JUTTERTJ Uit den goeden ouden tijd van onze stad tPicuiinieiuuJ Jiaopt iif den <Keldeïtcfien Middenstand Socialistisch ïliejuwj uit UhJü £m falteAlje.... RECTIFICATIE. Betrekkingen Te huur Diversen Maandag 24 Februari 1941 Tweede Blad ONGEVALLEN- f 0.86 per blik. NUTSSPAARBANK aangeboden gevraagd 36310 is de girorekening van den Gemeente-ontvanger. Stort hierop Uw gavenvoor „Winterhulp". De „Brinio" zinkt weg Nieuwe machinistenschool te Rotterdam zal de nieuwe orde moeten zijn de ideale verkooper! Een serie bijzondere boeken verschenen Jxjdicfiïi^teri Door het plotseling over- lijden is van ons wegge nomen onze innig geliefde Dochter ANNA DE GEUS, in den leeftijd van ruim 30 jaar. Dat zij moge rusten in I Vrede is de wensch van haar diepbedroefde ouders. A. L. A. DE GEUS. H. DE GEUS— Paauw. Den Helder, 21 Febr. 1941. Sluisdijkstraat 54. Tijd. adres: Haringhuizen D 13. Gem. Barsingerhorn. De teraardebestelling zal plaats vinden op Dinsdag I 25 Febr. 1.30 u. op de Al- gemeene Begraafplaats te Huisduinen, vanaf Ruijgh- weg 145. Heden overleed, na een langdurige ziekte, onze ge liefde Man, Vader en Grootvader, ENGELBERTUS JOHANNES HEN, in den ouderdom van 83 jaar. Den Helder, 23 Febr. 1941. Schagenstraat 14. Uit aller naam: Wed. M. H. HEN- ADRIAANSEN. De teraardebestelling zal plaats hebben op Woens- dag 26 Februari a.s., n.m. 2 uur, vanuit het sterfhuis op de Algemeene Begraaf plaats te Huisduinen. Algemeene kennisgeving. Heden overleed in het „St. Jan"-Ziekenhuis te Hoorn, na voorzien te zijn van de H.H. Sacramenten der Stervenden, onze lieve Zuster, Behuwdzuster en Tante NEELTJE GROOFF, in den ouderdom van 57 jaar. Uit aller naam: M. GROOFF Den Helder, 21 Febr. 1941. Hoofdgracht 68. Tijd. adres: Hoorn, Keern 28. De gezongen Uitvaart zal plaats hebben in de Paro chiekerk van de H.H. Pe trus en Paulus, op Dinsdag 25 Februari a.s., te 10 uur, waarna de begrafenis te circa 12.15 uur, op het R.-K. Kerkhof „St. Joseph", te Den Helder. Vertrek begrafenis uit de Kerk. DANKBETUIGING. Hartelijk dank aan Buren, Vrienden en Kennissen voor de mooie cadeaux, ons geschonken op het Zilveren Huwelijksfeest. Familie RIDDER. Julianadorp, Febr. 1941. Schoolweg 24. zoowel in- als buiten beroep In de annonce VANGE Hardnekkige Rheumatische po nen in ons blad van 14 Februari j.1. is abusievelijk een prijs ver meld van 0.85 per blik, terwijl dit moet zijn In onze kofferkluis kunnen tegen geringe vergoeding pakketten met waarden in bewaring worden gegeven Assurantiekantoor Koningstraat 90 Telefoon 984 Gevraagd een nette Huishoud ster, bij man en kind. Leeftijd ongeveer 35 j. Br. onder letter K aan His Wilms' Advertentie bureau, H'hoef, Wieringen. Gevraagd een flinke Dienst bode voor huishouding en café bediening; intern. K. Nottelman, Markt, Schagen. Buffetaria „De Instuif" vraagt voor de morgenuren een Juf frouw voor de bediening. Aanmelden s.v.p. tusschen 2 en 4 uur. Te huur gevraagd eenvoudige ongemeubilee.de Kamer, Bree- zand of Anna Paulowna. Adres: Sluisdijkstraat 123, Den Helder. Jongeman zoekt ongeveer be gin Maart eenvoudig, degelijk KOSTHUIS in Nederlandsch ge zin, voor een paar weken of lan ger, waar thuiswerk kan worden verricht. Brieven met prijsop gave enz. onder No. 385 aan het Bureau van dit blad. door W. KOK. Ja, ondanks het feit dat ik slechts enkele uren per week je een bezoek breng om dan weer weg te trekken, ben je toch mijn stad en zal je altijd mijn stad blijven, wat er ook gebeure moge. En niet alleen mijn stad, maar ook de stad van al degenen, die je een tijde- ljjk vaarwel toegezwaaid en zich ergens elders genesteld hebben, want zij komen terug, zoo dra de menschen eens verstandiger worden en den strijdbijl weer in den grond wordt gestopt, wees daarvan verzekerd! Laat dat een troost voor je zijn in deze donkere droevige dagen, nu ik altijd wanneer de lange trein vol Nieu- wediepers zich in beweging zet, om hen naar de gastvrije polders te brengen, een treurlied hoor ruischen door de kruinen van het ge boomte in het Julianapark. Ook deze men schen komen terug, zoodra „het" afgeloopen is om hun moede leden na een dag van inge spannen arbeid weer uit te strekken op hun eigen bed, in hun eigen huis en in hun eigen stad. Neen, w(j kunnen niet buiten je, evenals jjj niet buiten ons kunt. Je bent geen stad, die veel door toeristen wordt bezocht om de een of andere merkwaar digheid. Je bent niet in het bezit van ruiter standbeelden, monumentale gebouwen, oude geveltjes, hooge torens, rijke kunstschatten, begijnenhofjes en wat meer een stad bij land genoot en buitenlander bekend kan maken. Ook moderne stedenbouwkunst is er niet veel te bespeuren. Neen, met al die dingen ben je wel heel stiefmoederlijk bedeeld. Maar dat wat je hebt, zal je behouden en kan men je nooit ontrooven. De zee, dat is je levensbron, zonder de zee zou je niet verder kunnen leven, zou je bestaan een einde nemen. Maar omdat de zee blijft, zal ook jij, Nieuwediep niet ver dwijnen. Straks, als de zee weer veilig is, zal je weer alle wonden, hoe ernstig ook, te boven komen en groeien en bloeien als nooit te voren. Je hebt anders al heel wat meegemaakt in je leven, heel wat stormen en rukwinden zijn over je heen gedaverd, dat heb ik tenminste onlangs eens bemerkt toen ik het een en ander uit je levenslogboek te weten kwam en omdat ik dat zoo wetenswaard vond, wil ik het graag ook aan de andere Nieuwediepers vertellen. Immers, een Nieuwedieper, die niet van je levensgeschiedenis weet te vertellen, is eigen lijk niet waard, dat hij binnen je veste mag wonen. Honderden jaren voordat Den Helder of Nieuwediep ontstond, lag aan het eind van de duinen, dus aan de Westzijde van den kop van Noord-Holland een klein dorp: Huisdui nen. De bewoners waren visschers en hadden zich speciaal toegelegd op den walvischvangst. Ter herinnering aan een grooten brand ont ving Huisduinen van Radboud, koning van Friesland, een eigen wapen, thans het ge- me /apen van Den Helder. In dien tijd wr nog mogelijk van Huisduinen uit bij eb landen Texel en Wieringen te voet te bert .en. In 1396 werd het Marsdiep door een geweldigen stormvloed zoo breed en diep, dat Texel en Wieringen eilanden werden en in 1500 lezen we over het ontstaan van Den Hel der. Bij de Allerheiligenvloed van 1570 werd ook 7Tuisduinen bijna geheel verzwolgen en vluchtten de meeste bewoners naar het hoo- ger gelegen Den Helder. Later werd het dorp weer herbouwd, maar toch gaat Den Helder voortdurend in belangrijkheid winnen. In de zeventiende eeuw krijgt het haar eerste Her vormde kerk en ook wordt al spoedig de eerste school gebouwd. Een belangrijk jaar voor de ontwikkeling van Amsterdam was 1656, toen hier schepen aankwamen met drie duizend gevluchte Poolsche joden aan boord, die zich in Amsterdam gingen vestigen. In dien tijd wordt door de regeering van de Repu bliek de waarde van Den Helder als marine basis al ingezien. In 1665 verzamelt admiraal De Ruyter zjjn schepen op de reede van Texel en wordt de vloot door Johan de Witt uitgeleide gedaan. Ook als koopvaardij- en visschershaven bleef Den Hel der van groot belang, dit blijkt wel uit het feit, dat in 1707 nog een dertigtal schepen uit Den Helder ter walvischvangst gaan. De walvischvangst bereikte haar hoogtepunt in het jaar 1779. Dan wonen er in Huisduinen niet minder dan zestig „commandeurs" van walvischvaarders. In deze jaren ontstaat het eigenlijke Nieuwediep, het latere marinecen trum. De zware steenen dam, de oostelijke oever van de Buitenhaven, wordt na tien jaar arbeid voltooid en de eerste twee van de zeven forten, die Den Helder omringen werden aan gelegd. Stadhouder Willem de Vijfde vereerde Nieuwediep in 1781 met zijn hoog bezoek en geeft het bevel om deze plaats tot oorlogs haven in te richten. Op 1 Augustus van het zelfde jaar zeilen Zoutman en Van Kinsber- gen van hier uit en enkele dagen later wor den de Engelschen bij Doggersbank verslagen. Hiermee was de naam van Nieuwediep als oor logshaven gevestigd en sindsdien heeft het haar karakter als zoodanig geheel behouden. Tijdens den tweeden coalitie-oorlog van Enge land, Rusland, Oostenrijk en Turkije tegen Frankrijk, deden de Engelschen, gesteund door de Russen, in 1779 een inval in Noord- Holland, waarbij de invloed der Franschen in ons land zeer sterk werd bedreigd. Schout-bij- Nacht Story geeft onze vloot op de reede van Texel zonder slag of stoot over aan de Engel schen. Huisduinen, Den Helder en Texel kwa men eenigen tijd in handen der Engelschen, die hier ruw optraden. De Bataafsche troepen werden tot ver in het land teruggedrongen, maar op den 19den September werden de vijanden bij Bergen tot staan gebracht. Bij hun aftocht lieten de Engelschen uit wraakzucht voor den mond van het Nieuwediep een ge laden oorlogsschip zinken. 7Erbij vermelden: „Voor Winterhulp Nederland"). De Fransche overheersching is voor de ontwikkeling van Nieuwediep van heel groote beteekenis geweest. In de maand October van het jaar 1811 bracht Napoleon persoonlijk een bezoek aan Den Helder, waar uit bleek, dat hij ten volle de strategische be teekenis van Nieuwediep inzag. De Keizer gaf bevel tot het aanleggen van de forten Erf prins, Kijkduin, Falga, West- en Oostoever en van de tegenwoordige marinewerf. Behalve het fort Falga, dat later in de lucht vloog, worden alle forten, hierboven genoemd, nog altijd ge bruikt. In 1813 komt men ook in Den Helder in ver zet tegen de Franschen. Op 2 December laat admiraal Verhuell het fort Falga in de lucht vliegen. 4 $tei van het volgend jaar verlaat hij met de trouwgebleven officieren en man schappen fort Erfprins om scheep te gaan naar Frankrijk. Het Fransche juk is afgewor pen en een prins van Oranje bestijgt als Koning Willem I den troon van het Koninkrijk der Nederlanden. Hij maakte Den Helder, door den aanleg van het Noordhollandsch kanaal tot voorhaven van Amsterdam. Dit beteekende voor beide steden een belangrijke vooruitgang. De schepen be hoefden nu niet meer over de Zuiderzee en via de lastige Pampus naar Amsterdam, maar voe ren nu door het Noordhollandsch kanaal. Wat moet dat een eigenaardig gezicht zijn geweest, die hooge koopvaarders met volle zeilen door het kanaal te zien stevenen! Aan dien tijd dan ken de Koopvaardijsluizen aan het eind van het Noordhollandsch kanaal hun naam. Zoo krijgt dan langzamerhand dit deel van Den Helder het beeld dat we thans nog kennen. In 1826 werd aan de Buitenhaven het directie gebouw der marine, het z.g. paleis gebouwd. In het midden der vorige eeuw telde Den Helder ruim 14.000 inwoners en was het reeds in bezit van een gasfabriek en duinwaterlei ding. Wat de watervoorziening betreft was het dus vele plaatsen een stuk vooruit. In het jaar 1865 werd met groote feestelijkheden de spoorweg naar Alkmaar geopend en kort daar na tot Haarlem doorgetrokken, waarmee de verbinding van Den Helder met het overige spoorwegnet tot stand kwam. Een der belang rijkste jaren uit de geschiedenis van onze koopvaardij was 1870, toen werden hier n.1. de kantoren en magazijnen gevestigd van de nieuw opgerichte stoomvaartmaatschappij Nederland. Ook de Mij. Java vestigde zich in Den Hel der en daarmee breekt een tijd van grooten bloei aan. In hetzelfde jaar vertrekt uit onze haven de eerste Nederlandsche mailboot in rechtstreeks verkeer met Oost-Indië. Helaas zou dit tijdperk van bloei van korten duur zijn, want het N.H. kanaal bleek al spoedig te klein voor de steeds grooter wordende schepen. Men begon in 1865 met den aanleg van het Noord zeekanaal, dat in 1876 werd voltooid. Nu was Amsterdam door het nieuwe kanaal veel beter en sneller te bereiken en had Nieuwediep als voorhaven afgedaan. Was de marine vroeger alleen in het bezit van zeilschepen, al spoedig doen nu ook sche pen met stoomkracht hun intrede. Soms ont moet ge nog wel eens een oudgediende uit den zeiltijd. Het zijn wonderlijke en fantastische verhalen, die hij u dan opdischt. Het was een mooie, maar ook een moeilijke tijd. Z.M. „Som.- melsdijk" had eens twee en tachtig dagen werk, door kolengebrek en windstilte, om van Suri name naar Buenos Aires te komen! Heel wat schepen heeft de marine gehad en met elk schip leefde iedere Jutter even veel mee als met een eigen familielid. En zoo komen we langzamerhand aan in den jongsten tijd. Het is goed ook uit dien tijd enkele her inneringen op te halen. Wat was het altijd weer interessant om het vertrek van een schip van de marine naar de „West of naar de Oost" bij te wonen. Dagen van te voren was men bezig om het schip hier en daar nog wat op te schilderen en was het op de loopplank een druk va et vient van mannetjes, die proviand aan boord brachten. Enkele uren voor het ver trek nam de commandant der marine, na een laatste inspectie, afscheid en wenschte schip en bemanning een goede vaart. Al gauw zag men nu in alle straten van Den Helder men schen, die zich naar de haven begaven, waar het geweldig druk werd. Bij den havenmond stonden de reportagewagens van de omroep- vereenigingen en Polygoon. Op het Wierhoofd stelden zich de hooge marine-autoriteiten op. Als dan eindelijk de loopbrug was weggereden en de trossen werden losgegooid, maakten aan voor- en achterzijde van het schip sleepbooten vast en langzaam gleed het schip de haven uit. Terwijl de Staf op den kant het Wilhelmus speelde, stond de bemanning op het schip in de houding, maar nauwelijks waren de laatste toonen van ons volkslied verklonken en de marinekapel had een vroolijken marsch inge zet of op den wal en het schip begon het af- scheidsgeroep. Het volk stroomde naar den dijk om vandaar het grijze schip, dat, als de sleepers hadden losgemaakt, langzaam zijn steven naar het westen richtte, na te staren. Vaarwel en tot weerziens! 't Was goed aan de haven. Ja, het was goed om op de haven te ver toeven. 's Morgens als de zon bloedrood boven de Waddenzee opkwam en we stonden aan het einde van het wierhoofd in voor- en najaar de wondere trek van de vogels te registreeren. Of 's avonds als op het Wachtschip het sein voor zonsondergang werd gegeven en op alle schepen langzaam de vlag werd gestreken. Als vanuit het Oosten over de slikken de nacht kwam aansluipen en groote troepen meeuwen met veel lawaai een slaapplaats in de boomen voor Paleis en Instiuut zochten. Nog wat late bottertjes na een langen dag van visschen op den Texelstroom de haven binnenpuften. De havenlichten aangloeiden en het licht van de schepen zacht weerspiegelde in het kalme water. Het werd er dan hoe langer hoe stiller tot je op een gegeven oogenblik alleen nog hoorde het loopen van een schildwacht op de steiger's Avonds was het altijd stil aan den buitenkant. Maar vast eenmaal per maand werd die stilte verstoord, want dan was daar de Staf weer. die onder leiding van kapel meester Leistikow de altijd weer mooie taptoe speelde. Fijn was het daar dan te staan luiste ren, terwijl het grillige licht van de flam bouwen weerkaatst werd door het koper van de blaasinstrumenten en de dikke boomen on zekere schaduwen wierpen over den paleistuin. Dat waren onvergetelijke oogenblikken. Ik moet ook denken aan dat plekje boven aan de kluft bij den windwijzer, waar altijd weer of geen weer de veteranen van de oud- Heldersche visschersgarde bijeen kwamen om zwaar kauwend op een „keesie" 'het nieuws van den dag te bespreken of hun oogen te laten gaan over de nu eens kalme, maar dik wijls ook wild aanstormende golven van het Marsdiep. Soms zag je ze ook vergezeld van hun hond langs den voet van den dijk naar wat brandhout voor „de piano" zoeken of scharrelen bij een uitgezette fuik. Ja, de dijk, wat een herinneringen wekt hij bij je op. Nieu wediep zonder den dijk is even ondenkbaar als Amsterdam zonder het Vondelpark of Parijs zonder het „Bois". En dan de stad zelf. De Spoorstraat op Zaterdagavond. Wanneer zal ze weer het al oude beeld vertoonen van de bloemenwagen- tjes, van onze passagierende Jantjes en de adelborsten, die kersversche miliciens aan hun plicht herinnerden? Wanneer zullen we zonder bon weer van warme croquetten en ballen ge hakt genieten bij Gastronome of een dubbeltje patattes halen bij Bijl? Wanneer Ik zou nog wel veel meer herinneringen kun nen ophalen van jou, Nieuwediep, maar ik wil het hierbij laten. Immers, het leven in Nieuwe diep, er is wel een roman over te schrijven. Je ligt daar nu eenzaam en stil, maar we hopen echter vurig dat je spoedig de tafel zal kunnen aanrichten om het feest van den terug keer te vieren. Tot zoo .lang! Een verslaggever van de Enkhuizer Courant is dezer dagen mee geweest met de eerste proefvaart van den Veerdienst op Stavoren. Wij lezen in deze reportage onder andere het navolgende, wat onze lezers zeker zal interesseeren: „Aan het begin van de reis ging de be langstelling uiteraard uit naar de over blijfselen van de „Brinio". Zou het wrak de kracht van het ijs doorstaan hebben? Het wrak bleek nog zichtbaar, maar al leen het bovenste deel van de commando toren. De mast hing er zielig-afgeknapt bij neeer. De rest was nog dieper wegge zonken. Langzamerhand is het een gevaarlijk obstakel voor de vaart geworden. Ter uitbreiding van de bestaande. In verband met de voorgenomen uitbreiding van de gemeentelijke machinistenschool met opleidingen voor de getuigschriften A M en B M, stellen B. en W. van Rotterdam den ge meenteraad voor, hen te machtigen tot het doen bouwen van een nieuwe machinisten school op een terrein achter het gebouw van de middelbare technische school voor de bouw kunde, aan de Vondellaan. Zij vragen hiervoor een crediet van 317.255. De algemeen ge machtigde voor den wederopbouw heeft ver gunning voor de uitvoering van het plan ver leend. Het nieuwe gebouw zal bevatten: 5 lesloka len, 1 teekenlokaal en een overblijflokaal, het welk tevens dienst zal doen als resereve- teekenlokaaleen ruimte voor smederij, plaat werkerij en koperslagerij; een ruimte voor bankwerkerij, draaierij en voor electro-tech- niek; en een machinekamer met ketelhuis. Voorts zijn erin ontworpen een kamer voor den directeur, de leeraren, de administratie en den conciërge, een waschlokaal en de noo- dige ruimten tot berging van gereedschappen, leermiddelen enz. De kosten voor den bouw en de inrichting zijn geraamd op 317.255, verdeeld als volgt: voor het gebouw, met bijkomende werken 195.700, voor de waarde van den grond 28.155, voor de meubileering en stoffeering 17.000, voor de centrale verwarming en de electr. installatie 20.000, voor machines enz. 56.400. De Nederlandsche Unie zet haar standpunt opnieuw uiteen. Arbeid, niet het geld de grondslag. In het jongste nummer van het weekblad van De Nederlandsche Unie wordt nog eens teruggekomen op een in deze dagen weer zeer actueel vraagstuk: het socialisme. Dien aangaande wordt o.m. opgemerkt: „De socialistische gedachte is gebleven, maar die gedachte heeft een nieuwen inhoud De Nederlandsche Unie heeft zich bekend tot dit nieuwe socialisme. Modezucht of po litieke overwegingen zijn aan dien stap vol komen vreemd geweest. Zij heeft het enkel gedaan uit de overtuiging, dat de nieuwe orde in Nederland socialistisch zal zijn of niet zal zijn. En deze overtuiging zal zij hardnekkig blijven uitdragen. Wat beteekent dit nieuwe socialisme? Het beteekent, dat het socialisme, histo risch gezien, in een nieuwe phase is ge treden. Dat het in deze nieuwe phase vaar wel heeft gezegd aan zijn vroegere gebonden heid aan het marxisme en het historisch materialisme. Dat het vaarwel heeft gezegd aan de klassenstrijd-gedachte, omdat niet het beginsel van belangentegenstellingen, maar dat van belangengemeenschap orde kan scheppen in de sociale en economische ver houdingen. Dat het tenslotte heeft vaarwel gezegd aan iedere anti-christelijke gedachte, omdat de christelijke levensbeschouwing aan vaard en erkend dient te worden, als de eenig richtinggevende voor het Nederlandsche volk. Wat beteekent dit socialisme dan wèl? Het beteekent, dat de arbeid en niet het geld grondslag moet zijn voor de sociale en economische verhoudingen. Dat de productie middelen en de voortbrenging niet eenzijdig ten dienste mogen staan van het particuliere winstbejag, maar van de geheele volksge meenschap. Dat het oude „heilige en on schendbare" eigendomsrecht van het libe ralisme beperkt wordt tot de plaats, waarop iedere mensch van nature aanspraak kan maken. Dat de boeren niet langer gebukt gaan onder de knechtschap van het kapitaal uit de groote stad. Dat er voor alle talenten, ongezien klasse of stand, gelijke ontwikke lingsmogelijkheden bestaan. Dat de sociale wetgeving aan alle werkers de onmisbare be scherming geeft en dat de sociale gerechtig heid het leidend beginsel wordt in het heele maatschappelijk leven. Wie dit onder socialisme verstaat, hij noemde zich vóór den oorlog dan al si- cialist of niet, hoort in De Nederlandsche Unie thuis. De Unie beschouwt dit als een program, waarvan geen duimbreed mag wor den afgeweken". Urk, 20 Februari. Door 5 vaartuigen werd heden aan den Ge meentelijken Vischafslag alhier, aangevoerd: 22 pond snoekbaars, van 35 pond per vaar tuig prijs 9596 ct. per pond. De visscherij met staannetten onder het ijs is voor deze periode geëindigd. DE POSTBOOT DEN GEHEELEN DAG IN HET IJS. De postboot „Von Geuseau" is Vrijdagmor gen 8 uur van Urk vertrokken om te probee- ren Kampen te bereiken. Den geheelen dag werkte de boot in het ijs. Des avonds 7 uur was de boot van af Urk nog te zien. Des nachts zal echter ook worden doorgewerkt, daar het noodzakelijk is dat Kampen wordt bereikt, gezien de schaarschte op Urk aan brandstoffen en aardappelen. Meesterwerken der wereldliteratuur. Het is de uitgeversmaatschappij „Contact" te Amsterdam, die tot de uitgave besloten heeft van een serie werken, welke zij aan duidt met den verzamelnaam „De Onsterfe- lijken" en waarin een aantal meesterwerken der wereld-literatuur opgenomen zullen wor den. De eerste twee boeken zijn thans ver schenen, en wel „Madame Bovary" van Gustave Flaubert en „In den hof van Eros" door Victor E. van Vriesland. In het prospectus wordt geschreven over „een encyclopedie in verhaalvorm" en onge twijfeld is deze kwalificatie als bijzonder ken schetsend te achten. Want leest men de wer ken die in deze reeks zullen gaan verschijnen, dan kan het niet anders of men krijgt inder daad het beste van het beste, de „room" der wereldliteratuur opgediend. En dat, zooals men van „Contact" gewend is, in een wel bijzonder geslaagde typogra fische omlijsting. De boeken zijn, stuk voor stuk, uiterst degelijk en smaakvol gebonden en vormen met hun unieke illustraties („De Hof van Eros" en „Madame Bovary" zijn in dit opzicht veelbelovende voorbeelden!) inder daad een wel zeer bezittenswaardige aanwinst voor de bibliotheek. De prijs der werken is, gezien de geestelijke waarde der boeken en hun kostbare uitvoe ring opvallend laag gehouden. Per deel slechts 4.90 gebonden. Wat Flaubert's „Madame Bovary" betreft kunnen wij kort zijn. In de vertaling van C. J. Kelk, die een uiterst verzorgden indruk maakt krijgt men hier deze klassieke roman, verlucht met houtsneden van Diseré AckeL Een roman, die niet aan plaats en tijd ge bonden is en waarvan een meester een onver gankelijk werk maakte. Spreken wij de ver wachting uit, dat ook door deze uitgave Flaubert's roman aan bekendheid moge win nen. „In den hof van Eros" leest men belang rijke uitspraken, verhalen, schetsen, gedichten en impressies uit alle tijden van alle volken. Een fijne bloemlezing werd dit boek, waarin men vergeefs naar een grofheid zoekt. Trou wens, deze was niet te verwachten, als men weet dat het Victor E. van Vriesland was, dit dit werk samenstelde. Van Vriesland, een van Neerlands bekendste critici en literatoren heeft hier een prachtig werk aan zijn oeuvre toegevoegd. Hetwelk bovendien rijk geïllu streerd werd. Een standaardwerk, dat onge twijfeld zijn weg vinden zal. Geven wij enkele namen van meesters, wier werk hier geciteerd wordt: Plato, Aug'ustinus, Rabelais, Novalis, Rousseau, Grimm, Poesjkin, Keiler, Dosto- jewski, Strindberg, Van Schendel en Rilke. Reproducties o.a. van Jan van Eyck, Michel Angelo, Rembrandt, Matthys Maris, Rodin, Gauguin en verschillende Grieksche meesters. Natuur en Techniek. Het Februari-nummer van „Natuur en Techniek" opent met een beschouwing, „School en laboratorium", waarin S. L. den Honert opkomt tegen de tot dusver bestaande neiging het systeem der wetenschappen en de wetenschappelijke methode als basis en richt punt te gebruiken ook voor het leerplan der lagere school. Hoe de boschnegers van Suri name zich in het ongastvrije oerbosch hand haven, vertelt J. v. d. Cook. Dr. K. Burger gaat na hoe de wetenschap op dit oogenblik staat tegenover het vraagstuk van het ont staan der maankraters. Actueel is het arti kel van Henk Wildorp, dat herinnert aan den tocht, dien een ontwikkeld Mohammedaan, de Egyptische ambtenaar Hassanein Bey, in 1922 heeft gemaakt, dwars door de Lybische Woestijn; hij beschrijft dit gebied als een on gastvrij oord, zoowel wat de natuur betreft. „De natuurkunde van den cultuurbodem", waarover dr. J. C. Kraan schrijft, houdt zich bezig met de bodemstructuur, die in de laatste tien of twaalf jaar vooral door Rus sische geleerden intensief bestudeerd is. Dit weer overvloedig geïllustreerde nummer be- slut met de gewone rubriek „Uit alle ge bieden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 5