van H.Ms. „v. Gelder". De commandant van H.Ms. „J. v. Gelder", de luit. ter zee le kl. C. Y. Fraser, herinnert er aan, dat het op den dag af acht jaar is, dat Kruisland in dienst kwam. In den korten tijd, dat ik je ken, heb je je doen kennen als een voorbeeldig onderofficier, zoo zegt de heer Fraser. Het vervult ons met groote droefheid, dat gelijk aan jou nog aan 2 flinke makkers een afscheid moet worden toegeroe pen, die vandaag eveneens ter aarde worden besteld. Niet alleen je familie, ook de menschen van de „v. Gelder" zullen je in herinnering hou den. Namens den bond van Surinamers te Amsterdam, brengt een onderofficier van de Marine een laatsten groet. Woord van troost en bemoediging. De vlootpredikant, Ds. Vaandrager, spreekt hierna een woord van troost en bemoediging'. Heden zou de „J. v. Gelder" binnenkomen en de opvarenden zouden een oogenblik de ge varen mogen vergeten,, waaraan zij dagelijks zijn blootgesteld. Nu zijn er echter onver wachts opgeroepen voor groot verlof, waar van zij niet meer zullen terugkeeren. Ik denk aan hen, die ver van hun land aan de groeve worden toevertrouwd. De Surinamers zijn zoo gebonden aan den bodem van hun vader land en onder de vele kransen, is misschien wel het aandoenlijkst, die van hun landge- nooten. Spreker herinnert aan het woord, dat we schreven bij de ramp, dat menschenwoorden hier moeilijk kunnen troosten, maar dat deze wetenschap een troost is, dat ons leven be rust in handen van den Almachtige, die in zijn oneindige wijsheid en liefde het uur van onzen dood bepaald heeft. Dit is de eenige troost, dat God zich niet vergist. Dit geeft ook kracht en sterkte aan allen brj de Ma rine, die daarvan doordrongen zijn en geroe pen worden hun gevaarlijk werk te verrich ten. Het moet ons treffen, dat wanneer een ongeluk gebeurd, er zoo dikwijls een tweede op volgt. Dat is geen speling van het noodlot, maar ook hier hebben we de zekerheid, dat er Eén is, die alle dingen beschikt. Deze roep stem gaat uit tot de strijdmakkers van Kruisland, dat God in Jezus Christus zonde en dood overwonnen heeft en dat, wie in Hem gelooft, niet zal sterven, maar naar het woord van den Heiland, het eeuwig leven heeft. De leider van de begrafenis, de luit. ter zee De Jong, bracht namens de familie een woord van dank aan autoriteiten en belang stellenden. Het vuuypejeton lost een qalvo de groeve. Wij hebben eenigen tjjd op de drukke uren van den dag verkeersagenten ge had op die punten van de stad, waar het verkeer, zonder regeling zoo licht in een knoop kan komen en aanleiding tot ongelukken kan geven. Ze zijn ver dwenen, die regelaars van het verkeer, waarom is ons niet duidelijk, want het verkeer in onze groeiende stad wordt er niet rustiger op en vooral om twaalf uur en om half zes en ook by het aan gaan van de Marinewerf, zijn er hon derden en honderden fietsers en voet gangers in het centrum van de stad. Het zou daarom wel wensehelijk zijn, op die punten, die de politie zelf het beste kan beoordeelen, gedurende een half uur, een agent te plaatsen, die regelend op kan treden. Gisterenmiddag gebeurde een vrij ernstig ongeluk op den hk. Koning straatSpoorstraat en wjj vernamen van bewoners daar, dat men vaak z'n hart vasthoudt over de groote drukte op dezen hoek. Hetzelfde heeft men by de Spoorstraat, hk. Keizerstraat, bij Kei zerstraat, hk. Sluisdijkstraat, waar vier wegen op elkaar uitkomen, op het Ko ningsplein, waar de toestand echter nogal overzichteiyk is. Voorts bij den Overweg en wellicht op nog andere punten van de stad. Misschien kan het hoofd van de politie dit eens in overweging nemen, daar op de drukke uren een van zijn mannetjes te posten. Men leert daardoor tevens zich aan (je regelen van het verkeer te houden en zoo werkt deze maatregel ook preventief. Teraardebestelling matroos J. Bimmel. Hoezeer de burgerij van Vlissingen mede leeft met de marine kwam overduidelijk tot uiting in de zeer groote belangstelling, die er bestond voor de begrafenis van den matroos le klasse J. Bimmel, een der slachtoffers van de ramp met Hr. Ms. „Jan van Gelder". Voorafgegaan door tamboers en pijpers en gevolgd door een groep marinemannen, waarbij een deputatie van de „Jan van Gelder" het geheel onder leiding van den luitenant ter zee 2e klasse W. Hees, schreed de stoet naar de algemeene begraafplaats. Daar bevonden zich o.a. de kapitein ter zee A. M. Hekking, chef van den mijnendienst, tevens vertegenwoordi ger van den Oppervervelhebber van land- en zeemacht en van den chef van den Marinestaf te Den Haag, verder de kapitein-luitenant ter zee J. C. Cornelis, die den minister v. Defensie vertegenwoordigde en den commandant van de marine te Willemsoord, voorts de luitenant ter zee le klasse T. K. baon van Asbeck als oudste commandant van de te Vlissingen gestation- neerde mijnenleggers en de burgemeester van Vlissingen, de heer Van Woelderen, terwijl zich bij de geopende groeve hadden opgesteld depu taties van de te Vlissingen gelegerde land macht onder commando van kapitein A. de Wit en deputaties van de mijnenleggers. Nadat het vuurpeleton de gebruikelijke eer bewijzen had gebracht, sprak de luitenant ter zee le kl. T. K. baron van Asbeck als oudste manningen van de mijnenleggers. „Gij zijt", aldus spreker, „gevallen in dienst van Konin gin en Vaderland. Deze wetenschap zal ons marinemannen, sterken in de uitoefening van onzen plicht". De vlootpredikant, Ds. J. v. d. Giesen, sprak woorden van troost tot de familie. Na te zijn voorgegaan in gebed, dankte spr. voor de groote belangstelling. Korporaal Grootjans' laatste gang. Ook te Middelburg trok een droeve stoet door de stad: het stoffelijk overschot van den korporaal-konstabel van de „Jan van Gelder" C. J. Grootjans werd met militaire eer ter aarde besteld. Langs den langen weg, dien de droeve stoet volgde, stonden ondanks den stroomenden regen duizenden opgesteld. De baar met de nationale driekleur en een schat van bloemen gedekt, werd voorafgegaan door een vuur peleton met tamboer en pijper en een depu tatie van de „Jan van Gelder", terwijl twee detachementen van de marine uit Vlissingen den stoet sloten. Als slippendragers fungeer den collega's van den overledene. Op de begraafplaats waren o.a. aanwezig de commandant van Zeeland, schout-bij-nacht H. J. van der Stad met zijn adjudant, kapitein H. W. Donker, als vertegenwoordiger van den minister van Defensie, van den opperbevelheb ber, van den chef van den marinestaf en van den commandant der marine te Willemsoord. Nadat het vuurpeleton enkele salvo's gelost en de eerewacht betrokken had, voerde kapt.- luitenant ter zee W. v. d. Donker voor de ge opende groeve het woord. Hij gewaagde van de tragische omstandigheid, dat de overledene kortgeleden gepensionneerd was. Wel niemand zal hebben bevroed, dat hij enkele maanden later in 's lands dienst zou vallen. Onze innige deelneming gaat uit naar de nabestaanden. Mogen zij de kracht vinden dezen slag te dragen. Vlootpredikant J. v. d. Giesen sprak een woord van troost tot weduwe en zoontje. Na mens de familie bracht hij dank aan de auto riteiten, officieren en manschappen voor hun medeleven en de wijze, waarop de familie werd bijgestaan. Ook H. M. de Koningin heeft in een bemoedigend schrijven Haar deelneming geuit. DE TOESTAND VAN HET JONGETJE HELLENDOORN. Naar wij hedenmorgen vernamen is de toe stand van het kind, dat Woensdag een trap van een paard kreeg, nog hoogst ernstig. Men vreest voor het leven van het kind. GETROUWD: D. J. M. van Maanen en G. van den Bosch; P. P. van Oosterum en F. Slot; J. Hoefnagel en A. Pasterkamp: K. Bijl en P. M. Witters; J. Röge en M. A. Verver; G. E. Koger en A. W. Grommel. BEVALLEN: A. ZeemanZeeman, d.; J. G. Slotvan de Ree, d.; A. M. AgemaSaen- ger. z.A. M. Schellinger-Stroband z. OVERLEDEN: G. P. van Baaren (m.) 11 d. We zijn de laatste maanden nogal eens in afwachting geweest. Telkens weer was men internationaal vastgeloopen in onderhandelin gen of anderszins en telkens werd, dan van deze en dan van die zijde, een poging onder nomen, om de onderhandelingen weer op gang te brengen of een voor de deur staande ramp te vermijden. Vandaag wachten we weer op wat Hitier te vertellen zal hebben en of dat gene, wat hij naar voren zal brengen aanleiding kan zijn tot uitstel van de groote menschenslachting, die totalitairen oorlog heet of dat Engeland en Frankrijk geen enkele reden in de toespraak van den Duitschen Führer zullen vinden om den strijd nog langer uit te stellen. Want hoe het zij, hevig gevochten wordt er nog steeds niet. Aan het Westelijk front blijft de strijd tot enkele plaatselijke acties beperkt en wanneer we niet telkens ver namen, dat er handelsschepen of oorlogs bodems in den grond werden geboord trouwens ook lang zooveel niet als in 1914 dan zouden we ons op een uitge doofde vulkaan kunnen denken. Dat is helaas niet het geval, het rommelt onder onze voeten en de lava vloeit langzaam uit den open kratermond. Er zijn teekenen, die wijzen op hevige erupties en op een mogelijke ver nietiging van de wereld waarop wij rond gaan. Wij wachten af, wat Hitier vanmiddag te vertellen heeft, of liever, reeds gesproken heeft, want als de krant in de bus ligt, heeft de Duitsche Führer het woord reeds gevoerd en kan men voor ons kantoor de bulletins lezen van den korten inhoud van zijn toe spraak. In welingelichte kringen gelooft men, dat Hitier niet met omlijnde vredesvoorstel len zal komen, maar dat hij slechts den wil van Duitschland om dezen oorlog niet voort te zetten, naar voren zal brengen. Deze mede- deeling zal echter, naar alle waarschijnlijk heid, door Engeland en Frankrijk voor kennis geving worden aangenomen en als Hitier dus inderdaad met geen positieve voorstellen komt, die het aannemen waard of althans het overwegen waard zijn, dan mag men binnen korten tijd groote offensieven verwachten. Duitschland houdt daar schijnbaar reeds rekening mee en de concentratie van belang rijke Duitsche eenheden achter de Siegfried- linie, langs de Belgische grens, is niet be moedigend. Heel de wereld hoopt, dat de groote strijd zal worden afgewend, maar heel de wereld vreest, dat dit niet meer moge lijk zal zijn. Laat ons rustig afwachten Gisterenmiddag om ongeveer 12 uur heeft een vrij ernstige aanrijding plaats gehad in de Koningstraat, hk. Spoorstraat. De kantoor- looper van de rijkswerf A. Dienaar, wonende in de Langestraat, kwam op dat uur van de Marinewerf en reed op zijn rijwiel, met vrij groote snelheid de Koningstraat in. Naast de zaak van den heer Coltof stond een vrachtauto van den heer Zon uit Julianadorp geparkeerd, terwijl een militaire auto dezen vrij grooten vrachtauto passeerde, kwam de bestuurder van den vrachtauto aan den straatkant uit zijn cabine. Deze verboden manoeuvre, iedere bestuurder behoort aan den trottoirkant uit te stappen, noodzaakte Dienaar, die juist tus schen de auto's door wilde rijden, naar links uit te wijken en daardoor kwam de jongeman met den militairen wagen in botsing, sloeg van zijn rijwiel en kwam met zijn hoofd tusschen patbord en achterwiel van den militairen auto. Deze stond gelukkig direct stil, doch het hoofd van D. was vrij ernstig gewond en bloedde tamelijk hevig uit verschillende wonden. Eenige juist passeerende marineofficieren legden den man op het trottoir en zetten, met behulp van enkele soldaten, de omgeving af. Een arts werd gewaarschuwd en binnen korten tijd was een marinedokter ter plaatse, terwijl ook dokter Rienks spoedig arriveerde. Het slachtoffer werd op een brancard gelegd en naar de politie-auto, die intusschen was aan gekomen, gedragen, waarna hij naar het Marinehospitaal werd vervoerd. Hier bleek bij onderzoek, dat hij een lichte hersenschudding had opgeloopen. Ter plaatse van het ongeluk werd door de politie proces-verbaal opgemaakt. De Afd. Den Helder van de Ned. Ver. van Huisvrouwen vraagt voor haar speldjesdag, welke Zaterdag 7 Oct. a.s. wordt gehouden ten behoeve van het breien voor gemobiliseerden (bivakmutsen, polsmoffen, enz.), nog eenige collectrice's, welke zich kunnen opgeven Vrij dag 6 Oct., 's middags tusschen 4 en 6 uur, in Casino. Wie geen collectant ontmoet, gedenkt het gironummer 168372 van de Afd. Den Helder van de Ned. Ver. v. Huisvrouwen. GEEN BRANDEND ACHTERLICHT. Tegen een tweetal personen werd gisteren proces-verbaal opgemaakt terzake het fieten zonder dat op het rijwiel een brandend achter licht aangebracht was.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 5