De positie niet van onze stad ongunstig Den Helder in 1939 De toekomst letterlijk en figuurlijk „in het duister Men beware zijn optimisme ^uêUlea pfiAonen $u&i£ta (j-eAtenigitiq.tri ïïlaAin t- Gonccbten Hei ke\keÜjk Cto-eti T-aantti SiLCm ZenLyt MnnqAij.kt data Zaterdag 30 December 1939 Derde Blad Zij,, dit Pittn cjintytn Griep, Kou, Pijn. ö.'j-tïig. muqitkCt'Attt Huiiduinen en dt U.U.U. Het afgeloopen jaar geeft weinig reden tot optimisme. Het begon temidden van oorlogs geruchten en oorlogsdreiging, het eindigt in een Europeeschen krijg, waarvan we het be gin wel weten, maar waarvan het einde in de toekomst verborgen ligt. We weten even min op welke wijze deze strijd zich nog zal ontwikkelen en ook niet of ons land nog in dezen waanzin betrokken zal worden. We hebben echter vandaag geen blik in de toe komst te werpen, we behoeven ons niet te wagen aan voorspellingen waarvan we geen enkele zekerheid hebben, we hebben slechts terug te zien op het jaar dat voorbij snelde, dat zich gevoegd heeft bij de eindelooze rij van zijn voorgangers en dat gevolgd zal worden door tientallen, door honderden tnis- «chien, voordat het einde van het bestaan onzer goede aarde zal zijn aangebroken. In de wenteling der eeuwen is een spanne tijds van een jaar, naar het woord van den Psalmist als een gedachte, als een droom, als een schaduw. Toch be seffen we vandaag meer dan vroeger, dat er geweldige dingen in zoo'n korte spanne tijds kunnen plaats hebben, dat het gelaat van de wereld er in veran derd kan worden, dat de vreugde kan versterven en de smart er voor in de plaats kan treden. 1939 is een jaar, dat met zwart krijt in het boek der geschiedenis zal worden aan- geteekend. Wij moeten vandaag toch even stil staan met hen, die in de dagen en maan den die voorbij gingen, zich het liefste za gen ontvallen, dat zij op aarde bezaten. We willen nu even stil zijn met die vrouwen en kinderen, die als gevolg van den oorlog zich hun man, vader of zoon zagen ontvallen. Ook in ons eigen land en in de plaats onzer inwoning werden velen getroffen door dit ÈTjiroevig lot en in het bizonder op dezen laat- sten avond van het voorbijgegane jaar, voe len zij het leed weer schrijnen, het leed, dat een wonde sloeg, die nog niet geheeld kan zijn. Neen, 1939 geeft geen reden tot optimisme. En toch is er voor ons volk en voor onze stad wel reden tot dankbaarheid. Daar is in de eerste plaats de groote dankbaarheid, dat we tot nog toe, buiten den oorlog bleven en daar is het feit, zij het een zuiver materia listisch feit, dat onze begrooting voor het komende jaar sluitend gemaakt kon worden zonder belastingverhooging. De financieele positie van onze stad is niet ongunstig. Er is in dezen tijd vooral wel reden tot groote waakzaamheid, maar niet tot ongerustheid. We kunnen vertrouwen hebben in het beleid van het College van burgemeester en wethouders, dat reeds tal vah malen getoond heeft de belangen van onze stad naar beste kunnen te behartigen. Ook in zijn nieuwe samenstelling, waarover wij elders schrijven, meenen wij, dat dit ver trouwen niet zal worden beschaamd. De internationale omstandigheden hebben hun weerslag in onze stad eveneens vrij ern stig doen gevoelen. Allereerst heeft de Middenstand te lijden gehad door den span- nenden toestand. Heeft het publiek de eerste weken van den oorlog vrij druk gekocht, de weerslag kwam al spoedig en gaf een stilte in de zaken, die naar we vertrouwen, zich weer spoedig herstellen zal, nu men begrijpt, dat het gewone leven zijn gang gaat. In de bouwbedrijven, waarin in het begin van dit jaar een zoo verheugende opleving was, dank zij de belangrijke bevolkingstoe name van onze stad, is vrijwel alles stil gelegd. In de nieuwe buurt ziet men de fun deeringen van de woningen reeds maanden lang liggen, maar van opbouw is niets geko men. Een stagnatie in den aanvoer van bouw materialen, het stijgen van de prijzen, de on zekerheid betreffende den oorlogstoestand, heeft alle initiatief lam gelegd. Ook dit zal echter wel van tijdelijken aard zijn en we mo gen verwachten, dat het komende jaar wel nieuw leven zal brengen, als de toestand zich aan ga.„t passen aan de omstandigheden. De gemeente zal hopenlijk daarin voorgaan. Als we ons niet vergissen, dan zal in het begin van 1940 besloten worden tot den bouw van eenige openbare lagere scholen. De in November van 1939 begonnen groote bouw werken, het gebouw van sociale zaken aan den Kanaalweg en dat van de Gemeentelijken geneeskundigen dienst aan den Middenweg naderen hun voltooiing en zullen begin vol gend jaar in gebruik gesteld kunnen worden. Verwacht wordt, dat dit met het gebouw ^n sociale zaken 1 Februari, met dat van den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst, 1 Maart het geval zal zijn. Daarmee is onze stad een paar fraaie bouwwerken rijker ge- Worden. Bezien we de verbeteringen in onze 'stad, dan kunnen we ook tevreden zijn over het voorbijgegane jaar. Practisch heel oud Den Helder is in 1939 cnder handen genomen en var, een betere bestrating voorzien. De Wacht- straat Kreeg een nieuwe rioleering, het Dijkje" werd gemoderniseerd en waar het in de bedoeling ligt in het komende jaar nog wat stegen en straatjes onder handen te nemen, mag dit gedeelte van onze stad zeker niet klagen over de voortvarendheid van het Gemeentebestuur. De Middenweg heeft in 1939 een groote beurt gehad. De weg werd over een groot ge deelte verbreed en tal van moderne ruime woningen verrezen daar. De Balistraat werd verbeterd, de Ceramstraat en de Billiton- straat werden aangelegd. Een belangrijk aan tal vriendelijke woningen werden daar ge bouwd en waren binnen den kortst mogelijken tijd verhuurd of verkocht. Er blijkt nog steeds een tekort aan kleine middenstandswoningen in onze stad; woningen van 5 6 gulden huur. Nu we toch over het bouwen in onze stad spreken: Het Kon. Instituut onderging een zeer belangrijke verbouwing en kreeg op het binnenterrein een groot nieuw gebouw erbij Op de Marinewerf verrezen verschillende nieuwe werkplaatsen en is men nog druk bezig met verbouw en aanbouw. De bevolking is dit jaar vrijwel station- nair gebleven. Op 1 Januari 1939 telde onze stad 37.113 inwoners, op 1 Decem ber van dit jaar 37.193. Dat we groei hiervan mogen verwachten ligt opgesloten in de uitbreiding van de Marine, die bin nen korteren of langeren tjjd zal plaats hebben. Van de jubilea, die ook dit jaar weer door tal van stadgenooten gevierd zijn, noemen wij er enkele. Op 23 Februari was de heer J. van Engelsdorp Gastelaars 25 jaap in dienst van de Gasfabriek. Zooals bekend is de heer van E. G. ook zeer actief werkzaam op philantro- pisch gebied, speciaal op dat van den Bond van Barmhartigheid. 19 Maant werd onze plaatselijke muziek meester, de heer Leewéns, 70 jaar; ongetwijfeld een datum die in dit jaaroverzicht nog even gereleveerd mag worden. Op 20 April gaf Helder's Mannenkoor een eere-concert voor zijn leider, dat ten volle mocht slagen. 8 Februari waren A. Heyblok en J. Schenkels een kwart eeuw lid van „Winnubst"; on getwijfeld een zeldzaamheid in onze stad met haar zoo zeer vlottende bevolking. 1 April was zuster J. M. Vermeulen 30 jaar verpleegster en werd haar ter gelegenheid daarvan een bescheiden huldiging gebracht. Op 10 Mei werd den heer P. van Twisk, directeur der plaatselijke bioscopen, door Prinses Juliana de zilveren medaille van ver dienste aangeboden namens het Hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis. 2 Augustus herdacht pastoor H. J. Verhey het feit dat hij vóór 25 jaar zijn priesterschap aanvaardde. 31 October was de bekende zeeridder Dirk Bot in de Gasstraat een halve eeuw getrouwd, hetgeen aanleiding gaf tot een serenade van het „Stedelijk Muziekkorps" en tot een intieme huldiging, waarbij het gemeentebestuur niet ontbrak. 16 December herdacht de familie Vos- de Groot in Julianadorp het feit dat zij niet min der dan 65 jaar geleden in het huwelijk trad. Beide oudjes zijn reeds in de 90 jaar. 30 Januari bestond onze plaatselijke tooneel- vereeniging „Tavenu" 35 jaar. Ter gelegen heid van deze mijlpaal voerde men op het stuk „Het lied van alle tijden", dat een groot succes verwierf. Het zelfde kan worden gezegd van den feestavond. 12 Januari vierde de Heldersche Midden- standsvereeniging in Casino haar 30-jarig be staan. 13 April zeilde de H.W.N., onze watersport- vereeniging, 10 jaar, welk jubileum op prettige wijze in het Kegelhuis herdacht werd. Zij hier bij vermeld, dat terzelfder tijd de H.W.N. een nieuw clubhuis in gebruik nam, dat alleszins geslaagd is te noemen. Bij deze „ups" van de H.W.N. werden haar ook de „downs" niet be spaard. In Den Helder toch verdronk het be stuurslid P. Plasmeijer, die met zijn vriend Rottier in een kano buitengaats gegaan was. Van geen van beiden heeft men meer iets teruggezien. 1 April jubileerde de stafmuziek der Ko ninklijke Marine, over welk feest men elders leest. 1 Juni vierde de H.F.C. „Helder" haar 30- jarig bestaan, met een receptie en een feest avond. Penningmeester Dorlijn werd bij deze gelegenheid tot eere-lid verheven. 23 September bestond de speeltuin „Tuin dorp" 10 jaar. 7 October tenslotte herdacht de afdeeling Den Helder van den Nederl. Bouwarbeiders Bond haar 25 jarig bestaan. Indien het voor één vereeniging een zwart jaar geweest is, dan is het dat voor „Moed Volharding Zelfopoffering". Niet minder dan 7 maal moest de garde aantreden om een harer wapenbroeders naar zijn laatste rustplaats op Huisduinen te brengen. 2 Januari was dat Jan Schendelaar de po pulaire Jan-van-Lootje" uit den Ouden Helder. 11 April werd Willem de Boer ten grave gebracht. Hij redde meer dan 105 menschen het leven. 29 April was het Pieter Botter, een der laatste overlevenden van den Renown-ramp. 12 Juni zeeridder Willem de Boer overleden. 23 Juli Cor Dekker overleden. 21 Augustus Klaas Blokker en tenslote 20 November Piet Ostenburg „Oom Piet", werd gemist en men mist hem nóg. Hij be hoorde, met Janus Kuiper, tot de eere-garde en men betreurt het heengaan van dezen zoo sympathieken menschenredder, die er zoo wei nig pretenties op na hield. Op 8 Juni werd Den Helder opgeschrikt door het bericht van overlijden van wethouder W. de Boer. Den heer De Boer, sedert jaren lid van het college van B. en W. in de functies van wethouder van onderwijs, reiniging en vissche- rij, kon men haast niet uit het kader van het gemeentelijk leven denken. Zijn ter aarde be stelling was een gebeurtenis, waaraan iedere instantie der Heldersche gemeenschap deel nam. Bij velen zal de heer De Boer nog lang in de herinnering blijven voortleven, als een voorbeeld van doorzettingsvermogen en wils kracht. Op 2 December overleed de heer N. J. Vin ken, eigenaar van de bekende houthandel aan de Spoorgracht, kerkmeester der Kath. kerk, lid-penningmeester van het R.K. Schoolbestuur en de St. Lidwina-inrichting. Dokter Grunwald Voorts was er een bekend stadgenoot, die dit jaar zijn ambtsbezigheden neerlegde: wij doelen op dokter A. Grunwald, sedert jaar en dag een zeer populaire verschijning in onze stad en zeker niet in het minst bij de jeugd. Ongeveer 35 jaar lang trad dokter Grunwald als medicus op; aanvankelijk als huisarts, daarna als schoolarts en de laatste jaren als districts-schoolarts, waarbij zijn werkkring ge vormd werd door het geheele Noord-Holland- che Noorderkwartier. Speciaal als „schooldokter" was de heer Grunwald een bekende bij de jeugd van Den Helder en ver daarbuiten. Dit wordt wel het duidelijkst gedemonstreerd door het feit, dat men veelal 's-morgens een schare jongelui voor de woning van den dokter in het Juliana- park zag paradeeren, en welke schare niet eerder tot heengaan te bewegen was alvorens zij enkele pepermuntjes in de wacht gesleept hadGenoemde pepermuntjes vervulden ook sedert lange jaren een rol van beteekenis bij de keuring van de „eerstejaars", die door deze spijs het huilen doorgaans spoedig staak ten. Een figuur, die men niet in de laatste plaats in onderwijskringen in Den Helder en daar buiten zal missen. zult in dit jaar weer heel wat stappen doen. En als uw eerste stap pen naar Koppen gaan zullen de volgende pret tiger en veerkrachtiger rijn. Ook voor 1940 zullen wij ons parool voor 't zelfde geld meer waarde tot het uiterste doorvoeren en onze bekende degelijke twaliteit strikt hand- laven. Snel en goed helpen hierbij altjjd een poeder of cachet van Mijnhardt. Mijnhardt's Poeders per stuk 8 ct. Doos 45 ct. Cachets, genaamd „Mijnhardtjes", 2 st. 1 Oct. Doos 50ct. Het vorige jaar was er een gerucht, dat oorzaak was dat velen veronderstelden, dat het instituut der Marine-concerten ten doode opgeschreven was. Dit bleek echter toch niet het geval te zijn. Integendeel, men is met een even groot enthousiasme weder aan het werk getogen en het bezoek moge dan nog stellig voor verbetering in aanmerking komen, het neemt niet weg dat er sprake is van een zeer behoorlijke belangstelling. In een ander over zicht werd reeds het een en ander geschreven over het groote jubileum, dat onze „staf" op zulk een grootsche wijze mocht vieren. Men zal zich nog herinneren op welk een bijzonder hartelijke wijze zoowel de marine als de bur gerij dirigent en korps gehuldigd hebben. Een huldiging, die zeer op haar plaats was, gezien de belangrijke taak die deze kapel bij onze marine vervult. Wat de meest recente concerten betreft, op 25 October werd het eerste der serie 1939/1940 gegeven. Op lofwaardige wijze werd uitge voerd Beethoven's „Jenaer Symphonie"; even eens een concert van formaat was het tweede, waarop Beethoven's Tweede Symphonie be luisterd kon worden. Een kranige prestatie van den heer Leistikow en zijn mucisi. Op dit concert trad als solist op de adsp. muzikant J. B. Kling in het vioolconcert van Tartini Het was een eerste, doch zeer hartelijke ken nismaking. Enkele dagen geleden schreven wij over het derde concert, zoodat het onnoo- dig is daarover te schrijven. Men zal het zich nog herinneren. Voor het Stedelijk Muziekcorps was de datum 27 Augustus 1939 een niet onbelang rijke. Toen toch viel, na heel lang wikken ei> wegen, eindelijk de beslissing inzake een nieuwen kapelmeester, die den vertrokken heer Joh. Pala zou opvolgen. Het bleek dat de keuze gevallen was op den heer Jac. Bos, den popu- lairen dirigent van „Harmonie" en dé man van het niet minder bekende „M.S.F." Hoewel het moeilijk is reeds nu een gevestigd oordeel over den nieuwen directeur als leider van het „Stedelijk" te geven (slechts in één concert mochten wij hem als leider zien) meenen wij toch, dat de keuze verantwoord was. Een rus tige, en over ervaring beschikkende dirigent, die zijn taak zeker niet als een sinecure opvat. 23 November mochten wij een goed concert van „Winnubst" beluisteren. Op dit concert mocht de kapel de voldoening smaken de op het concours te Hoorn verworven lauwertak ken op het (toch reeds volle!) vaandel te hechten, Ook de andere plaatselijke korpsen gaven in den loop van het jaar hun uitvoeringen, waarvoor steeds bevredigende belangstelling bleek te bestaan van de zijde der leden en donateurs. Wat de zanguitvoeringen betreft, 14 Febr. gaf „Toonkunst" een uitstekende vertolking van „Das Lied von der Glocke". Als solisten waren geëngageerd Corry Bijster, Ans Stroink, Roos Boelsma, Jan Schipper en Lu- cien Louman. Zoowel koor als solisten waren uitnemend in vorm en onder de bezielende lei ding van den heer Leewens werd het geheel een sclioone weergave van een schoon zangwerk. Op 4 Mei was het wederom de heer Leewens die de aandacht van zanglievend Den Helder vroeg, thans voor de uitvoering door Helders R. K. koor van Haydn's „Die Jahreszeiten". Solisten en koor bleken ten volle voor hun niet lichte taak berekend, zoodat de uitvoering een groot succes werd. Misschien dat het in de na bije toekomst mogelijk zal zijn van dit werk nog eens een reprise te hooren. Het is het, zóó vertolkt, zeker waard! 16 November gaf de zang-, orkest- en reci- teervereenigïng „Harmonie", onder leiding van den heer Jac. Bos, een uitvoering van „De Graaf van Luxemburg". Een genoeglijke ope rette, genoeglijk opgevoerd en -die tevens, dat „Harmonie" nog steeds haar partij staat. 18 December was het wederom „Toonkunst", die met Bruckner's „Grosze Messe" en Bach's „Weihnachtsoratorium", onder leiding van den heer Leewens, iets bijzonders bracht. Men zal zich ongetwijfeld de enthousiaste beschouwing van de hand van onzen muziek-medewerker nog herinneren. In het dilettanten-tooneelleven van onze stad staat „Tavenu" nog steeds in de eerste gelede ren en als- niet alle teekenen bedriegen, zal zij daar nog wel menig jaartje staan. 3 Mei bracht de vereeniging (ook voor de abonné's van de „Heldersche Courant") „En Jacob diende" voor het voetlicht, een gezellig blijspel, dat natuurlijk in geen verhouding stond met de jubileums-uitvoering in Januari, waar op men vergast werd op „Het lied van alle tijden", een uitstekend vertolkte comedie. 13 November, de datum van de eerste uit voering van het seizoen 1939/'40, bracht een „spel-van-criminaliteit-en-liefde"; een vlot stuk dat vlot gespeeld werd. Binnen niet al te langen tijd staat wederom een uitvoering van „Tave nu" voor de deur. Als wij ons niet vergissen, wordt dit weer een stuk in gedegen vorm. 10 'October stond Neêrlands eerste declama- trice, Charlotte Kohier, weer op de Heldersche planken, ditmaal met Marcel Matthys' „Filo- meentje". Hoewel ongetwijfeld haar vroeger eveneens alhier opgevoerde „Marathondans" van grootscher allure te noemen valt, bleek ook uit dit „Filomeentje" het groote en zeer artistieke talent van deze declamatrice. Spre ken wij hier de hoop uit, dat mevrouw Kohier ook in het nieuwe jaar een of meerdere keeren ons van haar uitzonderlijk kunnen zal laten ge nieten. Tenslotte de abonnementstooneelvoorstellin- gen. Wat de laatste betreft, 24 October kreeg men van het Nederlandsch Tooneel het blijspel „Toen wij huwden" te aanschouwen, en 30 No vember „Zesde Etage" door „Het Masker" uit gevoerd, met in de eerste rollen Ko Arnold en Magda Janssens. Het laatste stuk behaalde een zeer gróót succes. Wij meenen echter te weten, dat het beste nog te wachten staat. Dat is echter iets waarover wij binnenkort reeds hopen te schrijven. Over het Heldersche „film-leven" valt feite lijk weinig te vertellen. Men kreeg regelmatig de films van groot formaat in de theaters af gedraaid, zoowel buitenlandsche als Holland- sche. Ook waren er verscheidene intellectfilms, waarvoor steeds veel belangstelling bleek te bestaan. In het bijzonder mogen genoemd wor den de films, gedraaid onder auspiciën van het Natuurhistorisch Museum. Tenslotte waren daar op 1 November in Ca sino de „Bali-film" van de Stoomvaartmaat schappij „Nederland" en niet te vergeten op 8 November de voorstelling voor autoriteiten van de „Marinefilm", die enkele weken daarna in het normale programma van „Rialto" mee liep. De „Marinefilm" is een kranig staaltje van cinematografie, gewrocht door Polygoon, die hiermede haar sporen wèl verdiend heeft. In het kerkelijk leven van onze stad is uiterlijk weinig verandering gekomen. De Evangelisatievereeniging „Ter verbreiding der waarheid", ontving haar nieuwen voor ganger, Ds. J. H. Jansen, in het begin van dit jaar. De Ned. Herv. Gemeente moest in het be gin van de mobilisatie haar kerkgebouw aan de Weststraat tijdelijk afstaan. Na drie we ken kon het gebouw weer ontruimd worden, doch waar toen tevens bleek, dat het een restauratie meer dan noodig had, heeft men de zaak meteen aangepakt en nog steeds wordt alleen de kerk aan het Helden der Zee plein gebruikt. Waarschijnlijk zal dit nog wel eenige maanden duren. Van de R. Katholieke kerk ging een be mind geestelijke, kapelaan Coelen naar Den Haag. Kapelaan Coelen was een practisch man, geestelijk adviseur van tal van vereenigin- gen, uitnemend spreker, kortom een man die de achting van alle katholieken had. Men zag hem dan ook noode gaan. In zijn plaats werd benoemd kapelaan Hetem. Een belangrijk gebeuren in R. katholieken kring was het opdragen van de eerste mis door kapelaan Bruin, een zoon van de Paro chie van de H.H. Petrus en Paulus. Belang rijk in het bizonder voor de familie van den geestelijke. Over het geheel genomen bestaat er voor het godsdienstig leven meer belang stelling. Het kerkbezoek is over alle linies beter. Het is een verschijnsel, dat zich niet In een bepaalde kerk voordoet, maar waarover alle voorgangers zich verheugen. Een belangstelling die waar schijnlijk te danken is aan het feit, dat de mensch ervaren heeft, dat het mate rialisme hem geen geluk brengt en dat hij zijn steun en verwachting moet heb ben niet van den mensch. Dit jaar heeft ons medegebracht het bankroet van den mensch. Moge het hem winst gebracht hebben in anderen zin. Wat het jaar 1939 voor Huisduinen bracht stelt, over de geheele linie genomen, niet teleur. Weliswaar blijft er ook thans nog zeer veel te wenschen over, maar deze regelen staan niet zoo in mineur als dat in vorige jaaroverzichten het geval was. Nemen wij het voornaamste bedrijf op Huisduinen bij den kop, het Zeebad, dan blijkt dat men van de mobilisatie de vruchten ge plukt heeft inzake de inkwartiering. Tal van officieren maakten gebruik van het badhuis, evenals dat het geval was met de andere villa's en woningen. Praktisch geen énkele is thans onbewoond. Op 14 April nam de voor mobilisatie een aanvang en dat was tevens de datum dat de drukte voor Huisduinen begon. Het normale gastenbezoek was ook meer dan in vorige jaren, waaraan de moeilijkhe den die thans aan buitenlandsche reizen verbonden zijn, wel niet vreemd zullen zijn. Door dat alles zijn de loopende middelen van het Zeebad Huisduinen dit jaar, in ver gelijking met voorheen, niet ongunstig te noemen, iets wat den burger weder moed geeft. Jammer blijft dat deze opleving uiteraard geen natuurlijke is. Direct hierop aansluitend dient het vele werk gememoreerd te worden dat door de VVV verzet is. Speciaal denken wij daarbij aan den arbeid van 't Verkeershuis, dat tal- looze schriftelijke, telefonische en andere vragen beantwoordde. Zoo ooit dan bleek dit jaar hoe vlot deze schakel werkt. Tenslotte nog iets, wat voor velen een te leurstelling zal beteekenen. Zooals bekend bestond het voornemen in Juni aanstaande het groote jaarlijksche congres van de Ne derlandsche Vereeniging voor Vreemdelingen verkeer in Den Helder te houden. Het Hoofd bestuur heeft hiervan echter, gezien de om standigheden, moeten afzien, zoodat er geen congres in Den Helder gehouden zal worden. Iets dat ongetwijfeld door de plaatselijke af deeling betreurd wordt. Misschien dat de mo gelijkheid bestaat dat dit congres te zijner tijd toch hier gehouden wordt. Mogen wij er nog de aandacht op vestigen, dat het 25 Juni a.s. een halve eeuw geleden zal zijn dat de VVV Helders Belang opge richt werd. Een jubileum, dat ongetwijfeld herdacht zal worden, zij het ook op beschei den wijze. Dr MC0I3TE PCTO POPTPET-_ ATELIER JAC de RCEP 5 15 Januari deed ds. H. Jansen zijn intrede als predikant van de Evangelisatie vereeni ging tot Verbreiding der Waarheid. Op 13 Februari ontbrandde debrood oorlog. Fel spitste zich al spoedig de strijd tusschen „De Volharding" en de overif-e plaatselijke bakkers toe en menige protest vergadering werd gehouden. Hoewel men van de zijde der bakkersbon den niet is blijven berusten in den toestand, is daarin feitelijk geen verandering gekomen. Of dit tenslotte de ondergang van een aantal kleine bedrijven zal beteekenen, zal waar schijnlijk het jaar 1940 leeren. In ieder ge val is de broodprijs momenteel, in verhouding tot de meeste andere gemeenten des lands, laag. Op 16 Mei werd een grootscheepsche luchtbeschermingsoefening in onze stad ge houden, waarvoor ook van buiten levendige belangstelling bestond. Het resultaat der oefening, waaraan zoowel het geheele ge- meenteapparaat als de marine deelnam, was bevredigend. Een geheelen middag en avond stond de stad in het teeken der „bescher ming". 15 Juli geschiedde de onthulling van het borstbeeld van den zeeheld Dorus Rijkers op het Helden der Zeeplein. Het was generaal Swart, die het monument aan de gemeente overdroeg. Janus Kuiper werd dien dag tevens begiftigd met de onderscheiding „Broeder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw" terwijl Piet Ostenbrug een enveloppe met in houd mocht ontvangen. Een belangrijke da°- voor het Nederlandsche reddingswezen Mogen wij tenslotte nog even in herinnering roepen de aan sensatie zoo rijke dagen van September, toen de mobilisatie ook het beeld van Den Helder wijzigde. Het waren dag-en die menig Nieuwedieper niet spoedig zal ver-' gcwvii*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 9