Kum
Een populair Nieuwedieper
met pensioen
Abonneert U op dit blad
Tusschen
de wielen
Na vijftig jaar dienst bij de belastingen
Vandaag
voor 50 jaar
)UewM~ó uit VjiJk
KeiJk en Zending.
Ger. Kerkdienst te v. Ewycksluis
Zakennieuws
Uonditen uit hei VJtieqend- Ï3laadf&
Schetsen uit het Buiienveld
Trouw aan Den Helder.
Iedereen kent hem, onze gemeente-ont
vanger, de heer P. v. Dalen. De oude
garde heeft hem als jong maatje mee
gemaakt op het „Peperhuisje" aan de
Buitenhaven en spreekt nooit anders over
hem, dan over Piet v. Dalen. Dat is geen
onwellevendheid, het is slechts een vorm
van uitdrukking voor de groote popula
riteit waarin onze gemeente-ontvanger
zich mag verheugen. De jonge garde kent
meneer v. Dalen ook. Zij dragen hem een
warm hart toe om zyii jovialiteit. Vrien
delijk en welwillend is onze gemeente-,
ontvanger, een humaan chef, een knap
financier. Het stijgen op den maatschap-
pc lijken ladder heeft hem niet uit het
lood geslagen. Hg bleef dezelfde, voor
ieder stond hij klaar, voor zyn personeel
was hij een uitstekend chef.
Het is juist morgen vijftig jaar geleden,
dat hij in dienst trad van de belastingen en
was het niet zijn gezondheid die hem dwong
vervroegd pensioen aan te vragen, de heer v.
Dalen had er nog graag twee jaar aange
breid, tot zijn 65e jaar. De gebeurtenissen
van de laatste maanden hebben echter ook
onzen gemeente-ontvanger zeer aangegrepen
en een en ander was oorzaak, dat hij 28 Juni
met ziekteverlof ging. Hij vroeg een keuring
aan en op 10 Augustus besliste de keurings-
raad, dat hij ongeschikt verklaard werd voor
de uitoefening van zijn dienst... Tegen 15
October vroeg de heer v. Dalen zijn pensioen
aan en daarmee wordt zijn gemeentelijken
loopbaan afgesloten.
„Ik had liever de eindstreep bereikt", zegt
de heer v. Dalen, als we hem naar aanleiding
van dit vertrek, in zijn tijdelijk home, Corn.
Bockstraat C 115, te Schagen bezoeken,
„want ik heb hier altijd met bizonder genoe
gen gewoond en gewerkt en ik ben ook niet
van plan Den Helder te verlaten. Trouwens,
m'n heele familie hangt aan Den Helder. Twee
van mijn broers, die jarenlang buiten de stad
een ontvangersbetrekking bekleedden, zijn
met hun pensioen weer teruggekeerd. Een
van hen kocht twee maanden terug nog een
huis op den Middenweg. Zoo zullen we straks
met z'n drieën weer in Den Helder wonen,
't Is te hopen, dat het spoedig mag zijn.
„U zult in die lange dienstperiode wel heel
wat meegemaakt hebben op het gebied van
de gemeentelijke belastingen".
Ja, nogal. Aan het begin van m'n loopbaan
was het kohier der plaatselijke belastingen
65.000 gulden en toen het rijk de belastin
gen overnam, waren we zoo ongeveer aan de
twee millioen per jaar toe.
Een ongehuwd marineman be
taalde geen belasting.
Je had in dien begintijd nog eigenaardige
toestanden. Een ongehuwd marineman ont
ving b.v. geen aanslagbiljet, omdat bij niet
betaling voor de gemeente toch geen dwang
maatregelen mogelijk waren. Ik liet me daar
van echter niet afschrikken en bracht de
aanslagen voor zee-officieren op het kohier.
De gewone vervolging werd bij niet betaling
ingesteld en voor het niet-verjaren der
schuld werd gezorgd. Het gevolg was, dat
wanneer een officier in het huwelijksbootje
stapte, hij als felicitatie van de gemeente een
dwangbevel kreeg. Er werd natuurlijk flink
gefoeterd, maar het slot van de zaak was,
dat een regeling voor de betaling van de
schuld volgde. Vaak ook had men op de
verrassing gerekend en zorgde er voor, dat
betaling plaats had, voordat het dwangbevel
kwam.
Toch bleef de verhouding tusschen den ge
meente-ontvanger en de zee-officieren goed.
Men kon blijkbaar den sportieven en plichts
getrouwen ambtenaar toch wel waardeeren.
Geestige brieven waren dikwijls het gevolg
van zoo'n dwangbevel. Een ervan bewaarde
de heer v. Dalen in zijn archief. Die liep over
van galgenhumor. Hij kwam van een oud
zee-officier, die in Londen woonde. Het ging
om een bedrag van 50 gulden, dat prompt
betaald werd. De inhoud van het schrijven is
echter een proeve van „Marine kankerzin"
op de stad op 39 graden Noorderbreedte, die
Nieuwediep heet. De officier schreef den ont
vanger:
Ik wil uit deze belastingrompslomp zijn
en vooral die van Den Helder, die naar
mijne meening de meest onbillijk moge
lijke is voor personen, die ergens anders
met hun schip liggende, nooit in
Den Helder waren. Maar ik wil als oud
zeeofficier ook deze Nieuwediepsche
stof van mij afschudden, om nooit meer
herinnerd te worden aan de plaats, waar
de Duivel regeert.
Excuseer mijne ontboezeming, dat het
slechts jammer is (uitgezonderd U, na-
tuuriyk) dat de .Stromboli zoo ver van
dit oord afligt. Het zou anders zoo fjjn „ge-
pompejied" kunnen worden.
Gaarne Uw antwoord tegemoet ziende.
Hoogachtend,
Uw. dn. De oud-luit. t. z
Londen, 10 Juni 1919.
Hoeveel geld heeft schoonpapa.
In de jaren, dat de gemeente nog een eigen
inkomstenbelasting mocht heffen werd jaar
lijks, door de controle belastingen een boekje
uitgegeven, dat een compleet uittreksel van
het kohier der belasting-aanslagen was. Het
bedrag van het inkomen, van het aantal kin
deren werd vermeld, kortom een volledige
opgave van de financieele positie van ieder
ingezetene. Het was een graag gelezen boekje
en menigeen raadpleegde het om op de
hoogte te komen van de financieele positie
van zon toekomstigen schoonpapa. In 1921,
meen ik", zegt de heer v. Dalen, „verscheen
deze uitgave voor het laatst."
,,U hebt heel wat veranderingen in den
dienst der belastingen meegemaakt, zoo in
den loop der jaren."
Ja, inderdaad, heel wat. Niet alleen moest
ik een keer of vijf, zes verhuizen, ook in
ander opzicht was er nogal wat op te knap
pen. Toen ik in 1909 als controleur der ge
meente belastingen in dienst trad was er nog
de plaatselijke belasting op ingevoerd gedis
tilleerd. Een mooie, afdoende controle wist ik
daarop te verkrijgen, door den toenmaligen
minister van financiën te verzoeken aan alle
rijksontvangers in Nederland opdracht te ge
ven, dat van hoeveelheden gedistilleerd of eau
de cologne, voor Den Helder bestemd, een
gespecificeerde opgave aan den controleur
der gemeente belastingen te Den Helder
moest worden gezonden. Ontduiken was op
die manier uitgesloten.
Tenslotte mogen hier nog enkele gegevens
volgen uit den loopbaan van den vertrekken-
den gemeente-ontvanger. 24 October 1877
werd hij te Den Helder geboren. 8 September
1890 kwam hij als volontair op het kantoor
van den Ontvanger der rijksbelastingen op
het Havenplein, in het z.g. „Peperhuisje".
Na een drietal jaren in Dordrecht op kan
toor te zijn geweest, werdhij op 1 Februari
1909 benoemd als controleur der plaatselijke
belastingen, alhier. Op 1 Januari 1916 volgde
zijn benoeming tot gemeente-ontvanger, als
opvolger van den heer A. J. de Jongh.
We namen slechts een greep uit den maat-
schappelijken loopbaan van den heer v. Dalen,
die naast zijn gemeentelijke werk, zich ook op
ander terrein bewogen heeft.
Hij is oprichter en voorzitter van de ver.
voor Volkshuisvesting, thans Woningstichting
welke stichting 945 woningen in exploittie
heeft. Meer dan dertig jaar gaf hij zijn orga
nisatievermogen aan het Chr. Militair Tehuis
en stond hij op de bres voor het Chr. onder
wijs. Hij was bestuurslid van de Prot.Chr.
reclasseering, lid van den Voogdijraad, be
stuurslid van het „Witte Kruis", enz.
Het is ons niet bekend of de heer van
Dalen met het neerleggen van zyn func
tie als gemeente-ontvanger, zich ook uit
de verschillende vereenigingen zal terug
trekken. We gelooven het niet, de heer
v. Dalen is teveel Nieuwedieper om alle
banden met het leven van Den Helder te
verbreken en als hem de gezondheid ge
schonken wordt, dan zal hij zeker zijn
vrijen tyd besteden om de belangen van
de plaats, die hem na aan het hart ligt,
ook in de toekomst te behartigen. Moge
het nog vele jaren zyn.
Gaat niet door.
Met verwijzing naar de in dit nummer voor
komende advertentie, deelen wij betrokkenen
mede, dat de Geref. Kerkdienst te v. Ewijck-
sluis, morgen niet gehouden zal worden, in
verband met het feit, dat vele geëvacueerde
gezinnen intusschen naar Den Helder zijn
teruggekeerd.
In een advertentie in dit nummer wordt
meegedeeld, dat de sedert 4 jaar in de
Spechtstraat gevestigde machinale schoen
makerij „De Concurrent" verplaatst is naar
Ruyghweg 51.
TERUGGEVONDEN FIETSEN.
Niet Iedere fiets biykt gestolen...
Dadelijks verdwijnen er in Den Helder (en
ook wel eens uit Den Helder) fieten. Mee-ren-
deels zijn deze karretjes gestolen en ziet de
eigenaar hen niet meer terug.
Dit was niet het geval met enkele rijwielen,
die deze week als vermist opgegeven werden.
Niet minder dan 3 personen gaven de politie
namelijk kennis dat hun fiets weer in hun
bezit teruggekomen was.
Wellicht dat ze allen overgegaan zijn tot
het aanschaffen van een slot...
VERDWENEN FIETSEN.
Een bewoner van de Spoorgracht deed
aangifte dat zijn fiets, die hij eenigen tijd
onbeheerd voor een huis had laten staan,
spoorloos verdwenen is.
Een onderzoek wordt ingesteld.
NOG EEN FIETS GENEPT.
Een bewoner van de Weststraat plaatste
dezer dagen zyn fiets ergens aan de Buiten
haven.
Naderhand was het niet meer noodig de
fiets terug te halen. Dat was reeds gebeurd...
WIJ WONEN IN DEN HELDER
WIJ KOOPEN IN DEN HELDER!
Ingezonden.
Mijnheer de Redacteur!
Beleefd wordt een plaatsje verzocht voor het
volgende, in het belang van Den Helder.
Nu men zoo ernstige pogingen aanwendt om
Helder's belang te bevorderen, hiertoe circu
laires rond zendt, en ingezonden stukken
plaats in de plaatselijke bladen, kan steller
dezes zich niet verheelen, dat het hem zeer be
vreemdt, dat er niet eens gewezen wordt op
het feit, dat er zooveel, en vooral onder
Helder's gegoede burgers zijn, die hunne huis
houdelijke artikelen van buiten ontbieden. Zij
died it doen, werken zeker niet in Helder's
belang. Er zijn toch families die hun vleesch,
kaas, boter, manufacturen, kleedingstukken,
enz. enz. van elders betrekken. Dat dit op een
eiland, of op een dorp geschiedt, is toe te geven,
maar in onze plaats, waar tal van flinke win
kels zijn, met grooten voorraad en keus, waar
ook de winkeliers alles in het werk stellen om
het publiek solied en concurreerend te bedie
nen is het van elders ontbieden zeer zacht uit
gedrukt, onnoodig. Zijn de neringdoenden in
den regel niet de eersten, daar de lijsten voor
een of ander doel worden aangeboden?
Zijn de neringdoenden niet de meest bezoch
ten door de bedelaars, zijn de neringdoenden
niet de eersten die verhoöging genieten van
den Hoofdelijken omslag? En dan moet men
de treurige tijding ontvangen, dat ook men-
schen, die hun salaris of subsidie, uit de ge
meentekas ontvangen, ook nog goederen uit
Parijs en Amsterdam laten komen.
Al kan men voor deze zaak geen commissie
benoemen,i s inzender dezes toch van meening
in deze, wenschelijk is, tot welvaren en belang
voor de plaats onzer inwoning, gemeente
Helder.
Danzeggende voor de opname,
Uw dn. G.
Voorstander van Helder's Belang.
INBRAAK N DE SPUISTRAAT.
De kleine inbraken in leegstaande wonin
gen blijven nog steeds de aandacht van de
politie eischen.
Gedurende een der laatste nachten werd
door onbevoegden een bezoek gebracht aan
een woning in de Spuistraat. Toen de bewo
ner terugkwam, bleek, dat een spiegel, een
pendule en een dekschaal verdwenen v ren.
De politie stelde een onderzoek in.
SLECHTE VERDUISTERAARS!
Wij gaan er aan wennen iederen dag en
kele voorbeelden te geven van slechte ver
duisteraars. Thans betreft het een bewoner
van de Molenstraat en, -èen bewoner van de
Spoorstraat. D.e laatst^ had verzuimd zijn
radio af te zetten, tengevolge waarvan het
toestel licht bleef uitstralen.
Op de bekende wijze werd de politioneele
procedure gevolgd. Dat wil zeggen: inklim
ming, dooving en... proces verbaal!
HUISRAAD INGEPIKT.
Ook huisraad schijnt bij sommige langvin-
gerige elementen steeds een begeerd object
te zijn. Een bewoner van de Tuinstraat deed
tenminste aangifte, dat uit zijn woning aan
den Brakkeveldweg een trap en een lamp
waren verdwenen.
De politie stelt een onderzoek in.
BELANGRIJKE VERBETERING.
Bij de vaststelling yan het. nieuwe straten
plan, hetwelk eenige jaren geleden gebeurde,
was de Raadhuisstraat vergeten. Nu al de
straten in het dorp een fraai aanzien hebben
gekregen, stak de Raadhuisstraat hier ten
4.
Buitenl. munt
werkwoord, dat
(afk.).
„verrichten betee
6.) Bezitt. voorn,
woord.
kent".
21.
Luchtig.
7.
Verbaasd.
23.
Meest.
8.
Als Hor. 40
25.
Eentonig.
(niet omgekeerd)
27.
Gewicht.
10.
Lichaamsdeel van
28.
Edel.
dieren.
29.
Groot
11.
Tydelijke woon
kerkgebouw.
gelegenheid.
30.
Vischsoort.
13.
Huldeblijk.
31.
Berg.
15.
Vaartuig.
32.Religieuse.
16.
Europeaan.
35.
Stadje in Noord-
17.
Geb. wijs van
Brabant.
Horizontaal:
1. Verkoopcentrale.
5. Tweevoudig.
9. Voorzetsel.
10. Scheepsterm, (afk.).
12. Bestond.
14. Term uit zeker spel.
15. Onhandelbaar.
17. Academische titel.
18. Maat.
19. Een der eerste vliege
niers.
20. Reptiel.
22. Wildbraad.
20. Reptiel.
24. Voegwoord.
25 Geslachtsaanduiding
afk.).
26. Voormalig eiland Ned.)
27. Klein fust.
29. Muzieknoot.
30. Deel van paardetuig.
31. Jongensnaam.
33. Ontkennend voorvoegsel
34. Jongensnaam (afk.).
35. Gebak.
36. Soort onderwijs.
37. Dorp in Zuid-Holland.
38. Letterkeer van „kat".
39. Stellig.
40. Aanhef van cir
culaire (afk. om
gekeerd.
42. Met de omgeving
(afk.).
44. Paard.
46. Pers. voorn,
woord (populair).
47. Zuivelproduct.
52. Lichaamsdeel.
53. Verwonding.
54. Slaginstrument.
Verticaal.
1. Voorbeeld.
2. Term op wissel.
3. Tegenhouder.
zeerste bij af. Nu echter deze straat voor het
verkeer op Urk de belangrijkste is geworden,
is besloten haar geheel te vernieuwen. Daar
toe heeft de gemeente reeds 53000 straatklin
kers aangekregen.
OP HET TWEETAL.
Ds. E. du Marchie van Voorthuyzen, pred.
bij de Chr. Ger. Kerk alhier, komt voor op het
tweetal te Nieuw-Vennep. Mede op het tweetal
staat Ds. Kampman van Opperdoes.
URK, 5 September.
Door 60 vaartuigen werd heden aan den
Gemeentelijken Vischafslag alhier aangevoerd:
4450 pond kuilpaling, van 63 tot 320 pond
per vaartuig, prijs 23 tot 24% ct; 1210 pond
lijn- of beugaal, 30 tot 33% ct.490 pond
fuikaal, 21 tot 21% ct. en 400 pond snoek
baars, 20% tot 23 ct. Alles per pond.
De nieuwe serie Erres Radio
toestellen.
Het Erres radio-toestel heeft in Nederland
een goeden naam En dat is geen wonder als
men weet, dat het Erres-fabrikaat zich ken
merkt door degelijke afwerking en het ge
bruik van de beste materialen.
Het bewijs daarvan kan men thans weer
aanschouwen op de najaarsbeurs te Utrecht,
waar men de nieuwste scheppingen van
Erres kan bezien en... bewonderen. Het zou
ons te ver voeren alle verbeteringen hier te
noemen. Enkele zijn de druk-trek-bedienings-
knoppen, de golflengteschakelaar met sta
tionskiezer, de spaarschakelaar enz. enz.
Wie belangstelt in de Erres-producten kun
nen wij adviseeren eens de nieuwe reclame
brochure aan te vragen bij de N.V. Handel
Maatschappij R. S. Stokvis Zn. te Rotter
dam, of het rijk-geillustreerde blad.
37. Waarnemend
41. Inwendige.
43. Soort vogel.
44. Afscheiding.
45. Ac. titel.
46. Hemel lichaam.
18. Omgekeerde van
Hor. 42.
49. Omgekeerde van
Hor. 10.
50. Zooals wij het
zien (afk.).
51. Ten name.
52. Twee gelijke
klinkers.
„ER MOET WAT GEDAAN WORDEN".
In de Christelijke Gereformeerde kerkbods
van Apeldoorn pleit ds. J. Jongeleen voor po
gingen tot toenadering tusschen de Gerefor
meerde kerken, de Christelijke Gereformeerde
kerk en de Gereformeerde gemeenten. Hij
schrijft daarbij: „Er moet wat. gedaan worden
en dan vooral nu. Laten wij nu meer dan ooit
naar Gods stem luisteren. Laat het „God wil
het" nu eens het eerste zijn. Lang genoeg heb
ben wij geredeneerd en gepolemiseerd, maar de
zaken van het kerkelijke leven werden er niet
beter op. Daarom zou ik nu willen beginnen
met wat meer te doen dan een rapport in te
zenden en daarop een schriftelijk antwoord te
vragen. Ik zou nu willen saamspreken, ik zou
nu de hand aan den ploeg willen slaan. Dit geloof
ik met mijn hart, dat wat bij de menschen on
mogelijk is, mogelijk is bij God. Laten wij nu
niet blijven redeneeren en zeggen, dat dit nooit,
kan. Ook niet wegschuilen achter het: de tijd
is nog niet rijp. Moet de tijd dan nog rijper
worden? Hooren wij dan 's Heeren stem nog
niet? In gehoorzaamheid voorttrekken, dat is
de roeping".
ASTRONOMISCHE-DESKUNDIGE
OUDERLINGEN.
De Gereformeerde kerk (H.V.) te Amster
dan-Zuid houdt regelmatig ontmoetings
avonden voor de leden. Hoe moet dat straks,
als in de stad reeds vroeg de duisternis invalt?.
„We gaan ondroten voort", meldt de Over-
toomsche kerkbode. „Alleen willen wy van de
tot nog toe onverduisterbare hemellichten ge
bruik maken, die wederom hun „heerschappij
des nachts", waar ze toe gezet zijn, gaan uit
oefenen. In verband daarmee en volgens advies
van astronomisch deskundige ouderlingen,
houden we onzen eersten ontmoetingsavond op
den avond vóór het volle maan is. De Amster
dammer zal dorpsgewijze moeten gaan leven
's avonds. Als er geen wolken zijn, kunnen de
genoodigden bij maanlicht op Zondag 15 Sept.
a.s. hun weg vinden naar de kerk. Vóór maan-
ondergang zullen wij dan weer eindigen".
Nooit en te nimmer hebben wij zóóveel ge
reisd als in de gepasseerde drie maanden,
nooit zaten we zóóveel en zoolang tusschen
de wielen van onze Nieuwediep-Alkmaar
expresse als in dezen tijd, nu velen van ons tot
forens gebombardeerd zijn en reeds de al-
lure's aannemen of men nooit anders gedaan
heeft en of het nooit anders was.
Volgepropt, zij het sedert de laatste da
gen wat minder, vervoert de trein ons naar
en van het buitcnvela. Een specifiek Hel-
dersclie trein met voor 75 Ileldersche in
gezetenen.
Nog goed herinneren wij ons van vroeger de
mededeeüngen van zekere zijde, die den volke
kond deden, dat de lijn Den HelderAlkmaar
niet rendeerde. Integendeel, er moest geld bij!
Zou dat anders worden, dan moest dat door
de marine geschieden.
Het is wel een cynische grimas van de
Historie, dat de lijn thans uitsluitend ren
deert nu de marine op non-activiteit gesteld
is. Ja, ja, het kan soms wonderlijk loopen in
dit wereldje.
Het blijft intusschen toch maar merkwaar
dig, hoezeer wij, treinreizigers, steeds maar
overhoop liggen met de verordeningen en
bepalingen die des treins zyn. Merkwaardig,
in hooge mate, hoezeer men er op uit is door
de mazen van het treinnet heen te sluipen,
om te ontkomen aan de wenschen van het
ko~ps conducteurs, dat het nooit hiervoor en
misschien ook nooit hierna zoo druk heeft
gehad als nu.
Wij liggen bijna met alles overhoop. In
niet-rook coupé's plegen wij opzettelijk onze
tabakken in rook om te zetten, wy plegen bij
voorkeur als man-zijnde, (zoogenaamd per
ongeluk) in de „vrouwenkoets" zitting te ne
men, als we met z'n tweeën in één coupé zitten,
gaan we demonstratief voor 't raampje staan,
tegen iedereen roepende: „Vol!!!, we plegen
de tegenover ons staande bank, waarop ook
menschen behooren te zitten, te gebruiken als
steunpunt voor onze altijd moeie voeten, we
gebruiken de gordijntjes als zeemlap voor de
beslagen ruiten, waarbij de vraag gepast Is, of
we dat thuis ook zoo gewend zijn, we drukken
onze sigaren en cigaretteneindjes uit tegen
het mahonie van de betimmering, inplaats
dat we ze naar buiten werpen of op den grond
uittrappen, we hijschen ons, als we uitstap
pen, op aan het vlechtwerk van het bagage
net, we hijschen het raampje op met een vaart
en krachtvertoon, dat zoo'n apparaat op z'n
hoogst bij een dergelijke behandeling een half
jaar mee-gaat, we spugen speekselkwakken
zoo maar op den grond, zonder zich ook maar
eenigszins te bekommeren om de eerste prin-
cipe's van hygiène en naasten-zorg, we... ja,
wat doen we niet!
En zoo reizen we heen en weer, heen en
weer, iederen dag.
Een beetje vervelend is het wel!
Sommige dezer forensen blijken des morgens,
tusschen 6 en 7, in dien trein fantastisch
slecht gehumeurd te zijn. Dat zij de lieden met
de haviks-blikkeri, die meenen dat de coupé
voor hen alléén gereserveerd is.
Dat zyn de lieden die critiek op dit en
critiek op dèt hebben. Ze weten iets te ver
tellen van hem en van haar, en men hoort
u't hun mond niet9 anders dan boosaardige
opmerkingen betreffende collega's en be
kenden.
En dan zijn er de slapers, die zoo by het
binnenkomen reeds hun beenen op de tegen
overliggende bank slaan en indutten. Hun
tekort aan slaap in den trein komen comple-
teeren en u vernietigend aanzien als ge het
waagt bij ongeluk hun voet te raken.
Gelukkig zyn niet éllen zoo. Gelukkig zijn
het niet allemaal zuur-kijkende, nydig-doende,
bits-pratende, critiseerende, ironiseerende'
kakerende, zeurende, bekvechtende, smalende',
zwetsende, slapende, suffende, geeuwende,'
oogtranende en hoofdkrabbende mannen. Ge
lukkig is daar ook het vrouweiyk element, dat
van Alkmaar naar Den Helderen vice versa
meereist en veel vergoedt van de mannelijke
misère in de vroegte.
Welk een vreugde kan één Jonge dochter
niet aanbrengen in een met mannen gevulde
coupé. Is het 'somwijlen niet of met zoo'n fee
van 18 lente's tegelijk de zon doorbreekt en
wy ons, als door een wonder, opgekikkerd en
weltevrêe voelen
Wondelijk te zien is het ook hoe de meest
onbeleefde, ongemanierde en brutale reiziger
plotseling behulpzaam als een kellner wordt,
indien er een dergelijke fee naar boven gehe-
schen dient te worden.
Ziet hem zich uitsloven om het koffertje
(dat met inhoud misschien samen anderhalf
ons weegt) in zijn grijpende handen te krijgen
en het ,met alle bravour, alle chevallesque, in
het bagagenet te deponeeren.
Hoor hem dan honingzoet informeeren of de
dame soms goed zit en dat hy, mocht zulks
niet het geval zijn, gaarne zijn „plekkie" af
staat.
Ja, er is veel huichelarij, veel geveins in die
vroege treinen tusschen Nieuwediep en Alk
maar.
De conducteurs hebben het zwaar.
Zij zijn de wrijfpalen van de duizend mannen
en mannen die meegaan, iederen dag twee
maal. Hoort over hen gewagen: de eene
lang is een beestmensch en moest aan de
eerste de beste boom opgehangen worden; de
kleine dikke is een braaf man en verdient
bij de eerste gelegenheid een lintje. De kleine
rooie kan er mee door, maar laboreert, aldus
zegt men, aan „pestbuien". De andere lange,
daar valt mee te praten, en de héél kleine
dikke, daar kun je „mee lezen en schryven".
Alzoo luidt het dag-rapport van het korps
conducteurs, die met ons meereizen en ver-
antwoordelyk zyn voor ons wel en ons wee.
Een hard lot, lezer.
En zoo reizen we. Heen en weer, heen en
weer... iederen dag. Er zijn enkele genietin
gen. Dat zyn de opkomende zon, dat zyn de
polder-nimfen die zich naast U zetelen, en
dat zyn de als waarheid-opgediende gruwel
verhalen, die men steevast in iedere coupé
mag beluisteren, maar die niemand ernstig
gelooft.
En als zeer bijzondere vreugde is daar dan
e coupé, waarin zich onze vermaarde opera-
en concertzanger Albert van Weelde bevindt,
vil n r1eÓZlgers van ei£en coupé (en die
e 12 aangrenzende) in vervoering pleegt
^et ziJn 1361 canto, en ons de
schoonste liederen voorkweelt op een wijze,
S laardig en die de ruiten doet rinke-
ooit, neen nooit, zullen wij vergeten
llt»,. machtig aplomb en ongelooflyke
dictie uitgejubelde „Mijn Holland" en het niet
«7 r ,v?rhevene ..Scheiden doet lijden",
elkaar de tfein en »Ab"— ze hóóren hg