Wie? op ooede xeep staal Zes en twintig Heldersche burgers teraarde besteld Verantwoordelijkheids gevoel £le in JALen en JxmtaLLe&i De waarde van ons leven Onze krant in de omgeving Zaterdag 29 Juni 1940 Tweede Blad MadinLeuwJ Ontroerende plechtigheid op het kerkhof Kransen van gemeentebestuur en Duitsche weermacht Denk om de huisdieren Bravo Burgerlijke Stand van Den Helder Het lijden van deze tegenwoordige wereld PREDIKBEURTEN Abonné's geeft onze agenten. uw adres op aan Weest sterk en moedig, ge zult den tijd over winnen, wetende, dat voor hen die heengingen, den goeden weg daarboven bereid is. Over het kerkhof bij Huisduinen lag mild en lieflijk de zomer. Hoog erboven dreven blanke wolken in een lazuur- blauwe hemel. De wind, van overzee komend, suizelde tusschen en over de dennen, die nu als groene ruikers staan te geuren. Zelden was de doodenakker zóó vol rust, ademde hij zooveel vrede. Rust en vrede, die zijn nu gekomen in de harten van die 26 medeburgers, die dien middag aan de schoot der aarde toevertrouwd werden. Vrede, na de hel- sche beproeving, die deze stad opgelegd is en die de overlevenden by zal blijven tot aan het einde hunner dagen. Het was wel een zeer droeve plech tigheid, deze laatste eer aan hen, die de tol moesten betalen aan dit zinlooze ge beuren van dien .Maandagnacht, zoo droef als wy ons niet kunnen herinneren er ooit een meegemaakt te hebben, daar op dien Huisduiner doodenakker. Zelden was daar meer smart in de harten van medeburgers dan gistermid dag, zelden was men zoo begaan met het lot van zyn mede-naasten, als In die ontroerende oogenblikken, gistermiddag beleefd op onze begraafplaats. Te kwart voor twee waren bij de aula aanwezig een groot aantal familieleden en vrienden van de 26 slachtoffers, die gelijk tijdig aan de aarde toevertrouwd werden, benevens tal van autoriteiten en belangstel lenden. Van de laatsten noemen wy burge meester G. Ritmeester en den gemeente secretaris, Mr. E. van Bolhuys; voorts als afgevaardigden van de Duitsche bezet tingstroepen in Den Helder den Kapitan zur See Honsing en Korvetten-Kapitan dr. Flesche; eveneens de wethouders Van der Vaart en Mr. Mulder en verschillende raadsleden. Voorts waren daar de vloot- predikant ds. Vaandrager, en de predi kanten Tollenaar, Meyners en Veenhui- zen, Ook de hoer Dokter was aanwezig. Nadat de familie zich opgesteld had op het plein voor de aula, schaarden zich de overige aanwezigen daarachter en vertrok men naar de groeve. Deze bevindt zich in het plantsoen, ter linkerzijde van de begraafplaats. Hier was het, dat men in groeven naast elkaar de kisten neergezet had. Hier was het dus dat men een laatste rustplaats gezocht had in een we reld van kranzinnige onrust en bestiale ver nietiging. Stil schaarde men zich rondom de lange groeve; niets anders hoorde men dan het vogelheir,- dat in de sparren zat te fluiten en de zingende wind die over de toppen voer. Vele bloemstukken lagen aan deze groeve: daar was een overdaad van witte anjers, van blanke aronskelken en teer roode rozen. Er was een groote krans van het gemeentebe stuur van Den Helder, met aangehecht een breed lint met de kleuren van het stads wapen en een krans van commandant en offi cieren der Duitsche bezetting, bestaande uit roode rozen en eikenblaren. De burgemeester spreekt. Toen allen rondom de groeve geschaard waren, was het de burgemeester, die het woord nam. Gij zijt hier allen gekomen, aldus zeide de heer Ritmeester met bewogen stem, met Uw éigen leed en Uw eigen verdriet, grafwaarts brengende hen, met wie gij in Uw leven het meest en innigst waard verbonden. Het was de apostel Paulus, die in zijn zend brief aan de Romeinen gewaagd van de droeve dingen dezer wereld, doch die tevens vertelt van de heerlijkheid hierna, die veel en veel groo- ter is. Als men deze woorden begrijpt, als men er de beteekenis van beseft, dan zal dat voor U allen, die hier thans bijeengeschaard zijn een groote troost zijn. Ik weet, aldus vervolgt spr., dat velen van U thans bijna alles verloren wat zjj in dit leven hadden. Daar zyn vaders hier, die hun vrouw en kinderen verloren en ik begrijp da* woorden van troost hier wei nig waarde, geen beteekenis kunnen hebben. Men beseffe echter, dat aan ieder ljjden, aan ieder leed, een einde komt, en dat men troost kan zoeken en sterkte bjj Hem, die ze U zeker zal schenken. Met velen zijn wij hier bijeengekomen; daar Zijn veel geopende graven en veel bloemen als een laatste hulde aan hen, die heengingen. Tot U allen zeg ik: wij kennen de toekomst niet; wij weten niet wat zij voor ons verbor gen houdt. Wij vertrouwen echter op den He- melschen Rechter. Het is het Gemeentebestuur van Den Hel der een troost op deze plaats een gedenktee- ken te mogen oprichten. Een gedenkteeken aan dien nacht, toen de hel openging, aan dien nacht der verschrikking, die zooveel wegnam van zoovelen van ons. Als wij zoo bijeen geschaard staan, voelen wij eerst wat wij te lijden gehad hebben en nog lijden. Tenslotte spreekt burgemeester Ritmeester de deelneming uit namens het Gemeentebe stuur, 'en tevens namens de geheele burgerij. Wij verzoeken diegenen, die zooveel verloren hun troost te zoeken in de herinnering. Duitsche deelneming. Na deze woorden spreekt de comman- dan van de Duitsche bezettingstroepen. Deze zegt, mede namens alle andere Duit- schers in Den Helder, zeer begaan te zijn met het lot van hen, die werden wegge rukt, tengevolge van een zinlooze bom aanval van Engelsche vliegeniers. Diep beklaagt men de slachtoffers, en even eens hen, die achterbleven. Men mag zich echter overtuigd weten van het medeleven der geheele Duitsche Weermacht ter plaatse, bij den ramp, die deze vrede lievende stad getroffen heeft. Als derdj en laatste neemt dan ds. Tolle naar, als oudste der aanwezige predikanten, het woord. Hij spreekt het „Onze Vader" uit en wel zelden hoorde men het oudste en meest inhoudsvolle gebed tot den Allerhoogste met zooveel innerlijke ontroering aan. Het was een piëteitvol besluit van een so bere plechtigheid, die sterk in het geheugen van allen, die aanwezig waren, gegrift zal blijven. Vele stadgenooten, die vrijwillig geëvacueerd zijn naar de omgeving keeren dagelijks naar huis terug en verzorgen daar planten en bloe men en ook... hun huisdieren. Zeer velen eten in onze stad en keeren eerst 's avonds naar hun tijdelijk oord buiten Den Helder terug. Er zijn echter ook tal van stadgenooten, die zich voorloopig niet om wat zij achterlieten be kommeren en zoo zijn er veel huisdieren, die geen verzorging hebben, die hongerig langs den weg gaan en die troosteloos zoeken naar „hun baas". Het is een vrij zielig gezicht de beesten te zien ronddolen en het pleit niet voor de eige naars, dat ze hun huisdieren geheel onver zorgd hebben achtergelaten. Laat men, als dat eenigszins mogelijk is, toch iederen dag naar de stad terugkeeren, opdat althans over dag het leven zijn normalen gang gaat. Zit men te ver van Den Helder, laat men er dan voor zorgen, dat buren of vrienden voor eten en drinken van de huisdieren zorgen. Onze abonné's in de omgeving kun nen hun tijdelijk adres opgeven aan onze agenten ter plaatse. Met ingang van Maandag wordt hun de krant dan aan dit tijdelijk adres thuisbezorgd. Dit geldt zoowel voor week- als kwartaal- abonné's. Abonné's in Julianadorp kunnen zich opgeven aan: C. v. Rossum. Landbouwstraat. In Breezand: C. v. d. Eijk, hulppostkantoor. In Anna Paulowna: C. Rezelman. In Schagen: Kantoor Schager Courant. Onze weekabonné's betalen als in Den Helder 1T cent per week, onze kwartaalabonné's 2.10. Behalve het tydelyk adres moet men ook zyn adres in Den Helder opgeven. Het grootste deel der Heldersche bevolking heeft zich verplaatst naar de dorpen en plaatsjes in de omgeving der stad. Men meent dat de stad thans duurzaam onveilig zal zijn en hoewel de meesten binnen enkele dagen wel Weer voor goed naar hun stad zullen terug keeren is er een deel dat zoo overstuur is van de doorgemaakte emoties, dat het van terug keeren niet wil weten. Wy zijn van meening dat binnen korten tijd het normale leven in Den Helder weer zijn beloop zal nemen. Er is niet de minste reden aan te nemen dat iets dergelijks, wat wij Maandagnacht beleefd hebben, zich zal herhalen. En dat ten spijt alle op geblazen, dwaze en onverantwoordelijke geruchten. Het gerucht... dat is wel een van de ergste vijanden die wij momenteel bezitten. De ver halen die van huis tot huis opgedischt wor den zijn fantastisch en het zou een lief ding waard zijn de bron daarvan in den oorsprong na te gaan. Helaas blijken al te velen gehoor verstopping, overmatig vet «ril doen verdwijnen en de schadelijke gevolgen aambeien, rheumatiek, zenuwachlighe d wil voorkomen, die zuivere bloed en Ingewanden met Dr. Schieffer's Stofwisselingzout. Het resultaat is verrassend' Men bespeurt terstond den grooten dienst aan de ge zondheid, men gevoelt zich vrijer en beter flacon I t.«S. DuODela flacon I 1.71 bij apoinakars •n vakdroglstan. te schenken aan deze gruwelverhalen van her haalde bombardementen, van invallen aan de geheele Nederlandsche kust en wat dies meer zij. Er is veel wat in dezen tijd zijn waarde ver loren heeft, maar wat thans méér waard is dan goud dat is het bezit van gezond verstand. Gezond verstand is een rijk bezit en gelukkig hij of zij die er de beschikking over gehouden hebben. Meen niet. dat wij hiermede bedoelen dat het ons bekend is dat Den Helder in de nabije of verre toekomst voor bomaanslagen ge spaard zal blijven. Dat weet niemand. Maar wij weten wel. dat het ten eerste volmaakt verkeerd is steeds in angst en vreeze te leven voor bombardementen die misschien wel eens zouden kunnen plaatsvinden en ten tweede moet men niet vergeten dat de veilig heid buiten Den Helder slechts betrekkelijk is. De droevige voorbeelden daarvan heeft men slechts luttele dagen geleden in de omgeving van Den Helder kunnen aanschouwen. Wij zijn er van overtuigd dat verreweg het meerendeel der Heldersche bevolking het met deze zienswijze eens zal zijn, ook al zal men dit niet altijd openlijk toegeven. Men zal weer gaan terugverlangen naar zijn stad, naar zijn woning, naar zijn tuintje... kortom, naar al die dingen die ons nu eenmaal lief zijn en waarvan het afscheid nemen niet gemakkelijk is. En dat terugkeeren zal reeds tijdens en na dit week-end een aanvang nemen. Daarvoor is het echter noodig dat dit terugkeeren mogelijk gemaakt wordt door hen, die voor de levensbehoeften van onze bevolking zorgden. Wy doelen op bakkers, slagers, kruideniers, groentenhandelaren, melkleveranciers enz. Kortom, op allen die in deze stad eenlgerlei handel uitoefen den, de geheele middenstand dus. Wy schreven boven dit artikel het opschrift „verantwoordelijkheidsgevoel" en dit is het dat geëischt kan en moet worden van den geheelen Helderschen middenstand. Dat kinderen en ouden van dagen, zieken en gebrekkigen de wijk voor tijdelijken duur genomen hebben is begrijpelijk; dat zij tot nu toe wegbleven... wy zullen het hun niet euvel duiden. Dat ech- s DOBBELMAN NV, NIJMEGEN Het woord historisch" is sedert en kele jaren in discvrediet geraakt. Iedereen en overal werd het, te pas en te onpas, aangewend om zoogenaamd zeer belangrijke zaken aan te duiden en het ergste is, dat wij aan die historiade allemaal meegedaan hebben. Enfin, zand erover. Historisch was echter wel die nacht van Maandag op Dinsdag. Ang- stig-historisch. Maar ook daarover is het beter het zwijgen te doen, omdat men het oog gericht moet houden op de toekomst. Neen, daarover willen wij het niet heb ben. Ook niet over al diegenen, die thans zoo langzamerhand tot de conclusie be ginnen te komen, dat ze dien gedenk- vaardigen nacht heelemaal niet bang zijn geweest. Schrijver dezes had het genoe gen drie dagen geleden met een manspersoon te reizen die hem vertelde, dat hij er „ijskoud" onder gebleven was. Schrijver dezes heeft den held de hand gedrukt en hem gezegd dat hij een groot man was. Neen, dan zijn er deze weck sympa thieker helden geweest. Men mag het „klein heldendom" noemen, maar het is zeker waard geboekstaafd te worden, zelfs in zulk een profane rubriek als deze Om enkele voorbeelden te noemen: daar was het meisje uit de Hoogstraat, dat gedurende meer dan een jaar de melkwijk van haar broeder waarnam, die als soldaat de belangen van zijn land en stadgenooten moest vervullen. Ware dat meisje niet op de fiets ge klommen, en had zij niet huis aan huis de klanten haars broeders bezocht, de zaak ware ten doode opgeschreven. Nu bloeit deze zaak, dank zij dit sympa thieke staaltje van klein heldendom. Bravo. Ik reed vier dagen geleden in den avond over een buitenweg en wat reed ik achterop? Een oud man. gebogen over het stuur van een roestige fiets. De man was ver over de 60 jaar, had achterop de bagagedrager een stokoud vrouwtje, dat later zijn moeder bleek te zijn. en voorop een kleinzoon. De man had tègen-wind: het trappen viel hem zeer moeilijk en eigenlijk kon hij het niet vol houden. Maar hij hield wèl vol en bracht de zijnen veilig ergens onder. Klein-heldendom. Bravo. Ik heb dien nacht-der-wanhoop ge staan op verschillende stadspunten. De Roode Haan vierde zijn lugubere triomf. Vele huizen stonden in lichte laaie. Daarboven in den rossigen vuur-hemel ronkte het duivelstuig.Maar bij het vuur stonden de leden der brandweer. En ze bleven er staan. Niemand die hen misschien de hand gedrukt heeft. Dat wij het bij dezen mogen doen. Bravo kerels! Daar was veel meer klein heldendom, dat niemand heeft gezien, maar dat er tóch was. Wij doelen op hen die hun ouders, hun broers en zusters, of de bij hen inwonenden, hielpen. Die hen steunden, die hen geruststelden. Wij doelen op die vrouwen en mannen die. ondanks hun eigen bezorgdheid, begre pen dat er iets van hen gevraagd werd. Die hbn verstand niet verloren en als redelooze wezens rondliepen, ten prooi aan wanhoop en vertwijfeling. Ze zijn er geweest lezers. Bravo voor dezen. Ja, er was veel klein-heldendom in de dagen die thans achter ons liggen. Daar vallen ook onder de boeren onder den rook van Den Helder en verder het Noordhollandsche in, die zonder eenige plichtpleging allen opnamen die aan klopten. Dat was prachtige mensche- lijkheid. Wij geven hun de verzekering, dat wij dit niet vergeten zullen. Bravo. Het is goed dit eens neer te schrijven. Het is goed te beseffen dat het ras der flinke kerels en vrouwen nog niet uit gestorven is. Dat het nimmer moge uit sterven! ter middenstanders ook nu nog geen teeken van leven gegeven hebben, dat bakkers, sla gers, groentenhandelaren ook nu nog weige ren terug te keeren, dat is iets wat niet door den beugel kan. Zij dienen, en dat wel zoo snel mogelijk, naar Den Helder terug te keeren en een begin te maken met den economischen wederopbouw hunner stad. Wij doen een beroep op hen aan dezen op roep gehoor te geven. Keeren zy terug, dan keeren er met hen duizenden terug. Maar zy moeten dit terugkeeren der burgerbevolking mogelyk maken. Iedere middenstander die eenig verant woordelijkheidsgevoel bezit toone dit thans. Ten bate van zijn eigen bedryf dat anders wellicht ten ondergang gedoemd zal zijn en ten bate van de geheele Heldersche gemeen schap voor wier bestaan ook hy verantwoor- delyk is. Laten zy allen beseffen dat zy personen zijn op een plaats, die verplichtingen schept. van 28 Juni 1940. GEHUWD: Chr. A. Koopman en N. Krey- ger. OVERLEDEN: F. G. van den Bergden Dekker, v., 66 jaar; J. Kerkhove. m., 55 jaar; D. L. de Leeuw, m., 26 jaar; L. Vellekoop, m., 72 jaar; J. Willemse. m., 54 jaar; J. M. Handgraaf, m., 8 maanden; A. G. A. Nuijens Raijmaakers, v., 26 jaar; R. Hoogeterp, m., 24 jaar. overleden te Leiden; M. Hollenberg, m., 47 jaar; K. van Buuren, m., 37 jaar; A. van BuurenBreen, v., 31 jaar; D. van Buuren, m.. 22 maanden; A. H. J. Leenvan Leuvensteyn, v., 57 jaar. DIENST IN* DE GEREF. KERK. Morgenochtend 10 uur hoopt men in de Geref. Kerk, in het Julianapark een dienst te houden. Nadere mededeelingen over eventueel volgende diensten zullen daar gedaan worden. Gisteren hebben we met honderden ge staan op de begraafplaats te Huisduinen waar 26, in meerderheid jonge menschen, ten grave waren gelegd. Zes en twintig van de 42 menschenlevens. die de redelooze bombardementen hebben geëischt. Men vraagt zich in zulke oogenblikken af. wat is toch de waarde van het leven? Het be gint met lijden, het eindigt met den dood. en de periode daartusschcn is. naar een Bijbelwoord: „Kort van dagen en zat van onrust". We zouden, vooral in onze dagen, het uur van onze geboorte kunnen be treuren. Overal zoekt de mensch naar een plaats om tenminste in den nacht onge stoord te kunnen rusten en hij vindt vrij wel nergens een plek. waar hij de lucht- duivels niet hoort rondgonzen op hun weg om dood en verderf te brengen onder dik wijls volkomen onschuldige burgers. Die angstige vraag naar het doel van het leven is niet een vraag van onzen tijd. Eenige duizenden jaren geleden vroeg de koning van Israël, de dichter bij uitnemend heid. David. zich al af: „Is het mensch- dom dan vergeefs op aard geschapen?" Ook hij stootte zich aan de schijnbaar re delooze dingen van zijn tijd en door alle eeuwen heen zijn er menschen geweest, die door der tijden nood tot de vcrwensching of erger nog, de vervloeking van hun leven gekomen zijn Op de begraafplaats te Huisduinen heeft burgemeester Ritmeester gisteren aan de diep getroffen familieleden van de slacht offers het woord van den apostel Paulus voorgehouden, dat deze schreef aan de ge meente te Rome. die ook aan de diepste el lende bloot stond, door de redelooze haat en vervolging van den Romeinschen keizer. „Wij weten", zoo schrijft Paulus, „dat het lijden van deze tegenwoordige wereld, niet op kan wegen tegen de heerlijkheid, die ons geopenbaard zal worden". Hij plaatst daarmee het leven van den mensch in eeuwigheidslicht. Hij laat hem zien. dat dit leven droefheid en lijden mag zijn, maar dat dit alles maar een korte spanne tijds is. dat de mensch geschapen is voor de eeuwigheid, en dat die eeuwigheid, voor wie in Christus gelooft, heerlijkheid is Leven is dus voorbereiding voor de eeuwigheid en voor wie dit geen woord van deze heerlijkheid nu reeds op zijn pad, zonder beteekenis is, voor dien valt t licht voor dien wordt de donkere vallei waar door we wandelen, overstraald door deze glans van boven. We hebben het deze weck ervaren, dat licht verlichting brengt, ook van het don kerste leed. Lijden, ook lichamelijk of ziele- lijden, is in het donker zwaarder. Wat du ren de nachten eindeloos lang. Wat is die vier uur van den nacht der verschrikking van deze week de menschen ontzettend lang gevallen. Wat heeft men uitgezien naar het licht van den morgen, wat heeft men een zucht van verlichting geslaakt, toen de zon, het eerste licht aan den Oos- ter horizpn teekende. Wie waarachtig gelooft, dat hij voor de eeuwigheid geschapen is, wie weet. dat Christus in het Huis des Vaders, voor hem een plaats bereid heeft, voor dien is het donkerste uur toch overglansd door dit Licht. Het was waarlijk een goed gekozen troostwoord, dat burgemeester Ritmeester daar bij het massagraf sprak. Moge het hun, die zoo zwaar getroffen werden, tot sterkte zijn op hun moeilijken weg. Voor Zondag 30 Juni N'ed. Herv. Gem. (Nieuwe Kerk, Weststraat). Geen dienst. Westerkerk (Helden der Zeeplein) 's Morgens 10.45 Da. Enklaar. Geref. Kerk (Julianapark) 's Morgens 10 uur. HUISDUINEN Geen dienst. JULIANADORP Ned. Herv. Gemeente Geen dienst. Zendingsgebouw „De Ster der Hope" 's Avonds 7 uur: de heer J. Sevensma, van Amsterdam. BREEZAND. Evangelisatie V.m. 10 u. de heer Boon. N.m. 3.30 u. de heer S. Lodder, van Alkmaar. ANNA PAULOWNA. Ned. Herv. Gem. V-m. 10.15 u. Ds. Vorstman. SCHAGEN. Ned. Herv. Gem. 10 u. Ds. P. H. Kapteyn. Geref. Kerk (Corn. Bokstraat) 10 u. cand. Bos van rinkhuizen. (Voorber. H. A.) 6 u. cand. Bos. Evangelisatie. Landbouwstraat 10.15 u. Ds. C. A. ter Linden van Am* sterdam 4

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 5