Het meisje
MINISTER DE GEER V0DD
..LEUGENAAR UtlGEMUKI
vuren van Tohr
Een nieuw zwemvest
Wilde dieren in hun
kooien verbrand
Geldboete niet genoeg voor
mr. Rost van Tonningen
DE ZOMERDIENST DER
SPOORWEGEN
Radioprogramma
Zenuwachtig
door Edgar Rice Burroughs
Met groot drtjfvermogen.
Het groote aantal scheepsrampen, dat in
<je laatste maanden is gebeurd, heeft de be
langstelling sterk gericht op e reddingmid
delen voor schipbreukelingen.
Het probleem: hoe kunnen opvarenden
van een schip, ingeval van een ramp, het
jjeste beschermd worden tegen den verdrin
kingsdood en tegen de schadelijke gevolgen
van de koude als gevolg van een langdurig
verblijf in het water, is thans wel zeer
ureent.
Verschillende uitvinders in diverse lan
den hebben zich met deze vraae bezie Re-
houden. Een van hen is de heer M. J. Hol-
jebrands, oud-administrateur der koopvaar
dij, die een nieuw zwemvest heeft uitgevon
den.
Het vest bestaat uit speciaal gepre
pareerde Javakapok, waardoor het
drijfvermogen groot is en het vest
een goede bescherming tegen de
koude biedt.
Het is zoo gesneden, dat de drager of
draagster zijn of haar armen en beenen vol
komen vrij kan bewegen. Indien het schip
dus in een gevaarlijke zone komt, kunnen
de schepelingen zonder daarvan noemens
waardige hinder te ondervinden, het vest
tijdens hun werkzaamheden blijven dragen.
Zij behoeven dan dus ingeval van een ramp
niet eerst hun vest te gaan halen, maar zijn
onmiddellijk gereed het eventueel zinkende
schip te verlaten. Het bruto-gewicht van het
vest bedraagt 1.7 kilogram. Op het vest zijn
behalve lussen, waardoor de drenkeling
makkelijk uit het water te halen is, twee
reflectors aangebracht, zoodat de drenkeling
ook in de duisternis opgemerkt kan wor
den. Het bevat een waterdichte zak, waar
in paspoort, scheepspapieren of kostbaarhe
den geborgen kunnen worden. Het kan zon
der bezwaar onder overjas of mantel gedra
gen worden.
Wellicht kan dit nieuwe reddingmiddel
eventueel in de plaats komen van de thans
op de Nederlandsche schepen in gebruik
zijnde kurken zwemvesten.
Honderden paarden en olifan
ten vluchten de stad in.
Dinsdagavond heeft brand ge
woed in het winterkwartier van het
te Rochester (Indiana) gevestigde
circus Cole Brothers, waarbij al
le gekooide dieren van de onderne
ming, waaronder leeuwen, tijgers,
luipaarden, apen en eenige zeehon
den, zijn omgekomen.
Ongeveer 350 andere dieren, welke zich
in stallen bevonden, waaronder twintig tot
vijf en twintig olifanten, wisten los te bre
ken en draafden in het wilde weg de stad
in. Het enorme uit baksteen opgetrokken
gebouw, waarin alle dieren uitgezonderd
een tiental kameelen waren ondergebracht,
werd een prooi der vlampaen. De aange
richte schade werd geraamd op 150.000 tot
200.000 dollars. Ongeveer 300 paarden, waar
onder fraaie rijdieren, voegden zich bij de
olifanten en kameelen om aan de vlammen
te ontkomen, nadat zij waren losgemaakt
door circuspersoneel, dat zich in een hoek
van het gebouw bevond, toen de brand werd
ontdekt. Tijdens de reddingswerkzaamheden
weerklonk het angstgeschreeuw van de die
ren o.m. een nijlpaard in de brandende
kooien. De tamme dieren wist men in
veiligheid te brengen. De eigenaars van de
circusonderneming verklaarden nog niet te
FEUILLETON
uiicU£unchAo^-in
kunnen zeggen, hoeveel dieren ln het vuur
waren omgekomen. Verscheidene olifanten
en eenige paarden trachtten naar het bran
dende gebouw terug te keeren, doch wer
den door het personeel tegengehouden, waar
na de dieren in wilde vaart naar de stad te
rugrenden.
Naar het Engelsch van
Norman Charlton
2G.
Ik begrijp niet, hoe het mogelijk is, dat
u hem hebt; ik dacht eigenlijk, dat u bedoel
de, dat de dectectives hem opgespoord had
den.. Hoe bent u er aangekomen?
Ik heb hem gevonden.
Gevonden?
Ja.
Waar heb u hem gevonden?
Dat kan ik u niet vertellen. Vraagt u
mij alstublieft niets meer!
En u hebt hem bij u?
Beneden in de hall.
Lord Harlsmore stond half op en ging weer
zitten. Zijn moeder keek haar bezoekster aan.
Wat een eigenaardige plaats voor zoo'n
kostbaar stuk. In de hall? Bij uw parapluie?
Neen, ik heb hem in mijn koffer weg
gesloten. Dat leek me de veiligste plaats
Niemand zal in een gewone koffer zooiets
kostbaars vermoeden. Ik ben vandaag uit
Woollacombe gekomen...
O, wat lief van u! En hebt u uw koffer
heelemaal van Woollacombe meegebracht
met den diadeem erin? Dat étui is in ieder
geval niet te klein.
Mevrouw Hemmings stond op. Ik zal
hem gaan halen.
Zij ging naar de deur toe.
U ziet er zoo moe uit, mevrouw Hem
mings, zei lady Harlsmore op medelijdenden
toon. Ik zal iemand van het personeel
bellen om den koffer te halen.
Neen, neen.
Zij tastte naar den deurknop, maar wan
kelde. Lord Harlsmore snelde op haar toe en
steunde haar.
Het is niets, het is al weer over, zei ze
zwakjes. Misschien wil uw zoon me wel
een arm geven..,
De nazi-redacteur wegens belee-
diging tot voorwaardelijke ge
vangenisstraf veroordeeld.
Het Haagsche Gerechtshof heeft gisteren
in hooger beroep bevestigd het vonnis van
de rechtbank aldaar waarbij mr. M. M.
Rost van Tonningen, hoofdopsteller van het
„Nationale Dagblad" is veroordeeld tot een
voorwaardelijke gevangenisstraf van één
maand met drie jaar proeftijd en een
geldboete van f 200.subs. 100 dagen hech
tenis.
Deze veroordeeling geschiedde naar aan
leiding van een artikel in het „Nationale
Dagblad" van 19 Juli 1939, getiteld: „De
onridderlijkheid van minister van Dijk", in
welk artikel zinsneden voorkwamen, welke
beleedigend voor den toenmaligen minister
van Defensie werden geacht.
Het Hof heeft bij zijn arrest het beroep
van verdachte op noodweer verworpen, ter
wijl voorts werd overwogen, dat het opleg
gen van een geldboete alleen geen voldoen
de waarborgen biedt, />m verdachte van
noodelooze krenkingen te weerhouden.
Tal van verbeterignen te wach
ten. Doch Invoering van het ge
zinstarief onwaarschijnlijk.
Naar wij vernemen, zijn de werkzaamhe
den aan de electrificatie van de lijn Arn
hem—Nijmegen en BreukelenHarmeien,
tengevolge van de strenge vorst in de af-
geloopen weken geruimen tijd belangrijk
vertraagd.
In verband hiermede werd reeds medege
deeld, dat de ingebruikneming van de lijn
ArnhemNijmegen niet eerder zal geschie
den dan einde Maart, dus anderhalve maand
later dan verwacht werd.
De inschakeling van de lijn Breukelen—
Harinelen zal pas geschieden bij de invoe
ring van den nieuwen zomerdienst, op 15
Mei a.s. Het staat thans vast, in tegenstel
ling met elders gepubliceerde berichten, dat
de huidige dienstregeling niet zal worden
gewijzigd en gehandhaafd blijft tot de in
voering van den zomerdienst op 15 Mei a.s.
Deze zomerdienst zal, vooral wat
betreft de frequenties op de verschil
lende baanvakken, tal van verbete
ringen bevatten.
Ook ten opzichte van de tarieven
zijn verschillende verbeteringen nog
dit jaar te verwachten. Een uitzon
dering moet evenwel worden ge
maakt ten aanzien van de doorvoe
ring van het gezinstarief.
De ministerieele goedkeuring moet nog
worden afgewacht. Bovendien zijn de voor
uitzichten betreffende de doorvoering
van dit tarief niet bijster gunstig. De gewij
zigde tijdsomstandigheden schijnen een der
gelijke ingrijpende tariefswijziging niet ge
heel te verantwoorden. Het is daarom niet
onwaarschijnlijk, dat hiervan zal moeten
worden afgestapt, alhoewel men wel einstig
overweegt aan enkele partieele wijzigingen
de voorkeur te geven.
ONDER VALLENDEN BOOM GERAAKT.
Ongeluk met doodelijkcn afloop.
Gisterochtend was de heer H. Bosma na
bij de Nederlandsch Hervormde kerk te
Hemelvuur aan het hoornen hakken.
Op een gegeven oogenblik raakte hij on
der een vallenden boom. Toen men hem er
onder vandaan haalde, waren de levens
geesten reeds geweken.
N.S.B.-er voor het Haagsche Hof.
Wegens beleediging van „een ambtenaar
in functie" en wel van minister president
de Geer, dien de heer C. van Geelkerken,
sprekende op een N.S.B.-vergadering over
het nieuwe kabinet op 16 Augustus (den dag
na het optreden van dat kabinet) in den
Dierentuin te 's Gravenhage, had betiteld
als „oude leugenaar", wprd op 5 December
j.1. de heer van Geelkerken door de Haag
sche rechtbank tot f 50.boete subs. 50 da
gen hechtenis veroordeeld, hoewel de offi
cier van justitie f 200.plus een voor
waardelijke gevangenisstraf van twee maan
den had gevorderd.
De officier, was van dit vonnis in beroep
gegaan bij liet hof, voor welk college gis
teren de heer van Geelkerken zirh opnieuw
kon verantwoorden, waarhij hij zijn spijt be
tuigde. de door hem overigens erkende uit
drukking ten aanzien van iemand van den
leeftijd als minister de Geer te hebben ge
bezigd.
Er werden geen getuigen gehoord.
De procureur-generaal achtte in het on
derhavige geval een strengere straf dan de
rechtbank had oncelegd wel gerechtvaardigd
en z.i. had de officier van Justitie zeer te
recht f 200.boete geëischt, met een voor
waardelijke toevoeging als de genoemde.
Het wilde den procureur-generaal voorko
men, dat f 200.in betere verhouding zou
staan dan f 50.tot hetgeen de heer van
Geelkerken had misdaan en dat de voor
waardelijke vrijheidsstraf met een
nroeftiid van drie jaren goed zou wer
ken. Snr. vorderde mitsdien bevestiging
van het vonnis behalve ten aanzien van de
strafmaat, in welk opzicht hij zich geheel
aansloot bij hetgeen de officier had ge-
eischt.
De heer van Geelkerken zeide in ant
woord hierop, dat het hem sterk opviel,
dat de procureur-generaal vasthield aan
de kwaliteit \»n „beleediging van een
ambtenaar in functie", wijl het toch gin"
om woorden, die de heer de Geer op 12
April 1030 had gebruikt als voorzitter van
de vergadering der Christelijk-Historische
Unie te Amsterdam.
Volgens het verslag in de N.R.C. zou de
heer de Geer daar gezegd hebben, dat de
N.R.B. het ingriinen van Duitschland in
Tsiecho-Slowaküe volkomen heeft verde
digd en dat zulk een verdediging gelijk
stond met landverraad. De waarheid is, zoo
ging de heer van Geelkerken voort, dat
de N.S.B. het bedoeld" optreden niet heeft
verdedigd, wb'l toch de alg. leider der N.
S. B. duidelijk heeft geschreven, dat Berlijn
en Londen heiden dienen te weten, dat
men ons vaderland niet aan een dergelijk
ingriinen zou blootstellen en dat zulk een
inlijving 'n maoh'shandeling beteekent, die
in sfriid is met het nationaal-socialisme.
Wij wenschcn, zoo ging de lieer v. Geelker
ken voort, voor eigen land en eigen volk
op te komen, doch waar de heer de Geer
een voorstelling van zaken ten aanzien van
de opvatting der N.SB. had gegeven, in
strijd niet hetgeen haar leider had be
toogd, daar kon spr. niet anders zeggen
dan „hij liegt".
Het hof zal 6 Maart uitspraak doen.
Neen Akkertje
VRIJDAG 23 FEBRUARI 1940.
Hilversum I. 1875 en 414.4 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA.
10.40 VPRO. 11.00 —12.00 VARA.
8.00 Berichten ANP.
8.10 Orgelspel.
8.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Gramofoonmuziek.
10.45 Declamatie.
11.00 Pianovoordracht.
11.30 Declamatie.
11.45 Gramofoonmuziek.
T ARZ AN de
41.
De gevangenen keken verbaasd naar de
gestalte, toen de sluier gevallen was. want
voor hen stond een mooie, blanke vrouw, ge
tooid met kostbare juwelen. En hoewel ze
beeldschoon was, droeg haar gezicht toch de
kentekenen van boosheid en duivelse harts
tochten. Haar scherpe ogen namen de gevan
genen een voor een <?p, waarna ze eindelijk
het woord tot hen allen richtte. „Hoe kwa
men jullie in het land van de gele mensen?
Hoe komt het, dat het leven jullie zo weinig
waard schijnt, dat jullie het geven in de han
den van Ahtea, de koningin van Tohr?" Ma
joor Burton keek Dr. Wong even van terzijde
aan. Tohr! Dat was het doel waarna ze ge
zocht hadden. Ze hadden gedacht een geheel
tot ruïnes vervallen stad te zullen vinden,
een dode stad, verborgen in de jungle. In
plaats daarvan was het een levende stad, waar
zg weldra het noodiot zouden ontmoeten. Tar-
zan antwoordde de koningin. „U weet hoe we
hier kwamen. Mungo bracht ons". „Waarom?"
vroeg Ahtea. „Vraag het hem, ik weet het
niet", zei de aapman stug. De twee keken
elkaar met ijskouden blik strak aan. Het
conflict tussen hen was geschapen.
12.00 De Palladians.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
I.00 AVRO-Amusementsorkest.
2.00 Voor de vrouw.
2.10 Disco-causerie.
3.00 Pianovoordracht.
3.304.00 AVRO-Dansorkest.
4.05 Gramofoonmuziek met toelichting.
4.30 De Rosian Ladies.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 De Ramblers.
6.00 Orgelspel.
6.30 Letterkundig overzicht.
6.50 Zang met pianobegeleiding.
7.00 Cyclus „Het beginselprogramma der
S.D.A.P.".
7.18 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 Voor de jeugd.
8.00 Zang en piano.
8.30 Cyclus „Verworvenheden, die niet verloren
mogen gaan".
9.00 Radiotooneel.
9.30 Fragmenten uit de opera „Don Juan".
10.40 Avondwijding.
II.00 Berichten ANP.
11.10 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.30—12.00 Esmeralda.
Hilversum II. 301,5 m.
Algemeen programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Berichten ANP.
8.05 Schriftlezing, meditatie.
8.20 Gramofoonmuziek (9.30 2.45 Gelukwen-
schen).
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
Ik wil er niet van hooren, dat u naar
beneden gaat, zei lady Harlsmore met be
slisten stem. Breng haar naar dien leun
stoel en geef haar wat cognac. Augustus.
Na den cognac voelde mevrouw Hemmings
zich wat beter. Zij trachtte weer op te staan.
Neen, ik laat u de trappen niet afgaan;
laat Augustus hem maar halen.
Mevrouw Hemmings haalde een sleutelbos
te voorschijn. Als uw zoon zoo vriendelijk
zou willen zijn, stamelde ze verontschuldi
gend.
Natuurlijk, zei de jongen gedienstig.
U zult in mijn koffer een doos vinden,
een bonbondoos met een kapot deksel; er zit
een touwtje om heen. De doos ligt onder
mijn zwarte japon in den rechtschen hoek
en de diadeem zit er in. Als u zoo vriendelijk
wilt zijn ik geloof dat Ik op dit oogenblik
niet naar beneden kan komen.
Lord Harlsmore nam den sleutel. Hij ging
de kamer uit en sloot de deur acht ir zich.
Het is vfeemd. hield lady Harlsmore
aan, dat u den diadeem gevonden hebt. Ik
wil niet zeggen, dat ik niet nieuwsgierig ben,
want dat zou dwaasheid zijn, maar de poli
tie zal toch alle bijzonderheden willen weten.
Mevrouw Hemmings begon te schreien; zij
trachtte haar tranen in te houen, maar dat
gelukte niet en toen begon ze zenuwachtig
te lachen. Lady Harlsmore keek haar een
paar seconden verschrikt aan, toen wipte zij
het bed uit en op één been hinkte ze naar
haar bezoekster.
O, lady Harlsmore uw voet. Laat mij
u gauw weer in bed helpen.
Mijn voet hindert niet; u kunt zelf
haast niet staan.
Leunt u maar op mij.
Lady Hemmings werd in bed geholpen en
mevrouw Hemmings schudde zorgzaam de
kussens op.
Maar wilt u mij niet vertellen wat u zoo
hindert?
Ja, zei mevrouw Hemmings, dat wil ik.
Ik voel, dat ik sympathie bg u zal vin
den; maar uw zoon komt direct terug.
Ik zal hem wegsturen.
Op dat oogenblik ging de deur open en
lord Harlsmore kwam binnen. In zijn hand
had hij een bonbondoos, waaromheen een
touwtje gebonden was.
Ik kon het ding eerst niet vinden, daar
om ben ik wat lang weggebleven, vertelde
hij; ik meende dat u zei aan den linker
kant.
Neen, rechts, antwoordde mevrouw
Hemmings.
Maar dit is de doos toch zeker?
Hij gaf de doos aan de gravin, die het
touwtje begon los te trekken.
Wat een idee dat mijn diadeem in een
bonbondoos terugkomt...! wel... wat... me
vrouw Hemmings!
De laatste woorden klonken als een angst
kreet.
Mevrouw Hemmings stond vlug op. Wat
is er vroeg ze ontsteld.
Dat is mijn diadeem niet!
De gravin hield een presse-papier in de
hand.
Mevrouw Hemmings staarde als verwezen
naar het voorwerp. Is er verder niets in
de doos?, fluisterde ze ademloos.
De gravin hield de doos ondersteboven.
Dat is alles, behalve een paar stukjes
watten.
Mevrouw Hemmings streek met de hand
over het voorhoofd.
Ik heb den diadeem er toch met eigen
hand ingelegd, mompelde ze, en de doos
in mijn zwarten koffer weggesloten.
Dan is er iemand in uw zwarten koffer
ge weert, zei lord Harlsmore. Dat is de
eenige verklaring.
Ze bleef eenige oogenblikken zwijgend na
denken.
Ik begrijp het al, hijgde ze. Toen ik
uit was om... die vrouw op te zoeken, toen
heeft hg... ja toen! Ik liet mijn koffer ln
mijn slaapkamer slaan en hij moet...
Wie? riep de gravin.
Het gezicht van mevrouw Hemmings was
heelemaal verwrongen: Mijn zoon!
Ze zonk voorover op het bed.
HOOFDSTUK XIX.
De vluchtelingen.
Lilian had sterke zenuwen en toen haar
woede over de onkiesche vraag van mevrouw
Hemmings wat verminderd was, begon ze
den toestand al gauw kalm te overzien. De
tijd om een verklaring te geven was nu ge
komen en het zou verstandiger en gemak
kelijker zijn dit aan de buitenkant van de
gevangenismuren te doem Zij mocht niet
alleen aan zichzelf denken, dat „dolle-
mensch", zooals zij mevrouw Hemmings in
gedachten noemde, was in staat haar tante
en haar vader eenige onaangename uren te
bezorgen.
Ze nam het besluit onmiddellijk uit Wool
lacombe te vertrekken en naar Londen te
rug te gaan. Daar zou ze den minster gaan
opzoeken en hem de afschuwelijk verwar
ring uitleggen, waarin zij door een samen
loop van omstandigheden geraakt was. Zij
zou het aan hem overlaten aan zijn zuster
11.15 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek. (Om 12.30 Berichten
ANP).
12.45 Toespraak.
I.00 De Gooilanders en gramofoonmuziek.
2.30 Christ. lectuur.
3.003.55 Viool en piano.
4.00 Gramofoonmuziek.
4.30 Celeste-ensemble en declamatie.
6.30 Causerie „Vroege voorjaarsgroenten".
7.00 Berichten.
7.15 Letterkundig halfuur.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten.
8.15 Arnhemsche orkestvereeniging, soliste en
gramofoonmuziek.
9.30 Actueel halfuur.
10.00 Berichten ANP.
10.05 Psychologische causerie.
10.35 Zang en piano.
II.15 Gramofoonmuziek.
Ce 11.5012.00 Schriftlezing.
en zyn neef een verklaring te geven en als
de eerste opwinding geluwd was, zou ze zelf
George gaan opzoeken om hem excuus te
vragen voor de ellende, die ze hem bezorgd
had. Haar wangen werden warm bij de ge
dachte aan hem. Zg had hem belachelijk ge
maakt en dit zou hij haar waarschijnlijk
nooit vergeven, maar als dat wel zoo mocht
zijn, dan zou ze hem toonen, hoe dankbaar
ze was voor de zelfopofferende manier, waar
op hg voor haar in de bres was gesprongen.
Misschien zou ze wel
Ze pakte haar koffers en ging ln de
bakkerij.
Tantelief, ik moet onmiddellijk naar de
stad terug.
Toch geen slecht nieuws, kindje? Je
verveelt je hier zeker gruwelijk? Ja, Wool
lacombe is een stil nest.
Integendeel, ik vind het hier een beetje
te druk.
Tante Martha keek haar vragend aan. ze
begreep niet, hoe haar nichtje het In Wool
lacombe te druk kon vinden. Maar er kwam
geen nadere toelichting; het eenige wat
Lilian zei was:
Ik kan u alles niet precies uitleggen,
maar ik moet naar Londen terug.
Kom je weer terug?
Lilian weifelde. Misschien, niet voor
lang, maar ik kom u in elk geval gauw weer
opzoeken, tante. U hent zoo vriendelijk voor
mij geweest en ik ben zooveel van u gaan
houden!
Ze nam kameraadschappelijk afscheid van
de meisjes in den winkel en vertrok naar het
station, blij dat haar tante Martha het te
druk had om haar uitgeleide te doen, want
in geval zij gearresteerd zou worden, gaf zij
er de voorkeur aan, dat haar tante geen ge
tuige zou zijn van zulk een schokkend voor
val.
Tijdens haar wandeling naar het station
keek ze met eenige angst de straat af Er
was echter niets verdachts te zien. Maar op
eens kwam iemand in snelle vaart een hoek
om en botste zoo wat tegen haar aan; haar
hart stond stil toen zg George Hemmings
herkende.
T&,hem geen oogenblik tijd te verhezen,
zei hij hijgend, ik moet direct met den
trein mee. maar ik wilde eerst naar u toe om
u te waarschuwen.
Waarvoor?
Het bloed trok uit haar wangen weg.
(Wordt vervolgd.)