't Is maar een weet Helden Geen geld JAN OOM Kook kool en hoe het te bewaren moderne manier der wetenschap en toch geen zorgen met de waschl op de Een half pond van de op deze wijze be reide boerenkool bevat een even groote hoe veelheid eiwit als ruim een half ons rund- vleesch en bovendien komt er een flinke dosis kalk, ijzer en vitaminen in^yoor. Waar evenwel aanvulling van plant aardig eiwit met dierlijk eiwit zeer gunstig is, wordt kool eerst met recht tot een buitengewoon gezond geheel, wanneer we ze bereiden met wat melk of melkpoeder erdoor., hetgeen de „smeuïgheid" en de fijne smaak zeer ten goede komen. Restjes van een koolstamppot kunnen we goed verwerken tot een voedzame soep, door ze al roerende te vermengen met een bo dempje water en daarna te verdunnen met melk, of met half melk half water, tot de gewenschte soepdikte: daarna voegen we wat zout, geraspte kaas of een paar bouil lonblokjes toe. en fijngehakte peterselie of selderij. Ook verdient het aanbeveling eens een ■proef te nemen met kool die in het ge- heel niet gekookt is! We koken dan aard appelen in de schil met slechts een bo dempje'water in een goed-gesloten pan, eerst op een flink vuur tot het water kookt, dan op een zacht vuur, niet langer dan een half uur en voegen daarna zooveel melk toe, tot de aardappelen half onder staan. Na het opkomen van de melk stampen we de aardappelen fijn, voegen er boter of vet, zout en nootmuskaat aan toe en roeren er de fijngesneden rauwe groente door (vooral zuurkool leent zich hiertoe uitstekend). We laten dan alles goed heet worden en die nen het gerecht op, dat een bijzonder hoo- ee voedingswaarde heeft en zeer smakelijk is. Door het niet slinken der groente be spaart men bovendien op warmte en tijd Kook kool op de moderne manier dat biedt U véle voordeelen! MANYA BEUKMAN. Tan-oom zit in zijn leuningstoel, En hij bekijkt zijn levensdoel Langs dagelijksche lijnen, Hij is tevreden en gezond, En ziet al glunder in het rond, Wanneer de zon gaat schijnen! Zijn leven was zoo makk'liik niet, Veel zorg op allerlei gebied, Zoo ging het vele jaren. Maar toch, hij wist voor d'ouden dag Wat opgewektheid en een lach Voldoende uit te sparenl Zijn beenen zijn wat stram en stijf, Maar Jan-oom zegt, 't. beeft niets om 't lijf, Is dat nu om te vitten? 'k Liep van mijn leven al genoeg, En dat begon al 's morgens vroeg, Ik wil nu wel eens zittenI Want vroeger was hij steeds op pad, Er was geen tijd voor dit of dat, Zelfs sport was overbodig, En Jan-oom ging ook nooit op reis, Want de natuur was goed en wijs Hij had zoo weinig noodigl Maar waar hij steeds aan heeft gedaan? Geen arme liet hij vragend staan, Elk kreeg van hem een partje, En was hij soms wat schraal bij kas, Als zijn bezit een kwartje was, Dan deelde hij dat kwartje! En als men thans aan Jan-oom vraagt, Waarom hij zelf nu nooit eens klaagt, Maar altijd helpt in 't leven, Waarom hij steeds zijn gave geeft Aan 'n ander, die het minder heeft, Dan kijkt en wacht hij even. Hat aambeeld, waarop niet ge noeg geslagen kan worden: ge bruik zacht, dus ontkalkt wa ter! Neen. wij krijgen de wasch niet meer zoo gauw en niet meer zoo goed klaar als vroeger. We moeten op zoovéél dingen let ten, zeepsparen. weinig brandstof gebruiken en daarbij er nog voor zorgen, dat de stof fen zoo weinig mogelijk te lijden hebben, omdat wij er langer mee toe moeten. Eén ding we schreven hierover al eer der moet men nooit vergeten: het water „zachtmaken, want de grootste vijand van de zeep is het kalkduiveltje, dat zich in „hard" water zoo heerlijk verschansen kan. Dat kalkduiveltje eet minstens een derde der waaj-devolle bestanddeelen uit de zeep op. Met soda maken wij het water zacht. Voor vele „beproefde" huismoeders geen geheim! Maar we moeten zooveel soda in het water doen. dat het precies goed is, en daar zit juist de kneep. De hieronder afgedrukte graden van hardheid houden het kalkgehalte van het water in en wel berekend per 100 liter: Zacht water (hardheid 8) 2 gram kris- talsoda per liter. Middelbaar water (hardheid 8—16) 34 gram kristalsoda per liter. Hard water (hardheid 1624) 45 gram kristalsoda per liter. Zeer hard water (hardheid boven 24) 6 4 8 gram soda per liter. Een emmer van 10 liter Inhoud gebruiken wij het beste om ons waschmeng- sel klaar te maken. Het ontkalkingsproces duurt bij koud water ongeveer 24 uur, bij zeer koud water zelfs 48 uur. Bij warm water daarentegen (60 graden) slechts en kele minuten. Troostrijk voor onze portemonnaie is het te weten dat een dunne zeepoplossing beter werkt dan een sterke. Men behoeft heusch niet meer dan 2 gram zeepvlokken (die goed vet zijn, dus ongeveer van 80 pet.) op 1 liter water te gebruiken. Meer is volkomen nut teloos! De wasch moet. dus in zacht water gewerkt, gewasschen, gekookt en gespoeld worden. Volgt men bovenstaande goede raad op, dan zal men sneller, goedkooper en beter wasschen dan vroeger, ondanks de zeep- schaarschte! DE GOEDE BEREIDINGSWIJZE KOMT TEGEMOET AAN VELE BEZWAREN EN IS ECONOMISCH. Ieder rechtgeaard Nederlander heeft zijn hart verpand aan onze vermaarde boeren kool. die ons vooral op koude winterdagen het behagelijke gevoel vermag te geven, iets „stevigs" in de maag te hebben. Ook zuurkool, witte, roode en Savove- kool zijn in deze lage landen zeer popu lair maar illes heeft een schaduw zijde. zoo ook kool. Waarom, zullen som migen zich afgevraagd hebben, waarom moet iets zóó kostelijks en smakelijks bij het koken zulk een onaangenamen geur verspreiden? Welnu, lezers, verwijt dit niet zoozeer de kooi, doch slechts de kookster! De sterke geur ontstaat n.1. bij te iè.ng koken, door het vrij komen van zwavelverbindingen. En kool behoeft ook volstrekt niet „zwaar op de maag" te liggen, wanneer ze op de moderne manier wordt bereid. Bovendien besparen we dan brandstof en winnen we belangrijk aan voedingswaarde. We zetten namelijk de goed fijngesneden kool op met niet meer dan het samenhan gende water (dit geldt voor de waterrijke boerenkool: andere koolsoorten koken we met een bodempje water) en koken ze in een goedgesloten pand. eerst op een flink vuur, niet langer dan een half uur. Daar na mengen we er de boter of het vet door. Het „stoven" of „sudderen" laten we na. daar dit totaal overbodig is, onnoodige brandstof kost en de voedingswaarde aan merkelijk vermindert. HOUT» HOUT IN DEN LANDBOUW. (Slot). Veelal wordt het hout dat in Ne derland in den landbouw en door vele openbare diensten in de bui tenlucht wordt gebruikt, blijkbaar zoo goed als niet tegen bederf be reid. Meestal denkt men, dat een bestrijken met wat teer of carboli- neum reeds afdoende is. In den laatsten tijd ziet men ook oplossin gen van verschillende metaalzouten in water toepassen, doch stelt men zich meestal tevreden met een be strijken of indompelen van het hout. Waar hout geschilderd moet wor den. kan creosootolie moeilijk ge bruikt worden en zijn zulke oplos singen van metaalzouten wel aan te bevelen, daar ze meestal zeer giftig zijn voor de zwammen. Te vens werkt de verflaag in dit ge val natuurlijk ook beschermend, daar vocht dan niet in het hout kan doordringen. Dat schilderen kost echter vrij veel geld, daar de verflaag toch om de 4 k 5 jaar vernieuwd moet worden. Voor ongeverfd hout in d*s buitenlucht echter, en dit heeft een praktijk van 100 jaar bewezen, is er geen beter bereidings middel dan creosootolie die er ouder druk wordt ingeperst, en zoo de doordrenking goed heeft plaats gevonden, behoeft deze maar eenmaal te gebeuren. Dr. v. Schrvnk, een bekend deskundige op het gebied der houtbereiding in N.-Amerika, heeft het voor eenige jaren op de jaarlijksche vergadering der American Wood Preservers Association zoo juist gezegd met de volgende wooden: „In mijn vele jaren van ondervinding heb ik nog nooit een stuk rottend hout gevon den, dat met creosootolie was geïmpreg neerd. De rotting, die men in gecreoseerd hout constateert, beperkt zich altijd tot het deel. waarin de olie niet goed was door gedrongen." Het zou interessant zijn te weten, hoeveel geld er in den landbouw bespaard zou kunnen worden, indien men er toe te brengen was zijn schuren, stallen, varkenshokken, omheiningspa'en, vonders, enz. behoorlijk te laten impregneeren. alvo rens ze in gebruik te nemen. In Denemarken. Engeland en Noord-Ame rika. wordt veel gecreosoteerd hout in den landbouw toegepast. Men ziet er stallen, schuren en kippenhokken, waarvan de mooie donkerbruine kleur er dadelijk op wijst, dat het hout ervan met creosootolie is bereid. Een verder voordeel van deze be reiding is, zooals Deensche landbouwers verzekerd, dat de ratten uit deze kipoen- hokken en stallen wegblijven. Een enkele maal treft men ook in Nederland toepas singen van gecreosoteerd hout in den land bouw aan. In de gemeente Tuil en t \\aal (provincie Utrecht), staat een hooiberg, waarvan de gecreosoteerde bergroeden reeds 35 jaren dienst hebben gedaan en die er wel naar uitzien, dat ze nog menig jaar tje mee kunnen. EEN BEZWAAR I Sommige kleine londgebruikers voelen het als een bezwaar, dat ze tuin hout eerst naar de creosoteerinrichting moeten sturen, wat natuurlijk met kosten genanrd gaat en men vindt op zulke boerderijen wel een primitieve inrichting, waarmede ter nlaatse de omrasteringpalen bereid worden. Het ge heel bestaat uit twee groofe ijzeren vaten. Onder het eene is een stookinrichting aan gebracht om de creosootolie tot 80 90 gr. C. te kunnen verwarmen. Na de palen goed gedroogd te hebben, worden ze ongeveer een uur in de heefe olie gezet, gedurende welken tijd de in het hout aanwezige lucht er gedeeltelijk door de hitte uit wordt ge dreven. Daarna worden de palen onmiddel lijk in het andere vat met koude olie ge plaatst, waarin ze 2 a 3 uur moeten blijven staan, zoor'at de koude olie in het hout kan dringen. Wil men ook bet boveneinde der palen met creosootolie doordrenken, dan moet de bewerking natuurlijk nog^ eens worden herhaald. Men zal natuurlijk met dit proces niet zulke goede resultaten beko men, als wanneer de palen In een creosoteerfabriek in een bereidings- ketel onder 8 10 atmosfeeren druk bereid worden. Dit komt natuur lijk wel iets duurder tilt. doch op den langen duur zal het voordeeli- ger zijn, deze meerdere kosten te nemen. De bestaande creosoteer- inrichtingen in ons land bieden den landgebruiker alle gelegenheid zijn hout op de beste manier voor een duur van 25 tot 30 jaar en mis schien nog langer bruikbaar te ma ken, want hout waarvan het spint hout door en door met creosootolie geïmpregneerd is. kan niet door zwammen of insecten worden aan getast. De brochure waaraan wij het boven staande ontleenen. wordt uitgegeven door het Internationaal Instituut voor Houteon- serveering. Secretariaat Oranjestraaa 9 te Den Haag. De prijs hiervan is ons niet bekend. Deze zeer lezenswaardige brochure is bovendien nog met zeer vele fraaie foto's geïllustreerd. Op grond van het bovenstaande lijkt het ons zeer belangrijk dat ieder grondgebrui ker nagaat, of het creosoteeren van het te Ëenigen tijd geleden werd de bekende Amerikaansche röntgenoloog Professor Coates naast zijn „rftntgenkanonnen" dood aangetroffen. De geleerde had blijkbaar bij dappere proefnemingen op eigen li chaam. die een nieuwe bestraling golden, zijn leven op het altaar der wetenschap geofferd. De tragische dood van professor Coates roept de herinnering wakker aan de helden der wetenschap, die hun gezondheid* en ook hunl even. op het spel zetten om de weten schap een stuk vorder te brengen. Gelukkig zijn de meeste dezer experimenten goed af geloonen, wat echter geen afbreuk doet aan de bewondering voor den heldenmoeo. Daar is b.v. de roekplooze daad van den grondlegger dpr moderne hygiëne, profes sor Pottenkoser. Het viel in den tijd, dat de bacteriologie haar eerste grnote triom fen vierde en de ziekteveroorzaker werd ontdekt. Pottpnkoser stond er merkwaar digerwijze buiten. Hij verdedigde zijn mee ning dat de oorzaak der besmetting in miasmen en plaatselijke bodemgesteldheid zoowe' als in den stand van het grond water gezocht moest wordpn. ook nog toen men de bacil reeds In de microscoop zag en op een voedingsbodem kon kweeken Thans weten wij het: Pottenkoser stond op e«n verloren nost. Maar met vaste over tuiging bleef hij bij zijn mepning, dat b.v. cholerabacillen de onschndeliikste dingen van de wereld zijn en dp cholera in bet "phppl n'ef ovprhrengen. Om het te be wijzen slikte hii bij een vergadering van geleerden tof groote schrik van zijn co'le- "r'.s een lepel vol cbo'erabacillen in. Hoe Potteei-iver- n» dit snel met den dood ge zond bleef, is thans nog een raadsel. Dan wijst hij stil naar een portret, Op 't kastje bij het raam gezet, En zegt: dat mag U weten! Mijn vader heb ik trouw geëerd. Dat heb ik steeds van hém geleerd, Dat zal ik nooit vergeten!! Februari 1941. KROES. (Nadruk verboden). gebruiken hout niet voordeeüger uit zal komen. Ter nadere oriënteering der kosten hebben wij ons gewend tot de Directie der Maatschappij tot Houtbereiding tegen be derf. Gr. Wittenburgerstr. 110, Amsterdam om prijsopgave van het creosoteeren bijv. pe M3. hout. Er zijn ook andere creosoteer- inrichtingen, echter niet in Noordholland. Als vergelijkingstabel ontvingen wij een staat van de prijzen in Mei 1939, omdat die toen meer stabiel waren dan op het oogenblik. Vergel ij kingssta a t Hout Pr. p. Levensduur Pr. p. Mei '39 M3 hout M3 hout p. jaar onderh. Onbereid 38 6 jr. 6.33 M. carb. 45 10 4.50 Gekyan. 48 12 4.00 Geer. 50 30 1-67 Deze prijzen gelden franco werk. Het cre osoteeren kwam toen dus op f 12 per M3. hout. Het hout ging daardoor dan 24 jaar langer mee. Momenteel kost het creosoteeren f 15 per M3. hout. Hier staat dan tegenover dat ook bij vernieuwen de houtprijzen aanmerkelijk honger zijn. Hoewel wij ons bewust zijn. dat de pach ter-grondgebruiker tot het creosoteeren min der gemakkelijk zal over kunnen gaan. zal het bovenstaande voor de praktijk zeker zijn. nut hebben! De Gebouwen Commissie Secretariaat Rijksveeteeltconsulcnt Landbouwhuis Alkmaar. Pottenkoser was op het oogenblik. dat hij de „cholerabouillon" naar den mond bracht, er van overtuigd, dat hem niets kon gebeuren; hii beeft dus subjectief niet veel geriskeerd. Een beperking, die niet geldt voor het experiment van den chirurg Kurt- zahn. Iedere chirurg weet wat kanker is. welk ontzettend leed deze ziekte heteekent. En hij wept nok, dat hij een proef op dieren kankergezwellen zich van het eene individu op het andere kunnen laten overplanten en hier kunnen verdpr woekeren. Een be langrijke vraag, voor het probleem der nrachticche banifproverbrenging van mensch op mensch van beteekenis. bleef echter nog .open en ook de vraag of de menschelijke kanker on andere personen overgeplant kan worden. Kurtzahn besloot tot een proef op zich zelf. Juist was bij een patiënt een kanker gezwel operatief verwijderd. Nu ging de chirurg zelf op de operatietafel liggen en «af zijn assistenten de ondracht, hem het levenswarme kankergezwel volgens de rege- 'en der kunst in de bovendij te brengen! Een heldhaftig experiment, waarbij het om leven of dood ging. Het geluk was met den dapperen onderzoeker. Het kankergezwel, dat niet aan zijn lichaam gewend was. ver schrompelde en had geen kwade gevoigen. Maar het had stellig anders kunnen uitko men! Dat men een bulsie in de maag en verder in de twaalfvingerige darm aanbrengt, is niets buitengewoons. Maar met een buis in het eigen hart te dringen en zichzelf met de slang in het hart op het röntgenschorm waar te nemen, daartoe was de moed noo- dig van den arts dr. Forszmann. Geen over moed was voor hem aanleiding tot deze stoute onderneming, maar het ontdekken van een methode, die den mensch kon ont rukken aan de toegrijpende armen van den dood. Hef komt n.1. af en toe voor. dat zich in het hart een luchtblaas of andere hindernis vormt, die het kloppen van het hart nelem- Hoe zie ik er met weinig kleed geld en.-, weinig punten toch keurig uit? Dat kan! Men heeft toch waarlijk zooveel niet noodig om de dagelijksche kieedlngeens wat te variëeren! Een bloem, een doekje, een modern garncerseltje, een ceintuur mis schien geven ons doodgewoon japonnetje di rect een ander, soms verrassend aanzien. Een nieuwe ceintuur kan men heel gemak kelijk zelf maken, wanneer men uit wat goud- of zilverdraad een oude ceintuur van stof omwoelt. Men heeft noodig 8 strengen of snoeren van ongeveer VA meter lengte, en legt die in twee bundeltjes, van ieder vier stuks, volgens onze teekening neer. Dan ont staan aan hét eene einde twee figuren, wel ke men als sluiting kan gebruiken, wanneer men aan het andere einde twee knoopen aannaait. WARME OOREN NAAR DE LAATSTE MODE1 Practisch entoch leuk. De mode kan practisch zijn! Bij felle kou zal een hoedje volgens onze teekening ge maakt, wel bevallen. Het is voorzien van een doek om de hals te bedekken. Deze doek kan men drapeeren zoo men wil, bijna steeds geeft het een aardig ef fect en het is meteen een heerlijke oor- warmer, waarbij men de leelijke „lapjes" die de Heeren der schepping dragen wel kan missen. Natuurlijk moet er tusschen hoed en doek eenige harmonie in kleur be staan, geen blauwe hoed en groene doek bijvoorbeeld of omgekeerd. Men moet er rekening mee houden, dat de kou ons ge zicht meestal niet mooier op maakt. Een gestreepte doek doet het bijna altijd goed! mert en levensgevaar beteekent. Hoe kan daar vlug hulp gebracht worden? Men zou een slang in het hart kunnen brengen en zoo het beletsel uit den weg ruimen. Zou men dat kunnen? Men kan het, bewees dr. Forszmann; hij maakte een ader aan zijn bovenarm open, schoof er een slang in, steeds dieper, tot de slang in het hart moeit zijn aangekomen. Dit vond plaats in een operafiezaal. De dokter liep toen met de slang in het hart! naar de enkele ver diepingen hooger gelegen röntgenkamer, waar hij zich door een röntgenfoto ervan overtuigde, dat de peilstift inderdaad in het hart stak. Eerst na het gelukte zelf- experiment gin gmen over tot de practische toepassing van deze methode bij zieken. Een held der wetenschap was Metschni- koff. die de bacil van een toen nog onbe kende bloedziekte op zich liet overbrengen om de waarde van een nieuwe geneesme thode op de proef te stellen. Een held was de Weener Ullmann, die zich ter beschik king stelde van Pasteur voor de bestrijding van de hondsdolheid. Maar nergens worden de vele doktoren genoemd, die zich bij de uitoefening van hun beroep de kiem des doods op het lichaam haalden, die zich in de barakken der besmettelijke zigkten bloot stelden aan infectie, zonder wetenschappe lijke eerzucht, alleen om te helpen. Hij is de „onbekende soldaat der geneeskunde".-..... hij is niet minder een held.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 3