SALON
Aan de Burgerij
Aspiri^
Onmiskenbare
feiten
Zenuwenoorlog
manshanden
Mobilisatie-flitsen
Maandag 13 November 1939
Tweede Blad
Burgerlijke Stand van Den Helder
Luchtbeschermingsdienst
Helder-nieuws
DAM'jOURNAAL
Uit het politie-rapport
de ideale verkooper!
Plaquette voor Rotterdam's
Zeevaartschool
^iadinieuw-i
De laatste dagen doen allerlei ge
ruchten de ronde, die bij velen een zoo
danige spanning teweeg brengen, dat
zij zenuwsloopend is.
Men houde het hoofd koel!
Leger en vloot, Gij weet het, zijn
paraat.
De Overheid moet uit den aard der
zaak in dezen tijd op alle gebeurlijk
heden zijn voorbereid. Daartoe dient zij
hare maatregelen te treffen. Deze trek
ken natuurlijk de aandacht, geven aan
leiding tot gesprek, tot veronderstellin
gen en tot fantasieën.
Daartegen dient gewaarschuwd; het
heeft geen zin, vermindert de volks
kracht.
Juist nu meer dan ooit moeten
onze Koningin en de Kegeering op
allen, die ons onafhankelijk volks
bestaan gewaarborgd wenschen te zien,
ten volle kunnen rekenen.
Gij hebt tot plicht haar te steunen
met Uw volle vertrouwen en al Uw
vastberadenheid.
De Burgemeester,
Eerste Winter-concert
Stedelijk Muziekcorps
Zaterdagavond heeft het Stedelijk Mu
ziekkorps in het Casino zijn eerste winter-
concert gegeven, waarvoor bij velen de
verwachtingen extra hoog gespannen wa
ren. De reden hiervan was, dat het korps
den laatsten tijd een niet onbelangrijke
uitbreiding heeft ondergaan door toetre
ding van een vrij groot aantal nieuwe
leden, die zich hier in verband met de mi
litaire maatregelen bevinden, leden, die
reeds over een veeljarige ervaring bij an
dere korpsen beschikken.
Dubbel jammer was het, dat deze zelfde
militaire maatregelen dit concert Zater
dagavond handicapten. Niet minder dan
16 leden konden niet aanwezig zijn, het
geen uiteraard de uitvoering niet ten
goede kwam.
Het programma bestond uit „oude" num
mers. Vrijwel alle onderdeelen mochten wij
reeds eeraer door het körps hooren uitvoeren.
Geopend werd met Mendeissohn's beroemden
krijgsmarsch uit „Athalia" in een arrange
ment van den heer G. H. J. v. d. Bogaerde. net
is reeds veie jaren geleden, dat het korps voor
het laatst dit nummer in uitvoering bracht,
maar Zaterdagavond kon men dan genieten
van dezen marsch, die forsch en met veel éian
gespeeld werd. Opvallend werk van het koper.
Ook het knappe arrangement kon men weer
bewonderen.
Volgde „Die Geschöpfe des Prometheus"
van von Beethoven. Niet zoo lang geleden be
luisterden wij van het „Stedelijk" de ouverture
„Egmond" en de vertolking daarvan konden
wij meer waardeeren dan deze. Gaarne hadden
wij een ietsje meer sfeer geconstateerd. Er
ontbrak verfijning en zeer hoorbaar wreekte
zich thans het gebrek aan een aantal krachten.
Overigens töch een compliment voor datgene
wat korps en dirigent er nog van wisten te
maken. Goed gespeeld werd de wals „Over de
golven" van Rosas. De weliswaar verjaarde,
maar toch nog uitstekend in het gehoor lig
gende melodieën blijken het ook nu nog te
„doen" en het spontaan applaus van het audi
torium was ongetwijfeld oprecht gemeend.
Het .Angelus uit de suite „Scènes Pittores-
ques" van Massenet werd eveneens op vol
doende wijze geïnterpreteerd, alhoewel weder
om het ontbreken van enkele primaire instru
menten zich deed gelden. Maar ook hier cor
rect werk van het korps, dat in alle partijen
z'n best deed, en daar ook veelal in slaagde,
het ontbrekende te maskeeren.
Heel mooi was de selectie melodieën uit de
„Cavalleria". Juist door hun bekendheid wor
den in dit werk de onvolkomenheden eerder ge
signaleerd, maar deze onvolkomenheden waren
verre in de minderheid bij de op loffelijke
wijze vertolkte deelen. Het onsterfelijke „In
termezzo", en het niet minder vermaarde
„Paaschkoor" waren staaltjes van uitstekend
musiceeren. Hier en daar had men iets meer
moeten temperen of (aan het einde, de „loop
naar beneden) iets soepeler, sneller moeten
zijn. Maar het geheel was een waardige weer
gave van een aantal der schoonste melodieën
uit de „Cavalleria" en het oogstte dan ook een
verdiend applaus.
Als slot een tweetal marschen (De Vierdaag-
sche-marsch, die men ten geschenke heeft ont
vangen van de plaatselijke wandelsportveree-
nigingen) en de meest populaire marsch van
dezen tijd. die van „Het Regiment".
Zij nog vermeld, dat zoowel burgemeester
Ritmeester als wethouder Van Loo het concert
bijwoonden en dat door de reeds aan het begin
genoemde oorzaken ook het klein-kunst caba
ret-programma slechts gedeeltelijk doorgang
had. Om half één was men tenslotte reeds
verplicht Casino te verlaten, aangezien geen
toestemming kon worden gegeven voor een
later uur.
Men had toen echter nog gelegenheid ge
vonden voor enkele viool- en zangsoli, en even
eens tot een, zij 't wel zeer kortstondig, dansje.
van 11 November 1939.
BEVALLEN: W. M. Kolenbrander—Strei-
cher, z.
De openbare verlichting wordt om 12 uur
gedoofd.
Na half één dient ieder te zorgen, dat in
zyn woning of ander gebouw slechts bij hooge
noodzakelijkheid naar buiten uitstralend licht
brandt.
Bij alarm mag in geen geval licht ont
stoken worden; onwillekeurig doet men dat,
men wachte zich hiervoor terdege.
Schilderkunst
„Goeden morgen Tom."
„Goeie morge Luit."
„Zeg Tom, jij kunt nog wel een beetje met
penseel en verf omgaan, niet?"
„Zoo'n bietsie Luit."
„Nou, dan moest jij eens enkele borden
maken waarop geschilderd moet worden
„Verboden te photografeeren."
,,'t Kurnt in orde Luit."
Tom, die al lang lekker was, dat hij in-
plaats van te moeten exerceeren, thans een
gemakkelijker werkje kon verrichten, ver
dween met een paar aan elkander gespijker
de planken naar de „zitkamer" in ons nieuwe
kwartier, waar hij rustig de letters op de bor
den zou kunnen zetten.
Toen hij zich goed en wel, breeduit achter
de tafel geplaatst had, om te gaan werken,
verscheen plotseling Boris, zijn boezemvriend
om den hoek van de deur.
„Hallé Boris, wat moet ie hier, ik kan oe
de eerste uren niet in mien nabieheid hebben.
„Krieg ie noe het heen en weer old stekel
varken, ik mot hier werken voor de Luit."
Zo Boris, en wat mot ie dan doen?
Ikke... wel... eh... wat geet oe dat eigen
lik an, ik heuf oe toch niet alles an de neuse
te hangen.
Wa'k zeggen wilde Tom, ie mos effen bie
de sergeant kommen, die had oe wat te zeg
gen.
Noe dan mot ik dat geval eerst maar af
handelen, veur dat ik hier met verder gao,
of weet ie wat Boris ie konnen wel vast be
ginnen met disse borden, ie kunnen toch ook
wel een beetie klodderen?
't Kurnt veur mekare Tom, ie zult is zeen
wat een klad-sieke Rembrandt dat wordt.
Tom verdween, en Boris zette zich aan den
arbeid zoo goed en zoo kwaad als het ging,
zette hij de eerste letters op het bord, maar
nu kreeg hij het plotseling te kwaad met het
woord photographeeren.
Wat moest hij daar nu mee beginnen?
Ten einde raad zette hij op goed geluk
maar het woord erneer, zooals het hem het
beste voor den geest kwam en na een beetje
over de verf geblazen te hebben, wat volgens
hem, altijd het droog-worden bespoedigde,
ging hij met het bord onder den arm terug
naar de stelling. Hij was echter nauwelijks
buiten het kwartier gekomen, of daar kwam
Tom aangerend.
„Hé halve augurk, bin ie noe al klaar met
dat ding? Kerel nog an toe, dat heb ie hem
mooi gelapt.
Jao Tom, ik heb er ettelukke transpiranten-
droppels veur motten laoten ontglippen met
TABLETTEN
mien getaonde snoete, maar ik heb het veur
oe veur mekare gekregen.
Jao, jao, zoo loopt het direct in de gaoten,
dat plankement, met die koeieletters.
Toen ze beiden in de stelling waren aange
komen zagen ze in de verte de Luit al weer
Hé Tom, noe mot ie dat ding maor draogen,
want anders denkt de Luit nog dat ik het
gemaokt heb, maor dat wil ik neet hebben,
alle eer an oe heur, olde tobberd!
Mien dank Boris!
Met veel ingehouden trots overhandigde
Tom het bord aan den Luitenant, die bij het
zien ervan haast achterover viel van 't lachen.
Wel verdikkeme kerel, ken je geen Neder
lands meer?
Ww...at zeg uwes Luit?
Lees zelf sukkel, ga jij je schoolgeld maar
terug halen.
Plotseling hoorde Tom achter zich een
onderdrukt lachen en toen hij omkeek, zag hij
Boris als een haas wegrennen.
Wat beteekende dat?
Tom keek eens duidelijker naar het bord
en... Oh Luit mair dat heb ik per expresse
gedaon, zoo valt 't bieter op veur 't publieke,
dan gaon ze 't eerst ontcieferen wat er steet
snap uwes.
Of de Luit het snapte.
Tom had zich uit de situatie gered, wat ook
mijn bedoeling was, want hij wilde er Boris
niet in laten vliegen, doch in stilte had hij al
een plan beraamd om zijn vriend een loer te
draaien
Dick.
BurgerMilitair.
De opzet van dezen wedstrijd ging grooten-
deels verloren doordat eenige militairen
onverwachts verstek moeten laten gaan. De
opengevallen plaatsen werden echter verdien
stelijk door lagere elftalspelers aangevuld,
zoodat er toch nog een spannend treffen kon
plaats vinden. Stonden eerst de militairen met
10 achter; een aardig doelpunt van Rottier;
na de rust waren de rollen omgedraaid en al
gauw wist De Groot er 11 van te maken.
10 Minuten voor tijd wist Krab de militairen
zelfs de leiding te geven, maar juist een se
conde voor tijd scoorde De Leur den gelijk
maker. Het was een goede gelegenheid voor
de E.-C. nog eens het speelmateriaal onder
oogen te nemen. Bij de z.g. „burgers" speelde
o.i. de jonge Mos een goede partij, terwijl
Kousbroek onder de lat, "weer zijn goeden kijk
op den bal demonstreerde door Godschalk
steeds te vlug af te zijn.
De wedstrijd duurde door het gevorderde
uur slechts tweemaal een half uur.
FIETS VERDWENEN OP...
HET KERKHOF.
Dat de fietsen zelfs niet meer veilig zijn op
het kerkhof werd gistèrmidda.g bewezen. Een
dame had haar fiets neergezet in het rek voor
het kerkhof en toen zij ongeveer een kwartier
later terugkwam en haar rijwiel wilde mee
nemen, bleek dit verdwenen te zijn.
Kan men ook op deze plaats de fietsen nog
niet eens met rust laten?
AANRIJDING IN DEN OUDEN HELDER.
Zaterdagmorgen kwamen een bakfiets van
de Vereenigde Brandstoffenhandel en een
fruitwagen van Middelbos uit de Tuinstraat,
in een der bochtige straatjes van den Ouden
Helder, met elkander in minder zacht contact.
Een der wielen van de bakfiets werd vrij zwaar
beschadigd, doch persoonlijke ongevallen kwa
men niet voor. Door de beide bestuurders
werd deze zaak in der minne geregeld.
fan Mens t
Wie zegt, dat Amsterdammers geen eerbied
hebben voor de dingen uit het verleden, die
liegt. We rijden al jaren in tramwagens, welke
in een rariteiten-cabinet geen slecht figuur
zouden maken, we verheugen ons in het bezit
van autobussen, die dan ongetrainden passa
gier z'n ingewanden aan een zware beproeving
doen blootstellen. Kort geleden moest ik aan
den overkant van het IJ wezen, en ik besteeg
niets vermoedend, zo'n voorwerelds vehikel,
't Was pas na de maaltijd van de heerlijk-goed
kope snoekbaars, die we tegenwoordig a rato
zeventien cents per pond aan de vork kunnen
prikkenen alzo verkeerde ik in een begrijpe
lijke en vergeeflijke spanning. Angsten heb ik
uitgestaan alhoewel alles goed afgelopen is.
Kr zijn echter grappenmakers, die den bestuur
der bij het instijgen vragen, of de papieren zak
aanwezig isWie wel eens zijn kostbaar lijf
aan de K.L.M. heeft toevertrouwd, zal deze
geestigheid ten volle kunnen waarderen.
Eohter ook op andere wijze demonstreren
wij onze liefde voor antikiteiten. Ik wil nu niet
spreken over de poppenkast op de Dam, het
aloude vermaak voor jong en oud. Ken inge
wijde vertelde me, op mijn vraag waarom hij
toch altijd zo vooraan stond bij de vertoningen,
dat-ie zulks deed omdat er zo'n pittige lucht
uit de kast opsteeg. Op mijn verwonderd kijken
legde-ie me uit, dat de explicateur van dat ge
praat toch zo'n geweldige dorst kreeg. En de
middelen tot het verslaan van gemelde dorst,
die hadden zo'n aantrekkelijke reuk, dat hij met
geen stok bij de poppenkast was weg te
slaan
Zo heb ik aldus het verband trachten te leg
gen tussen liefde voor de oudheid en het ge
nieten van tongstrelend vocht. En het beste
wordt dat gedemonstreerd door de kortelings
plaatsgevonden opening van het „Wijnhuijs de
Vijff Vlijgen".
Wie vanaf het Spui de Spuistraat binnen-
drentelt, die zal getroffen worden door een pit
toresk geveltje aan de linkerzijde der straat.
Minnaars van de nieuwe zakelijkheid, van glas,
beton en cafetaria's, die zullen hun schreden
verhaasten, maar de liefhebber van oude en
schone zaken zal getroffen blijven staanEen
oud huisje is 't, en het dateert uit 1627. Rustig
staat 't daar, het zag de eeuwen verglijden, het
bond heden en verleden tezamen. Enige jaren
in verval geraakt, werd het gewekt tot nieuw
leven door een ondernemenden gerant, die het
door een bekwaam architect liet restaureeren
tot gemeld wijnhuis.
1
Met een verrassend resultaat'.
Want Amsterdam is verrijkt met een attrac
tie voor buitenman en stadgenoot. En wie nu
eens een vreemde sensatie wil ondergaan, die
betrede de „Vijff Vlijgen" niet langs de voor
kant, waar het nodende: „Al wat ghij hier siet
in. Daar, onder het gele licht uit een lantaren
de ramen hij ga het hoekje om en de .steeg
staen, kunt ghij binnen proeven gaen", lokt op
bevindt zich een zware, eikenhouten deur. En
op die deur zit een antieke klopper, zo'n ijzer-
gesmeed kunstwerk. Na een ogenblik van
wachten wordt de deur geopend en ge daalt
langs een gemetselde trap naar de gelagkamer.
Aardig bedacht. Ik voelde me leven in de
tijd van Boccacio. De klopper viel zwaar bon
kend op de deur, het lantarentje bescheen me
zó romantisch, dat 't me verwonderde geen
kuitbroek en hozen te dragen. En één ogenblik
dacht ik een schone jonkvrouw te zien verschij
nen, die me haar hart mitsgaders haar vaderlijk
erfdeel wenste aan te bieden
Zo waarderen wij, Amsterdamers, het antie
ke verleden. En onder het genot van een glas
Egri Pikavcr bepeinsde ik, dat het vroeger
vast niet slecht was te leven. Een glas goede
wijn, een kroes schuimend bier, een leutige zan
ger bij d eluit wat wil je meer?
Hoe langer ik daar zat, hoe rooskleuriger
het verleden werd. Ik dacht niet meer aan 't
gesukkel met suiker, ik vergat, dat m'n krui
denier al een paar keer aan de deur geweest
was met 't boekje, ik vergat de klachten van
m'n vrouw, dat de vijf pond gehamsterd vet
ransig begon te worden, en dat uit m'n voor
raad meel de maaien kropen ik dacht er
niet aan dat ik morgen m'n rijkscouponnetje
moest laten knippen en dat ik van leer moest
trekken tegen m'n schoenmaker, omdat-ie de
prijs voor de halve zolen en achterlappen maar
even vijf-en-twintig procent verhoogd had
ik verkeerde in de Gouden Eeuw.'
Buiten gekomen blikte ik glazig naar de
gevelsteen. Anno 1627. En opeens schoot me
iets te binnen van de Tachtigjarige Oorlog.
1568 tot 161,8... Dus na al die jaren oorlog
waren de Hollanders nog zó vitaal, dat ze hui
zen konden bouwen die drie eeuwen later de
bewondering wekken van de minnaars van oud
schoon
Met de smaak van 't edele vocht op mijn lip
pen besteeg ik de tram. Schuddend stond ik op
het achterbalcon, stevig omknelde ik de nik
kelen stang. En ik mijmerde zo, dat als een
mens met alle geweld toóch hamsteren wil,
dat hij dan een paar ankers wijn inslaat.
Dat is de enige lekkernij, die niet alleen lang
bewaard kan blijven, maar er gelijkertijd nog
smakelijker op wordt
We hebben er op gewezen, zoo schrijft de
„N. R. Ct." (zie ons nr. van Vrijdag), hoe bij
haar lange dralen de regeering nog steeds de
conclusies van de commissie voor de mari
tieme defensie niet bekend heeft gemaakt, laat
staan daar uitvoering aan heeft gegeven. Weer
zijn er intusschen stemmen opgegaan de de
fensie op andere wijze te versterken dan door
den bouw van groote schepen. Een andere
commissie zou hierover, nog eens moeten stu-
deeren, kon men dezer dagen hooren.
Maar welk een dwaasheid. De commis
sie, welke dezen zomer werd ingesteld,
was niet bevooroordeeld, gelijk men hier
tracht te suggereeren. Haar apport kan
geen pleidooi voor het eene onder ver-
waarloozing van het andere zijn. We heb
ben reden om aan te nemen, dat haar rap
port een zorgvuldig en met feiten en
cijfers omschreven afwegen van alle mo
gelijkheden is. Niet slechts op militair
terrein, maar evenzeer op financieel en
oeconomisch gebied.
Zoo is de commissie tot een reeks aanbe
velingen gekomen, welke onaantastbaar zijn
voor de leuzen van hen, die om wat voor rede
nen ook oppositie wenschen te voeren. Op die
feiten grondde zij haar advies, waaraan de
regeering nog steeds geen uitvoering heeft
gegeven.
Zoo ligt voor ons als eerste der onmisken
bare feiten .de militaire beteekenis van de ver
schillende wapens en scheepstypen. Het slag
schip liever gezegd het groote schip in het
algemeen is de heerscher der wateren,
waartegen het gebruik van duikboot en vlieg
tuig weinig doeltreffend is. Voor ons land is
daarnevens het belangrijkste, dat van het slag
schipwapen een preventieve werking uitgaat,
welke èn vliegtuig èn z.g. klein materieel
missen. De slagkruiser dwingt den vijand tot
den inzet van een andere vloot dan bij aan
wezigheid van licht materieel het geval is.
Daarnevens staan de financieele consequen
ties. Het gaat er voor ons land om een zekere
mate van veiligheid voor het overzeesche ge
bied te verkrijgen. Men moet dus berekenen,
hoeveel klein materieel noodig zou zijn om
een soortgelijke mate van veiligheid te geven.
Welaan, indien men die vergelijkingen zou op
stellen, dan zou men alras tot de conclusie
komen, dat de bouw van slagkruisers de goed
koopste weg is. De financieele lasten van de
aanschaffing van groote aantallen vliegtui
gen, duikbooten of torpedobooten zijn hooger.
Maar niet slechts uit financieel oogpunt
spreekt het nut van de goede schepen met
betrekking tot de bemanningen. Hetzelfde
geldt immers ook voor hun opleiding.
Maar niet minder is voor degenen, die voor
slagkruisers pleiten, het oeconomische belang
in het oog te houden. Als wij vliegtuigen zou
den kiezen, naar het oordeel der voorstanders,
omdat deze zoo snel beschikbaar zijn, dan
zouden wij deze in het buitenland moeten
koopen. Onze eigen vliegtuigindustrie is vol-
belast en kan een uitbreiding op de dan ver-
eischte scaal niet op min of meer korten ter
mijn leveren. Het geld zou ons land verlaten,
zonder dat daarvan veel aan onze werkkrach
ten ten goede kwam.
Zoo gaat het ook bij verschillende soorten
schepen.
Indien de regeering het rapport, althans het
voornaamste daaruit, zou publiceeren, dan zou
iederen twijfel of critiek den mond gesnoerd
worden. Dan zou men weten, dat werkelijk
alle zijden van het vraagstuk tegenover elkaar
zijn afgewogen en dat daarop de keus is ge
vallen, dat naar alle richtingen voor ons land
het beste is.
De regeering drale niet langer.
RECHTERLIJKE MACHT.
Tot kantonrechter-plaatsververvanger in
het kanton Den Helder: 1. F. I. Wethmar,
inspecteur der directe belastingen, te Den
Helder, 2. J. van Nes, ontvanger der registra
tie en domeinen, te Den Helder.
NOVEMBER... ROERENKOOLTIJD!
Een bewoner van de 2e Emmadwarsstraat
deed bij de politie aangifte, dat ten zijnen
nadeele een hoeveelheid boerenkool van een
land bij den Onderzeedienst, ontvreemd was.
Er wordt een onderzoek ingesteld.
DIVERSE NARIGHEDEN.
Een 15-jarige jongen kwam gisteren op het
Hoofdbureau zijn nood klagen dat hij door
iemand was mishandeld.
Een bewoonster van de Tuinstraat deed
aangifte dat zij door een andere bewoonstter
dier straat was beleedigd.
WAAR ZIJN DE LANTAARNS?
Er werd aangifte gedaan door een bewoner
van de Van Galenstraat dat des nachts 2
lantaarns van zijn melkwagen waren ont
vreemd.
DE FIETSEN.
Aan het adres van den heer Dienaar, Flora
straat 28, is een damesrijwiel terug te beko
men dat men onbeheerd op de Javastraat
vond.
Voorts werd aangifte gedaan, door een be
woner van den Brakkeveldweg, dat hij aldaar
arngetroffenbeheerCl' 6611 ionZens^* had
De beruchte zenuwenoorlog, die maanden
lang onze buurvolken gesloopt heeft, doet op
het oogenblik zijn werk in ons land. We heb
ben Zaterdag gewezen op de meest dwaze
geruchten, die als het bekende „loopende
vuurtje" de ronde deden en waarvan gelukkig,
tot op heden, niets is uitgekomen. Noch van
de evacuatie, noch van een inval is sprake ge
weest en we hebben sinds Zaterdag de Duit-
sche verklaring, dat men er niet over denkt
de neutraliteit van Nederland of België te
schenden. Alle hoogspanning, alle onrust van
Zaterdag en Zondag is dus tevergeefs geweest
en heeft alleen den weerstand van de bevol
king eenige graden ondermijnd. Als er in on
zen tyd iets noodig is, dan is het rust, men
moet niet alle geruchten voor waar aannemen,
die de ronde doen en die, voordat ze in de derde
hand zijn overgegaan, al driedubbel zoo erg
zijn gemaakt als bij het begin van hun rond
wandeling.
De zenuwoorlog is oorzaak geweest,
dat er bij onze Ooster- en Wester-
buren tenslotte een zucht van verlichting op
ging toen de oorlog eenmaal een feit was. Dat
is natuurlijk dwaas. Voor dien zenuwenoorlog
zijn verschillende oorzaken aanleiding. Het zijn
niet alleen de valsche geruchten, die de men-
schen hun stuur doen verliezen, doch daar was
Zaterdag in onze stad het vertrek van ver
schillende families, die gepakt en gezakt met
auto's de stad verlieten. Men had o.i. verstan
diger gedaan, om wanneer men het wensche-
lijk vond „veiliger oord" op te zoeken (waar
is het veilig als we oorlog krijgen?) dat te
doen op een uur waarop niet ieder den uittocht
kon zien en zich daardoor extra opwinden.
Tenslotte zijn de buitenlandsche persstemmen
er niet weinig schuldig aan, dat de zenuwen
van ons volk gespannen zijn. Wat is er echter
tot op heden van al die onrustbarende pers
stemmen, in het bizonder uit Engeland, uitge
komen? Eenige maanden geleden verwachtte
men in Londen een bliksemaanval van de
Duitsche luchtmacht en een bezetting van ver
schillende plaatsen van Nederland. We zijn
echter tot op heden onze zelfstandigheid niet
kwijt geraakt, noch is er eenige aanval op
ons land gedaan.
Het spreekt vanzelf, dat de regeering
verschillende .maatregelen heeft te nemen
om op alle eventualiteiten voorbereid te
zijn en het nemen van die maatregelen
ondervindt men in onze stad, door het
vertrek van tal van hoofden van gezin
nen. We ontveinzen niet, dat de toestand
aar^iding kan geven tot verrassingen.
Weinig bemoedigend is b.v. het feit van
de vriendelijke afwijzing van het aanbod
van goede diensten, door Engeland en
Frankrijk, maar of dit Duitschland nu
direct aanleiding zal geven, handelend op
te treden, moeten we afwachten.
In verband met de militaire maatregelen
heeft ook het burgerlijk gezag eenige zaken
verordend, die het wenschelijk acht met het
ook op de mogelijke ontwikkeling van den
toestand. Het dooven van de straatverlich
ting na 12 uur en in verband daarmee het
sluiten van openbare bijeenkomsten om 12
uur. Het zijn tenslotte maatregelen, die wei
nig hinder veroorzaken.
Geloof ons, niemand weet wat er ge
beuren zal, men neemt alleen maatrege
len met het oog op dingen, die gebeuren
kunnen. Blijf dus rustig, want ook als
ons land in den oorlog zou betrokken
worden, kan men het best blijven op de
plaats waar men is. Waar zou men heen
willen waar het veiliger is? Men blijve
ook in tijden van ernstiger gevaar in zijn
woning, bij de zijnen, tenzij de militaire
autoriteiten maatregelen nemen, waar
door een gedeelte van onze bevolking
onze stad zou moeten verlaten. Doch
daarvan is op het oogenblik nog geen
sprake en zou men eerst besluiten als het
dringend noodig was..
DAMES KAPPER HEEREN
Stakmanbossestr. 65 Tel. 514
Ter herinnering aan het feit, dat 25 iaar
geleden een aantal Belgische leerlingen onder
wie enkele adspiranten van het Bel|fsche op-
gesteldSSte1PR'ótt^Vtnir'' u" d® SeleSenheid zijn
fnnrt Rotterdam hun nautische studie
voort te zetten, heeft Zaterdagmiddag een
commissie van oud-leerlingen en leerlingen
terdam ,erïleentell.jke Zeevaartschool te Rot
terdam het gemeentebestuur een bronzen
P»6 ^angeboden, symboliseerehd den
band tusschen Nederlandsche en Belgische
koopvaardij-officieren. De plaquette if he!
vestigd in de hal van de Zeevaartschool aan
^n,Pl®ter de Hooghweg. Een groot aantal ge-
noodigden heeft de plechtigheid bijgewoond
Alvorens de plaquete door een in uniform van
herfd u 8'ekleede leerling werd onthuld heb
ben de heeren T. Westerhof, directeur van de
school, en h. G. j. m. Drabbe, voorzittlr van
het comité, het woord gevoerd. Na de onthul-
mg hebben de burgemeester van Rotterdam,
mr. m j. oud en de consul van België de
heer E. van der Pitte, woorden van dank ge-
sproken voor dit fraaie geschenk.