FRANKRIJK Verantwoordelijkheid voor den volgenden oorlog VOREN SCHAT 364 gevechten in één maand heeft een tunnel noodig Het geheim van de Radioprogramma om het thoepentransport onder het kanaal mogelijk te maken. waarom lord wolseley er niets van wilde weten. feuilleton. Het Meisje uit den exprestreirc „op de schouders van hen, die hitlers vredelievende voor stellen miskennen". de voorstellen van hitler. Fransche communisten voor den rechter verre oosten. Duitschlaod bevreesd voor binoenlaadschen vijand Huwelijksleeningen door: A. PANDOR Van Fransche zijde wordt opnieuw betreurd, dat de plannen voor een tunnel onder het Kanaal tengevolge van de tegenwerking van Engeland nooit tot uitvoering zijn gekomen. Voor het ongehinderde transport van troepen en oorlogsmateriaal zou deze tunnel onschatbare diensten hebben kunnen bewijzen, zoowel in den we reldoorlog als onder de tegenwoordi ge omstandigheden. Men kent de geschiedenis van de plan nen voor den aanleg van een tunnel onder het Kanaal, welke een directe, gevaarlooze verbinding zou hebben moeten vormen tus- schen Frankrijk en Engeland; tweemaal in den tijd van vijftig jaar heeft men op het punt gestaan, tot den aanLg te besluiten doch beide keeren zijn het merkwaardiger wijze de Engelsohe militaire autoriteiten ge weest, die op het laatste oogenblik hun veto er over hebben uitgesproken. Reeds in 1882 waren alle plannen gereed. Niets scheen de uitvoering van het groote werk meer in den weg te staan. Er was zelfs reeds een wets ontwerp ingediend in het Lagerhuis; doch op het laatste oogenblik meende een Engel- sche commissie het oordeel te moeten inwin nen van veldmaarschalk Lord Wolselcy, op perbevelhebber van de Engelsche legermacht. Tot de algemeene verbazing luidde diens ad vies afwijzend. Hij verklaarde, de grootst mo gelijke bezwaren te hebben tegen het gra ven van de tunnel! Volgens hem zou het Vereenigde Ko ninkrijk daardoor blootstaan aan een inval van een vreemde legermacht. „Wanneer een buitenlandsche vijand er in slaagde, zich ook maar gedu rende enkele uren meester te ma ken van den uitgang in Engeland, zou hij zooveel troepen in Engeland kunnen werpen, dat men daaraan geen weerstand zou kunnen bieden." Aldus luidde zijn oordeel, waarvan hij niet af te brengen was. Ondanks het welsprekend pleidooi, dat niemand minder dan Gladstone ten gunste van den tunnel hield, werd het voorstel verworpen met 234 stemmen tegen 153 stemmen. Engeland's „splendid isoia- tion" was gered! Tegenwoordig heeft de vijand geen tunnel noodig om een inval te doen. Een bepaald verwijt kan men er Lord Wolseley niet van maken, want in zijn tijd behoefde men nog geen rekening te houden met vliegmachines en onderzeeërs, om de eenvoudige reden dat deze nog niet beston den Doch in 1930 bestonden zij wèl en vorm den zij een veel ernstiger bedreiging dan een onderzeesche tunnel, welke bovendien in een minimum van tijd onbruikbaar kon worden gemaakt. Vooral de onderzeeërs leverden een voortdurend gevaar op voor het vervoer van troepen en goederen over het Kanaal. Toen de nieuwe plannen dan ook ter tafel werden gebracht, volgens welke het aanleggen van de tunnel vier jaar zou duren en dertig mil- lioen pond sterling zou kosten, twijfelde nie mand er aan of de tunnel zou thans tot stand komen. Inderdaad genoot het nieuwe plan een zeer gunstige ontvangst. Doch Ram- say MacDonald, destijds eerste minister, wenschte eveneens de militaire overheid er in te kennen. En ziehier het advies van die zijde, hetwelk ten tweede male een dood- Naar het Engelsch bewerkt dooi J. van der Sluys 28. „Defect aan een van de achterbanden, legde zijn metgezel uit. „Ik heb het in Holt opgemerkt. Het is heel goed aan de indruk ken van den band te zien. Vooruit maar, full speed vooruit." Sheringham Cromer! De beide namen flitsten Freddy plotseling door den geest. Twee vacantie-oorden, naar één waarvan Miss Leveridge had willen reizen en hij naar het andere! Het kon wonderlijk loopen Ze jakkerden zwijgend over den weg tus- Schen Sheringham en Cromer. „Daar is de kerk van Cromer," wees de reverend, toen zij den top van een heuveltje bereikt hadden en de aangeduide stad bene den zich zagen. Aan hun linkerhand was de Zee. Vooraan was de groote kerktoren, bijna onnatuurlijk in zijn maanverlichte helderheid; verderop strekte zich de pier uit. En onder de daken, die zich aan Freddy's oogen op deden, sliep menigeen, die met hem om uur 18 op reis was gegaan, den verkwikken- den slaap van den vacantieganger. Ze reden Cromer binnen. Cromer is een kleine, smalle doolhof. Elke Weg schijnt naar eiken anderen weg te lei den, totdat je op 't centrale plein komt, waar de oude kerk de heerschappij voert en waar geen enkele straat verbinding heeft met haar buurvrouw. Je draait een paar hoeken om en komt tot de conclusie, dat je bijna juist nog daar bent, waar je begon! En de stad heeft zelfs den weg langs de kust niet toegestaan ononderbroken zijn loop te vervolgen. m Cromer weer aan het andere einde langs en Zee-boulevard te kunnen verlaten, moet je door den dolhof kruipdoor-sluipdoor spelen. Ergens in dien doolhof wurmden twee ma chines. vonnis beteekende: „De verdediging tegen een tunnel, uitmondend in de onmiddellijke nabijheid van de kust, zou zoo kostbaar zijn en tegelijkertijd zoo onvoldoende, dat men zich moet afvragen, of het niet aanbevelens waardiger zou zijn, de tunnel verderop, meer in het binnenland, te laten uitmonden. Doch dit zou den aanleg van nieuwe spoorwegen vereischen en jaarlijks aanzienlijke bedragen moeten uittrekken voor het vestigen en on derhouden van een garnizoen en een lucht macht bij den uitgang van de tunnel". Zoo werd de aanleg van deze toch zoo noodza kelijke verbinding voor de tweede maal van de baan geschoven; en het staat te vreezen, dat ook de generaties na ons de verwezen lijking niet zullen beleven. Een eenmaal ge vestigd wanbegrip heeft een taai leven Het Russische blad „Izwestia" schrijft in een hoofdartikel „Oorlog of vrede": De buitengewoon snelle uiteenvalling van het staatsorga nisme Polen was een onbetwist baar bewijs voor zijn niet-levens vatbaarheid en neemt de motieven weg voor een voortzetting van den oorlog in West Europa. Zelfs blin den kunnen thans zien, dat de Poolsche staat in zijn vroegeren vorm en op zijn oude grondgebied niet weer kan worden 'opgericht. Dit is de reden waarom een voortzetting van den oorlog geenszins kan worden ge rechtvaardigd en dit een onverstandig bloedbad zou zijn. De staking van dezen oorlog zou beantwoorden aan de belan gen der volken van alle landen." Sprekende over de voorstellen van Hitier merkt het blad op, dat „zij kunnen wor den aanvaard, verworpen of aan eenige wijziging worden onderworpen. Men kan niet miskennen, dat zij in ieder geval kunnen dienen tot werkelijke en feitelijke basis voor besprekingen, welke ten doel hebben zoo spoedig mogelijk vrede te slui ten". Het blad besluit: Alles wijst er op, dat leidende Engelsche en Fransche kringen weinig bezorgd zijn over het lot van Po len of de bevrijding van het Duitsche volk van het regiem van Hitier. Deze staten concentreeren in hun handen de verplette rende meerderheid der koloniale bezittin gen. Het is blijkbaar de wensch deze reus achtige bezittingen te behouden tegen de Duitsche aanspraken in en er hun overhcer sching te handhaven zonder een deeling, welke de ongecontroleerde uitbuiting ver zekert van millioenen koloniale slaven, die het meest effectieve motief vormt voor het belang der regeeringen van Groot Rrit- tannië en Frankrijk in een oorlog tegen Duitsehland. Een poging de vredelievende voor stellen van Duitsehland te mis kennen beteekent het aangaan van de verantwoordelijkheid voor de ontketening van den oorlog en voor het enorme aantal slachtoffers en verwoestingen, welke de oorlog veroorzaakt. Vrede of oorlog, dat is de vraag. Voor standers van de leuze, „oorlog tot een over winning" zijn vóór een oorlog en tégen den vrede. Wie van dezen oorlog om de wereldhegemonie ook profiteert, de arbei dersklasse kan er slechts het slachtoffer van zijn, zoo besluit de „Izwestia". De in de provincie gearresteerde Fransche communistische kamerleden zijn gistermor gen naar het paleis van Justitie te Parijs geleid en voor den rechter van instructie bij den derden krijgsraad gebracht. Na een verhoor te hebben ondergaan zijn zij beschuldigd van overtreding van hst wetsdecreet van 26 September 1939 en op gesloten in de Santé-gevangenis. Volgens een mededeeling der Japansche militaire autoriteiten hebben de Japansche strijdkrachten in September in de provin cie Sjansi 364 gevechten geleverd met Chineesche militairen en guerillatroepen, welke in het geheel 72.900 man sterk zijn. De Chineezen hebben 4190 dooden op het slagveld achtergelaten, terwijl 680 man werden gevangen genomen. De buit bestond uit een loopgraafmortier, 11 zware machi negeweren, 22 lichte machinegeweren, 24 automatische geweren en 670 geweren. Speciale dienst opgericht tegen verraad en sabotage. De Berlijnsche correspondent van het Deensche blad „National Tidende" meldt, dat door vroegere S.S.- en Gestapoleiders een nieuwe socialistische organisatie is opgericht, genaamd „Volksmeldedienst", wel ke „binnenlandSche vijanden" van het Duitsche rijk moet opsporen. In alle deelen van Duitsehland zullen afdeelingen worden gevestigd „om spoedig al degenen te vinden die schuldig zijn aan politiek verraad en sa botage of aan daden die indruischen tegen de beste belangen van het rijk". Elk lid van dezen dienst zal hierop acht. moeten slaan, en zelfs zijn eigen buurman moeten aanklagen, indien deze anti-Duitsche pro paganda verspreidt. Leider der nieuwe or ganisatie is Heiderioh, die verklaarde, dat hiermede een nieuwe waarborg is verkre gen voor Duitschlands veiligheid. Meer dan honderdduizend aan vragen in Italië. Van Juli 1937 tot Juni 1939 zijn in Italië 118.000 aanvragen gekomen voor huwelijks leeningen tot een bedrag van in het geheel 323 millioen lire. 91.000 aanvragen tot een bed-rag van 151 millioen werden ingewilligd en 18.000 afgewezen, aangezien niet vol daan was aan de gestelde voorwaarden. 8000 aanvragen zijn nog in behandeling Zestien percent der aanvrage kwam uit Sicilië, 9,4 procent uit Calabric. Een avontuurlijke reis naar de ontoegan kelijke oerwouden van Afrikaop zoek naar de plaats, waar de olifanten hun laatste le vensdagen slijten. 127. Terwijl hij de hoogte opklom, om de toestand te erzien, bleef René staan. „Mijn wagen is weg!" schreeuwde hij. De overigen klommen naar hem toe om te zien. En ja, de auto was verdwenen, dat was duidelijk. De indrukken van de banden in de zachte grond lieten zien, welk kant de auto was uitgegaan. „Lopez!" riep Bep. „Kaffers kunnen geen auto besturen." „Ik ben bang, dat je gelijk hebt", zei Koen, „dat is een lelij ding voor ons, want nu zul len wij te voet eerder moeten gaan." 138. „We zouden de auto's toch niet veel verder hebben kunnen brengen," zei René berustend, „want het pad is hier helemaal verdwenen. „Dat is waar, maar we zijn een wagen vol benodigdheden kwijt", voegde mijnheer Hen driks er aan toe, „en voor zover ik Lopez ken, zal hij onze eigendommen gebruiken om de kaffers er toe te bewegen ons moeilijk heden in de weg te leggen. Maar kom, laten we voortmaken, we zul len de dragers de pakken laten meenemen en op weg gaan naar Elgon." WOENSDAG 11 OCTOBER 1939 Hilversum I, 1875 en 414,4 m. NCRV-Uitzendingb 6.307.00 Onderwijs fonds voor de Scheepvaart. 8.00 Eventueel Berichten ANP, schriftlezing, meditatie. I 8.15 Gramofoonmuziek (9.309.45 Gelukwen- schen. 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.15 Ensemble v. d. Horst en gramofoonmu ziek (Om 12.45 eventueel berichten ANP). I.30 Orgelconcert. 2.30 Gramofoonmuziek. 3.00 Christ. lectuur. 3.303.55 Gramofoonmuziek. 4.00 Vioolvoordracht met pianobegeleiding en gramofoonmuziek. 4.45 Felicitaties. 5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.00 Land- en tuinbouwcauserie. 6.20 Gramofoonmuziek. 6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan- varingsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Muzikale causerie. 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP. herhaling SOS-berichten. 8.15 Evangeliesatie-dienst. 9.45 Bel Canto (10.00—10.30 Berichten ANP, actueel halfuur). II.20 Gramofoonmuziek. 11.5012.00 Schriftlezing. 139. Het duurde niet lang of ze gingen te voet in lange optocht verder. Toen ze die avond het kamp opsloegen, keerde Boo-loo-la zich tot René. „Geen vuur stoken!" waarschuwde hij zacht: „Er Wanderobo's z-'n m de jungle, ze zijn slecht". Mijnheer Hendriks werd er hij geroepen en de kwestie met hem besproken. Het bleek nu, dat ze zich werkelijk in het grondgebied van de gevreesde Wanderobo-stam bevonden. En gedachtig an de waarschuwing van Boo- loo-la staken zij dus geen vuur aan. i40. Ze besloten een wacht uit te zetten om een oog te houden op de naderende vijand. De nacht ging echter zonder enige moeilijk heden voorbij. De mars van de volgende dag was even inspannend als de dag ervoor en allen waren blij, toen ze weer hun kamp voor de nacht opsloegen ofschoon ze nog aldoor in het land van de Wanderobo's waren. „De krijgers zijn niet ver weg", zei Boo- loo-la rustig. „Dan moeten we heel voorzichtig zijn," antwoordde mijnheer Hendriks. „Die Wande robo's hebben een slechte reputatie." Hilversum n. 301.5 m. VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO. 6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Eventueel Berichten ANP, hierna: Gra mofoonmuziek. 9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor de arbeiders in de Continubedrijven. 11.30 Voor de vrouw. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.15 VARA-Orkest. 12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek. 1.001.45 VARA-orkest. 2.00 Knipcursus 2.30 Gramofoonmuziek. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 VARA-orkest. 6.30 „Graphologie, middel tot menschenken- nis", lezing. 7.00 VARA-kalender. 7.05 Felicitaties. 7.10 Koorzang. 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00 Herhaling SOS-Berichten. 8.00 Berichten ANP, VARA-Varia. De eene was de machine van 'n Citroën, de andere die van een motorfiets. De Citroën was aan het verste eind en het geluid van een motorfiets in de nachtelijke stilte scheen hem tot de grootst denkbare haast te prik kelen. De motorfiets ramde een stoel op den hoek van den strandweg, maar kwam zelf ook niet zonder averij uit deze schermutse ling te voorschijn. „Niets van belang toch, hoop ik?" vroeg de reverend bezorgd. „Neen, er is wat verbogen... is direct weer in orde", antwoordde Freddy. „Hoe gauwer, hoe beter dan..." Het geronk van den Citroën werd vager. De reverend had moeite om zijn geduld te bewaren. De twee minuten, die hij gewacht had, leken hem twintig. Zelfs twee minu ten oponthoud kunnen je een wedstrijd doen verliezen. Nu waren ze weer op gang en kwamen buiten Cromer. Een nachtelijke slenteraar bleef stilstaan en gaapte met open mond naar hen. „Auto gezien?" riep de reverend. antwoordde de pummel. weet je ook welken kant die is opge gaan?" Ja". "welken kant?" „Zelfden kant". „Hoe bedoel je dat?" "zelfden kant als jullie gaan." Idioot!" barstte de reverend uit. „Je weet toch niet welken kant wij gaan. Heb je ook gezien of ze naar links afgeslagen zijn" Zijn ze den zeeweg af, of 't land in?" ..Neen, dat had ik niet gezien, maar ze ging naar Norwich." „Hoe weet je dat dan. „Ze vroegen me den weg... daarom weet ik bet," verklaarde de pummel triomfantelijk. „Welken weg naar Norwich?" vroegen ze? „De heuvels op heb ik gezegd." „Dan gaan wij ook de heuvels op," viel Freddy in. „Neen, langs den zeeweg," besliste de reverend prompt. „Die lui kennen de buurt hier als hun zak! Waarom zouden de den weg naar Norwich vragen, dan alleen om ons op een dwaalspoor te brengen?" Op de plaats waar de wegen zich splitsen, bewezen de sporen van de Citroën de juist heid van de theorie van den reverend. De sporen liepen langs den kustweg. Weer bochten langs, weer heuvels op, weer bochten door, weer heuvels af. Van een plek boven hen klonk het gezoem van den kleinen zilveren kever en die stem werd met de mi nuut helderder. „We krijgen ze," mompelde de reverend. Freddy gaf geen antwoord. Hij wist het. De motorfiets stoof met een haast misdadige snel heid vooruit. De zilveren kever was in het zicht. Een oogenblik later was hij w-eer voor hun oogen uitgeveegd, want de weg boog en kronkelde voortdurend, maar toen hij zich op nieuw vertoonde, was de afstand belangrijk verminderd. Freddy hield vol. De kever begon thans zijn emotie te too- nen. Hij gedroeg zich vreemd, waaide naar links en naar rechts om een paar duim te winnen, als de weg in deze of gene richting een bocht maakte. Wanhopig tobde hij om den achtervolger van zich af te schudden. „Weer weg!" gromde de reverend. Toen, een paa^ tellen later: „Daar is-ie...! Wéér verdwenen! Hemel, wat'een we»!" Nu kwamen zjj bjj 'n groote,°wijde bocht. Ze verwachtten de Citroën weer te zien. Hij was er niet... „Groote goden!" zuchtte Freddy. „Rechts!" brulde de reverend. „Rechts! Rechts!" Net op tijd zag Freddy de opening. Hij zwiepte er in, terwijl de motorfiets angstig slagzij maakte en zich weer recht zette, als een klein scheepje in den storm. Ze vlogen den heuvel af, onder een bruggetje door, smalle laantjes in. De weg scheen hen thans te hel pen; hij werd al maar smaller en slechter, en door dichte hagen ingesloten als hij aan beide zijden was, maakte hij vluchten onmogelijk. De Citroën had er blijkbaar een heenkomen gezocht in de hoop, dat de achtervolgers er op zouden stranden. Ze namen de laatste bocht van de jacht. Vóór hen, op zoo wat een steenworp afstand was de Citroën. Freddy nam een eindspurt, terwijl de reverend zijn revolver trok. Het wapen werd gericht op de achterruit van den wagen. „Niet schieten!" riep Freddy. „U zou Miss Leveridge kunnen raken". „Miss Leveridge zit er niet in", verklaar de de reverend doodbedaard. Het volgend oogenblik had zijn koeel de ruit versplinterd... XXXII. In het nauw. Freddy Reeve was te jong om den oorlog te hebben meegemaakt, maar nu kreeg hij toch een idéé hoe een mensch zich voelt te midden van fluitende kogels, wanneer men zich elk moment moet afvragen wanneer een van die fluitende kogels midden door hem zelf zal gaan. 8.15 Vraag eij antwoord. 8.30 VARA-orkest en solisten. 9.15 Radiotooneel. 9.45 Gramofoonmuziek. 10.00 Causerie „Schuldig of onschuldig?" 10.07 De Ramblers. 10.40 Medische vraagbaak. 11.00 Berichten ANP. 11.10 Gramofoonmuziek. 11.3012.00 Orgelspel. Het versplinteren van de achterruit van de Citroën was het begin van het gevecht. Een kogel kwam uit den wagen terug- gezweefd. Hij miste en drong ergens ver weg in den grond. Het volgende schot kwam uit Freddy's eigen revolver, hoewel hij zich niet kon herinneren zijn wapen getrokken en ge vuurd te hebben. Freddy's kogel ging even eens ver over het doel. Daarna suisden er nog verscheidene andere kogels door den nacht, maar hun aller baan was even doelloos en geen ervan raakte een menschelijk lichaamsdeel. De heele geschie denis leek een dwaas spel, maar toch een spel, dat ieder oogenblik in ernst kon over gaan. Dit gevoel van slechts een grimmig spel te spelen, werd verhoogd door de afwezig heid van realiteit in de auto zelf. Als Miss Leveridge en Rose Terrence daar in waren geweest, dan zou iedere beweging een betee- kenis hebben gehad, die nu volkomen ont brak. Freddy, die verdekt stond opgesteld, kwam op een gegeven moment tot de conclusie, dat hij met zijn revolver den Londenaar onder schot hield. De Londenaar stond, bezweet en venvard, naast zijn wagen. Zijn geestkracht scheen een deuk te hebben gekregen of had hij misschien geen patronen meer? Fred dy had er nog een paar. Hij kon dien ordi- nairen vent met een ervan doodschieten, even gemakkelijk als hij een doosje lucifers van een schoorsteenmantel kon slaan Maar kon hij' dat heusch? Hij vond dat het iet kon. En toen hij den reverend van uit NiPf trAge.?ekte positie h00rde roepen: noodig WaS d6Ze raad volk°merT on- De reverend had met zijn pistool de an dere voormalige inzittende van de auto - de oude vrouw in bedwang. ,„9pdit oogenblik begon Freddy's brein te r elderen. Al wat te voren geschied was was mengelmoes. Maar nu wist hij: de slasr was gewonnen de hemel mocht weten h^ toensteieienVerWinnaarS k°nd6n hUn v°0™aar- revfrend61 reVOlvers laten va«en!" beval de Logenaar6" V°°r nUt?" mauwde de „Doe wat ik zeg." „D'r zit niks meer in!" „Doe wat ik zeg!" De revolvers vielen op den grond. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 15