Eerste ronde van de gemeentebegrooting 1940 De impasse De heer Schoeffelenberger blijft zichzelft Toch algemeene beschouwingenDe verkiezingen en het college onder de loupe van de S.D.A.P. ondanks Pessimisme bij Gemen Nationaal Belang Hoe eruit te kometil Woensdag 15 NovemW 1939 Tweede Blad Gisterenavond is de gemeenteraad in voltallige zitting bijeengekomen, onder voorzitterschap van burgemeester Rit meester. Na afhandeling van een kleine agenda, is met de gemeentebegrooting voor 1940 een begin gemaakt. Hoewel de verwachting was, dat men, in verband met den ernstigen toestand, van alge meene beschouwingen zou afzien, heeft geen der fracties de gelegenheid voorbij laten gaan, zijn standpunt ten aanzien van de gemeentepolitiek uiteen te zetten en zoo zaten we dan gisterenavond om kwart over acht reeds druk in de alge meene beschouwingen, waarop we hier onder terugkomen. De vooragenda. Als eerste punt van de agenda was aan de orde de installatie van den heer C. Bakker (S.D.A.P.) als lid van den raad. De heer Bakker, binnengeleid door den gemeentesecretaris, den heer v. Bolhuis, legde in handen van den burgemeester de belofte af, waarna de voorzitter hem geluk- wenschte met zijn benoeming. Het hierop volgende voorstel, inzake het aanbrengen van tochtramen in de loketten van de secretarie, werd zonder stemming aan genomen. Zoo ging het ook met het voorstel tot vaststelling van de exploitatievergoeding voor de bizondere scholen voor 1938 (zie Held. Crt. van Maandag j.1.) en met het voor stel tot vaststelling van de achtste wijzi- gingsbegrooting, voor het dienstjaar 1939. Vastgesteld werd voorts het bedrag per leerling van de exploitatiekosten der open bare lagere scholen voor gewoon en uitge breid lager onderwijs voor 1940. Benoemingen. Tot lid van de commissie voor de beroeps keuze werd benoemd de heer Mr. J. Mulder, wethouder, met 17 stemmen, terwijl 3 stem men werden uitgebracht op den heer v. d- Vaart en 1 op den heer Bulten .(S.D.A-P-). Tot lid van de commissie van bijstand voor de gemeentewerken en plantsoenen, in de va cature van den heer Kraak, werd benoemd de heer H. J. Bulten, met 19 - stemmen. Op den heer Bakker (S.D.) werd 1 stem uitgebracht, eveneens op den heer Uithol (Gem. en Nat. Belang). Tot lid van de commissie van bijstand voor het grondbedrijf, eveneens in de vacature Kraak, werd met 14 stemmen de heer Bulten (S.D.) benoemd. 5 stemmen werden op den heer Bakker en 1 resp. op de heeren Meyer (V.D.) en Uithol uitgebracht. Met 20 stemmen werd de heer C. Bakker benoemd tot lid van de commissie van bij stand voor het onderwijs, in de vacature Bulten. Op verzoek werd eervol ontslag verleend aan den heer J. Bakker, als onderwijzer aan de school voor buitengewoon lager onderwijs. Besloten werd tot het aanvaarden van het legaat van, 300 gulden voor het onderhouden van een graf op de Algemeene Begraafplaats, n.1. het gra- van wijlen den heer C. v. Os. Eveneens werd besloten tot het inhuren van de noodslachtplaats te Koegras, van den heer K. Zon te Julianadorp, voor een bedrag van 262.50. De heer Boogaard opent de al gemeene beschouwingen. De heer Boogaard (S.D.A.P.) opende na afhandeling van de vooragenda, de alge meene beschouwingen op de gemeente begrooting 1940. Spr. begon met de mede- deeling, dat zijn fractie, gezien de ern stige ,n moeilijke omstandigheden, waarin ons land verkeert, besloten heeft, zich eenige zelfbeperking op te leggen. Nu echter de raad in nieuwe samenstelling is bijeengekomen, werd het noodzakelijk ge acht eenige algemeene opmerkingen te maken, temeer waar dit jaar de verkie zingen plaats vonden, die een belang rijke wijziging in de samenstelling van den raad brachten. Bij den inzet van de verkiezingen, wekten de politieke groepen den indruk, dat het zou gaan om het beginsel, een streven, dat de vol ledige instemming van de S.D.A.P. had en daarom acht men het zeer te betreuren, dat dit goede voornemen bij een enkele politieke groep niet tot haar recht is gekomen. Voor een candidaat van de Vrijz. Democraten is een geraffineerde propaganda gemaakt door een onbekend comité, zonder dat de leiding dier partij daartegen eenig bezwaar heeft gemaakt. De strijd om het beginsel werd hier mede aan den kant gezet. Wij gunnen de V.D. de behaalde winst, zoo zei spr., en als we in de verkiezings campagne het ten tooneele voeren van een „modernen Sinterklaas" hebben gehekeld, dan deden we dit alleen, omdat we een dergelijke methode verderfelijk achten voor een gezond politiek leven. Voor de samenwerkende partijen in de prot. Chr. groep zijn de verkiezingen onge twijfeld een teleurstelling. Men had daar ge- De heer R. Boogaard (S.D.) valt aan. rekend op 6, wellicht 7 zetels in den raad, waardoor deze fractie dan tevens de grootste geworden zou zijn. Uit het resultaat blijkt, dat bij de Prov. Statenverkiezingen, niet de ani-rev. politiek, doch de bizondere omstan digheden. een belangrijke rol hebben gespeeld. Het stemt de S.D.A.P. tot vreugde, dat er in dezen raad weer één z.g. niet-politieke groep minder is teruggekomen, daar de groe pen Gem.belang en Nat. Herstel, na elkaar 4 jaar op z'n f'elst te hebben bekampt, voor lijfsbehoud, elkaar hebben gevonden Spr. acht het een gelukkig resultaat, dat beide groepen met een zetel minder terug zijn ge komen, omdat daaruit blijkt, dat de Helder- sche kiezers het on-Nederlandsche gedoe, waarbij in openbare vergaderingen alleen maar gelegenheid wordt gegeven voor het in dienen van schriftelijke vrqgpji, zor((lef0 dsft daarbij eenige zekerheid is, dat deze vragen zullen worden beantwoord. Dit is een beknot ting van de vrijheid van meeningsuiting. Spr. staat stil bij de geboorte van de economische groep. Het feit, dat deze nieuwbakken economische groep den heer Schoeffelenberger in den raad heeft te ruggebracht is van minder belang, maar dat door hem de steun is aanvaard van min of meer sterk N.S.B.-gezinde stad- genooten, zal wel ten gevolge hebben, dat de S.D.A.P. weinig vertrouwen kan stellen in de doelstelling van zijn arbeid in dezen raad. Ten aanzien van de resultaten der verkie zingen vöor eigen partij, merkt spr. op, dat het verlies van een zetel hem niet heeft ver rast. Hij schrijft dit toe aan de zes jaar, waarin de zeer onrechtvaardige z.g. defensie verboden voor de beweging werden gehand haafd en waarin door middel van spiónnage, verraders en recherche een angstgeest onder een groot deel van de bevolking werd aange kweekt. De kern van de kiezers is echter on geschokt behouden. Tenslotte bepaalde spr. zich bij de wet- lioudersverkiezingen, waarbij hij met vol doening constateerde, dat de V.D. fractie hun voorbeeld heeft gevolgd om alleen de officieele politieke partijen tot het over leg uit te noodigen. Het heeft spr. verwonderd, dat bij de eerste bespreking met de verschillende fracties, de Vrijz.-Dem. direct bereid bleken zonder eenig voorbehoud -om de verkiezing van een Vrijz.-Democraat, een Soc.-Dem. eneen Prot.-Chr. candidaat, tot wethouder te be vorderen. Door ons is er toen op gewezen, zoo zegt de heer Boogaard, dat de candidaat van de Prot.-Chr.-fractie gekozen zou wor den als een wethouder van de Vrijz.-Dem.- fractie, maar met anti-rev. beginselen. M.a.w., dat de Vrijz.-Dem.-fractie volkomen verant woordelijk voor deze verkiezing zou moeten worden gesteld. Onder die omstandigheden zou men volstaan met te stemmen op den eigen candidaat. Na de verklaring, dat de S.D.A.P. voor het streven was het College een zoo goed moge lijke afspiegeling van den Raad te doen zijn, deelde spr. mede, na nogmaals overleg ge pleegd te hebben met de V.D., ook de ver kiezing van een candidaat van de Prot.-Chr. groep te bevorderen, mits deze candidaat be reid gevonden zou worden vooraf te ver klaren: le. dat hij 'in het College van B. en W. bij de verdeeling der werkzaamheden van dit College, geen aanspraak zal maken op de portefeuille van onderwijs; 2e. dat hij zich in het College van B. en W. zal onthouden van elk initiatief door mid del van voorstellen of anderzins, ter bevorde ring van maatregelen, gericht op een krach tiger handhaving van de Zondagswet of be perking van de gelegenheid tot vermaak, enz. voor zooveel daarmede zou worden afgeweken van de tot op heden door het College van B. en W. gevolgde gedragslijn. De Prot.-Chr. groep, noch haar can didaat, de heer Mulder, had bezwaar tegen deze verklaring, met als gevolg, dat de fractie van de S.D.A.P. op de bekende wijze medewerking verleende aan de ver kiezing van de wethouders. Nog wijst spr. er op, dat de verster king van de Vrijz.-Dem.-fractie tot 7 leden, het nu mogelijk maakt, dat het samengaan van 2 wethouders reeds een meerderheid in den raad geeft. Spr. wijst in verband hiermede op de grootere verantwoordelijkheid, die daar door gelegd is op den wethouder van de Vrijz.-Dem. fractie. Spr. bepaalt zich voorts tot het maken van eenige algemeene opmerkingen op de begroo- ting. Hij spreekt er zijn voldoening over uit, dat het College erin geslaagd is een sluitende begrooting aan den Raad aan te bieden, zon der voorstellen tot belastingverhooging. Met instemming is kennisgenomen van de wijziging van het vastrechttarief voor de leve ring van electriciteit en de reserveering van 20.000 voor de te verwachten uitbreiding van de waterleveringscapaciteit. Met een woord van bemoediging voor het College ein digt spr. dan zijn algemeene beschouwingen. De heer Schoeffelenberger neemt het zwaard op. De heer Schoeffelenberger is lich telijk verbaasd over de beschouwingen van den heer Boogaard. Als men hem beluistert is het alsof de S.D.A.P. de eenige partij is, die de algemeene belangen behartigt. Het was juist de S.D.A.P., die bij de verkiezingen een tactiek gevolgd heeft, die af te keuren was, en de wijze waarop zijn naam door de S.D.A.P. misbruikt, doet hem vragen: „Vreest men Schoeffelenberger?" Is de nederlaag van de S.D.A.P. oorzaak van mijn candidaatstelling Spr. brengt een compliment aan de andere partijen, die een consequenter propaganda hebben gevoerd. Spr. bestrijdt de verdeeling van de wechou- derszetels. Het was eerlijker geweest als ook de katholieken een kans hadden gekregen. Voor de evenredige vertegenwoordiging was trouwens de verkiezing van een vierden wet houder wenschelijk geweest. De heer Boogaard heeft naar voren ge bracht, dat ik een val gemaakt heb. Het is me niet sympathiek, om na 20 jaar de economische groep te moeten vertegen woordigen. Helaas koester ik ook de ge dachte, dat een mijner medecar.."! laten voor 7/8 zoo niet geheel, N.S.B.-er is. Ik verzoek U er rekening mee te houden, dat mijn leeftijd en minder scherp odr- deel mede oorzaak geweest is van dit samengaan. Evenwel, ik zal me zelf blij ven en spreken zooals ik wil. De heer Schoeffelenberger: „Ik blyf mezelf". Overigens, lioe durft de S.D.A.P. iets te zeggen, waar de dappere ongehoorzaamheid plaats heeft gemaakt voor het Wilhelmus? Was deze begrooting er geweest voor de verkiezingen, dan zou de raad er anders heb. ben uitgezien en was de S.D.A.P. er niet met 5 zetels gekomen. Wanneer mijn voorstellen waren aangenomen voor de verkiezingen, dan was de uitslag ook anders geweest. Hoe durft men de begrooting van Maatschappelijk Hulp betoon met duizenden te verminderen, terwijl er groote nood is. Is dat democratie? Er is 82.000 gulden meer voor werkver schaffing. Ik had liever gezien, dat er ob jecten naar voren gekomen waren. De ver binding Oost-West van onze stad, de uitbrei ding van 't kerkhof, verbetering van den Huis- duinerweg, enz. Men had de 62.000 gulden reserveering beter kunnen gebruiken voor verlaging van de tarieven en straatbelasting. Het is treurig, dat op het electriciteitsbedrijf, bij een omzet van 106.000 gulden, een winst gemaakt wordt van 125.000 gulden. Een par ticulier moest dat eens doen. Spr. oefent critiek op verschillende posten en vraagt dan of het juist is, dat blijkens een circulaire van den minister van economi sche zaken, alle werken moeten stopgezet worden, behalve die voor luchtbescherming en defensie. Tenslotte zegt spr., dat hij in den raad zal blijven, die hij is. Dr. Feenstra Kuiper. De woordvoerder van Gemeente- en Natio naal belang, dr. P. Feenstra Kuiper, wijst op de bizondere omstandigheden waaronder de behandeling van deze begrooting aanvangt. Er is niets te zeggen of de begrooting voor het komende jaar zoo zal kunnen blijven, dan wel of ze grondig zal moeten wordenver anderd. Niet alleen de post steunuitkeerin- gen en salarissen, waarop enkele leden in het algemeen rapport ietwat eenzijdig hun blik slaan, maar vele andere zaken: voedselvoor ziening, luchtbéscherming, verhooging van belastingen en bij eventueel uitbrekenden oorlog voor Nederland nog tal van veel meer zorgelijke kwesties zullen onze aandacht vragen. Spr. vraagt zich af waarom de hulde aan het college wordt gebracht in het algemeen rapport. Het motief schijnt te zitten in het feit, dat het college de schadepost, bestaan de uit de mindere uitkeering uit het gemeen tefonds ad 44.178 heeft weten te equiva- leeren. Maar spr. wijst er op, dat het slot van de vroegere diensten dit jaar 21.000 gul den hooger is en dat het hoofdstuk belastin gen ruim 30.000 gulden meer oplevert. Bijzonder sympathiek doet het aan, dat het reservefonds, gevormd uit het batig saldo van vroegere diensten, kon stijgen tot 195.402 en dus met rond 66.000 kon wor den versterkt. De rekening avn het jaar 1938 is wel bijzonder voordeelig uitgevallen en dat zal, naast vele andere omstandigheden, waar op het College geen invloed kan uitoefenen, wel mede te danken zijn aan zuinig beheer. Verheugingwekkend is het ook, dat het be drag der schuld van de gemeente weer met ongeveer 350.000 is afgenomen, waartegen over echter staat een stijging van de an- nuïteitenleeningen met rond 130.000. Dit laatste betreft de leeningen voor de gebou wen voor de geneeskundige dienst en voor ciale zaken. Hee lage rente-percentage 2% doet hierbij prettig aan. De plannen, die de gemeente heeft, tot bouw van nieuwe scholen en het overnemen van het radiodistributiebedrijf, zullen waar schijnlijk nieuwe leeningen noodzakelijk maken. Ik vrees echter, dat dit met groote moeilijkheden gepaard zal gaan. De tegen woordige stand van de geldmarkt is wel zoo ongunstig mogelijk en het is zeer de vraag, of de gemeente voor deze plannen geld zal kunnen krijgen, tegen een aannemelijk rente percentage. Ik hoop echter bovendien, dat B. en W. afkeerig zullen zijn van een verhoo ging van de schuldenlast en daarmede van de posten rente en aflossing, zooals we eenige jaren geleden hebben gehad. Hoezeer ik een voorstander ben van verbetering van de toestanden bij het onderwijs, wil het mij toch voorkomen dat we gedwongen zullen zijn, hiervoor betere tijden af te wachten. Spr. staat hierna stil bij de schuldenlast van de gemeente in de laatste 10 jaar, waar bij onze gemeente een gunstig beeld ver toont ten opzichte van gemeenten van gelijke grootte. Ook uit de inkomsten, bestaande uit be lastingen en aanverwante rechten, benevens uit de inkomsten uit de bedrijven, blijkt, dat we er dit jaar ongeveer net zoo voorstaan als in 1934 en dat de ongunst der tijden el ders zwaarder heeft gedrukt, dan hier. De bedrijven zijn langzamerhand de steun pilaren van de begrooting geworden. Afge zien van het feit, of het juist is, hierop deze belangrijke winsten te maken, is het feit daar, dat zij die de tarieven willen verlagen, wel degelijk moeten uitzien naar bezuinigin gen van ingrijpenden aard, of naar andere bron van inkomsten. Er wordt in het Alge meen Rapport over deze zaak gesproken, ik zal met belangstelling luisteren naar de voor stellen, hoe dit verlies kan worden goedge maakt. Eèn andere zaak is, dat misschien eens de tijd zal komen, dat we noodgedwon gen van deze inkomsten afstand moeten doen, ik wil wel zeggen, M. de V„ dat ik dan de zaak zeer somber inzie. Want al zijn er mijns inziens nog wel enkele bezuinigingen aan te brengen, deze zullen niet zooveel opleveren, dat ze de mogelijkheid scheppen, de bedrijfs winsten te schrappen. Om bij de bedrijven te blijven, wil ik aller eerst opmerken, dat het probleem van de watervoorziening van de stad, zooals het voorwoord aangeeft, urgent wordt. Het is verstandig, dat B. en W. voor te nemen maatregelen 20.000 op deze begrooting heb ben gereserveerd, maar ik denk wel, dat met deze uitbreiding belangrijke bedragen zullen gemoeid zijn en dan zie ik met schrik naar de stand van de geldmarkt, die leening vrij wel uitsluit. Gaarne zou spr. vernemen, of het College in technisch en finantieel opzicht al plannen heeft gemaakt. Ofschoon het prettig is te zien, dat de gas fabriek klaarblijkelijk door de moeilijkste tij den heen is, zoodat verschillende voorzienin gen wat ruimer geraamd kunnen worden, blijft de vraag, of een herziening der gas- tarieven, speciaal nu de petroleum gerant soeneerd wordt, het debiet niet zou stimu- leeren. Ook is het de vraag of die voorzie ningen wel wat royaal zijn opgezet. Spr. drukt er zijn tevredenheid over uit, dat het aantal werkloozen ongeveer half zoo groot is als in 1936 en appre cieert de richting, die het college heeft ingeslagen, om zooveel mogelijk voor werkverschaffing te zorgen. Vrij uitvoerig staat de heer Feenstra Kui per stil bij de kosten voor de officieele ont vangsten. Spr. zegt naar aanleiding hiervan: le. Het is, naar mijn meening, niet de taak van B. en W. avondpartijen te houden, zoo als reeds eenige zijn gegeven. 2e. Mochten zeer uitzonderlijke omstandig heden er toe voeren, dat dit wel gewenscht blijkt, dan worde die partij gegeven uit naam van den Raad. die uitdrukkelijk in art 1 van de gemeentewet en art. 142 van de grond wet aan het hoofd van de gemeente is ge steld Het College zorge er dan voor, dat de Raadsleden ex officio worden uitgenoodigd en verzoekt hen tevens de gasten mede te ontvangen en aangenaam bezig te houden. de. Bij het opmaken van de lijst van uit nodigingen worde alleen het algemeen be lang m het oog gehouden. Hierbij gelde dus met de voorwaarde dat de uitgenoodigde in- t^ndronZ1f ,eenS ,°f meermalen hebben ver toond op de door den Burgemeester gehouden ontvangmiddagen. Hoe langer hoe meer is Europa vast- geloopen en het lijkt vrijwel hopeloos om nog uit de impasse te geraken, waarin de landen zitten. Vooral nu Engeland en Frankrijk zich hebben vastgebeten op het idee om het nationaal socialisme te ver nietigen. Men schijnt in dit opzicht van geen wijken meer te willen weten, omdat men, zooals we in ons overzicht van gis teren uiteenzet ten, de zwakheid van Duitschland voelt. Men stelt zoo radicale eischen aan Berlijn, dat men vooruit weet, dat Hitier daar niet op in kan gaan, zon der zichzelf voor zijn heele volk en Euro pa te blameeren. Uit het Duitsche antwoord op het aanbod van goede diensten van onze Koningin en Koning Leopold, waarvan de Telegraaf gis teravond den hoofdinhoud wist mee te deelen, blijkt tusschen de regels door, dat Duitsch land graag terug zou willen, maar dat het aan Berlijn, door Engeland en Frankrijk onmoge lijk gemaakt wordt. Chamberlain, die eerst de soepelheid in persoon was, toont nu een halsstarrigheid in het nastreven van het ge stelde doel, dat de eenige uitweg voor Duitschland is of volledig capituleeren, of... een wanhoopsoorlog. Duitschland toont ge neigdheid tot onderhandelen, maar niet nadat het eerst de Eng'elsch-Fransche eischen heeft ingewilligd, die zooals men weet, hierop neer komen, dat de zelfstandigheid van de staten, die Duitschland de laatste twee jaar door zijn agressie^ heeft teniet gedaan, eerst hersteld zou worden. Laat ons eerst praten, zoo rede neert Berlijn, dan kunnen we misschien tot overeenstemming komen. Engeland en Frankrijk voelen daarvoor echter niets en dus zal er voor Duitsch land niet anders overbleven, dan het vredesaanbod van de beide vorsten af te wijzen, met daarbij de verantwoordelijk heid te leggen op de schouders van Enge land, om zich vervolgens te bezinnen op welke wijze het zijn gehaten tegenstander, Engeland, de grootste schade kan toebren gen. Op welke wijze? dat blijft nog de open, we zouden willen schrijven, de ang stige vraag, omdat daardoor een dreigend gevaar boven de neutrale staten blijft hangen. Een kat in het nauw maakt rare en onberekenbare sprongen. Men kan er verzekerd van zijn, dat. wanneer Duitschland eenmaal tot het offensief over zal gaan, het niemand en niets zal ontzien, dat het inderdaad een ontzettende strijd zal worden, omdat hij voor het Derde Rijk spoedig tot een beslissing moet komen. Daar is de nijpende binnenlandsche toestand, daar zijn de onbetrouwbare factoren in Oostenrijk, Tsje- cho-Slowakije en Polen. Een groote gewapende macht zal daar op de been moeten blijven en wie zal zeggen, dat men, wanneer Duitschland hopeloos in de knel zit met Engeland en Frankrijk, geen verzet zal wagen. De bitter heid is er groot genoeg voor. Dit zijn allemaal factoren in het nadeel van Duitschland en men voelt daarom wel, dat Hitier een aanvaardbaar vredesplan, met beide handen zou aangrijpen. Zijn „groote vriend", de Beer in het Oosten, laat hem leelijk alleen modderen en gaat ondertusschen door met zijn eigen lief hebberijen in het Noorden. We hopen daar morgen nog nader op terug te komen. Italië schijnt zich vrijwel geheel van Duitschland losgemaakt te hebben, zoodat het Derde Rijk met zijn ontzaggelijke problemen alleen worstelt. 4e. De keuze van de datum, waarop de par tij zal worden gehouden, wordt zoo gedaan dat het mogelijk is, dat het geheele Gollege', dus alle wethouders en ook de secretaris naast den Burgemeester aanwezig zijn. Vervolgens staat spr. stil bij de vragen die hij gesteld heeft over de hulpverleening van het R. Kruis tijdens de feestweek en spreekt de wenschelijkheid uit, dat het col lege goed zal doen, in de volgende jaren van de belangeloos aangeboden hulp van het Roode Kruis een dankbaar gebruik te maken Vervolgens dringt spr. aan op een ern stige poging de, scholen, die nog door d° militaire bezet zijn, ontruimd te krijgen, daar het onderwijs hierdoor veel te lijden heeft Speciaal het middelbaar en hooger onderwiis moet gegeven worden onder zeer bezwaren de omstandigheden, en dit kan slechts af breuk doen aan de resultaten ervan. Spr. betreurt dat nog geen oplossing gevonden omdat*" de /.n*ernaat van de Zeevaartschool, omdat de tijdsomstandigheden vermoedeliik V°Snr0Phgieein oplossinS onmogelijk maken. Spr. besluit zijn beschouwingen als volgt: men' He h moeilijke oorlogstijden vor- m!" °"derg™nd van dit geheele betoog. Nog sluit deze begrooting en nog zijn we el- gXzen MVp°fl0r 00r,l0^eweld binnen onze grenzen Maar reeds verkeert deze gemeente oveHea mVe^ndbeIeu'fhetgeen Z6ggen wil' dat verleg met de militaire overheid officieel i<? ingeschakeld. Ik hoop en vertrouw dat d it overleg op welwillende en tactvolle w£ Van beide zijden zal plaats hebben en dat het in onderdeelen, bijvoorbeeld wat be treft de luchtbescherming der burgerbevol king. voordeel zal afwerpen. UIëer°evol- Moeilijke dagen, misschien moeilijke iaren gaan we tegemoet. Ik kan niet anders doen dan het College en de geheele Raad inzicht en wijsheid toewenschen, voldoende om dip moeilijkheden te bekampen. 0m dle (Zie vervolg pag. 2.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 13