MacUnietuuió A*s* Zondag begint de rijwiel-controle Onrustige dag in Den Helder Vandaag voor 50 jaar Hei verloren middelpunt ïlieuuM uit Wik KeA& en Zending, Vrijdag 30 Augustus 1940 De hervatting van het Openbaar Onderwijs 260 Heldersche inge zet nen komen van Texel Leeszaal gaat weer open Birgerlijke Stand van Den Helder Steun voor de geëvacu- eerden eindigt 8 Sept. Strenge straf gevraagd UancUten uit Piet Vliegend Blaadje Omdat wij veel vereenigingen hebben Bezoldiging en verzorging van personeel der voor malige Nederlandsche Marine Langs de straat De zee en de dijk Waar niets veranderde 7,es>i£Jibch nieuuM Teraardebestelling van den heer KI. Dogger Mz. Visscherij Het onderwijs aan de openbare scholen zal, zooals men in een advertentie in dit nummer leest, weder aanvangen op Dins dag 3 September a.s. des voormiddags 9 uur. De schooltijden zijn van 912 uur en van 13 uur. De leerlingen voor het eerste leerjaar moeten zich melden aan de school waar ze zijn aangegeven. Voor de hervatting van het onderwijs aan school 1 te Julianadorp zal nog een nadere bekendmaking volgen. Voor alle overige bijzonderheden be treffende de hervatting van het onder wijs leze men de advertentie. Voorzie U tjjoig van een belasting plaatje. Zondag, 1 September a.s. is de dag, waarop het oude rijwielbelastingplaatje zijn geldigheid verlor enheeft en waarop de Fiscus eischt dat het nieuwe zich op de fiets bevindt. Nadat wij reeds geruimen tj'd geleden •r op wezen dat de gelegenheid openge steld was ter aanschaffing van de nieuwe plaatjes kan worden aangenomen dat het meerendeel der wielrijders in het bezit daarvan is. Zooals evenwel telkenjare blijkt treft men nog steeds tal van personen aan, die, hetzij uit lakschheid, hetzij uit belasting- ontduikende bravour, het er op wagen, doorgaans met alle misère vandien Men zij dus gewaarschuwd: reeds Zendag wordt gecontroleerd. Texel gesloten voor vreemdelingen verkeer. Op last der bevoegde autoriteiten denen alle niet in den burgerlijken stand Vin Texel opgenomen personen de ge meente Texel te verlaten, aldus luidt een verorde ring van de bevoegde autoriteiten aldaar. Alle personen uit Den Helder, die zbh tijdelijk op Texel gevestigd hadden eii wier verhuisbiljet dus op 26 Augustus r.«g niet op Texel aanwezig was, moeten uiterlijk hedenmiddag met de boot van 2.)0 uur Texel verlaten hebben. Het aantal Helderschen, dat zich op Ttxel bevindt bedraagt 260. Bezoek aan Texel wordt slechts toege staan bij familiebezoek van dringenden aird en zakenbezoek, mits aangetoond kaï worden, dat betrokkenen reeds eer- da: op Texel kwamen. Zi, die Texel wenschen te bezoeken, dienen zulló schriftelijk tevoren ten raadhuize aan te vragen, bij voorkeur door bemiddeling van het op Texel woonachtige familielid of de alhiir gevestigde zakenrelatie. Ingezetenen van Texel moeten zich te allen tijde bij den oveiocht bunnen legitimeeren, waartoe tot nadir bericht de distributiestamkaart vol- doeide is. T>t Maandag 2 September 1940 zal deze regéing, indien de omstandigheden zulks toe- latei, zoo mogelijk soepel worden toegepast. Mn gelieve echter familieleden aan den vasfcn wal dringend aan te raden teneinde verjeefsche reizen naar Texel en groote on- kosfen te voorkomen eerst naar Texel te konen, wanneer het toegangsbewijs in het be zit 'an betrokkenen is. Aanvragen moeten vermelden: doel der res, verblijfplaats op Texel, duur van het vrblijf en voorts alle bijzonderheden, die djnstig zijn om het gevraagde te beoor delen. directie rott. bankver. T't opvolger van den heer Postuma, als direteur van de Rott. Bankver., kantoor Den Heler, is benoemd de heer H. C. v. Suylekom, direteur van het kantoor Hillegom. boekenbeurs gemeentelijk -.YCEUM. Zatermorgen 10 uur in de School straat. Zoals men in een advertentie in dit num- me: kan lezen vindt de boekenbeurs voor het Gereentelijk Lyceum plaats morgen (Zater dag-ochtend 10 uur in het schoolgebouw aan de Schoolstraat. p Openbare Leeszaal en Uitleening zal vinaf 2 September a.s. dagelijks weer ge iend worden van 1012.30 en van 24 iir. van 29 Augustus 1940. (ETROUWDA. Wiersma en M. Blokker; pL. v. d. Waal van Dijk en C. Snijders; pj. Neerhoff en J. H. van de Pas; J. C. pberts en D. M. Bijl; J. van Bredero en RK, Zeeman. Medegenomen goederen wor den gratis weer thuisbezorgd. Naar ons thans officieel wordt mede gedeeld heeft de regeering besloten de steunuitkeering aan de geëvacueerde inwoners van Den Helder in Heerhugo- waard per 8 September a.s. stop te zetten. Naar men ons verder zeide, worden de evacué's in de gelegenheid gesteld zonder betaling de terugreis naar Den Helder te maken, terwijl ook het ver voer der medegenomen goederen zonder kosten gepaard zal gaan. Wij kunnen hieraan toevoegen dat het dus blijkbaar de wensch van de regeering is dat Den Helder zoo spoe dig mogelijk weer bevolkt wordt. Was het de laatste weken erg rustig in Den Helder, de dag van gisteren heeft veel onrust veroorzaakt. Eenige malen moest het afweergeschut in werking ge steld worden toen Engelsche vliegtuigen boven de stelling kwamen. Een ring van afweervuur was rond Den Helder en meenigeen is de angst om het hart geslagen. Vannacht was het rustig tot vanmorgen half zes, toen opnieuw de kanonnen en mitrailleurs dreunden. In de stad werden geen bommen ge gooid. Wel werden als gevolg van bom explosies tal van ruiten van Weststraat, Zuidstraat en Binnenhaven vernield. Ter wijl ook op de Spoorgiacht en Nieuw- straat enkele woningen het moesten ont gelden, met dien verstande, dat de ruiten aan diggelen vlogen. Jongelui breken in leegstaande woningen in. Een aantal peiceelen in onze stad staan, zooals men weet, momenteel ledig, zij het dat het meubilair zich nog volledig in die huizen bevindt. Om deze huizen en de bezittingen te beschermen werd ons politie-korps niet onbe langrijk uitgebreid. Het was de politie, die zoo fortuinlijk was thans oj> Tuindorp een drietal jongens te bei- trappen, die zich onledig hielden met het... inbreken en doorzoeken van leegstaande wo ningen. Daar de politie te rechter tijd ingreep, kon voorkomen worden, dat de vandalen zich aan het eigendom vergrepen. Wij spreken de hoop uit, dat deze heeren een geduchte straf kriigen. Zoo ooit, dan is zulk optreden thans afkeurenswaardig. WEER SCHOENEN GESTOLEN. Zoo ooit, dan zijn tegenwoordig schoenen een zeer begeerd bezit. Sommige lieden pogen echter zoowel zonder bonnen als zonder con tanten aan schoeisel te kómen. Dit moest dezer dagen weer een schoen handelaar in de Spoorstraat ondervinden, ten n-deele van wien enkele paren schoenen uit de étalage verdwenen waren. KLEEDINGc TUKKEN VERMIST. Een bewoner van de Crocusstraat deed bij de politie aangifte, dat uit zijn leegstaande woning aan de Crocusstraat diverse kleeding- stukken spoorloos verdwenen zijn. Een onder zoek wordt ingesteld. AUTO CONTRA WIELRIJDER. Woensdag: ontstonc! op den Schoolweg een aanrijding tusschen een auto en een wielrijder. De man op de fiets werd bloedend verwond, zoodat terstond geneeskundige hulp noodzake lijk bleek. Door de politie wordt een onder zoek naar de schuld ingesteld. Wij zijn dezer dagen in de plaats onzer in woning in het bezit van een nieuwe ruime ver gaderzaal gekomen. De bekende Tuinzaal van Tivoli, die vroeger een verhoogd gedeelte had, is nu gelijkvloers gemaakt, en is bovendien geheel nieuw ingericht, zoodat daarin eene vergadering van ongeveer 100 personen kan gehouden worden. De zaal, die bij 7 m groot is, ziet er thans keurig net uit en beveelt zich ook door hare goede verlichting voor het hou den van talrijke bijeenkomsten ten zeerste aan. Nevens de bestaande, zeer geschikte lokalitei ten hier ter plaatse, is deze zaal voor sommige samenkomsten in groote mate bruikbaar. Het bestaan van nogal een groot aantal vereeni gingen veroorzaakt, dat er niet zelden be hoefte bestaat aan gelegenheden tot het houden van vergaderingen. Deze lokaliteit ie dus een aanwinst, met het oog op het nogal ontwikkeld Vereenigingsleven in deze ge meente. Nieuwe verordening. 's-Gravenhage, 29 Augustus. In het Ver ordeningenblad is opgenomen een verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied nopens maatregelen ten aanzien van de bezoldiging van militair en burgerlijk personeel der voormalige Neder landsche Zee- en Landmacht. Hierbij wordt het hoofd van het afwikke lingsbureau van het Departement van Defen sie gemachtigd, na verkregen instemming van den Secretaris-Generaal van het Departement van Financiën en, voor zooveel noodig, van den Secretaris-Generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken, voorzieningen te treffen nopens de bezoldiging, het wachtgeld en het pensioen van het militaire personeel van de voormalige Nederlandsche Zee- en Landmacht en nopens de verzorging van hun nabestaanden. Voorts wordt het hoofd van het afwikke lingsbureau gemachtigd voorzieningen te tref fen nopens de schadeloosstelling van in dienst van de voormalige Nederlandsche Zee- en Landmacht gebezigde burgerwerkkrachten, die in en door dien dienst lichamelijk letsel hebben bekomen, zoomede nopens de verzor ging van hun nabestaanden. Op grond van bovengenoemde verordening heeft het hoofd van het afwikkelingsbureau o.m. het volgende bepaald. De voor militairen beneden den rang van officier gestelde minimum-pensioens grondslag, bedoeld in het 6de lid van arti kel 14 der pensioenwet voor de zeemacht, in het 6de lid van artikel 14 der pensioen wet voor de landmacht, in het 5de lid van artikel 14 der pensioenwet voor het personeel der koninklijke marine-reserve en in het 6de lid van artikel 14 der pen sioenwet voor het reservepersoneel der landmacht wordt, indien het recht op pensioen berust op het bepaalde in punt 2 van artikel 2 der hiervoren aangehaalde wetten, dan wei in artikel 2 der pensioen wet voor de vrijwilligers bjj den land storm, voor de militairen of de gewezen militairen beneden den rang van officier, die op of na 1 April 19S9 in werkelijken dienst zyn gekomen, gesteld op niet min der dan een duizend gulden. (1). Aan de op of na 1 April 1939 te werk gestelde burgerwerkkrachten, wier diensten ten behoeve van den Nederlandschen militair dienst werden gevorderd, wordt, indien zij in en door of gedeeltelijk in en door de van hen gevorderde diensten arbeidsongeschikt zijn geworden, ten laste van het rijk een schade loosstelling toegekend naar dezelfde regelen en maatstaven als die, waarop krachtens de Landmacht voor dienstplichtigen der Land macht recht bestaat op toekenning van inva liditeitspensioen. (2). De in de artikelen 36 en 37 der voor melde wet nader aangegeven betrekkingen van vorenbedoelde burgerwerkkrachten, die ten gevolge van een der oorzaken, als in de voorgaande alinea nader aangeduid, het leven hebben verloren of komen te overlijden, wordt, mede ten laste van het Rijk, een schadeloos stelling toegekend naar dezelfde regelen en maatstaven als die, waarop krachtens de pen sioenwet voor de Landmacht voor de nage laten betrekkingen van dienstplichtigen recht op toekenning van pensioen bestaat. Dit besluit treedt heden in werking. Hij was, indertijd, een gewichtig man. Hij was zelfs zeer gewichtig. Het was trouwens te begrijpen: hij be kleedde een der best gehonoreerde ambtenaars functies, was getrouwd met iemand „uit goeden doen", zijn kinderen bezochten de duurste particuliere school, de familie maak te in de maand Augustus dure snoepreisjes naar Duitschland, Wight en Madeira, terwijl voorts een pand bewoond werd aan een der meest illustre randen der stad. Zoo leefde de familie de Bruyn en heel de buurt vond het een deftige familie waarop niet dat aan te merken viel. Wij-zelf woonden ergens in den schaduw van het pand. En zoo geviel het dat schrijver dezes een enkele maal in contact kwam met meneer Bruyn. Het waren zeer korte ge sprekken, gevoerd via beider tuin-haagjes, doorgaans bestaande uit niets-zeggende op merkingen over het weer, over den oorlog en over de haagjes. Meneer de Bruyn hield daar niet van. Het was z. i. niet deftig over de straat te praten en daarom hield hij zich onzichtbaar, indien dit mogelijk was. Eerlijk gezegd behandelde hij ons, de buren, min of meer als lucht. Als men nu zegt dat er iets in de wereld ver anderd is, dan mag men daarover denken zoo als men wil, feit is dat de familie de Bruyn in het algemeen en meneer zer in het bijzon der inderdaad op opvallende wijze veranderd waren. Meneer Bruyn komt in den middag soms I even thuis en dan draagt hij, o mirakel der mirakelen, een pakje brood onder den arm. Hij gaat daarbij gekleed in een overjas die niets meer heeft van de glorie der Bruyn'en, maar die, integendeel, heviglijk besmeurd is met roest, modder en andere onwelvoegelijk- heden. Ik kom hem nu vaak tegen en altijd op straat. Niet meer over de haagjes, maar zoo gewoon-weg op de publieke straat spreekt meneer Bruyn me aan. En zijn stem kraakt niet meer, zooals de stemmen der Bruyn'en altijd gekraakt hebben. En zijn kille hoovaar- digheid is verdwenen. En zijn zelfbewustzijn is kennelijk geknakt. Nee, meneer Bruyn is veranderd. Hij is zeer veranderd. Gisteren, in de Spoorstraat fietsende, kwa men wij elkaar weer tegen. Meneer Bruyn zat op zijn fiets met vuurrood hoofd. Beter gezegd, hi, h i n g op zijn fiets, aangezien het hem niet mogelijk was vooruit te komen. Ziende dat ik verbaasdelijk naar dat toeneel keek, riep de heer Bruyn van de overzijde der straat of ik hem even wilde assisteeren, iets waartegen niet het minste bezwaar bestond. Het bleek dat de bagagedrager der fiets een kartonnen doos torschte, welke zwaar beladen van kousen en sokken, wanstaltig uit puilde. Aan het stuur bungelde een blauwe zak, gevuld met lingerie (voor beider kunnen), terwijl meneer Bruyn zelf een doos in de hand hield, waarop de naam van een populair plaatselijk snelbuffet-eigenaar prijkte. Mede door toedoen van de wet op de zwaartekracht zag meneer Bruyn geen kans zijn middelpunt in bedwang te houden, tengevolge waarvan hg steeds weer tegen het trottoir aanzeilde. Hetgeen, voor zoo'n deftig man, niet aardig was. Ik heb hem geholpen. Niet zoozeer uit naastenliefde, dan wel uit het feit dat hij mij in het openbaar verzocht had te assisteeren. Weiger dat maar eens. Ik bond de zak en de doos beter, praktischer op, en liet het witte delicatessen-doosjes aan het stuur bungelen. En zoo werd het ver strooide evenwicht teruggevonden en was meneer Bruyn in staat zijn weg te vervolgen naar de vrouwelijke Bruyn en de Bruyn-tjes. Wie schets echter mijn verbazing toen deze deftige meneer Bruyn mij, bij het opnieuw be stijgen van zijn talen ros, de uitnoodiging deed geworden om bij eerstvolgende gelegen heid zijn huis, dat weer in orde gemaakt wordt, met een bezoek te vereèren. Het zou hem en zijn echtgenoote', ten zeerste welkom zijn. Mijn vrouw mocht ook meekomen. Mijn oogen moeten uitgepuild hebben, en Noord-west is de wind, die op den Dijk staat. Pè.1 Noord-west; hij breit aan de deinigs- golven witte kuifjes en hij doet het water in sluiers wegspatten als het tegen de bazalten glooiing aan slaat. Het Marsdiep is onstuimig. Zoover het oog gaat: één golvend watervlak; met er boven wat flarden witte wolk, die een schoone stof feering voimen voor het wijdsche hemeldek, dat intens blauw is doorzond. Wat schepen liggen op de ree: silhouetten van bootjes die men hier iederen dag ziet. Beweeglijke schimmen tegen een achtergrond van blauw, wit en grijs. Het is eenzaam aan den dijk. Maar al is het er nóg zoo eenzaam, daar staan, bij den „windwijzer" toch nog altijd een groep zeeridders. Ze stónden er in Mei... ze stonden er in Juni en Juli en ze staan er nog. Men kan vei lig aannemen dat ze er zullen b 1 ij v e n staan. Het zijn de échte. Het zijn de keerels die bleven en zullen blijven. Praat ze niet over weggaan! Ze zouden U wegkijken... de Gorrel en z'n maats...! En ze staan daar en praten over alles en nog wat. De gesprekken zijn niet zoo bar belang rijk, maar hoe zou dat ook kunnen, als je mekaar daar zeven dagen in de week ont moet en dit jaar-in, jaar-uit. Waar ze het over hebben, het draait altijd uit op de visscherij, op de scheepvaart en op... den ouden tijd. Want velen is deze tijd te „gortig" en liever leven ze zich terug in de jaren van weleer, toen zij nog in actieven dienst waren. Een groep, zwart-gejaste en ge-bolhoede zeeridders, die den einder staan af te staren. Die altijd iets zien in de verte wat hen boeit en die daar altijd wel weer het noodige over te vertellen weten. Beneden aan Dijk zitten de visschers. Zij zaten er drie maanden geleden en ze zit ten er n g. De lange hengels liggen in het water, sidderen op de deining van het water. Beneden, onzichtbaar voor den mensch, hangt de „poer"; de bundel pieren. Dik en vet. Een glibberig-bioedige knoedel levend aas, als lok middel voor passeerende scharren, gullen en andere Marsdiep-bewoners. De een haalt er z'n neus voor op en de ander kan zich niet weerhouden even aan deze voortreffelijke delicatesse te proeven. De meesten wordt dit fataal. De meesten gaan ten onder aan deze snoepzucht en liggen niet lang daarna ergens in een gebreid zakje, of in het net op de steenen. Dan liggen ze met hun wezenlooze vis- schenoogen, in ontzetting wijd-open gesperd, naar het licht te kijken, dat vanuit de blauwe hemel valt. Vele hengels rekken zich in zee, en vele malen giert aan de lange snoeren een vis- schenlijf op het droge. Telkenmale is dat een tragedie in 't klein. Een eenzame wandelaar ijsbeert langs den Dijk. Telkens zet hij zich schrap tegen den wind, die hem belaagt. Beneden ligt de zee: het water beweegt zich snel langs de voet van den Dijk; het schuurt van steen tot steen, tot het bij het strand is en waar het kan zingen op het zand van de strandlijn. Hier klokt en bruischt het water. Het komt op en het daalt. Het is als een machtige boe zem, die zich hijgend uitzet en weer inkrimpt. De meeuwen zijn er boven. Ze scheren over het land en over de zee. Zo zijn verre en nabij. Ze zijn overal. Lenige witte lijven, en gekromde wieken. Vervullend de lucht met hun gekrgsch. De eenzame wandelaar ziet omhoog naar die meeuwen en denkt dat die vogellijven vol maakt in dit beeld van zee en water passen. Alleen de visscherlui, onder den Dijk, zien niet op. Diè zien alleen op hun dobber en als er geen dobber is op de lijn, die zwaar van pier en lood omlaaggetrokken wordt. De vletten liggen verlaten tegen den dijk. Zwart, blauw en grijs. Over enkele is zeildoek gespannen, andere daarentegen liggen klaar om uit te varen. Het is het weinige bezit van de Oudehelder- sche visschers, die wachten op uitvaren. Wachten op het sein dat hun vlet noodig zal zijn. Nu liggen ze als waardelooze i.ave tegen de srlooiing. Niemand die er naar omziet. Zoo is het op den Dijk, den Dijk van Nieuwediep, die zich uitstrekt van Wierhoofd tot aan het dorp Huisduinen. een bleekheid van ontzetting over mjjn aan gezicht getrokken. Dit was het meest dave rende feit der laatste jaren. Dit was iets wat ik in mijn stoutste droomen niet had kunnen droomen. Maar ik droomde niet. Want minzaam- lachend z- daar Bryun op zijn fiets, herha lend: „Dus jullie komen...???" Ziedaar: de wereld verandert. iVant deze meneer Bruyn bestaat (zij het dat hij met een anderen naam in den bur gerlijken stand van Den Helder voorkomt) en hij heeft, dank zij deze vreemde tijden waarin we leven, zijn evenwicht teruggevonden. Ten voordeele van zich-zelf en tot vreugd van de- buurt, die er niets minder „deftig" door geworden is... Onder zeer groote belangstelling is Woens dagmiddag 12 uur, op het kerkhof van Oude- schild, ter aarde besteld de heer KI. Dog ger Mz., kapitein-stuurman van Texels Eigen Stoomboot-Onderneming. Wij merkten onder de aanwezigen o.m. op het volledig bestuur van T.E.S.O. (Raad v. Comm. en Directeur), het personeel en oud-personeel, met wie de overledenen zoovele jaren had samengewerkt. Aan de geopende groeve werd het woord gevoerd door den Directeur der N.V., den heer W. H. Lap, die wees op het groot aantal passagiers, dat den heer Dogger, veilig over het Marsdiep had gevoerd; terwijl, helaas, het levensscheepje van den overledene zelf zoo vroeg is gestrand. Verder schetste spr. het verdienstelijk leven van den heer Dogger en werd gewezen op zijn prettige samenwerking met het bestuur en het personeel. Namens de familie bracht vervolgens Dr. Tinholt, dank aan alle aanwezigen, (in het bijzonder aan den Raad van Commissarissen en het personeel van T.E.S.O.) voor de be toonde belangstelling. Zeer onder den indruk van deze droeve plechtigheid, verlieten daarna alle aanwezigen de begraafplaats. JAN v. d. WAL 50 JAAR GETROUWD Het echtpaar J. v. d. WalSpigt herdacht gisteren zijn gouden huwelijksfeest, beide oudjes genieten nog een goede gezondheid. Het grootste deel van hun huwelijk hebben zij aan de Koog gewoond. v. d. Wal is een oude bekende, door zijn weerboompjea en uitgesneden scheepjes van zeeschuim. URK, 28 Augustus. Door 50 vaartuigen werd heden aan den Gemeentelijken Vischafslag alhier aangevoerd: 3250 pond Kuilpaling, van 40210 pond per vaartuig, prijs 26%29 ct.; 1330 pond Lijn- of beugaal, 3335 ct. en 120 pond Snoek baars, 23%24 ct. Alles per pond. VEREENIGING VAN VRIJT,. HERVORM DEN IN NOORD-HOLLAND. De Jaarvergadering van deze vereeniging zal plaats hebben op Donderdag 5 September 191,0, in het Parkhotel te Hoorn. Na een Wijdingsdienst in de Noorderkerk, waarin zal voorgaan ds. F. W. Boers, te Hoorn en die om tien uur aanvangt, begint de alge- meene vergadering om elf uur. Nadat de voor zitter van de afd. Hoorn een begroetingswoord heeft gesproken, zullen de gewone punten van de agenda worden behandeld, zooals notulen, jaarverslag, verslagen van de Comité's van Actie en van het Persbureau, rekening en ver antwoording 1939 191,0, begrooting en bestuurs verkiezingen. Na de pauze zal ds. J. H. Klein Wassink, van Alkmaar, een inleiding houden over het onderwerp: „De beteekenis van onze Kerk gang". Het Bestuur verwacht dat de af deelingen, kerkeraden, kerkvoogdijen enz. afgevaardig den zullen zenden. Het zal goed zijn in dezen benarden toestand elkaar weer eens te ont moeten en ons te versterken in ons geloof van onze vrijzinnig Hervormde beginselen en zoo met frisschen moed weer aan den winterarbeid te gaan. AAN DE' GEMEENTE GODS, DIE TE VLAARDINGEN IS Ds. J. Grootjans te Vlaardingen schrijft in de (Hervormde) ,£ondagsbode" van den ring Schiedam en het Westland over het eenheids- streven. Hij zegt daarbij onder meer het vol gende: Ge hebt gelezen van de acüs van iemand, die de Hervormde en Gereformeerde fcerJc weer wilde samenbrengen tot een kerkelijke eenheids In dat verlangen zal iets van het heimwee van Gunning zitten naar de Una Sancta. In derdaad, de gescheidenheid is maar al te groot, droef groot. Stel U eens even voor, dat de apostel Paulus een brief had geschreven: Pau- lus, een dienstknecht van Jezus Christus, aan de gemeente Gods, die te Vlaardingen is. Waar had die brief bezorgd moeten worden f Aan welk adres had de post zich moeten ver voegenf Bij de kerkeraad van de Hervormde kerken, of bij de Christelijke Gereformeerde gemeente, de Gereformeerde gemeente, de Vrije Gereformeerde gemeente, de Oud-Gere formeerde gemeente, de Vrije gemeente, de Remonstr. Geref. gemeente, en, die mag ik toch ook niet vergeten, de Roomsch katholieke kerk f Ik denk: die brief werd nergens afgegeven. De bezorger zou de kluts kwijt raken. Voelen wij in deze dingen wel, dat het toch niet in orde is met het kerkelijke en dus met het geestelijke leven in ons volk. En hebt ge er groote moed op, dat in al deze dingen er nu zoo maar een ritseling zal gaan door de dorre doodsbeenderent Eén ding staat voor ons toch wèl vast: niet door wat opgeschroefde menschelijke actie kan hier genezend gewerkt worden. Wij hebben ons te verootmoedigen en te bidden: Och, dat Gif de hemelen scheurdet en nederkwaamt. Veni Creator Spiritus: kom, Heilige Geest, en her schep Gij onze harten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 5