MacUnietuuió
A*s* Zondag begint de
rijwiel-controle
Onrustige dag in
Den Helder
Vandaag
voor 50 jaar
Hei verloren middelpunt
ïlieuuM uit Wik
KeA& en Zending,
Vrijdag 30 Augustus 1940
De hervatting van het
Openbaar Onderwijs
260 Heldersche inge
zet nen komen van Texel
Leeszaal gaat weer open
Birgerlijke Stand van Den Helder
Steun voor de geëvacu-
eerden eindigt 8 Sept.
Strenge straf gevraagd
UancUten uit Piet Vliegend Blaadje
Omdat wij veel vereenigingen
hebben
Bezoldiging en verzorging
van personeel der voor
malige Nederlandsche
Marine
Langs de straat
De zee en de dijk
Waar niets veranderde
7,es>i£Jibch nieuuM
Teraardebestelling van den heer
KI. Dogger Mz.
Visscherij
Het onderwijs aan de openbare scholen
zal, zooals men in een advertentie in dit
nummer leest, weder aanvangen op Dins
dag 3 September a.s. des voormiddags
9 uur.
De schooltijden zijn van 912 uur en
van 13 uur. De leerlingen voor het
eerste leerjaar moeten zich melden aan
de school waar ze zijn aangegeven. Voor
de hervatting van het onderwijs aan
school 1 te Julianadorp zal nog een
nadere bekendmaking volgen.
Voor alle overige bijzonderheden be
treffende de hervatting van het onder
wijs leze men de advertentie.
Voorzie U tjjoig van een belasting
plaatje.
Zondag, 1 September a.s. is de dag,
waarop het oude rijwielbelastingplaatje
zijn geldigheid verlor enheeft en waarop
de Fiscus eischt dat het nieuwe zich op
de fiets bevindt.
Nadat wij reeds geruimen tj'd geleden
•r op wezen dat de gelegenheid openge
steld was ter aanschaffing van de nieuwe
plaatjes kan worden aangenomen dat het
meerendeel der wielrijders in het bezit
daarvan is.
Zooals evenwel telkenjare blijkt treft
men nog steeds tal van personen aan, die,
hetzij uit lakschheid, hetzij uit belasting-
ontduikende bravour, het er op wagen,
doorgaans met alle misère vandien
Men zij dus gewaarschuwd: reeds
Zendag wordt gecontroleerd.
Texel gesloten voor vreemdelingen
verkeer.
Op last der bevoegde autoriteiten
denen alle niet in den burgerlijken stand
Vin Texel opgenomen personen de ge
meente Texel te verlaten, aldus luidt een
verorde ring van de bevoegde autoriteiten
aldaar. Alle personen uit Den Helder, die
zbh tijdelijk op Texel gevestigd hadden
eii wier verhuisbiljet dus op 26 Augustus
r.«g niet op Texel aanwezig was, moeten
uiterlijk hedenmiddag met de boot van
2.)0 uur Texel verlaten hebben.
Het aantal Helderschen, dat zich op
Ttxel bevindt bedraagt 260.
Bezoek aan Texel wordt slechts toege
staan bij familiebezoek van dringenden
aird en zakenbezoek, mits aangetoond
kaï worden, dat betrokkenen reeds eer-
da: op Texel kwamen.
Zi, die Texel wenschen te bezoeken, dienen
zulló schriftelijk tevoren ten raadhuize aan
te vragen, bij voorkeur door bemiddeling van
het op Texel woonachtige familielid of de
alhiir gevestigde zakenrelatie. Ingezetenen
van Texel moeten zich te allen tijde bij den
oveiocht bunnen legitimeeren, waartoe tot
nadir bericht de distributiestamkaart vol-
doeide is.
T>t Maandag 2 September 1940 zal deze
regéing, indien de omstandigheden zulks toe-
latei, zoo mogelijk soepel worden toegepast.
Mn gelieve echter familieleden aan den
vasfcn wal dringend aan te raden teneinde
verjeefsche reizen naar Texel en groote on-
kosfen te voorkomen eerst naar Texel te
konen, wanneer het toegangsbewijs in het be
zit 'an betrokkenen is.
Aanvragen moeten vermelden: doel der
res, verblijfplaats op Texel, duur van het
vrblijf en voorts alle bijzonderheden, die
djnstig zijn om het gevraagde te beoor
delen.
directie rott. bankver.
T't opvolger van den heer Postuma, als
direteur van de Rott. Bankver., kantoor Den
Heler, is benoemd de heer H. C. v. Suylekom,
direteur van het kantoor Hillegom.
boekenbeurs gemeentelijk
-.YCEUM.
Zatermorgen 10 uur in de School
straat.
Zoals men in een advertentie in dit num-
me: kan lezen vindt de boekenbeurs voor het
Gereentelijk Lyceum plaats morgen (Zater
dag-ochtend 10 uur in het schoolgebouw aan
de Schoolstraat.
p Openbare Leeszaal en Uitleening zal
vinaf 2 September a.s. dagelijks weer ge
iend worden van 1012.30 en van 24
iir.
van 29 Augustus 1940.
(ETROUWDA. Wiersma en M. Blokker;
pL. v. d. Waal van Dijk en C. Snijders;
pj. Neerhoff en J. H. van de Pas; J. C.
pberts en D. M. Bijl; J. van Bredero en
RK, Zeeman.
Medegenomen goederen wor
den gratis weer thuisbezorgd.
Naar ons thans officieel wordt mede
gedeeld heeft de regeering besloten de
steunuitkeering aan de geëvacueerde
inwoners van Den Helder in Heerhugo-
waard per 8 September a.s. stop te
zetten.
Naar men ons verder zeide, worden
de evacué's in de gelegenheid gesteld
zonder betaling de terugreis naar Den
Helder te maken, terwijl ook het ver
voer der medegenomen goederen zonder
kosten gepaard zal gaan.
Wij kunnen hieraan toevoegen dat
het dus blijkbaar de wensch van de
regeering is dat Den Helder zoo spoe
dig mogelijk weer bevolkt wordt.
Was het de laatste weken erg rustig
in Den Helder, de dag van gisteren heeft
veel onrust veroorzaakt. Eenige malen
moest het afweergeschut in werking ge
steld worden toen Engelsche vliegtuigen
boven de stelling kwamen.
Een ring van afweervuur was rond Den
Helder en meenigeen is de angst om het
hart geslagen. Vannacht was het rustig
tot vanmorgen half zes, toen opnieuw de
kanonnen en mitrailleurs dreunden.
In de stad werden geen bommen ge
gooid. Wel werden als gevolg van bom
explosies tal van ruiten van Weststraat,
Zuidstraat en Binnenhaven vernield. Ter
wijl ook op de Spoorgiacht en Nieuw-
straat enkele woningen het moesten ont
gelden, met dien verstande, dat de ruiten
aan diggelen vlogen.
Jongelui breken in leegstaande
woningen in.
Een aantal peiceelen in onze stad staan,
zooals men weet, momenteel ledig, zij het dat
het meubilair zich nog volledig in die huizen
bevindt. Om deze huizen en de bezittingen te
beschermen werd ons politie-korps niet onbe
langrijk uitgebreid.
Het was de politie, die zoo fortuinlijk was
thans oj> Tuindorp een drietal jongens te bei-
trappen, die zich onledig hielden met het...
inbreken en doorzoeken van leegstaande wo
ningen. Daar de politie te rechter tijd ingreep,
kon voorkomen worden, dat de vandalen zich
aan het eigendom vergrepen.
Wij spreken de hoop uit, dat deze heeren
een geduchte straf kriigen. Zoo ooit, dan is
zulk optreden thans afkeurenswaardig.
WEER SCHOENEN GESTOLEN.
Zoo ooit, dan zijn tegenwoordig schoenen
een zeer begeerd bezit. Sommige lieden pogen
echter zoowel zonder bonnen als zonder con
tanten aan schoeisel te kómen.
Dit moest dezer dagen weer een schoen
handelaar in de Spoorstraat ondervinden, ten
n-deele van wien enkele paren schoenen uit
de étalage verdwenen waren.
KLEEDINGc TUKKEN VERMIST.
Een bewoner van de Crocusstraat deed bij
de politie aangifte, dat uit zijn leegstaande
woning aan de Crocusstraat diverse kleeding-
stukken spoorloos verdwenen zijn. Een onder
zoek wordt ingesteld.
AUTO CONTRA WIELRIJDER.
Woensdag: ontstonc! op den Schoolweg een
aanrijding tusschen een auto en een wielrijder.
De man op de fiets werd bloedend verwond,
zoodat terstond geneeskundige hulp noodzake
lijk bleek. Door de politie wordt een onder
zoek naar de schuld ingesteld.
Wij zijn dezer dagen in de plaats onzer in
woning in het bezit van een nieuwe ruime ver
gaderzaal gekomen. De bekende Tuinzaal van
Tivoli, die vroeger een verhoogd gedeelte had,
is nu gelijkvloers gemaakt, en is bovendien
geheel nieuw ingericht, zoodat daarin eene
vergadering van ongeveer 100 personen kan
gehouden worden. De zaal, die bij 7 m groot
is, ziet er thans keurig net uit en beveelt zich
ook door hare goede verlichting voor het hou
den van talrijke bijeenkomsten ten zeerste aan.
Nevens de bestaande, zeer geschikte lokalitei
ten hier ter plaatse, is deze zaal voor sommige
samenkomsten in groote mate bruikbaar. Het
bestaan van nogal een groot aantal vereeni
gingen veroorzaakt, dat er niet zelden be
hoefte bestaat aan gelegenheden tot het
houden van vergaderingen. Deze lokaliteit ie
dus een aanwinst, met het oog op het nogal
ontwikkeld Vereenigingsleven in deze ge
meente.
Nieuwe verordening.
's-Gravenhage, 29 Augustus. In het Ver
ordeningenblad is opgenomen een verordening
van den Rijkscommissaris voor het bezette
Nederlandsche gebied nopens maatregelen ten
aanzien van de bezoldiging van militair en
burgerlijk personeel der voormalige Neder
landsche Zee- en Landmacht.
Hierbij wordt het hoofd van het afwikke
lingsbureau van het Departement van Defen
sie gemachtigd, na verkregen instemming van
den Secretaris-Generaal van het Departement
van Financiën en, voor zooveel noodig, van
den Secretaris-Generaal van het Departement
van Binnenlandsche Zaken, voorzieningen te
treffen nopens de bezoldiging, het wachtgeld
en het pensioen van het militaire personeel
van de voormalige Nederlandsche Zee- en
Landmacht en nopens de verzorging van hun
nabestaanden.
Voorts wordt het hoofd van het afwikke
lingsbureau gemachtigd voorzieningen te tref
fen nopens de schadeloosstelling van in dienst
van de voormalige Nederlandsche Zee- en
Landmacht gebezigde burgerwerkkrachten,
die in en door dien dienst lichamelijk letsel
hebben bekomen, zoomede nopens de verzor
ging van hun nabestaanden.
Op grond van bovengenoemde verordening
heeft het hoofd van het afwikkelingsbureau
o.m. het volgende bepaald.
De voor militairen beneden den rang
van officier gestelde minimum-pensioens
grondslag, bedoeld in het 6de lid van arti
kel 14 der pensioenwet voor de zeemacht,
in het 6de lid van artikel 14 der pensioen
wet voor de landmacht, in het 5de lid
van artikel 14 der pensioenwet voor het
personeel der koninklijke marine-reserve
en in het 6de lid van artikel 14 der pen
sioenwet voor het reservepersoneel der
landmacht wordt, indien het recht op
pensioen berust op het bepaalde in punt
2 van artikel 2 der hiervoren aangehaalde
wetten, dan wei in artikel 2 der pensioen
wet voor de vrijwilligers bjj den land
storm, voor de militairen of de gewezen
militairen beneden den rang van officier,
die op of na 1 April 19S9 in werkelijken
dienst zyn gekomen, gesteld op niet min
der dan een duizend gulden.
(1). Aan de op of na 1 April 1939 te werk
gestelde burgerwerkkrachten, wier diensten
ten behoeve van den Nederlandschen militair
dienst werden gevorderd, wordt, indien zij in
en door of gedeeltelijk in en door de van hen
gevorderde diensten arbeidsongeschikt zijn
geworden, ten laste van het rijk een schade
loosstelling toegekend naar dezelfde regelen
en maatstaven als die, waarop krachtens de
Landmacht voor dienstplichtigen der Land
macht recht bestaat op toekenning van inva
liditeitspensioen.
(2). De in de artikelen 36 en 37 der voor
melde wet nader aangegeven betrekkingen
van vorenbedoelde burgerwerkkrachten, die
ten gevolge van een der oorzaken, als in de
voorgaande alinea nader aangeduid, het leven
hebben verloren of komen te overlijden, wordt,
mede ten laste van het Rijk, een schadeloos
stelling toegekend naar dezelfde regelen en
maatstaven als die, waarop krachtens de pen
sioenwet voor de Landmacht voor de nage
laten betrekkingen van dienstplichtigen recht
op toekenning van pensioen bestaat.
Dit besluit treedt heden in werking.
Hij was, indertijd, een gewichtig man.
Hij was zelfs zeer gewichtig.
Het was trouwens te begrijpen: hij be
kleedde een der best gehonoreerde ambtenaars
functies, was getrouwd met iemand „uit
goeden doen", zijn kinderen bezochten de
duurste particuliere school, de familie maak
te in de maand Augustus dure snoepreisjes
naar Duitschland, Wight en Madeira, terwijl
voorts een pand bewoond werd aan een der
meest illustre randen der stad.
Zoo leefde de familie de Bruyn en heel de
buurt vond het een deftige familie waarop
niet dat aan te merken viel.
Wij-zelf woonden ergens in den schaduw
van het pand. En zoo geviel het dat schrijver
dezes een enkele maal in contact kwam met
meneer Bruyn. Het waren zeer korte ge
sprekken, gevoerd via beider tuin-haagjes,
doorgaans bestaande uit niets-zeggende op
merkingen over het weer, over den oorlog en
over de haagjes.
Meneer de Bruyn hield daar niet van. Het
was z. i. niet deftig over de straat te praten
en daarom hield hij zich onzichtbaar, indien
dit mogelijk was. Eerlijk gezegd behandelde
hij ons, de buren, min of meer als lucht. Als
men nu zegt dat er iets in de wereld ver
anderd is, dan mag men daarover denken zoo
als men wil, feit is dat de familie de Bruyn
in het algemeen en meneer zer in het bijzon
der inderdaad op opvallende wijze veranderd
waren.
Meneer Bruyn komt in den middag soms
I even thuis en dan draagt hij, o mirakel der
mirakelen, een pakje brood onder den arm.
Hij gaat daarbij gekleed in een overjas die
niets meer heeft van de glorie der Bruyn'en,
maar die, integendeel, heviglijk besmeurd is
met roest, modder en andere onwelvoegelijk-
heden.
Ik kom hem nu vaak tegen en altijd op
straat. Niet meer over de haagjes, maar zoo
gewoon-weg op de publieke straat spreekt
meneer Bruyn me aan. En zijn stem kraakt
niet meer, zooals de stemmen der Bruyn'en
altijd gekraakt hebben. En zijn kille hoovaar-
digheid is verdwenen. En zijn zelfbewustzijn
is kennelijk geknakt.
Nee, meneer Bruyn is veranderd. Hij is zeer
veranderd.
Gisteren, in de Spoorstraat fietsende, kwa
men wij elkaar weer tegen. Meneer Bruyn zat
op zijn fiets met vuurrood hoofd. Beter gezegd,
hi, h i n g op zijn fiets, aangezien het hem niet
mogelijk was vooruit te komen. Ziende dat ik
verbaasdelijk naar dat toeneel keek, riep de
heer Bruyn van de overzijde der straat of ik
hem even wilde assisteeren, iets waartegen
niet het minste bezwaar bestond.
Het bleek dat de bagagedrager der fiets
een kartonnen doos torschte, welke zwaar
beladen van kousen en sokken, wanstaltig uit
puilde. Aan het stuur bungelde een blauwe
zak, gevuld met lingerie (voor beider kunnen),
terwijl meneer Bruyn zelf een doos in de hand
hield, waarop de naam van een populair
plaatselijk snelbuffet-eigenaar prijkte. Mede
door toedoen van de wet op de zwaartekracht
zag meneer Bruyn geen kans zijn middelpunt
in bedwang te houden, tengevolge waarvan hg
steeds weer tegen het trottoir aanzeilde.
Hetgeen, voor zoo'n deftig man, niet aardig
was.
Ik heb hem geholpen. Niet zoozeer uit
naastenliefde, dan wel uit het feit dat hij mij
in het openbaar verzocht had te assisteeren.
Weiger dat maar eens.
Ik bond de zak en de doos beter, praktischer
op, en liet het witte delicatessen-doosjes aan
het stuur bungelen. En zoo werd het ver
strooide evenwicht teruggevonden en was
meneer Bruyn in staat zijn weg te vervolgen
naar de vrouwelijke Bruyn en de Bruyn-tjes.
Wie schets echter mijn verbazing toen deze
deftige meneer Bruyn mij, bij het opnieuw be
stijgen van zijn talen ros, de uitnoodiging
deed geworden om bij eerstvolgende gelegen
heid zijn huis, dat weer in orde gemaakt wordt,
met een bezoek te vereèren. Het zou hem en
zijn echtgenoote', ten zeerste welkom zijn. Mijn
vrouw mocht ook meekomen.
Mijn oogen moeten uitgepuild hebben, en
Noord-west is de wind, die op den Dijk
staat.
Pè.1 Noord-west; hij breit aan de deinigs-
golven witte kuifjes en hij doet het water in
sluiers wegspatten als het tegen de bazalten
glooiing aan slaat.
Het Marsdiep is onstuimig. Zoover het oog
gaat: één golvend watervlak; met er boven
wat flarden witte wolk, die een schoone stof
feering voimen voor het wijdsche hemeldek,
dat intens blauw is doorzond.
Wat schepen liggen op de ree: silhouetten
van bootjes die men hier iederen dag ziet.
Beweeglijke schimmen tegen een achtergrond
van blauw, wit en grijs.
Het is eenzaam aan den dijk.
Maar al is het er nóg zoo eenzaam, daar
staan, bij den „windwijzer" toch nog altijd
een groep zeeridders.
Ze stónden er in Mei... ze stonden er in
Juni en Juli en ze staan er nog. Men kan vei
lig aannemen dat ze er zullen b 1 ij v e n staan.
Het zijn de échte. Het zijn de keerels die
bleven en zullen blijven. Praat ze niet over
weggaan! Ze zouden U wegkijken... de
Gorrel en z'n maats...!
En ze staan daar en praten over alles en nog
wat. De gesprekken zijn niet zoo bar belang
rijk, maar hoe zou dat ook kunnen, als je
mekaar daar zeven dagen in de week ont
moet en dit jaar-in, jaar-uit. Waar ze het over
hebben, het draait altijd uit op de visscherij,
op de scheepvaart en op... den ouden tijd.
Want velen is deze tijd te „gortig" en liever
leven ze zich terug in de jaren van weleer,
toen zij nog in actieven dienst waren.
Een groep, zwart-gejaste en ge-bolhoede
zeeridders, die den einder staan af te staren.
Die altijd iets zien in de verte wat hen boeit
en die daar altijd wel weer het noodige over
te vertellen weten.
Beneden aan Dijk zitten de visschers.
Zij zaten er drie maanden geleden en ze zit
ten er n g. De lange hengels liggen in het
water, sidderen op de deining van het water.
Beneden, onzichtbaar voor den mensch, hangt
de „poer"; de bundel pieren. Dik en vet. Een
glibberig-bioedige knoedel levend aas, als lok
middel voor passeerende scharren, gullen en
andere Marsdiep-bewoners. De een haalt er
z'n neus voor op en de ander kan zich niet
weerhouden even aan deze voortreffelijke
delicatesse te proeven. De meesten wordt dit
fataal. De meesten gaan ten onder aan deze
snoepzucht en liggen niet lang daarna ergens
in een gebreid zakje, of in het net op de
steenen.
Dan liggen ze met hun wezenlooze vis-
schenoogen, in ontzetting wijd-open gesperd,
naar het licht te kijken, dat vanuit de blauwe
hemel valt.
Vele hengels rekken zich in zee, en vele
malen giert aan de lange snoeren een vis-
schenlijf op het droge. Telkenmale is dat een
tragedie in 't klein.
Een eenzame wandelaar ijsbeert langs den
Dijk.
Telkens zet hij zich schrap tegen den wind,
die hem belaagt.
Beneden ligt de zee: het water beweegt
zich snel langs de voet van den Dijk; het
schuurt van steen tot steen, tot het bij het
strand is en waar het kan zingen op het zand
van de strandlijn.
Hier klokt en bruischt het water. Het komt
op en het daalt. Het is als een machtige boe
zem, die zich hijgend uitzet en weer inkrimpt.
De meeuwen zijn er boven.
Ze scheren over het land en over de zee.
Zo zijn verre en nabij. Ze zijn overal.
Lenige witte lijven, en gekromde wieken.
Vervullend de lucht met hun gekrgsch.
De eenzame wandelaar ziet omhoog naar
die meeuwen en denkt dat die vogellijven vol
maakt in dit beeld van zee en water passen.
Alleen de visscherlui, onder den Dijk, zien
niet op.
Diè zien alleen op hun dobber en als er
geen dobber is op de lijn, die zwaar van pier
en lood omlaaggetrokken wordt.
De vletten liggen verlaten tegen den dijk.
Zwart, blauw en grijs. Over enkele is zeildoek
gespannen, andere daarentegen liggen klaar
om uit te varen.
Het is het weinige bezit van de Oudehelder-
sche visschers, die wachten op uitvaren.
Wachten op het sein dat hun vlet noodig
zal zijn.
Nu liggen ze als waardelooze i.ave tegen
de srlooiing. Niemand die er naar omziet.
Zoo is het op den Dijk, den Dijk van
Nieuwediep, die zich uitstrekt van Wierhoofd
tot aan het dorp Huisduinen.
een bleekheid van ontzetting over mjjn aan
gezicht getrokken. Dit was het meest dave
rende feit der laatste jaren. Dit was iets wat
ik in mijn stoutste droomen niet had kunnen
droomen.
Maar ik droomde niet. Want minzaam-
lachend z- daar Bryun op zijn fiets, herha
lend: „Dus jullie komen...???"
Ziedaar: de wereld verandert.
iVant deze meneer Bruyn bestaat (zij
het dat hij met een anderen naam in den bur
gerlijken stand van Den Helder voorkomt) en
hij heeft, dank zij deze vreemde tijden waarin
we leven, zijn evenwicht teruggevonden.
Ten voordeele van zich-zelf en tot vreugd
van de- buurt, die er niets minder „deftig"
door geworden is...
Onder zeer groote belangstelling is Woens
dagmiddag 12 uur, op het kerkhof van Oude-
schild, ter aarde besteld de heer KI. Dog
ger Mz., kapitein-stuurman van Texels Eigen
Stoomboot-Onderneming. Wij merkten onder
de aanwezigen o.m. op het volledig bestuur
van T.E.S.O. (Raad v. Comm. en Directeur),
het personeel en oud-personeel, met wie de
overledenen zoovele jaren had samengewerkt.
Aan de geopende groeve werd het woord
gevoerd door den Directeur der N.V., den
heer W. H. Lap, die wees op het groot aantal
passagiers, dat den heer Dogger, veilig over
het Marsdiep had gevoerd; terwijl, helaas, het
levensscheepje van den overledene zelf zoo
vroeg is gestrand. Verder schetste spr. het
verdienstelijk leven van den heer Dogger en
werd gewezen op zijn prettige samenwerking
met het bestuur en het personeel.
Namens de familie bracht vervolgens Dr.
Tinholt, dank aan alle aanwezigen, (in het
bijzonder aan den Raad van Commissarissen
en het personeel van T.E.S.O.) voor de be
toonde belangstelling.
Zeer onder den indruk van deze droeve
plechtigheid, verlieten daarna alle aanwezigen
de begraafplaats.
JAN v. d. WAL 50 JAAR GETROUWD
Het echtpaar J. v. d. WalSpigt herdacht
gisteren zijn gouden huwelijksfeest, beide
oudjes genieten nog een goede gezondheid.
Het grootste deel van hun huwelijk hebben
zij aan de Koog gewoond.
v. d. Wal is een oude bekende, door zijn
weerboompjea en uitgesneden scheepjes van
zeeschuim.
URK, 28 Augustus.
Door 50 vaartuigen werd heden aan den
Gemeentelijken Vischafslag alhier aangevoerd:
3250 pond Kuilpaling, van 40210 pond per
vaartuig, prijs 26%29 ct.; 1330 pond Lijn-
of beugaal, 3335 ct. en 120 pond Snoek
baars, 23%24 ct. Alles per pond.
VEREENIGING VAN VRIJT,. HERVORM
DEN IN NOORD-HOLLAND.
De Jaarvergadering van deze vereeniging
zal plaats hebben op Donderdag 5 September
191,0, in het Parkhotel te Hoorn.
Na een Wijdingsdienst in de Noorderkerk,
waarin zal voorgaan ds. F. W. Boers, te Hoorn
en die om tien uur aanvangt, begint de alge-
meene vergadering om elf uur. Nadat de voor
zitter van de afd. Hoorn een begroetingswoord
heeft gesproken, zullen de gewone punten van
de agenda worden behandeld, zooals notulen,
jaarverslag, verslagen van de Comité's van
Actie en van het Persbureau, rekening en ver
antwoording 1939 191,0, begrooting en bestuurs
verkiezingen.
Na de pauze zal ds. J. H. Klein Wassink,
van Alkmaar, een inleiding houden over het
onderwerp: „De beteekenis van onze Kerk
gang".
Het Bestuur verwacht dat de af deelingen,
kerkeraden, kerkvoogdijen enz. afgevaardig
den zullen zenden. Het zal goed zijn in dezen
benarden toestand elkaar weer eens te ont
moeten en ons te versterken in ons geloof van
onze vrijzinnig Hervormde beginselen en zoo
met frisschen moed weer aan den winterarbeid
te gaan.
AAN DE' GEMEENTE GODS, DIE TE
VLAARDINGEN IS
Ds. J. Grootjans te Vlaardingen schrijft in
de (Hervormde) ,£ondagsbode" van den ring
Schiedam en het Westland over het eenheids-
streven. Hij zegt daarbij onder meer het vol
gende:
Ge hebt gelezen van de acüs van iemand, die
de Hervormde en Gereformeerde fcerJc weer
wilde samenbrengen tot een kerkelijke eenheids
In dat verlangen zal iets van het heimwee
van Gunning zitten naar de Una Sancta. In
derdaad, de gescheidenheid is maar al te groot,
droef groot. Stel U eens even voor, dat de
apostel Paulus een brief had geschreven: Pau-
lus, een dienstknecht van Jezus Christus, aan
de gemeente Gods, die te Vlaardingen is.
Waar had die brief bezorgd moeten worden f
Aan welk adres had de post zich moeten ver
voegenf Bij de kerkeraad van de Hervormde
kerken, of bij de Christelijke Gereformeerde
gemeente, de Gereformeerde gemeente, de
Vrije Gereformeerde gemeente, de Oud-Gere
formeerde gemeente, de Vrije gemeente, de
Remonstr. Geref. gemeente, en, die mag ik
toch ook niet vergeten, de Roomsch katholieke
kerk f
Ik denk: die brief werd nergens afgegeven.
De bezorger zou de kluts kwijt raken.
Voelen wij in deze dingen wel, dat het toch
niet in orde is met het kerkelijke en dus met
het geestelijke leven in ons volk. En hebt ge
er groote moed op, dat in al deze dingen er
nu zoo maar een ritseling zal gaan door de
dorre doodsbeenderent
Eén ding staat voor ons toch wèl vast: niet
door wat opgeschroefde menschelijke actie kan
hier genezend gewerkt worden. Wij hebben ons
te verootmoedigen en te bidden: Och, dat Gif
de hemelen scheurdet en nederkwaamt. Veni
Creator Spiritus: kom, Heilige Geest, en her
schep Gij onze harten.