SALONIKI
RADIO
HeT GeHeim unn
vuren van j ohr
7 orrance
Esdale
de twiststapel
van den Balkan
Samen verder
PROGRAMMA
FEUILLETON
door Edgor Rice Burroughs
EEN STAD, DIE REEDS 25 EEUWEN VAN
STRIJD HEEFT GEKEND.
TOEVLUCHTSHAVEN VOOR SCHIPBREU
KELINGEN OP DE KUSTEN DER
EGËISCHE ZEE.
Het oorlogsgevaar voor den Balkan
blijft dreigen; en indien de oorlogs
fakkel ook hier ontbrandt, zal Sa-
loniki ongetwijfeld geroepen zijn,
op den Balkan weder een even be
langrijke rol te epelen als in den
wereldoorlog.
De Egeïsche Zee vernauwt zich in het
westen tot de Golf van Saloniki. Aan het
Noordelijkste uiteinde van deze golf ligt de
sinds bijna 25 eeuwen door oorlogen geteis
terde stad Saloniki, met haar als gevolg
van tallooze volksverhuizingen wonderlijk
gemengde bevolking. Wij willen hier in
groote trekken haar geschiedenis schetsen.
In de 4de eeuw vóór fchr. legde hier de Ma
cedonische koning Kassander de eerste
steen voor een nieuwe stad op de plaats,
waar de kleine Grieksche nederzetting
Therme had gestaan. De nieuwe stad ont
ving den naam Thessalonike, naar de ge
malin des stichters. Daarop werd het land
oveweldigd door de Romeinen, die Thessa-
lonike verhieven tot hoofdstad van Macedo
nië. De apostel Paulus vestigde er een
van de eerste Christengemeenschappen. In
het Byzantijnsche tijdperk ontwikkelde de
stad zich tot de grootste handelsstad van
den Balkan, die in pracht en praal niet ver
re ten achter stond bij Konstantinopel. In de
6de en 7de eeuw had zij zware belegeringen
te doorstaan van de Slaven, de Awaren en
de Bulgaren. In den loop van de daarop
volgende eeuwen werd zij meermalen ge
plunderd door de Saracenen en de Noor
mannen. In de 13de eeuw werd Saloniki
hoofdstad van het eerst Frankische en later
Grieksche keizerrijk. In 1430 werd de stad
door de Turken veroverd, die haar wisten
te behouden tot 1912, toen zij door de Grie
ken werd heroverd.
Saloniki in den wereldoorlog.
In het tweede jaar van den wereldoorlog
stond Saloniki in het middelpunt van den
oorlogsbrand in het Oosten. Franschen en
Engelschen namen de stad wederrechtelijk
In bezit en legden er groote versterkingen
aan. Saloniki werd het voornaamste steun
punt en het hoofdkwartier van de z.g. Ar
mee d'Oriënt, onder bevel van generaal Sar
rail. Venizelos had geheel eigenmachtig en
tegen den nadrukkelijken wil van Koning
Konstantijn een geheime overeenkomst ge
troffen met Frankrijk en Engeland, op grond
waarvan beide mogendheden gemachtigd
waren, troepen aan land te zetten. Toen dit
inderdaad geschiedde, werd Venizelos van
zijn post ontheven, de Grieksche regeering
beriep zich op haar neutraliteit en verlang
de terugtrekking van de geallieerde troepen.
Frankrijk en Engeland weigerden echter aan
dezen eisch te voldoen. Onder druk van die
door: Roy Vickers
37.
„Zoo begrijp ik het. Ik heb u al gezegd,
dat er niets zat." De spanning was weg en
Torrance was veilig. „Nou juffrouw Esdale.
U moet mij niet kwalijk nemen, dat ik uw
wagen liet stilstaan, maar één oogenblik was
ik stom verbaasd. En ik vrees, dat ik u aan
het schrikken heb gemaakt door mijn zenuw
achtigheid het spijt me werkelijk! Mi:
schien kunnen wij doorrijden, of u moet te
verontwaardigd zijn om mij nog verder mee
te willen nemen."
Torrance startte opnieuw Nog drie kilo
meter naar Reading. Het was inderdaad
waar, dat hij „stom verbaasd" was geweest
Hij wist dus niet, dat Annabelle er bij
geweest was, toen Gerald de diamanten vond.
Hij wist niet, dat Annabelle ze aan de politie
gegeven had. En Annabelle had hem niet ge
zegd, wie de onbekende vrouw was geweest
die de politie had getelefoneerd.
Dus werkten Vanderlem en Annabelle niet
samen.
Annabelle was onschuldig. Gerald's laatste
kans was verkeken of deze man, met zijn
krankzinnig plan om getuigen op te roepen,
die meineed wilden plegen, zou hem van
rechtsvervolging kunnen doen ontslaan.
Al haar hoop vervloog. Waarschijnlijk wist
deze man, aL was hij nog zoo knap, evenmin
iets van Engelsch recht af als meneer Mas-
siter. Zij had verschillende rechtszaken op de
Amerikaansche films gezien. Misschien dacht
hij, dat dergelijke praktijken hier In Enge
land ook opgingen.
„Als u mij in dit stadje wilt afzetten, dan
neem ik verder den trein wel. Denkt u nog
eens een nachtje over mijn voorstel na en
laat u het mij dan morgen weten.
Zij waren nu binnen de bebouwde kom. De
heldere straatverlichting bescheen nu de
handen van haar metgezet. De handen van
een wurger.
„Het is tijdverlies voor u, om nu een trein
zijde werd Griekenland gedwongen, het leger
te demobiliseeren, waarop het aantal troe
pen der Geallieerden in Saloniki weldra
steeg tot 200.000 man. Inmiddels hadden de
Bulgaren hun tegenstanders de Serviërs ver
slagen, waarop de Geallieerde troepen over
de Grieksche grens Servië binnenrukten om
dit land ter hulp te snellen. Een Bulgaar-
sche legermacht rukte op naar het Zuiden
en leverde den Geallieerden troepen slag.
Deze laatsten leden de nederlaag en moesten
zich óver de Grieksche grens terugtrekken.
Na 2S jaar opnieuw in den maal
stroom van den oorlog?
Thans staat Saloniki opnieuw in het mid
delpunt der belangstelling. De Grieken heb
ben er jaren over gedaan, om de door oude,
dikke muren omringde stad, die in den we
reldoorlog voor een deel door brand was ver
nield, in modernen stijl weder op te bou
wen. Met haar 250.000 inwoners is Saloniki
de derde stad van Griekenland, wat zielen
tal betreft. Zooals wij reeds opmerkten be
staat de bevolking uit onderling buitenge
woon sterk verschillende elementen. Men
vindt er vertegenwoordigers van alle Euro-
peesche en Aziatische volken en rassen on
der aan. Grieken, Bulgaren, Macedoniërs,
Albaneezen, Turken, Joden en Armeniërs,
die door het rad van avontuur naar Salo
niki worden gevoerd, stranden er en blijven
er hangen. Zij allen zoeken hun voordeel te
doen met den levendigen handel, die in dit
economische centrum samenkomt, elk op
zijn wijze. Naast de Grieken zijn het vooral
de Armeniërs en Joden, die den handel tof
zich hebben weten te trekken. De Joden in
Saloniki oefenen voornamelijk den midden-
standshandel uit, terwijl de groothandel in
Macedonische tabak, olijfolie en vee meest in
Alles z'n gewonen gang.
Dat is 't beste in deez' tijden.
Werkzaam zijn naar alle zijden
In het algemeen belang!
Sta niet kijkend aan den kant,
Dien den opbouw van het land!
Geef Uw opdracht, steun het werk,
Koop, verkoop en laat het weten,
Dat Uw naam niet is vergeten,
Maar nog krachtig is en sterk,
Dat ge, juist in dezen tijd,
'n Deel van de gemeenschap zijt!
Wie zelfzuchtig stil blijft staan,
Om het eigen „ik" te sterken,
Zal straks inderdaad bemerken.
Dat het zóó toch niet mag gaan!
Wees verstandig en bereid,
Help elkaar in dezen tijd!
„Samen verder" is de leus,
Breng de handen uit de mouwen,
Geef den opbouw Uw vertrouwen,
Da's de allerbeste keus!
Zóó gaat eens de nood voorbij:
Samen door de maatschappij!
Ook voor hen, die in het veld
Zooveel kostbaars moesten geven,
Waaraan 't militaire leven
Zooveel eischen heeft gesteld.
Ook z ij moeten aan den slag
In 't bestaan van alledag!
Daarom, wacht niet langer af,
Blijf als enkeling niet kijken,
Maar ga ook aan and'ren reiken,
Wat het leven U nog gafj
Blijf zóó dezen tijd verstaan:
,00K IK HEB MIJN PLICHT GEDAAN"!!
Mei 194a
KROES.
(Nadruk verboden.)
Grieksche en Armenische handen berust.
Griekenland heeft in de jaren na den we
reldoorlog onophoudelijk pogingen in het
werk gesteld om het havencomplex van Sa
loniki uit te bouwen en door het instellen
van vrijhavenzones een wereldhaven in het
leven te roepen, zooals Triest, Hamburg e.a.
Hun streven was in hoofdzaak gericht op
het leiden van den Bulgaarschen en Zuid-
Sla vischen handel over Saloniki.' Men kan
niet zeggen, dat deze pogingen met een vol
ledig succes zijn bekroond geworden. Salo
niki vormt het natuurlijke middelpunt van
Macedonië. De Noord-Grieksche spoorlijnen,
die de stad verbinden met Athene, Konstan
tinopel, Belgrado en Monastir, gaan van hier
uit. De stad zelf bezit tal van bouwwerken
uit de oudheid, o.a. een ter eere van Gale-
rius opgerichte triomfpoort, stammende uit
de 3de eeuw. Voorts herinneren de Sofia-
kerk en de basiliek van den H. Demetrius,
welke 15 eeuwen oud zijn, op waardige wij
ze aan de Byzantijnsche bouwkunst
ZONDAG 2 Juni 1940.
Jaarsveld. 414,4 m.
8.0<J NCRV. 10.80 VPRO. 12.00 AVRO. 5.00
NCRV. 7.00 tot sluiting: AVRO.
8.00 Berichten ANP.
8.10 Gewjjde muziek (gr. pl.).
8.30 Morgenwijding.
9.30 Gewijde muziek (gr. pl.).
10.30 Vrijzinnig-Hervormde Kerkdienst.
11.40 Zondagsschool.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.45 Berichten ANP. gramofoonmuziek.
I.00 AVRO-Amusementsorkest en solisten.
2.00 Boekbespreking.
2.20 AVRO-Aeolian-orkest en gramofoon
muziek.
3.30 Officieele berichten, eventueel reportage.
4.00 Orgelspel.
4.20 AVRO-dansorkest.
4.50 Berichten ANP.
5.00 Gewijde muziek (gr. pl.).
5.30 Gereformeerde Kerkdienst (Hersteld
Verband).
6.30 Gewijde muziek (gr. pl.).
7.00 De Vagebonden en solisten.
8.00 Berichten ANP.
8.10 Omroeporkest en soliste.
9.10 Radiotooneel.
9.35 Gramofoonmuziek met toelichting.
10.00 Berichten ANP, sluiting.
Kootwijk. 1875 m.
KRO-Uitzending. 11.15—11.80 n.m. Be
richten.
8.00 Berichten ANP.
8.05 Gramofoonmuziek.
9.00 Berichten (Fransch).
9.15 Gramofoonmuziek.
9.45 Rotterdamsch Philharmonlsch orkest en
solist (opn.).
10.45 Gramofoonmuziek.
II.15 Berichten (Engelsch).
11.30 Gramofoonmuziek.
12.00 KRO-orkest. (12.45—1.00 Berichten
ANP).
I.45 Berichten (Fransch).
2.00 Gramofoonmuziek.
3.15 Berichten (Fransch).
3.30 Gramofoonmuziek.
4.30 Musiquette (4.505.10 Gramofoonmu
ziek).
5.30 Gramofoonmuziek.
5.45 KRO-Melodisten.
6.15 Berichten (Engesch).
6.30 Gramofoonmuziek.
6.45 KRO-Melodisten.
7.30 Rococo-octet.
8.00 Berichten ANP.
8.15 Berichten (Engelsch).
8.30 KRO-Kamerorkest.
9.15 Berichten (Engelsch).
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00—10.15 Berichten ANP.
II.1511.30 Berichten (Fransch).
MAANDAG 8 JUNI 1940.
Jaarsveld. 414,4 ra.
VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO.
8.00 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
TARZAN en
113.
Voorbij de bocht van de rivier leidde Ukah
de olifant naar de kant en nu kwamen ze op
een open vlakte. Deze vlakte werd overge
stoken en nu draafde de olifant op een bos
af, dat daar langs liep. De kreten van de
achtervolgers werden zachter en hielden ein
delijk geheel op. Ukah en d'Arnot waren vei-
lig tenminste...
Toen het nieuws Ahtea bereikte, dat de
twee gevangenen er met een van haar olifan
ten vandoor waren gegaan, werd haar woede
tegen Tarzan en zijn vrienden nog heviger.
Met moeite onderdrukte ze haar boosheid tot
de feesten van Pantu, want dan zouden allen
op de een of andere manier de dood vinden...
Intussen werd de houding van de slaven
in de juwelengroeve steeds meer gespannen.
Honderden ogen sloegen iedere beweging van
Tarzan en O'Rourke gade. De bewakers, die
eveneens iets van de spanning voelden, lieten
de zwepen nog vaker op de gebukte ruggen
neerkomen. „De slaven zijn klaar om aan te
vallen," zei O'Rourke, „en ik werk zoo hard
ik kan om mijn «pieren in goede conditie te
houden. Vind je niet, dat zelfs de lucht naar
muiter^ ruikt?" „Ja," zei Tarzan, „en ik
ben bang, dat de bewakers dit ook ruiken.
Ik heb het idee, dat ze ontdekt hebben, wat
we van plan zijn."
10.20 Keukenpraatje.
10.50 Gramofoonmuziek.
11.00 Orgelspel.
11.30 Gramofoonmuziek.
12.00—1.45 VARA-orkest (12.45—1.00 Be
richten ANP).
2.00 Voor de vrouw.
2.30 Rosian-orkest.
3.30 Officieele berichten, eventueel gramo
foonmuziek.
4.00 Utrechtsch Stedeljjk Orkest en solist
(opnamen).
4.30 Voor de kinderen.
5.00 Gramofoonmuziek.
5.30 De Ramblers.
6.00 Esmeralda (opn.).
6.30 Populair-wetenschappelijke lezing.
6.50 Gramofoonmuziek.
6 55 VARA-Kalender.
7.00 VARA-kinderkoor „De Merels".
7.30 Officieele berichten, eventueel gramo
foonmuziek.
8.00 Berichten ANP.
8.15 VARA-orkest.
9.00 Reportage.
9.20 Rosian-orkest.
10.00 Berichten ANP. Sluiting.
Kootwjjk. 1875 m. AVRO-uKzendlng.
11.1511.30 n.m. Berichten.
8.00 Berichten ANP.
8.15r Gramofoonmuziek.
9.00 Berichten (Fransch).
9.15 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10 30 Omroeporkest.
te nemen. Laat mij u even verder brengen,
meneer Vanderlem. Misschien weet ik, wat
ik doen zal, als we aankomen."
Torrance wist al wat ze doen zou en een
deel van haar besluit bestond hierin, dat Van
derlem Londen dien nacht niet zou bereiken.
HOOFDSTUK XXXVI.
Nachtmerrie.
Meineed!
Dit leeljjke woord overheerschte de gedach
ten van Torrance. terwijl zü langzaam Reading
binnenreed. Gerald kon schijnbaar alleen door
meineed gered worden.
Die gepleegd werd door ongure type's
met een Amerikaansch accent.
O nee! Als Gerald toch door meineed gered
moest worden, was er een betere manier.
Terwijl zij op het verkeer moest wachten,
draaide zij zich half om, en keek Vanderlem
aan. De man met het rattengezicht! Als een
rat zou zij in haar val gevangen worden. Als
zij een fout maakte, wist zij heel goed, wat
de straf zou zijn. Hij zou haar met gemak,
midden op straat kunnen vermoorden en dan
nog ontkomen.
Dit waren haar gedachten, terwijl zij de
stad inreed. Zoo gauw het verkeer het haar
toeliet, zette zij er meer vaart achter.
We hebben nog al langzaam gereden ik
geloof dat Ik maar een beetje op moet schie
ten," zei z(j zoo vroolijk, alsof Gerald naast
haar zat.
De twoseater was vier jaar oud. maar kon
nog best een goeie tachtig kilometer halen.
Zij reed hoe langer hoe harder door de uitge
strekte buitenwijken, totdat onvermijdelijk de
gong van een politieauto achter haar klonk.
Toen zij de gong hoorde, reed Torrance nog
iets harder. Zij reed net zeventig en zy had
nog iets in reserve.
De gong klonk een tweeden en een derden
keer. Toen kwam de politieauto naast hen
rijden, een agent leunde uit den grooten, snel
len wagen en schreeuwde iets tegen hen.
Vanderlem keerde zich naar haar toe.
„Wat moeten die lui?" schreeuwde h(j haar
in het oor.
„Ik weet het niet, verslaggevers denk ik,"
gilde Torrance terug.
De politieauto reed hen voorbij en toen
langzaam voor hen uit. Het had geen nut
haar leven te wagen. Zij remde en liet zich
naar den kant dringen, terwijl de politieauto
maar enkele meters voor hen uit bleef rijden.
De rest, dacht Torrance. zou gemakkelijk
genoeg gaan of de rat moest ineens begrij
pen, dat er een val om hem heen werd opge
bouwd.
„U hoorde de gong toch, juffrouw en u zag
mij zwaaien, toen wij naast u reden? Uw rij
bewijs alsjeblieft."
„Heb er geen." Torrance sprak met een lich
telijk dikke tong en zwaaide een beetje. Wan
neer lui dacht, dat zij gedronken had. dan
was dat des te beter.
„Naam en adres?"
„Meneer en mevrouw Smith," gaf Torran
ce op. „We logeeren in de Savoy en we heb
ben invloedrijke kennissen en als je er herrie
over maakt, goeie man, dan zul je er berouw
van hebben."
De agent keek eens naar de oude twoseater
en knipoogde zoo half en half tegen zijn col
lega, die aan den anderen kant van den wa
gen was gaan staan.
„Is deze wagen van u?" vroeg hij.
„Ja, natuurlijk!"
„Wat is uw nummer?"
Torrance zweeg. Zij gaf Vanderlem een por
met haar elleboog.
„Zeg, waarom zeg je dat allemaal?" mom
pelde Vanderlem.
„Om publiciteit te vermijden," zei Torrance
zachtjes. W(j draaien hier met een paar tien
tjes boete wel uit eu dan komen onze namen
niet in de courant."
„Handig ik zal het wel volhouden,"
fluisterde hij terug.
,,'t Is nu te laat om nog een verhaaltje te
verzinnen," zei de eerste agent, „ga maar in
onzen wagen zitten."
„Zou het nut hebben, om hem wat geld aan
te bieden?" fluisterde Vanderlem.
„Probeer het eens." antwoordde Torrance.
„Zeg, jongens, dit is nou allemaal een mis
verstand," zei Vanderlem. „We zijn maar wat
aan het rondrijden en we voelen er niets voor
om in de courant te komen. Ik denk, dat dit
ons wel een paar tientjes zal kosten en
voor mij beteekent tijd, geld." Hij haalde
zijn portefeuille voor den dag. „Wat zouden
jullie er van zeggen, als ik de boete nu maar
vast vooruit betaalde?"
„Ga in dien wagen zitten," beval de agent
en opende de deur van de twoseater
Vanderlem protesteerde niet meer Het
was tien uur. Hij nam aan, dat er een of an
dere politierechter bestond, dien den heelen
nacht zitting hield en die hem met een paar
tientjes zou beboeten, waarna hij nog tegen
middernacht in Londen kon zijn.
Samen stapten zij in de politieauto en viif
minuten later stonden zij voor de tafel vin
den dienstdoenden inspecteur, op het politie
bureau.
Er stond een brigadier naast den inspecteur
en een agent op wacht bjj de deur. De twee
11.15 Berichten (Engelsch).
11.30 Sylvestre-trio.
12.15 Zang met orgelbegeleiding.
12.45 Berichten ANP.
1.00 Gramofoonmuziek.
I.45 Berichten (Fransch).
2.00 Concertgebouw-orkest (opn.).
3.15 Berichten (Fransch).
3.30 Disco-causerie.
4.20 Twilight Serenaders (opn.).
5.00 AVRO-dansorkest.
5.30 AVRO-Amusementsorkest.
6.15 Berichten (Engelsch).
6.30 Omroeporkest, pianovoordracht en gra
mofoonmuziek.
8.15 Berichten (Engelsch).
8.30 Berichten ANP.
8.45 Da Capo-orkest.
9.15 Berichten (Engelsch).
9.30 Hongaars programma (opn.).
10.00 Berichten ANP. Sluiting.
II.1511.30 Berichten (Frans).
agenten, die hun hadden opgebracht, stonden
naast hen.
Maar zij stonden aan den buitenkant
een links van haar en de ander rechts van Van
derlem. Z(j en Vanderlem raakten elkaar
b(jna. H() kon haar vermoorden, voordat een
van de agenten hem dit kon verhinderen.
Het was de doodsangst voor Vanderlem,
die haar het hoofd koed deed houden. Pas als
h(j zeker was van haar bedoeling, zou h(j
trachten haar het zwijgen op te leggen.
„U zegt, dat u, meneer en mevrouw Smith
bent?" begon de inspecteur tegen Torrance,
daar zij de meeste schuld had.
„Dat was een leugen. Ik heet Torrance Es
dale en ik deed alsof ik het nummer van den
wagen niet kende. Het is DV 2165. Hij be
hoort aan meneer Gerald Saranack en ik heb
den wagen vanavond, met zijn toestemming,
meegenomen uit de garage in Hilfoot, Calling-
ham."
„Dus u geeft toe dat u aan de dienstdoende
agenten een valschen naam hebt opgegeven?"
a. En ik geeft toe, dat ik geen aandacht
neb geschonken aan de gong en dat ik op een
dergelijke wijze ben doorgereden, dat ik wel
gepakt moest worden. Ik heb het gedaan, om
dat ik gearresteerd wenschte te worden."
De inspecteur keek haar aan, alsof hij dacht,
dat zij gek was. Wat zij zei klonk krankzin-
Ttf" ZÜ er meer dan normaal uit
„Moet ik gelooven, dat u gearresteerd
wilde worden? Waarom?"
„Omdat ik vreeselijk bang was voor den
man, die nu naast m(j staat."
Ze waren geen van allen erg op hun ge-
i, er was merkbaar spanning in de
J de dat Vanderlem haar aan
keek maar Z(j wist. dat hij het niet zou wa-
,r n,U al aan te vallen.
aw te randen r-1 getraCht heeft U
„Nee."
„Wat dan?"
wiltViatpneLU mij a?n uw k£mt van den tafel
wilt laten staan, zal ik het u zeggen."
ta^haropdeJeCteUr Weifelde' Se *aar
u fi«h geeifkwalTS^
den6 ZTiTf ?egon wantrouwend te wor-
Vand^lem l» g6n Torlan«. Hij keek
cZo ~"g aan en zei toen:
kant H Esdale! U mag aan dezen
kant van de tafel komen staan."
(Wordt vervolgd)-