Partijraad der S.D.A.P. bijeen HeT GeHeim unn MA Reorganisatieplannen van het Onderwijs De jeugd blijv' ver van schoonen schijn! Esdale Over den staat van beleg Eén-Mei-viefing Duitschers in Roemenië Britsch nieuwsbulletin in Zweden verboden „Bij schending van onze neutraliteit moet het uiterste verzet worden geboden" Fransch compliment voor Engelsche marine Avondlycea van groot sociaal belang Postvluchtcn op Indië EERBERICHT DE BILT SEINTi „BINNENLANDSCHE POLITIEK WORDT DOOR DE GEBEURTENISSEN IN HET BUITENLAND OP DEN ACHTERGROND GEDRONGEN". In de vergadering van den Partijraad der Soc.-Dem. Arbeiderspartij, constateerde de voorzitter, de heer Drees, bij het houden van zijn inleiding, dat de binnenlandsche poli tiek door de gebeurtenissen in het buiten land op den achtergrond wordt gedrongen. Ons land is in dit conflict neutraal en wij willen alles doen, nu de collectieve veiligheid helaas niet is gehandhaafd, om de neutra liteit te behouden. Van den uitslag van het conflict hangt echter ook het lot van ons land en van de arbeidersbeweging af. Duidelijk hecrscht de opvatting, dat het nu eejst recht geboden is om bij schending van onze neutraliteit het uiterste verzet te bieden. Niemand hoeft hieraan te twijfelen. De ge beurtenissen in het noorden houden een ernstige waarschuwing in. Wij willen ons volk niet in de rampspoed van een oorlog storten. Aan den an deren kant moet de regeering zich gedragen weten door den onverzet telijke wil van het gehcele volk om den eventueel opgedrongen verdedi gingsstrijd met alle kracht te voeren. Nederland is materieel en psychisch ont zaglijk veel beter voorbereid dan in Septem ber, ook wat het binnenlandsche gevaar be treft. Wij kunnen ons verheugen in een krachtige regeering. Niets is onwaardiger dan de valsche voorstelling, die een blad als de „Telegraaf" van de bestaansenergie onzer regeering geeft. Ten aanzien van het binnenlandsch ver raad merkt spr. op. dat een hoogere maxi mum straf voor spionnage zeker gewenscht is. Met uiterste doortastendheid moet wor den opgetreden. Vreemd doet het evenwel aan, dat tijdens den algetneencn staat van beleg „Volk en Vaderland* wel in Den Haag, doch nifet el ders in beslag is genomen. Men meene vooral niet, dat de justitie niet reeds lang een intensief toezicht op be paalde elementen uitoefent. Te betreuren is het, dat iemand als de oud-minister Co- lijn het een paar maal noodig heeft geacht om op een gevaarlijke wijze in het openbaar de regeering op belangrijke punten in ge breke te stellen. Vooral geldt dit voor zijn opmerkingen inzake het nu reeds contact zoeken met bepaalde mogendheden, iets wat de regeering terecht afwijst, daar dit de kans om in het conflict te worden betrok ken, bevorderen zou. Zwakke punten zijn er in het regeerings- bcleid intusschen dok aan te wijzen. De gang van zaken bij de luchtbescherming le vert stof tot gerechtvaardigde critiek. De perspectieven inzake de woningvoorziening stemden spi. evenmin tot tevredenheid, ter wijl bijv. het aanleggen van een vluchtelin genkamp dicht bij de Duitsche grens geen gelukkige greep was. Wat betreft de zware lasten, op den duur. zoo zegt spr., moet een oplossing gevonden worden, die de massa niet onredelijk be last. Met grooten nadruk komen de soc. demo craten op voor de vermogenshcffing. Deze door: Roy Vickers FEUILLETON 10. „Jan stak het geld weer in zijn zak, maar plaatste het .zonder verder iets te zeggen, in Herman's naam op een bank. Tegelijkertijd nam hij zich voor, de helft van al hetgeen hij gedurende zijn verdere leven zou verdie nen, op dezelfde bankrekening te plaatsen. Ik zie, dat u neiging heeft om te lachen, juf frouw Esdale. Neemt u maar aan, dat er iets in het Amerikaansche klimaat is, dat een meosch sentimenteel maakt." „Het gelukt u toch maar allemaal om het kwijt te raken, zoodra u hier bent, meneer Massiter," zei Torrance met een ernstig ge zicht. „Kort daarop ging Herman terug naar En geland. Jan werd als Professor gevraagd zijn meening over een mijn in Kansas te geven. Hij gaf zoo goeden raad, dat zij hem over reedden bij hen te blijven en zijn gaven hem ook een aandeel. De helft van dat aandeel werd op Herman's naam geplaatst." „Die eerste mijn was slechts een begin. Het bleek, dat Jan een theorie had opgesteld over geologische samenstellingen, die door alle an dere professoren als onzin werd bestempeld. Maar die theorie van Jan scheen hem altijd rijke bronnen aan te wijzen hij kon, als het were, een rijke bron op vijf honderd kilometer afstand ruiken. Met een syndicaat exploiteer de hij zelf een mijn in Mexico inderdaad, Mexico, juffrouw Esdale, maar vergeet niet dat Mexico een heel groot land is. Om kort te gaan, het duurde niet lang, of Jan bezat aandeelen in een dozijn hoogst lucratieve mij nen." „Sommige van die aandeelen staan werke lijk op naam van Herman, maar daar Herman moet tot practische politiek gemaakt wor den, al zal daar naast niet elke belasting van de massa voorkomen kunnen worden. Sprekende over den komenden vrede, zegt spr., dat ook de S.D.AP. een moeilijke taa-k wacht. Wij moeten de sociaal-democratie sterk en gaaf houden. Vele van de eischen. waarvoor zij altijd geijverd heeft, dringen zich aan de wereld op, en zij zal, in samen werking met de vakbeweging, den strijd voeren voor gemeenschapseconomie, voor internationale rechtsorde en collectieve vei ligheid. Op deze inleiding volgde een uitvoerige gedachtenwisseling, waarna de door het partijbestuur gemaakte voordrachten vdor de candidaatstelling voo de in dit jaar te houden verkiezingen voor de Eerste Kamer door den partijraad worden goedgekeud. Voor de provincie Noordholland is deze lijst als volgt samengesteld: 1 J. J. Vorrink (aftr.); 2. M. A. Reinalda (aftr.); 3. C. Woudenberg: 4. E. Boekman; 5. J. Tuin; 6. P. J. Duinkerken. Chamberlain antwoordde met het volgen de telegram: Uw telegram heeft mij diep getroffen en ik weet, dat het met groote waardeering door de koninklijke marine, die er terstond van in kennis is gesteld, zal worden ontvan gen. De successen van de marine zijn een nieuw bewijs van de vastbeslotenheid der volken van onze beide landen, vastberaden te vechten tot de overwinning is behaald. HET KABINET HEEFT ER EEN STEMMIG TOE BESLOTEN, AL DUS DE MINISTER PRESIDENT. Het A.N.P. meldt: In een der bladen stond dezer dagen het volgende te lezen: „Toen de opperbevelhebber met den eisch kwam, dat de staat van beleg in ons land moest worden ingevoerd, had de Regeering, daar zij geene tweede crisis in het opperbe vel kon wenschen moeten aftreden, ten ein de plaats te maken voor een kabinet, dat wel de waarborgen bood, door onze militai re overheid verlangd." Wij hebben naar aanleiding hiervan aan den Minister-President gevraagd, of er iets waars was in de voorstelling, dat de Staat van Beleg op eisch vand en opperbevelheb ber was ingevoerd. De minister-president heeft hierop geant woord, dat deze voorstelling op de meest volstrekte fantasie berust. Tot de afkondi ging van den Staat van Beleg, zeide de Minister, is op spontaan voorstel van den President door de leden van het kabinet éénstemmig besloten. Verschillende overwe gingen hebben het kabinet daarbij geleid. „Wanneer voor de afkondiging achteraf nog eenige rechtvaardiging noodig was, dan zou deze wel gegeven worden door het feit, dat in dezen tijd een Nederlandsch Dag blad door dergelijk malicieus geschrijf de positie van de Nederlandsche regeering poogt te ondermijnen". Militaire voorzorgsmaatregelen. De Duitsche legeafic te Boekarest heeft een oproep gericht tot de Duitsche kolonie betreffende de viering van den Eersten Mei, „het Nationale Feest van het Duitsche Volk". Zij heeft een belangrijke bijeenkomst tegen Woensdagavond aangekondigd, waar de propagandaleider Wachter, die uit Ber lijn komt, het woord zal voeren. Alle Duit sche correspondenten hebben bevel gekre gen Boekarest tijdens het weekeinde niet te verlaten. De Roemeensche generale staf heeft de voorzorgs- en bewakingsmaatregelen uitge breid. Detachementen soldaten zijn op ver schillende punten van het Prabova dal op gesteld. Hier liggen petroleumbronnen Ook heeft men rondom het vliegveld van Boeka- karest luchtafweergeschut opgesteld. Voor de eerste maal zal het vliegveld vanavond militair bewaakt worden. Officieel wordt medegedeeld, dat de Fran- sclie Minister-President, Reynaud, aan zijn collega Chamberlain een telegram heeft ge zonden, waarin hij zegt: „Het volk van Frankrijk deelt met het volk van Engeland het gevoel van bewon dering en dankbaarheid voor de Britsche marine, die een roemrijke bladzijde aan haar annalen heeft toegevoegd en den vijand een wond heeft toegebracht, die niet geheeld kan worden." LYCEA ZULLEN IN DE PLAATS KOMEN VAN H.B.S. EN DE GYMNASIA. OPLEIDINGEN VAN GELIJKEN DUUR. OOK HET HANDELSONDERWIJS VERANDERT. Minister Bolkestein heeft bij de Tweede Kamer een nota ingediend, waarin een vergaande reorganisatie van het voorbereidend hooger onder wijs een het algemeen vormend mid delbaar onderwijs is vervat. De mi nister stelt zich o.a. voor, dat lycea In de plaats zullen komen van H.B.S. en gymnasia Verder overweegt de minister het instellen van avond lycea, waar, die op den gewonen leeftijd niet in staat waren voorbe reidend hooger onderwijs te ontvan- docli op lateren leeftijd daarvoor lust en aanleg toonden. Het is dui delijk dat een dergelijke onderwijsin stelling welke een afzonderlijke leer plan vraagt, groote sociale bctecke- nis kan hebben. Overlading de aanleiding tot de nieuwe plannen. Vrij algemeen is het verzet tegen de over lading op intellectueel gebied, die bij he voorbereidend hooger en middelbaar onder wijs gevonden wordt, onder meer zich open barend in het groote aantal vakken, dat op de scholen onderwezen wordt, waardoor an dere declen van een harmonische vorming der leerlingen, de phvsieke, de aeshetische, de religieuze in het gedrang komen en het schooleven bovendien te sterk het geheele leven der leerlingen overheerscht. Verder ontbreekt nog altijd de poging om door de organisatie van het onderwijs de moeilijke quaestie van de aansluiting tusschen het la ger, en het voorbereidend hooger en alge meen vormend middelbaar onderwijs nader tot een oplossing te brengen. In beiderlei op zicht wordt door de vorogestelde wijzigingen een poging tot verbetering gedaan. Er is geen land, aldus zegt minister Bol kestein, in zijn toelichting, dat als opleiding voor eenig deel van hooger onderwijs tweeërlei opleiding van ongeüjken tijdsduur kent. Den minister heeft bij zijn voorstellen be treffende een nieuwe organisatie van het voorbereidend hooger en middelbaar onder wijs mede voor het oog gestaan een bijdrage te leveren tot het versterken van het echt klassieke opdenvijs. Daartoe denkt hij zich één ongesplitste school. Er zouden drie ty pen van lycea moeten komen, nl. een met een alzijdig klassiek onderwijs, en toegang gevend tot alle hooger onderwijs, terwijl de beide andere toegang zullen geven tot be paalde hooge scholen. Een „brugklasse". De eerste klasse van deze schooltypen zal een voorbereidend karakter dragen, en aan sluiten op de hoogste klasse van de lagere school. In deze voorbereidingsklasse zal bij het geven van onderwijs de volle aandacht moe ten gegeven worden aan de vraag, of de leerling geschikt kan geacht worden voor 't onderwijs van eenig type van lyceum of van middelbaar onderwijs, dan wel of dit moet afgeraden worden. Bij het gebruike lijke toelatingsonderzoek, dat zich oorspron kelijk in hoofdzaak op de paratt kennis richtte, tracht men in den laatsten tijd te recht ook aandacht te geven aan de alge- meene intelligentie der candidaten. Hei aantal lesuren in deze klasse zal 28 bedragen. Het algemeen vormend middel baar onderwijs. Tot het algemeen vormend middelbaar dagonderwijs behooren heden o.m.: de n°° gere burgerscholen met driejarigen cursus, de handelsdajp-cholen met drie-, v ier- en vijfjarigen cursus en de middelbare schooi voor meisjes. Van drieërlei cursusduur zijn de tui voorkomende handelsdagscholen: met drte"< vier- of vijfjarigen cursus. De Minister acht vooreerst den naam handelsdagschoot verwarrend. Wat den cursusduur beteft, is het wen- schelijk een keuze te doen: een vierjarige cursus in het juiste midden. Deze vierjarige school kan ©en vaste basis geven aan de voorbereiding voor de practijk van het leven, maar ook aan die levenspracfijk nog een deel van de vorming der leelingen overlaten. Als naam dier school acht hij niet Han delsdagschool, maar Algemeene Middel bare School met vierjarigen cursus te ver kiezen. Haar karakter wordt daardoor het meest benaderd. Vooral ook voor deze school is naar beperking van vakken gestreefd. Combinatie van deze school met andere schooltypen wanneer zij niet door den nood geboden wordt is ongewenscht. Het algemeen vormend middelbaar dagon derwijs wenscht de minister dus tot slechts twee schooltypen te beperken: de algemeene middelbare school met vierjarigen cursus en de middelbare school voor meisjes met vijf jarigen cursus. Ook hier heeft de eerste klasse het karak ter van brug-, voorbereidings- en waarne mingsklasse, van waaruit overgang naar an dere schoolsoorten mogelijk is, doordat de omvang van het onderwijs gelijksoortig is aan dien in de eerste klasse der lycea. De sociale nood der jongeren on der de loupe. Naar een centra- len jeugdraad? „ZOOLANG HET BEDRIJFSLEVEN GOEDKOOPE JEUGD KAN KRIJ- GEN, LAAT HET ZICH DE WET NIET VOORSCHRIJVEN." Als beschermvrouwe van de Ned. vereeni- ging voor armenzorg en weidanigheid woon de H.K.H. Prinses Juliana Zaterdag het con gres van deze vereeniging te Utrecht bij. De voorzitter, baron van Heemstra liet in zijn openingswoord niet na, met groote waardee ring melding te maken van het vele goeds, dat door H.K.H. de Prinses voor de lijdende menschheid verricht wordt, zulks in navol ging van het prachtige voorbeeld harcr Ko ninklijke Grootmoeder. Gelukkig is het land, aldus spr., dat een vorstenhuis bezit, dat zoo meeleeft met de nooden van zijn volk! Zeer uitvoerige debatten werden gehouden over de preadviezen van het bestuur. De ver tegenwoordiger van de A.J.C. de heer Jan Peters wenschte keuring van de jongeren, voor zij in de jeugd kampen komen, omdat het werk vaak blijkt te zwaar te zijn. In verband met het praeadvies over gees telijke verzorging en zedelijke beinvloeding sprak mej. Barger (federatie van Chr. Ver- eenigden voor vrouwen en meisjes) over de wenschelijkheid van een principieele opvoe ding der jeugd. Heeft de jeugd alleen schuld of moet ook schuld gezocht worden bij de ouderen, hij de organisaties, bij de kerk? Verschillenden wezen op het gevaar van ontkerstening en van de danszalen en bios copen. Nameïus het bestuur werd opgemerkt, dat men nu eenmaal de zielen die bij de groo te massa leeg zijn op een of andere wijze moetv uilen. Spr. ervaring als lid eener propagandacommissie, bij liet officieele dan cings in groote steden, bracht hem tot de overtuiging, dat men zich veilig voelt, waar personen, die elkaar kennnen en tot een zelfden stand behooren, samenkomen. Ge vaarlijk wordt de toestand als de meisjes uit de lagere klassen in contact komen met het schijnschoon uit de hoogere wereld. DE JEUGD EN DE ARBEID. Terzake de jeugd en de arbeid voerde de heer W. F. Detiger. directeur van de ar- altijd geweigerd heeft een dollar van Jan te nemen, behalve dan de kosten van de Univer siteit, staat het te bezien of Jan ooit aan Her man heeft verteld, wat er zoo voor hem werd weggelegd." Torrance opende haar oogen. „Het verhaal van Jan en Herman werd be kend, ook het gevangenisverhaal, maar nu was de professor een groot man in de mijn industrie en dat hij eens in de gevangenis ge zeten had, werd nu als een soort van excen triciteit beschouwd. Zoo ook werd zijn verhaal, omtrent het halve aandeel voor Herman, als excentriciteit aangenomen in het algemeen dacht men, dat Herman slechts in schijn be stond, temeer daar het gezamenlijk kapitaal van Jan en Herman op ongeveer tien millioerf dollar geschat kon worden. Maar de weinige menschen, die het vreemde verhaal van die twee mannen kennen die kunnen u vertel len, dat Jan een testament gemaakt heeft, waarmee hij het geheele aandeelenbezit op zijn eigen naam èn op dien van zijn vriend, aan Herman heeft vermaakt. In uw eigen geld on geveer twee millioen pond. Dat is toch zeker géén excentriciteit." Torrance was nog een beetje boos. Waarom moest hjj dit nu allemaal vertellen, alleen om haar te zeggen dat hij een paar millioen waard was? „Het is zeker een romantisch geval. Wilt u mg nu zeggen wie Jan was?" „U had het heele verhaal zelf kunnen lezen, als U den tijd had genomen, die couranten in te kijken," zei meneer Massiter glimlachend, „het is de Parijsche editie van de Daily Re cord; zjj is van ongeveer twee maanden ge leden, maar er staat een interview in met dienzelfden Jan alias professor Ardus Ellister." „En U bent Herman?" vroeg Torrance. Tot haar verbazing kreeg hg een kleur. „Dat is niet aardig, juffrouw Esdale. Zegt u nu eens eerlijk, vindt U dat ik er zoo oud uitzien Practisch gesproken ben ik mis schien oud genoeg om uw vader te zijn. Maar ik had gehoopt, dat ik in omgang en geest..." „Het was heelemaal niet mijn bedoeling u te kwetsen. Ik wist niet dat professor Ellis ter zoo oud was. Maar als u Herman niet bent..." „Dat is dat was, moet ik liever zeggen de vermoorde persoon, Julius Herman Sa- ranack." Torrance trachtte de strekking van het verhaal te begrijpen. „Wilt u zeggen, dat als deze professor eerst gestorven was, oom Julius twee millioen pond geërfd zou hebben?" „Dat is ongeveer het enorme feit, juffrouw Esdale. dat u en ik moeten trachten te be grijpen." „Ik zie niet in, dat het een enorm feit is. Oom Julius stierf eerst, zooals thans geble ken is. En klaarblijkelijk wist hij zelf niets van dat testament af." „Nee, van dat testament wist hg niets af. Maar wacht eens even." Torrance wachtte. Ondanks haar vermoeid heid en verwarring was zij toch benieuwd. Meneer Massiter stapte de kamer door een keer, twee keer. Bjj den derden keer sprak hg: ,.U zult zich herinneren, dat ik mij, toen wij laatst in Torquay over oom Julius spra ken, verbaasde dat u de veronderstelling was, dat hij een betrekkelijk arm man was. Dat kwam, doordat ik het verhaal van Ellis- ter's vriendschap voor hem gelezen had. Hoe wel ik mij op dat oogenblik niet kon herinne ren, waar ik het nieuws vernomen had. En vanochtend, toen ik mijn couranten doorkeek zag ik ineens het ontzettende nieuws om trent het overlijden van oom Julius...; indien ik hem oom Julius noem, juffrouw Esdale doe ik dit niet uit luchthartigheid, doch om kort te zijn en hem van zijn neef te onder scheiden." Torrance boog. Zij had het gevoel, dat dit het eenigste was, wat zij kon doen. „Terwijl ik dat bericht van de vreeselijke ontdekking op Hilfoot las, juffrouw Esdale herinnerde ik mij weer dat interview met El lister in de Daily Record. Gelukkig ontdekte ik, dat ik het bewaard had." Hij wees naar een tafel, die bedekt was met courantenuit knipsels. keurig gerangschikt en opgestapeld. Maar om zeker te zijn, belde Ik iemand van het Amerikaansche consulaat op die naar ik wist, een oud vriend van Ellister was Na eenige aarzeling, bevestigde hij de feiten, die in dat interview genoemd werden. Hjj is zelfs Op de uitreis bereikten de „Reiger" met gezagvoerder Hulsebos Singa pore en de „Buizerd" met gezagvoer der Schot Basra. Deze vliegtuigen worden onderscheidenlijk "28 April en 1 Mei te Batavia venvacht. Op de terugreis landden de „Toren valk" met gezagvoerder Brugman te Napels en de „Pelikaan" met gezag voerder Kooper te Jodhpur. Dit laatste toestel wordt 30 dezer te Napels venvacht. Venvachting: Aanvankelijk mis tig of betrokken, later op helderend, ovenvegend droog, op den middag war mer dan gisteren, zwakke tot matige, in het Noorden tijdelijk krachtige, Noorde lijke tot Oostelijke wind. beidsbeurs te Amsterdam, het woord. Hij vroeg zich af wat erger is: de werkloosheid in die jaren der ontvankelijkheid of de voortdurende dreiging der werkloosheid. Het is bezwaarlijk, aan het bedrijfs leven de wetten van zijn groei voor te schrijven, zoolang dit goedkoope jeugd kan krijgen en internationaal hiertoe gedwongen wordt, blijft elk bedrijf overgeleverd aan het gevaar, de werkloosheid permanent in de hand te werken. De zorg voor de ongeschoolde werkloozen moet zoo zijn, dat aangevuld en goedge maakt wordt, wat 't bedrijfsleven ongewild heeft nagelaten en bedorven. Men houd© er rekening mee, dat veel jongelui reeds om* manteld zijn met een muur van onverschil- ligheid, door de meening, dat niemand zich iets van hen aantrekt! Het bestuur verklaarde tenslotte, dat er eerst een periode van grooteren bloei zal moeten komen om in de sociale nooden van de jeugd te voorzien, maar het heeft ver trouwen in het bedrijfsleven. Bij vele werk gevers bestaat tegenwoordig immers een juist inzicht in de verhouding tot hun ar, beiders. Uit de vergadering werd aangedrongen op de vorming van een centralen jeugdraad en coördinatie van de verschillende takken van jeugdzorg. „Op verzoek van vreemde mo gendheid." De Britsche legatie te Stockholm deelt me de, dat de Zweedsche regeering „Op verzoek van 'n vreemde mogendheid" ,t jongste door de legatie uitgegeven weekoverzicht van nieuwsberichten gezien vanuit Britsch stand punt, in beslag heeft genomen. Het inbeslag genorrten weekoverzicht was gedrukt in 50000 exemplaren en zou worden verspreid over Zweden, Finland en Noorwe gen. Naar Havas verneemt heeft de Britsche le gatie krachtig geprotesteerd, tegen de in be slagname en daarenboven tegen verschillen de publicaties van de Duitsche ambassade te Stockholm. Te Londen verwacht men niet dat ernstige moeilijkheden tusschen Engeland en Zweden over deze zaak zullen leiden. een van de getuigen, die het testament van Ellister heeft onderteekend. En zonder twij fel iaat dit aan Oom Julius ongeveer tien mil- lioen dollar na Indien wij zelfs het groote aandeel, dat uw land voor successierechten rekent, er af trekken, zou er nog meer dan een millioen pond overblijven, dat de erfge naam van Oom Julius op zijn beurt kan erven." „Maar meneer Massiter, oom Julius is dood en de professor Ellister is het niet, dus..." „Wacht eens eventjes", viel de heer Mas siter haar opnieuw in de rede, en weer stapte hij de kamer door. En opnieuw bij den derden draai, vervolgde hij: „Mijn vriend aan het consulaat werd ge troffen door een samenloop van omstandig heden. Enkele oogenblikken voordat ik hem telefoneerde, om over Ellister's financieele draagkracht te informeeren, had de Ame rikaansche consul in Parijs telegrafisch ge- vraagd. waar Ellister was. De professor had klaarblijkelijk zijn huis gistermiddag verlaten en is nog niet teruggekeerd. Men dacht dat bij misschien overgestoken was, zonder er aan te denken zijn personeel van zijn plannen op de hoogte te stellen. Indien dit zoo is, hij tot nu toe nog niet op het consulaat ge weest. „Gistermiddag!" herhaalde Torrance. Zij had een onbehagelijk gevoel, dat er iets niet in orde was. „Gisteravond, volgens Ananbellei zou Gerald met den Professor in Parijs gedi neerd hebben en de Professor kwam niet." De volgende vraag van den heer Massiter kwam geheel onverwachts. „Juffrouw Esdale, hoe was Uw werkelijke indruk indien u elk persoonlijk gevoel op zö Mt van mevrouw Gerald Sai anack toen u haar voor den eersten keer ontmoette?" orrance voelde het bloed naar haar hoofd s ij gen en zelfs haar nek werd rood. Zij ont week de vraag. „Hoe mijn indruk van Annabelle was, den eersten keer. dat ik haar ontmoette? Als U het zoo zegt, is het of u dacht, dat ik haar a meer gezien had. voordat zij mij vanochtend op mijn flat bezocht." Wordt vervolu^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 2