Ernstige beschuldigingen tegen Minister Van Boeyen Leve het vrije Noo, wegen Minister Dijxhoorn snapt er niets van Zware straffen geëischt De kwestie NedV^er. u. d. Luchtbescherming Koning en regeering roepen op tot verzet Nazi's moeten van Groenland afblijven Deensche schepen onder Amerikaansche vlag? Italië blij den oorlog in te gaan? Peulvruchten op bon 20 Tapijt wevers willen staken De eerste grasboter Het hoofdbestuur van de Nederlandsehe Vereeniging voor Luchtbescherming, door minister Van Boeyen beschulditrd van de loyaal optreden en gebrek aan daadkracht heeft gemeend zich uitvoerig en gedocumen teerd te moeten verdedigen tegen de ministe- rieele aantijgingen. Daarvoor had het j.l. Woensdag-ochtend in Den Haag een pers conferentie belegd, waarbij een vloed van fei tenmateriaal werd aangeboden. De voorzitter der vereeniging, de heer J. W. Klein en inr. H. Bogaardt, secretaris hebben mede monde ling alle mogelijke toelichtingen verstrekt, xoodat ten slotte gezegd kan worden, dat het bestuur niets heeft nagelaten om de be schuldigingen te ontzenuwen. c En het gróóte verschil met de persconferentie, op 3 dezer door mi nister Van Boeven gehouden en bij welke gelegenheid Z. Exc. zijn ern stige grieven tegenover het hoofdbe stuur der N. V. uiteenzette, zoodat de bewindsman zelfs verklaarde „met bloedend hart" de relaties te hebben moeten verbreken, is wel dit, dat de minister bijna geen enkel nader bewijs van zijn beschuldigin gen aanvoerde, terwijl de N.V.L. op de door hadr gehouden conferentie met de pers-vertegenwoordigers een lijvig „dossier" overhandigde, be vattende bijna 80 getypte bladen met uittreksels uit talrijke brieven, in houd van rapporten enz., waarbij ook een paar fotovs van brieven wa ren gevoegd. Voorts had men in een zwaar pak bijeen gebracht al "hetgeen de vereeniging in den afgeloopen tijd aan vlugschriften, boekjes, pamfletten, maandbladen, studiebladen, wandplaten, speldjes en insignes had uit gegeven, een respectafdwingende verzame ling, bewijzende het waakzame initiatief d<p- centrale vereeniging. Het is gevoeglijk onmogelijk om het lij vige pak van gegevens eens eventjes stuk voor stuk te gaan behandelen en wij moe- ten dus wel volstaSn met;, enkele gvflpe it imaar vóór alles mag wel even wonle'iV ge tuigd, dat men hief staat. Vóór een ■♦óTsla-1 gen raadsel! Ter persconferentie - met de N. V.L. kon dat mysterie al evenmin worden opgelost, namelijk waarom minister Van Boeyen en zijn ambtenaren plotseling zoo scherp tegen de N.V.L. zijn gaan ageeren. Niet zonder hilariteit werd ter conferen tie een gramofoon-plaat afgedraaid, welke gedeelten der rede weergaf, wlke minister van Boeyen en jaar geleden (7 Maart 1939) voor de radio heeft gehouden en waarbij Z. Exc. met klem verzekerde: de Ne derlandsehe Vereeniging voor Luchtbeschen ming geeft u de noodige voorlichting. Zij onderricht u over de gevaren en hun ge volgen. Zij geeft u wenken, zij biedt u de helpende hand bij de organisatie van de luchtbescherming. Zij is de door de Over heid erkende organisatieEn even later: „de Nederlandsehe Vereeniging. voor Luchtbescherming deed en doet veel en Voert haar kracht tot het uiterste op. Nu.de miniserieele woorden op de pers^ conferentie van 3 dezer: „het weinige, dat de centrale leiding der N.V.L. aan positie- Ven arbeid op het gebied van de luchtbe scherming verrichtte, kan zonder bezwaar door de inspectie worden overgenomen Wég was alle waardeering, wég waren dus de huldigende woorden der radio! Wlat kan daarvan de oorzaak zijn Zéér ernstig, eigenlijk wel het „be- nauwendst", is de telkenmale door het hoofdbestuur der N.V.L. geuite schrille klacht: alle beschuldigingen die tegen ons bestuur zijn inge bracht, zijn steeds buiten ons om gegaan: het bestuur werd in geen enkel opzicht ooit in de gelegen heid gesteld, zich te verweren. Men heeft zoo verklaarde Mr. Bo gaardt herhaaldelijk nooit behoorlijk antwoord gekregen op de tot het mihistei ie gerichte vragen om nadere motiveenng der beschuldigingen. „Elke reactie bleef uit De voorzitter, de heer Klein, meende het groote .raadsel" aldus te moeten oplopen, de minister zou niet onwelwillend gestemd zijn alshij juist was voorgelicht. 7„ Exc. tracht zijn best te doen. Maar ikheb wel het gevoel aldus nog de heer Klein dat op het departement machten tegen ons aan het werk zijn. De heer Klein onhulde ook een en ander van de conferentie tusschen het hoofdbe stuur en de ministers De Geer en mix- hoorn. Laatstgenoemde had een stapeltje pa perassen voor zich liggen, kennelijk van Binnenlandsche Zaken afkomstig, enwe de bewijzen zouden bevatten xan de - nietigende rapporten", waarovernjint* Van Boeyen op zijn persconferentie immers gesproken had. Minister Dijxhoorn verklaarde, be reid te zijn den aard der klachten uileen te zetten, zocht en zocht in de papieren, doch moest ten slo erkennen, niets te kunnen vinden. De heden van het hoofdbestuur, die al nieuwsgierig hadden zitten kijken, in afwachting van nu einde lijk komende concrete feiten, wisten nu natuurlijk niet hoe zi.i het had den. En Exc. Dijxhoorn vermoede lijk evenmini Alléén mr. Mulder, de vertegenwoordiger van minister Van Boeyen,.zei iets over „een hoofd van de luchtbescherming van een groo te gemeente, die bezwaar maakte tegen een artikel in het Studie-Orgaan, omdat dit arti kel in strijd zou zijn met de plaatselijke ver ordeningen". Schuilde, in dit gevalletje iets ernietigends"? De groote klacht van minister Van Boeyen. In het lijvige verweer der vereeniging wor den verschillende ernstige beschuldigingen an den minister weerlegd. „Het aantal on- uistheden ligt zoo opgetast, dat wij er niet aan kunnen denken deze stuk voor stuk te gaan behandelen"; aldus het bestuur. Op de persconferentie deed de minister immers blij ken, dat pjn gramschap voornamelijk ge richt was op de wijze, waarop het bestuur der N.V.L. gedraald zou hebben met de Sta tuten-wijziging, noodig geworden door het aanvaarden van het rapport-Quarles van Uf- ford, gevolgd door een unfair aanvallen van de essentialia van het genoemde rapport. Heeft het bestuur gedraald, gechicaneerd? De feiten zijn dat door treuzelen op het de partement, regeeringswijzigingen en ver vangingen van den behandelenden hoofd commies op 23 November 1939 de departe mentale voorbereiding van de bestudeering der Statutenwijzigingen geëindigd was, En reeds op 1 December d.a.v. werden de Statuten in de hoofdbestuursvergadering be handeld. Van „op de lange baan schuiven" was dus geen sprake. Intusschen waren er allerlei strubbelingen geweest tusschen N.V.L. en ministerie en een audiëntie met den minister, op 15 Januari 1940, om de moeilijkheden op te lossen, ver liep zeer onbevredigend. De minister eischte dat uiterlijk op 15 Maart een algemeene ver gadering, waarin de Statuten zouden worden besproken, zou worden gehouden, wilde men op subsidie-uitkeering kunnen blijven reke nen. Maar... eer het 15 Maart werd, ontving de vereeniging van den minister plotseling: een „ultimatum"! Kort en goed kwam dat hierop neer, dat zoowel de voorzitter als de secretaris der vereeniging vóór 20 Maart moesten aftreden. Waarom? Z. Exc. meldde in zijn schrijven een brief te hebben ontvangen „van een der Cómmiséa'riSsep der Koningin" (later, op de persconferentie onthulde de minister, dat het de Commissaris van Friesland, baron Van Harinxma fhoe Slooten, was), waarin hitter werd geklaagd over de leden van het dagelüksch bestuur der. N.V.L., omdat zij m- fep*eidow*ij zSf&dën namelijk alom iit den l&nde. stemming trachten te ma- keti tthren de frWtrwe statuten. Natuurlijk- antwoordde het hoofdbestuur, en ind uideltjke bewoordingen gaf men den minister te verstaan, dat het méér dan onbil lijk was het aftreden te eischen van mannen, die zich gehepl belangeloos beschikbaar had dén gesteld voor een moeilijk werk en dat reeds ten tijde, toen... het ministerie bitier weinig belangstelling toonde voor de zaak der luchtbescherming. En voorts vroeg men om feiten, wat de beschuldigingen betreft. ,Onze vraag om opheldering werd onbeant woord gelaten", aldus vertelde ons de heer Klein, en... „wij weten nog niets"! „Op den stoel der Regeering"? Minister Van Boeyen heeft doen blijken, dat hij in de gestie van de vereeniging zag pogingen om „op den stoel der Regeering" te gaan zitten. Hoe is dat nu mogelijk? vroeg de heer Klein zich af. De Regeering heeft zich tèn aanzien van de gezinsbescherming nimmer uitgesproken: zij gaf nog geen enke le richtlijn. De vereeniging gaf vlugschriften uit, na goedkeuring der inspectie. Zij hield zich aan haar taak; de gezinsbescherming, en onthield zich stelselmatig van onbehoor lijke bemoeiing. Men heeft den minister slechts om één feij gevraagd, waaruit het te gendeel zou blijken, doch er kwam geen ant woord. „Wij vragen niets anders dan lei ding", aldus riep de voorzitter uit, want: de minister is de baas, wij zijn dienaren". De heer Klein wees er nog op, dat ver zet tegen de nieuwe statuten is uitgegaan van verschillende afdeelingen (vooral Den Haag), die het hoofdbestuur zelfs verweten, accoord te zijn gegaan met de voorstellen! Dus: het hoofdbestuur had géén bezwaar te gen de statuten. Wat zal er nn gebeuren? De heer Klein deelde mee, dat op 27 April a-s. te Utrecht, in het gebouw voor K. en W. de algemeene vergadering zal worden gehouden. Het hoofdbestuur wil pal blijven staan, omdat het Van meening is, dat, indien de N.V.L. als centrale lande lijke organisatie verdwijnt, het particulier initiatief geheel in de verdrukking zal komen. Men hoopt ook zonder het Regeeringssub- sidie aan het werk te kunnen blijven. „Op een andere manier krijgen wij het geld wel!" deelde de heer Klein mee. Conclusie. „Het departement steeds achter de feiten aan!" Ten slotte nog enkele woorden ten beslui te. Bovenstaande geeft nog slechts zeer ge deeltelijk de „conflict-stof" weer, zooals die ons werd voorgelegd. Over enkele we ken zal minister Van Boeven heeft hij beloofd weer een persconferentie beleg gen, om aan te geven, wat er nu vanwege het departement zal worden gedaan Dan zal moeten blijken in hoeverre men wil voort bouwen op het pioniedswerk der N.V.L., waarvan het bestuur beweert, dat het mi nisterie animositeit zou gevoelen ten aan zien van de activiteit der vereeniging. om dat zooals de heer Klein verklaarde „het departement steeds achter de feiten heeft aangeloopen". Het is buitengewoon te betreuren,da juist in deze dagen van spanning zulke dingen van het landsbe stuur worden gezegd en méér nog, dat men in staat is deze bewering aannemelijk te maken. De Noorsche minister-ptesident Nygaars- vold heeft tot het Noorsche volk een pro clamatie gericht, waarin hij zegt dat Duitschland tegenover Noorwegen een ge welddaad heeft gepleegd, zooals de geschie denis er maar al te veel kent. De Duit- schers hebben het land overweldigd met bommen en andere vernietigingsmiddelcn en zij hebben de rechten van een klein volk, dat in vrede wenscht te leven, ernstig geschonden. De toekomst van Noorwegen ziet er voor het oogenblik misschien somber uit en de invallers kunnen stellig groote verwoestin gen aanrichten, doch de Noorsche regeering is ervan overtuigd, dat voor het land een nieuwe en vrije toekomst zal dagen. Zij spoort derhalve het geheele Noorsche volk aan Hét erfdeel van de vrijheid des lands te bewaren en 1 den strijd voor de vrijheid voort te zetten, getrouw aan de groote denk beelden, die sedert eeuwen den grondslag hebben gevormd voor den vooruitgang van ons land. Le ve het vaderland, leve het vrije Noorwegen! DE PROCLAMATIE VAN DEN KONING. De proclamatie wordt gevolgd door de volgende verklaring van den Koning: „Ik onderschrijf ten volle den door de regeering gepubliceerden oproep en ik ben ervan overtuigd, dat het geheele volk zich in de genomen besluiten aan mijn zijde be vindt." HISTORISCH SLOT IN DUITSCHLAND DOOR BRAND VERWOEST. Een felle brand heeft den vorigen nacht het slot Emplin, een der schoonste kasteelen in Meckenlenburg, dateerende uit den bloeitijd van de renaissance, volledig ver woest. EEN AMERIKAANSCHE PERSSTEM. De Amerikaansche radiostations blijven aanzienlijk langer dan normaal geopend, om den luisteraars de berichten over den strijd in Scandinavië te verschaffen. De bladen publiceeren vele extra-edities. Hen- ry Breckinridge die vice-minister van oor log was aan het begin van den vorigen oorlog, heeft verklaard: „Indien Hitier een poging waagt om aan IJsland of Groen land te raken, zouden de Vereenigde Staten deze eilanden terstond bezetten en zouden zij b<Jh zee- en luchtmacht loslaten op de Nazis, wier overwinning het einde zou be- teekenen van de beschaving en vrijheid in de wereld. De Associated Press verneemt in Was hington, dat Deensche scheepvaartkringen reeds besprekingen geopend hebben met de Amerikaansche autoriteiten om een groot deel van de Deensche koopvaardijvloot op het Amerikaansche scheepvaartregister te brengen. De Deensche reeders wenschen Ti.1. te vermijden, dat hun schepen door Duitschland of Engeland in beslag worden genomen. i Een normale vorm van activiteit. Naar aanleiding van een opmerking van de „Daily Telegraph" als zouden de Italianen den oorlog vreezen en niet tevreden zijn over de politiek van hun regeering, schrijft het blad Tevere: Niet alleen dat het Italiaansche volk den oorlog niet vreest, doch het beschouwt den oorlog sinds 1935—1936 als een der normale vormen van zijn activiteit. Het zal bereid en zelfs blij zijn den oorlog in te gaan, wanneer zijn belangen zulks zullen eischen. Contrabande. De lading van een aangehou» den Nederlandsch vrachtschip wordt gedeel- telijk in een Engelsche haven geloef, nadat de contrabande-autoriteiten er beslag op heb ben gelegd. DE CALLANTSOOQER ANTI- LUCHTBESCHERMERS. VIER EN TWEE MAANDEN. - DE ZAAK VOOR HET HOF TE AM STERDAM. De procureur-generaal bij het gerechts hof te Amsterdam heeft een zeer zware straf geëischt tegen de inwoners van Cal- lantsoog die geweigerd hadden hun posten bij de luchtbescherming in te nemen. Tegen den principieelen dienstweigeraar werd vier maanden geëischt; tegen den man die had geweigerd omdat de comman dant hem onnoodig een gevaarlijke post wilde laten bezetten, zoo hij meende, tot twee maanden. De burgemeester van Callantsoog de heer Reehorst werd thans gehoord. Deze verklaarde, dat hij alle daarvoor in aanmerking komende ingezetenen had aan gewezen om 'snachts om de veertien dagen, twee uur dienst te doen. Getuige had ge mende dat de eerste verdachte niet zou wei geren aan de voorschriften te voldoen, daar het hier een passief werk in het be lang. der burgerbevolking .betrof. De Alkmaarsche politierechter had de zelfden mannen tot drie maanden en twee maanden veroordeeld van welk vonnis zij in hooger beroep waren gekomen. Arrest in beide zaken 25 April. Gedurende het tijdvak van Vrijdag 12 April a.s. tot en met Donderdag 9 Mei a.s. geeft de met 20 genummerde bon der rijksdistributie kaart recht op het koopen van een kwart ki logram bruine boonen, witte boonen of an dere gekleurde boonen, tuinboonen, capucij- ners of grauwe erwten. DREIGEND CONFLICT TE OSS. Gist eravond heeft het hoofdbestuur van den R.K. textielarbeidersbond St. Lamber* tus te Oss een ledenvergadering belegd ter bespreking van een door de directie van Gebr. v. d. Bergh's koninklijke tapijtfabrie- ken aangekondigde- loonsverlaging welke betreft de accoordloonen in de weverij en gemiddeld twintig procent zal bedragen, in gaande Maandag 15 April a.s. Besloten werd hierover niet te onderhandelen en indien deze verlaging zou doorgaan, Maan dag as. den arbeid niet te hervatten. NAAR H M. DE KONINGIN. De eerste grasboter is gisteren aan H.M. de Koningin aangeboden door den heer K. van de Lely, veehouder te Maasland. Denemarken door Duitsche troepen bezet Terwijl de soldaten binnen rukken, zien de inzittenden van een passeerende autobus belangstellend toe. (tele-foto)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 3