Grepen uit de geschiedenis van het „Stedelijk Muziekcorps' (1890 -1940) tijdelijk adres Het goede voorbeeld let op uw saeck iboageeit II o; dit blad Een gouden jubilaris Middenstanders Zaterdag 10 Augustus 1940 Tweede Blad MadinieuiuJ De Tijdperiode 1890-1905 Directeur Wernecke en zijn oude garde- Armoe troef!) Luthersche kerk Niet zonder stamkaart naar hetDistibutiekantoor Roomboter tegen margarineprijs Extra petroleumbonnen ir- ,JIELDER8 HARMONIEKAPEL". Het corps toen het 25 jaar bestond, H Aug. 1915. Dagelijksch Bestuur: J. EsselmanvoorzitterG. Flens, secretaris; D. J. Snaphaan, penningmeester; J. Dol, onder-directeur. 14 Augustus bestaat het „Stedelijk" vijftig jaar. In normale omstandigheden zou dit feit aanleiding gegeven hebben tot een groote feestviering, waaraan heel de burgerij zou hebben meegedaan, want het „Stedelijk Muziekkorps" heeft een groote plaats in de harten van vele stadgenooten. Nu de omstandigheden zoo zjjn, dat er van feestviering geen sprake kan zijn, meenen we toch goed te doen, een paar herdenkingsartikelen aan het korps te wijden. Een bizondere medewerker heeft in de rijke en bewogen geschiedenis van het korps zitten grasduinen en een schat van gegevens verzameld, voldoende voor een serie artikelen. Wij hebben er eenlge grepen uitgenomen en geven de voor naamste gebeurtenissen uit het leven van ons „Stedelijk" weer. Het was op een Donderdagavond van den 14en Augustus 1890, dat een aantal jongelieden zich naar „Musis Sacrum" in de Koningstraat begaf, niet het Dansinstituut wat wfl thans kennen, maar dit „Musis' 'be vond zich op de plaats, waar thans de firma Mannheim is gevestigd. Deze jongelui gaven gevolg aan een oproep, welke den vorigen dag in ,,'t Vliegend blaadje" was verschenen, om een muziekkorps op te richten. De reden hiervan was dat het muziekkorps van de schutterij opgeheven was en men nu in deze gemeente geen enkel ensemble in dit genre meer had. (Het Staf muziekkorps buiten beschouwing gelaten). De animo was niet bijzonder groot, want slechts zeven liefhebbers waren op deze be wuste vergadering present* doch deze zeven waren het, die onder den naam „Helder's Harmoniekapel" de vereeniging van heden ten doop hielden. En hoewel van deze oprichtingsvergadering ons geen bijzonderheden bekend zijn geworden, zyn de namen gelukkig bewaard gebleven. Het zjjn: gebrs. D. J. en G. A. Snaphaan, D. van Peursen, J. P. F. de la Fonteyne, K. Droog, Maigret en Barends. Het Be stuur werd gevormd door de heeren v. Peursen, de la Fonteyne, D. J. Snaphaan, voorzitter, secretaris en penningmeester. Dit kleine getal onderging reeds spoedig een uitbreiding, na niet te langen tijd had men om en bij de 20 leden, nog later meer. De hee ren W. Luijt, gebrs. L. en H. Dekker, J. Dol, B. Bohlen, S. en G. Schellinger, Jonker, Veter, Grooff e. a. traden tot de gelederen toe. De Kapel leefde in den begintijd zoo goed als in vergetelheid; een klein en onbeduidend groepje, waar buitenstaanders maar weinig van gewaar werden, niet geacht, noch geëerd. Voor dit laatste was wel eenige reden, want de harmonie liet soms veel te wenschen over. Er was dikwijls tweespalt, wat de reputatie der vereeniging schaadde en wat een paar keer de oorzaak was dat het bestaan der Kapel zeer ernstig bedreigd werd. Het was dan ech ter steeds Snaphaan, die. door. zijn overredings kracht den moed er weer inhield en de goed willende elementen bij elkaar wist te houden. Toch waren dergelijke dingen de oorzaak dat er weinig groeikracht in net korps zat, want leden, die bepaald een aanwinst waren, be dankten weer na korter of langer tijd. H.H.K. was een harmoniekorps, maar het is wel eens voorgekomen, dat Snaphaan de eenige hout blazer was! Toen de vereeniging eenmaal opgericht was, moest er natuurlijk gestudeerd worden. Het zoeken naar een geschikte repetitiegelegen heid is meer dan 25 lange jaren een waar probleem geweest, een groot euvel. Het was steeds een behelpen in soms veel te kleine en onooglijke lokalen, waar de tegenwoordige generatie met geen stok naar toe te krijgen zou zijn. Schier in de geheele gemeente heeft men zijn domicilie gehad. In den beginne repe teerde men in „Musis Sacrum"; daarna een aantal jaren in de „boet" van voorzitter van Peursen Kanaalweg)vervolgens in een voor malige lommerd in de Louisesteeg; in het gymnastieklokaal van OKK; op het terrein van de houtzaagmolen van Oortgijsen; in de danszaal van Bertus Bohlen in de 2e Vroon- straat; een paar maal in de Gaastraat, in het zaaltje van den heer Dol; in den speeltuin van Snaphaan a. d. Parallelweg roemrijke ge dachtenis! in een logement in de Schipper- steeg, enz. enz. Eerst toen het corps van het Gemeentebestuur het praedicaat „Stedelijk Muziekcorps" toegekend kreeg (Nov. 1917), ia daarin een gunstige wending gekomen, want toen kreeg men de beschikking over een der lokalen van de Gem. Bouwzaal aan de Kerk- gracht. waar men tot April 1932 verbleef, toen verkast moest worden naar de voormalige Zusterschool in de Jonkerstraat. En hoewel het de laatste jaren dienaangaande weer misère is. is men er toch beter aan toe dan in dien eersten tijd. Met de financiën was het veelal een precaire boel, met recht: armoe troef! Ondanks een zuinig beheer, zat men altijd in geldnood. Aan schaffen van of reparatie aan instrumenten, aankoopen van muziek, enz., het was steeds een waar probleem. Het was meest tweede hands en van inferieure kwaliteit en de muziek bibliotheek was van een omvang, dat men die best onder z'n arrp kon meenemen De eerste directeur was wijlen de heer A. Dol, die het maar zeer kort geweest is, want het staat vast dat reeds in 1891 de heer C. F. W. Wernecke met de muzikale leiding was belast, evenals zijn voorganger, lid van het stafmuziekkorps der Kon. Marine. Deze is het tot in 1905 geweest. Onder den heer Wernecke werd aan één con cours deelgenomen, wat in 1904 te Zaandam plaats vond. In de 3e afdeeling werd een 2e prijs behaald. De periode van den Bogaerde (1905—1919). Wylen den heer Van den Bogaerde was, wat men ook beweren moge, een uitstekend musi cus, met vooral een ontwikkeld gehoor, wien men niets wijs kon maken. Hij was geknipt voor het toenmaals zeer slecht bezoldigde baantje en wist de moeilijkste opgave reke ning moet gehouden worden met de eischen, die destijds gesteld werden er in te krijgen. Zijn impulsief karakter, zijn dikwijls heftige en onbeheerschte uitvallen hoe goed bedoeld waren helaas oorzaak dat velen het corps den rug toekeerden, al erkende men dan ook volmondig zijn capaciteiten. Het bleef daarom een klein ensemble, 25 tot hoogstens 30 men- schen. Er zijn niettemin onder zijn leiding een aan tal fraaie concourssuccessen behaald, van dien aard dat buitenstaanders in onze goede stad meer aandacht aan de „oempa's van v. d. Bo gaerde", zooals men toen wel eens genoemd werd, ging besteden. Er werd meer rekening gehouden met het bestaan van de Kapel als er het een of andere evenement was, wat op luistering behoefde. Men begon in de gratie te komen. Tijdens de directie van den heer v. d. Bo gaerde vonden hier ter stede twee concoursen plaats, waaraan natuurlijk ook de Harmonie kapel deelnam. Het eerste vond plaats in 1909, als onderdeel van de Feestweek, welke van 2631 Augustus werd gehouden haar aan leiding van het Congres van Vreemdelingen verkeer en de 12e Gewestelijke Turnuitvoering. In de 2e Afd. werd een 2e prijs behaald, wat wel een teleurstelling was. Het tweede con cours ging uit vpn den N. H. Bond en werd gehouden in 1918 (21—28 Juli). De organi satie berustte bij het „Stedelijk" en het Hoofd bestuur van den Bond, welke lichamen in samenwerking met „Helder's Belang", voor een goed en succesvol verloop hebben gezorgd. (Slot volgt.) a.s. Zondagavond 6 uur 15 zal wederom een Luthersche Kerkdienst gehouden worden in het gebouw der Ned. Herv. Evangelisatie, Land- bouwstraat te Schagen. In dezen dienst hoopt voor te gaan d S predikant der Gemeente, Ds. W. J. F. Meiners. Deze dienst is voor iedereen toegankelijk. Zie advertentie in de Heldersche en Schager Courant. Nu de bevolking van Den Helder dagelijks toeneemt. Het is nog niet tot alle middenstan ders doorgedrongen, dat het voor hun eigen bestaanszekerheid gewenscht is, dat ze hun zaken weer normaal openen. Nu de bevolking van Den Helder dage lijks toeneemt Is het noodig om het ver trouwen nog meer te herstellen, dat de Heldersche middenstand op zyn post is. Nog te veel zaken zijn gesloten en dicht getimmerd en dat geeft niet alleen een onprettig beeld aan de stad, maar het animeert de burgerij niet om terug te keeren. En die terugkeer is in het wel- begepen belang van den Middenstand. Men moet niet redeneeren, dat men niet voldoende verdient, door overdag in Den Helder te zijn. Het is mogelijk. Maar we ver zekeren. dat die verdiensten spoedig wel vol doende zullen zijn om de onkosten te dekken en d»t het niet lang meer zal duren, dat niet alleen de onkosten gedekt zullen worden, maar dat er ook weer iets apart gelegd gal kunnen worden. Daarvoor is allereerst noo dig, dat men weer present is. De midden stand moet niet wachten tot het publiek weer .terug is, de middenstand moet zelf het voorbeeld geven. Laat men dan deze maand alleen nog overdag in de stad zijn, maar laat men er zijn. Een leegstaande winkel of een dichtgetimmerde winkel is geen reclame en is geen aanmoediging voor de burgers om terug te keeren. Wil njen in de toekomst weer een behoorlijke boterham in Den Helder kun nen verdienen, dan moet men nu op zijn post zijn. Er zyn gelukkig vele midden standers, die dat hebben begrepen en die ook in de moeilijkste omstandigheden trouw gebleven zyn aan hun stad en aan hun clientèle. De Heldersche bevolking neemt dagelijks toe. Er zijn er velen, die ook 's nachts weer in Den Helder slapen. Er komen weer ver huiswagens in onze stad, nu niet om den huisboedel weg te halen, maar om haar terug te brengen. Zoo moet het gaan wil voor den herfst het leven in Den Helder weer eenigs- zins normaal herstellen. De middenstand begrijpe zyn belang. Voor wie het mogelijk is de houten schotten voor zijn ramen weg te halen, die doe dat zoo spoedig mogelijk. Vindt men het risico te groot? Wij gelooven niet, dat dit inderdaad zoo groot is. Den Helder moet weer bewoon baar worden en daaraan moeten de midden standers in de eerste plaats meewerken. STEDELIJK MUZIEKCORPS ,JHELDER". U Augustus 1925 (35-jarig bestaan). Directeur: Jb. ter Hall; Beschermheer: W. Houwing, Burgemeester; Eere-Voorzitter: L. van Loo, Lid Gemeenteraad; Jac Bruijn; Secretaris: J. van Engelsdorp Gastelaars; Penningmeester: G. Broekhuizen. Orkest-ledentamboerspijpershoornblazers, Wy attendeeren er op, dat men voor het halen van kaarten of dergelijke aan het distri butiekantoor, nimmer verzuimt, zijn stam kaart mede te nemen. Nog 'teveel wordt dit vergeten en kan men dus niet geholpen wor den, omdat op de stamkaart de ontvangst moet worden afgestempeld. Dit geldt ook wanneer men schriftelijk ver zoeken doet aan het hoofd van den distributie- dienst. De heer Everards ontvangt dagelijks tientallen, soms eenige honderden brieven, waarbij maar enkelen de stamkaart insluiten. Het gevolg daarvan is, dat men de zaken niet kan afhandelen en dus de menschen moet teleurstellen. Verzuim dus niet uw stamkaart in te slui ten of mee te nemen. Bezitters van vetkaarten worden er nog maals op attent gemaakt, dat zij op de bon nen 03 en 04 van hun vetkaart, roomboter kunnen bekopen tegen den prys van mar garine. Op iéder pond roomboter wordt n.1. een reductie van 20 cent verstrekt. De winkelier kan deze bonnen, waarop hij niet anders dan boter mag leveren, inwisselen op het distributiekantoor, waarop hij den ge- reduceerden prijs terug ontvangt. Er is een regeling in den maak voor degenen, die op geen andere wijze dan met petroleum hun woning kunnen ver lichten. Zij zullen een extra toewijzing ontvangen. Wie naam en adres opgenomen wil zien, geve het aan ons kantoor op of zende zijn opgave aan onze admini stratie te Den Helder, met insluiting van 25 cent aan postzegels of geld. Knip het adres van Uw kennissen uit onderstaande adressen meteen uit of noteer het. D. DE JONG, v Kanaalweg 62, p/a Van Arastel, Korte Lyceumstraat 8, Alkmaar. ..Een goed voorbeeld doet goed volgen zoo Igidt een bekend spreekwoord. En inderdaad, het is nog altijd waar. dat woor den trekken, maar daden wekken. Het goede voorbeeld wekt tot navolging. Een optimistisch mensch bouwt zijn omgeving op, een pessimist breekt af. haalt neer. ont moedigt. We hebben de waarheid daar van de laatste maanden toch zeker wel aan den lijve ondervonden. Wat hebben de pessimisten veel kwaad gesticht, wat heb ben ze een nervositeit veroorzaakt en nog doen ze hun deprimeerend werk, door hun zwartgalligheid, waarmee ze te koop loo- pen en waarmee ze ieder, die ze ontmoeten, besmetten, althans trachten te besmetten. Wat een weldaad is het daarentegen een optimist op zijn weg te ontmoeten, een mensch. die niettegenstaande het sombere heden, gelooft in de toekomst, die de plan ken voor étalages en vensters weg durft denken en die het opbloeiende leven van onze stad weer voor zich ziet. ..Die gelooven. vreezen niet", zoo zegt een bekend woord en al mag dit dan be doeld zijn op de geestelijke waarden, het geldt toch in zekere mate ook voor de stoffelijke dingen. Een optimist is de zakenman, die weer eens op de groote trom durft te slaan, om dat hij weet, dat dit niet alleen direct resul taat voor zijn zaak kan opleveren, maar omdat hij ook voelt, dat dit normaal reclame maken, het vertrouwen van zijn geëvacueerde stadgenooten wekt en die stadgenooten heeft hij noodig om zijn zaken weer op gang te krijgen. De^ pessimist wacht af, die laat zijn collega's de kooltjes uit het vuur halen, die moet de kat eens uit den boom kijken, die durft niet en laat zijn vensters en deu ren gesloten. Hij bewerkstelligt, dat de menschen hem vergeten en zijn collega op zoeken, die wel vertrouwen heeft in den normalen terugkeer van het economisch leven. De optimist heeft eigenlijk altijd gelijk. In de eerste plaats voorkomt hij, dat hij zelf in de put gaat zitten en zijn leven ver galt met beschouwingen en voorspellingen, waarvan hij met geen mogelijkheid weet of ze ooit werkelijkheid zullen worden. De optimist draagt de zon in zich en heeft recht op de toekomst, omdat hij in die toe komst heeft geloofd, omdat hij daaraan vast heeft gehouden, toen een ander twij felde. Onze stad kent gelukkig vele van die optimisten, die trachten normaal door te gaan en die vast gelooven, dat de toekomst voor Den Helder nog voor beloften is. Wie de zaken dan ook rustig beziet, die behoeft daaraan niet te twijfelen. Er is toekomst voor Den Helder nog vol beloften is. Wie dat het leven zich weer vrij snel zal her stellen. Daaraan mee te helpen moet het streven van ieder Heldersche zijn. Zoodra er eenige zekerheid is, dat groote aanvallen zullen uitblijven, moeten we weer terug- keeren naar Nieuwediep, moeten we mee helpen het economisch leven opnieuw op den been te helpen. Nu we gegronde rede nen mogen hebben, dat de stad niet meer aan de verschrikkingen bloot zal staan, die ze eens heeft meegemaakt, nu is er geen ernstig motief meer om langer weg te blijven. Men versta ons goed. Onze argumen tatie van de vorige week. dat men verstan dig zal doen. met kinderen of ouden van dagen, de Augustusmaand nog af te wach ten, handhaven we. Als de groote aanval op Engeland, die Duitschland zelf nog deze maand verwacht, achter den rug is. dan is er geen reden meer om langer weg te blijven. Reeds hebben vele stadgenooten den knoop doorgehakt, hebben een verhuis wagen gehuurd en zijn teruggekeerd, met hudje en mudje. Anderen waagden het eens een nacht en bleven toen ook, na de ervaring dat het hier niet meer of minder onrustig was dan elders. Zoo groeit de bevolking, zoo groeit het vertrouwen, zoo wordt de toestand weer normaal. Help daaraan mee!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 7