BIT KM EffiELUI IN SlE IN ZIJN SCHUD? De wijn was nog goed Gelukwenschen aan den Paus Birmingham onder vuur Engelsche gezant zwijgt Dc ontploffing in het Turksche hotel Daifsch weermachthericbt ïtaliaanscb weermachtbericbt Ook ongehuwd rijkspersoneel bedacht Britsche bommen op ons land Grootc hoeTeelbeid koffie en thee gestolen Britsche vliegtuigen boven Noord-Duitschland Kort verhaal Troepenconcentraties aan de grens van Palestina en Syrië. Geld steunt de EngeLsche pro paganda. (Van onzen V.P.B. correspondent). Beyroet, Maart 1941. Er loopen allerlei vage geruchten over hetgeen Engeland ten opzichte van Svrië in lijn schild voert Verschillende van die ge ruchten zijn echter van zoodanigen aard, dat er in bepaalde, den toon aangevende Syrische kringen levendige ongerustheid door gewekt wordt. Het betreft hier be paalde Engelsche maatregelen, die onge twijfeld als voorbereidingsmaatregelen kun nen worden beschouwd. Zoo spreekt men hier van aanzienlijke Engelsche troepen concentraties aan de grens tusschen Pales tina en Syrië. Het schijnt ook, dat Enge land een levendige propaganda voert onder de stammen in het Syrische grensgebied, die natuurlijk wordt gesteund door geld, dat met kwistige hand wordt uitgedeeld en dat nooit zijn invloed mist op den Arabier. Men verwacht, dat de Syrische autoritei ten krachtige tegenmaatregelen zullen ne men. Indien het gerucht, als zou minister Eden Turkije zekere voorstellen hebben ge daan met betrekking tot Syrië, waarheid bevat, meent mon reden te hebben om aan te nemen, dat Turkije voor dergelijke ma noeuvres weinig voelt. De buitengewone activiteit, welke de En gelsche regeering aan den dag legt, niet in de laatste plaats met de bedoeling, invloed uit te oefenen op de Arabische wereld, blijkt ook uit de reis, die de Engelsche generaal Newcamp door de Arabische staten heeft gemaakt. Hij had opdracht, zich op de hoogte te stellen van de wenschen en ver langens van de verschillende Arabische re geeringen, om te trachten deze in overeen stemming te brengen met de Engelsche beslissingen. Het schijnt evenwel, dat hij weinig succes heeft gehad. Oogenschijnlijk heeft men met de keuze van generaal New camp een slechten greep gedaan, omdat hij tijdens den wereldoorlog een rol schijnt te hebben gespeeld bij de onderhandelingen, waarhij aan de Arabieren een „groot Ara bisch rijk" werd beloofd, welke belofte En geland niet is nagekomen. Dat hebben de Arabieren, naar het schijnt, niet vergeten. Tweede verjaardag der kroning herdacht paus- Ter gelegenheid van den tweeden ver jaardag der kroning van Paus Pius XII, heeft hij een plechtige mis bijgewoond in de Sixtynsche kapel. Hierbij waren tegen woordig de familie Pacelli, de grootmeester der piilitaire orde van Malta, vertegenwoor digers der orde van het H. Graf, de leden van het diplomatieke corps bij den H. Stoel, talrijke vertegenwoordigers van den Ro- meinschen adel en vele andere vooraan staande personen. Een bom in een koffer? In een korte officieele mededceling over de ontploffing in hotel Perapaiast te Istan- boel wordt gezegd, dat het onderzoek nog niet geëindigd is, zoodat geen bijzonderhe den kunnen worden bekend gemaakt. Het feit meldden wij gisteren reeds. Intusschen heeft zich het voorval volgens de ontvangen inlichtingen als volgt afge speeld. Te 21 uur arriveerde met een spe- cialen trein de Britsche gezant te Sofia., Rendell, met een gezelschap van 70 perso- nen. Hij begaf zich onmiddellijk naar het hotel. Terwijl de kamers werden aangewe zen en de bagage daarheen werd gebracht, deed zich in de drukke hall van het hotel een hevige ontploffing voor. Twee Turksche politie-agenten in burger en een Engelsche vrouw werden gedood, talrijke personen, voor het mcerendeel Engelschen uit Sofia, werden gewond. De hall werd verwoest De huizen aan de overzijde en voorbijrijdende tramwagens kregen schade. Men hoort het vermoeden uitspreken, dat de hiaard der ontploffing zich in een koffer bevond. De Turksche ochtendbladen denken, dat deze koffer deel uitmaakte van de bagage der Engelschen uit Sofia: len in ononderbroken acties. Tijdens lucht gevechten zijn twee vijandelijke vliegtuigen neergeschoten. Twee Italiaansche vliegtui gen zijn niet teruggekeerd. In den nacht van 11 op 12 Maart hebben vliegtuigen van het Duitsche vliegercorps militaire doelen op Malta gebombardeerd. In Noord-Afrika heeft het Duitsche -vlie- gerscorps een Britsch kantonnement en Britsche gemotoriseerde strijdmiddelen be stookt. In den nacht van 10 op 11 Maart heeft de vijand een luchtaanval gedaan op Tripolis: er viel geen enkel slachtoffer, lichte schade. Op de Egeïsche zee hebben vijandelijke toestellen onze lurhtbases op het eiiand Rhodos aangevallen. Een persoon werd ge wond, eenige schade ontstond. In Oost-Afrika hebben onze detachementen een positie van den vijand in den sector van Keren aangevallen en bezet en het garni zoen op de vlucht gedreven. In den sector van Somaliland heeft onze luchtmacht brandbommen geworpen naar vijandelijke troepen, waardoor hevige branden ontston den. Britsche toestellen hebben plaatsjes in Erythrea gebombardeerd zonder noemens waardige schade aan te richten. Paus Pius XII. (Foto archief). In de sacristie bekleedde Pius XII zich met de pauselijke gewaden en de tiara, en, omgeven door de kardinalen werd hij op de Sedia Gestatoria naar de Sixtynsche ka pel gedragen. De H. mis werd opgedragen door den kardinaal-diaken en de paus gaf zijn zegen. Alvorens naar zijn vertrekken terug te keeren, heeft de Paus zich met de kardinalen onderhouden. Ter gelegenheid van den tweeden verjaardag van zijn kro ning, hebben staatshoofden, leiders van re geeringen en talrijke andere vooraanstaande personen den Paus gelukwenschtelegram- men gezonden. BRITSCHE STELLINGEN BIJ KEREN VEROVERD. Het Italiaansche hoofdkwartier publiceert weermachjsbericht no. 278. Het luidt als volgt: Aan het Grieksche front zijn vijandelijke aanvallen in de sector van Vojussa afgesla gen. De vijand heeft zware verliezen gele den. De Italianen hebben krijgsgevangenen gemaakt en hun zijn wapens in handen ge vallen. Gisteren en vannacht hebben onze luchteskaders herhaaldelijk ravitailleerings bases, installaties en militaire inrichtingen, batterijen, en vijandelijke troepen aangeval OOK LONDEN EN SOUTHAMPTON MOESTEN HET ONTGELDEN. Het hoofdkwartier der Duitsche weer macht maakt bekend: De handelsoorlog tegen Engeland heeft gedurende de vier wintermaanden van No vember 1940 tot en met Februari 1941 aan zienlijke resultaten opgeleverd. De vijand verloor in dien tijd 2.037.D00 brt. koopvaar- dijscheepsruimte. Daarvan werden 1.524.000 brt. door de marine en 513.000 brt. door het luchtwapen tot zinken gebracht. Bovendien beschadigde het luchtwapen 175 vijandelij ke koopvaardijschepen door bomtreffers ern stig. In deze cijfers zijn niet berekend de verliezen van den vijand als gevolg van mijnen. Formaties gevechtsvliegtuigen deden gisternacht doeltreffende aanvallen met bommen op voor de oorlogvoering belang rijke industrieele installaties te Birming- ham, alsmede op de haveninrichtingen van Londen en Southampton. Een verkennings vliegtuig bombardeerde voor de kust van Noord-Schotland een in konvooi varend groot koopvaardijschip, dat een voltreffer kreeg en bleef liggen. Geslaagde aanvallen waren overdag gericht op vliegvelden in Zuid-F.nsreland en op de haveninrichtingen van Porthsmouth. Verdragend geschut van het leger beschoot vijandelijke oorlogsvaar tuigen in het Kanaal. In het gebied van de Middellandsche Zee plaatsten formaties van het Duitsche lucht wapen bomtreffers van ^vvaar kaliber op militaire inrichtingen op het eiland Malta. Andere geslaagde aanvallen waren gericht op Britsche colonnes voertuigen in Noord- Afrika. De vijand liet gisternacht op eenige plaatsen in Noord-Duitschland brisant- en brandbommen vallen. Behalve geringe ma- terieeie schade werden eenige burgers ge dood of gewond. In den tijd van 6 tot 11 Maart verloor de vijand elf vliegtuigen, waarvan vier in luchtgevechten twee door luchtdoelartille rie en een door marine-artillerie werden neergeschoten. Vier vliegtuigen werden, naar met stelligheid kon worden waarge nomen, op den beganen grond vernield. De vernietiging van andere op den beganen .grond aangevallen vliegtuigen kan met zekerhe'd worden aangenomen. Gedurende denzelfden tijd bedragen de eigen verliezen negen machines. VTeemde vondst in de Beemster. WRAK VAN EEN SCHIP IN DEN GROND. Er was eens (zoo beginnen immers alle oude verhalen) een hofstede aan den Middenweg in de Beemster. welker fundamenten waarschijnlijk gemetseld wa ren in de Gouden Eeuw. Toen zal het een lustverblijf geweest zijn van een rijken Amsterdamschen koopman. Daar was in de jaren, waar wij over spreken, niet veel meer van te zien. Maar zette men de spa in den grond, dan stuitte men op overblijf selen van bouwwerken, fragmenten van beelden en een enkelen keer op een gaaf stuk versiering. In het Beemster Museum bevindt zich nog zoo'n beeldfragment Omstreeks het jaar 1870 heeft op die hof stede iets eigenaardigs plaats gevonden. Er moest een nieuwe schuur gebouwd worden en timmerlieden en metselaars wa ren gekomen om dat karwei volgens de regelen voor elkaar te brengen. Het was een gemoedelijke tijd men werkte goed en solide. Dus moest ook deze schuur op deugdelijke fundeeringen nisten. Men begon te graven, behoorlijk diep en breed, want beton was onbekend (alles werd toen noe gemetseld). Op een gegeven oogenblik stuitten de spaden van twee werklieden op hout Geen vermolmde of vergane boom- resten. maar stevig eikenhout. De grond werd weggewerkt over een be paalde breedte en nu hoorde men een hol geluid wanneer de spa wat hard op het hout neer kwam Het was een vreemde geschiedenis, want was bleek? Men stond op het dek van een schip. Wan neer dit den lezer ongeloofwaardig voor komt, gelieve hij te bedenken dat eenige honderden jaren geleden, wanneer de Zuid westerstorm de golven van het Bamestra- meer schuimend voortjoeg, menige boot een wanhopigen strijd voerde op dat onstuimige W£t t g r Het dek van een schip dus. Het visioen van een gezonken galjoen met Spaansehe schatten aan boord begon de gravers voor de oogen te komen. Nog wat grond weg en ia dat moest de kajuit zijn. De boer met gezip en het personeel waren natuur lijk spoedig op de hoogte van die zonder linge historie en wachtten m spanning het verdere verloop af. Wie zou er m de kajuit paan9 't Was eenipszins piezelik- Misschien was het schip eenige eeuwen geleden wel met man en muis vegaan. misschien wa ren er kooien waarin de wacbb de krullenjongen, die was voor geen k pintje vervaard. Eerst allemaal een borrel op den goeden afloop. Gert. de krullenjongen, slaat ook een kommetje achterover. In die laren dronk men op de karweien de borrels uit kommen. Daar duikt-ie al de kauiit bin nen. „Nou Gert. hoe is het. kom je nog terug?" Gert komt terug met drie platte flesschen. flesschen niet inhoud, twee half- vol en ëén volle, goed dichtgekurkt. De kurken er af en ruiken. Het ruikt goed peen wonder, die wijn is bel epen. Een slordige paar honderd jaar heeft het. sap tijd gehad om die volmaking te bereiken, die een fijnproever als het hoogste fanot besrhouwt. Maar dat weten die werklieden niet. die hebben meer vertrouwen in een gewone borrel. Ja. eigenlijk durven ze niet proeven, 't kan wel vergif wezen. „Zeg Jan tje". dat tegen bet meidje van den boer wil i ii een slokje?" Maar de maagd be dankt. En wéér is het de krullenjongen die het proefkonijn wordt. En hii doet het grondig. Veel werk heeft Gert dien dag niet meer gedaan! Later jaren, timmerman In de Beemster geworden, vertelde hij. en bij kris en kras bezwoer hij de waarheid daarvan: „De ka pitein zat nog bij tafel met een flesch in z'n hand. Toen ik er uitkwam, zei ik: mannen, ga niet naar binnen, 't is daar met pluis, gooi dicht de boei" (Prov. Noordh. Crt.) Tijdelijke toelage in bepaalde ge vallen. Blijkens een circulaire van den secreta ris-generaal van binnenlandsche zaken aan zijn ambtgenooten, zal de tijdelijke toelage voor het lager bezoldigd gehuwd rijksper soneel ook van toepassing zijn op ongehuw de in gezinsverband levende eenige kost winners en op wachtgelders, terwijl laatst genoemde categorie eveneens in aanmerking komt voor de verhoogde kindertoelage. Een doode en gewonden. Ge bouwen beschadigd. In Jen nacht van Dinsdag op Woensdag zijn eenige Engelsche vliegtuigen boven Nederlandsch grondgebied waargenomen. Er is een aantal bommen geworpen. In een plaats zijn twee gebouwen zwaar bescha digd. In het midden des lands werden door bomscherven een man gedood en dertien pmsonen gewond, terwijl ook schade aan huizen werd toegebracht. In een andere plaats is een jongen, die niet tijdig dekking had gezocht, door scherven van granaten van het afweergeschut licht gewond. Gisternacht omstreeks half twaalf is inge broken in een magazijn aan de Miquelstraat te Amsterdam. De inbrekers hebben zich toegang verschaft door een belendend per ceel, een meubelmakerswerkplaats, waar zij een gat in den grond hebben gemaakt. Hier door zijn zij in het magazijn gekropen. Een groote hoeveelheid koffie, thee, cacao en ve le andere goederen werden ontvreemd. Deze hoeveelheid is zoo groot, dat de dieven een bakfiets of een ander vervoermiddel hebben moeten gebruiken om de goederen te expe- dieeren. Stad aangevallen. In de vroege ochtenduren heeft de Brit sche luchtmacht, naar het D.N.B verneemt, een aanval op een stad in Noord-Duitschland ondernomen. De Engelschen konden tenge volge van het Duitsche afvveervuur hun bommen niet richten. Slechts in de woon wijken werden eenige huizen beschadigd. Militaire sèhade is niet toegebracht. Eenige monschen zijn om het leven gekomen, ver scheidene gewond. Geen politieke vragen beantwoord Anders dan zijn ambtsgenoot te Boekarest heeft de Engelsche gezant Rendell, die te Istanboel uit Sofia is aangekomen, tegen over de Turksche pers een zeer gereserveer de houding aangenomen en geweigerd op politieke vragen te antwoorden. De Amerikaansche gezant te Sofia heeft Rendell tot,aan de grens vergezeld. Ren dell reist binnen twee dagen verder naar Ankara en zal daar de aanwijzingen zijner regeering afwachten. 3?» TULPEN door WILLIAMS „Rie!" Het meisje keerde zich om naar haar vader, die lang lui lag uitgestrekt in den ouden rieten stoel, het hoofd achterover in een luiden, onbedwongen geeuw, welke de zwarte holte van den wijd open mond met de regelmatige tanden toonde. „Vader?" Met een wijd armgebaar rekte de man zich uit,- ging met eenige groote schreden naar het raam. „Wat een dag weer, de he mel beware me!" Rie wachtte stil. Nu wendde hij zich om „Haal me vijf achtcents sigaren!" De oogen van het kind, waarin een vage angst gekomen was, gle den naar het ledikant achter in de kamer en ontmoetten den blik van de zieke, groote, lichte oogen m een stil wit gezicht. „Ga maar gauw even Rie". Het was de klanklooze stem van een teringpatiente. Het kind kwam bij het bed en kustte schuw de smalle wang. „Moeder". „Pop" Toen wezen de oogen naar de deur. Rie hield de hand op; vader zocht in zijn portemonnaie, scharrelde vier dubbeltjes bijeen, daarop gleed het tengere figuurtje de kamer uit. Met een klap gooide de man de portemon naie op de tafel, lachte even kort en scherp. „Nog een gulden heb ik er in, dat is alles!" „Henri „Och dat gezanik van Henri1 Ik kan *t ook niet ait.mijn vel snijden, nietwaar?" „Nee". „Nou dan!" Hij gooide zich weer in den rieten stoel terug, en staarde, 'n diepe plooi tusschen de werkbrauwen, voor zich uit. ,,'n Mensch is als een gevangene in z'n huis. Is dat 'n ellende?" 'n Stilte vieL De zieke, Jieel jong lijkend met de groote, glanzende oogen in het witte gezicht tus schen de glad-zwarte vlechten, lag te luis teren naar het juichen der spelende kinde ren beneden, klanken uitgestooten in ju belende onbezorgde levensvreugd. Lente Het raam omlijstte een stukje lichtende lentelucht, deze doorschijnend gele tint her innerde haar aan het. goud van zonbesche nen tulpen. Lentebloemen! Wat had zij ae lente liefgehad, de lente en het leven Zij rekte zich uit, voelde onder het laken het strekken der beenennog korten tijd, dan zouden deze voeten stil zijnvoor altijd onbewogen, dan was het uit, voor al tijd voorbijsoms was deze gedachte zoet, soms vatte zij haar bij de keel, met wurgen- den angst Henri duwde met wrevelig gebaar de portemonnaie in z'n broekzak. Nog vier dagen „Dan is 't de eersté", zei ze, „als 't geld dan maar komt." ,,'t Moet komen, verdorie, komt 't me toe of niet? Is 't geen el-lende dat ze je naar zoon armzalig nest sturen. Wat kan je hier in zoo'n provincie-stadje doen? Je stand ophouden moet je nog... waarvan? Inspec teur van een levensverzekering maatschap pij, 't klinkt goed, maar 't geeft beroerd slecht te eten. 'n Abonnement in je zak en geen geld om er op uit te gaan." Rie kwam binnen, legde het zakje siga ren op tafel en ging rustig bij een tafeltje zitten met haar schoolwerk. Weer was het stil. Henri stak een sigaar aan en blies den blauwen rook in kringetjes omhoog. De deur werd tamelijk onzacht geopend. „Mevrouw?" Het was het dagmeisje. Henri stoof op. „Verdorie kan je niet klop pen als je binnen komt." „'n Postpakket, meneer! Voor mevrouw!" 'n Postpakket! In 'n oogwenk stond Henri op z'n beenen, was 't beschuttende papier van 't kistje afgescheurd. Hij zette z'n zak mes onder 't deksel. Wat snoejterijtjes voor 't kind en de zieke, wat vruchten, 'n velle tje postpapier met een paar kriebelige let tertjes, zorgvuldig gevouwen om een gloed nieuw krakend briefje van tien. „Ach!" zei Henri, turend op het biljetje. De oogen van de zieke wachtten stiL „Van je moeder, Anneke!" Van moeder! Dat was smartegeld, ge spaard van haar toch al zoo kleine wedu wen-pensioentje. Henri's stemming was plotseling omgesla gen. „Veel is 't wel niet", zei bij opgewekt, „maar 't helpt ons op 't oogenblik uit den brand. Rie zag naar beiden met 'n wijs begrijpend gezichtje, liet den omvang van 't gebeuren tot zich doordringen en ging dan weer op haar bedaarde manier naar haar tafeltje. Henri liep op het bed toe. „Als de nood het hoogst is. is de redding nabij. En nu zullen we 'r is voor jou zorgen, hè vrouwtje. Wat heeft de dokter ook weer gezegd, wat je moest hebben, kalfsvleesch en „Och Henri, laat dat, denk alsjeblieft om alles wat betaald moet worden. We hebben de vorige keer zoolang moeten wachten eer 't geld kwam1" „Geen zorgen voor den dag van morgen, ik zal straks nog schrijven, dat ik 't precies op den eersten verwacht. Wat donder. k heb d'r toch recht op. En nou jij eerst! Rie wat zei de dokter ook maar weer?" „Melk, kalfsvleesch, en nu en dan eens een glaasje Tokayer." Helder, als een dikwijls herhaald en van buiten geleerd lesje kwamen de woorden. Haar gezichtje gltytsde. „Mooi, dan zal 'k daar dadelijk maar voor zorgen, hè! Te duurWat kost dat nou, een half fleschje? En bovendien 't komt je toe, hè? 't Beste kalfje van stal Ja, ja, 'k zal zuinig aandoen, 'k Weet waar achtig ook wel waar dit geld vandaan komt Zij zwichtte voor den weinig gehoorden, weeken toon in zijn stem en legde 't hoofd berustend neer. Hij streelde haar hand... nu ben je ver standig Anneke!" Hij verliet de kamer, en kwam nog even terug in 'n tamelijk afgedragen demi en 'n coquet dun rottinkje onder den arm. „Och Henri!" „Ja?" „Zou je Rie niet meenemen; ze komt zoo weinig uit, en 't is zoo heerlijk buiten!" „Wel ja. waarom niet, kleed je maar aan, kind, je hebt 't wel noodig." „Graag vader!" Even later, hoorde de zieke het toeslaan der zware eiken voordeur Zij trachtte scherp luisterend op de straat hunne voetstappen te onderscheiden, toen koesterde zij zich in de heerlijke rust van het alleen zijn en sloot, de oogen. Henri zoemde zachtjes een liedje tusschen de tanden, zijn hand omvatte Rie's tenger polsje, itij keek naar haar, 'ir kostelijk fijn poppetje, was zij, waarachtig een aardig kind, zooals zij daar met haar stil, tevreden snoetje naast hem voortstapte. Ja, tevreden was zij, een zachte blijdschap was in haar hartje, om wat nu toch de middag gebracht had. Op het pleintje ston den nog kooplieden met voorjaarsbloemen... manden vol tulpen. 'n Half verlegen vraag: „Vader, koopt U er wat voor moeder?" Hij lachte: „Vooruit dan maar!" Even later liepen ze voort. Henri zelf droeg de tulpen, hij vond, dat het stond, als je kennissen wisten, wat je voor je zieke rouw over had. Met 'n tersluikschen blik spiegelde hij zichzelf in de ruiten'n verdraaid knap pe vent was hij toch, vond-ie zelf! En dat was nu zoo in de wolken met een sjofel briefje \an tien! 't Was waarachtig wel ter niet 'm gekomen, 'n Plotseling nij dig gevoel kwam over hem. En dat kind, waarom moest dat nu mee, zoo_ meelis, oui op te passen, om controle te houden, of tader wel op z'n pootjes terecht kwamWat 'n armelijk zieltje was het, in d r verwasschen katoentje en slordige schoenenhij, die zoo van chic en ele- gatice hield. Zijn stenimiug was ineens omgeslagen. Hij liet het tochtig warme handje los. „Ga naar huis", zei hij. »Zeg je uioeder, dat ik geen oppas noodig heb!" Rie kromp ineen... 'n felle angst in de oogen, toen keerde zij zich om en ging weg, als een kleine geslagen hond. Even bleef hij staan, met een pijnlijk ge voel van berouw, toen vervolgde hij z'n weg een diepe plooi tusschén de oogen, de mond vertrokken tot een lange streep, maar spoed.g vertrok de wrevel van zijn gezicht, zn rotting zwaaide, z'n jas werd luchtiger. L'it n café, waarvoor op het terras rieten stoelen onder rood gestreepte marquisen, kwam een zacht klakkend geluid van bil- jardballen Hij liep door, voorbijdoch plotseling keerde hij zich om, en liep zonder aarzelen, met vasten, zekeren stap het café binnen. Hier ademde hij, hier was hij thuis viel elke herinnering van onaangenaamhe den van hem afhij gooide z'n tulpen op t eerste 't beste tafeltje en bestelde een 5las bleronderwijl reeds oogende naar den stand van 't spel op hetg roene laken. Met opgetrokken schoudertjes, met korte snikjes, opwellend in haar keel, sloop Rie voort; ze voelde zoo'n heftige, sahrijnende pijn, de teleurstelling had zoo plotseling in haar blijde hartje gegrepen. In de straat waar ze woonde, bleef het kind plotseling staan, ze was bang, dezelfde pijn van teleurstelling te zien in moeders vragende oogen Als vader eens gauw terug kwam...! Ze zette zich op de stoep. Rie kon van hier meerdere vensters zien. De schemering hing al in de straat. Het werd koeler, stil »n donker Toen vermande zij zich, en ging haar huis binnen. Een oogenblik later zat zij bij moe ders bed en staarde met wijd vertrokken oogen in het gezicht van de kleine sche merlamp, de zieke streelde haar koud-ge- vsorden handen Stil zaten ze zoo. Rie dacht, dat moeder t kloppen van haar hart moest hooren ze wachtte een vraag, doch het bieef stil, dood doodstil.... Nu vertelde Rie in korte door snikken afgebroken zinnen en bedaarde !tnf.ia,ani <?°0r moeders weldadige nabijheid en het voelen van haar goede handen „En ga nu maar slapen, mijn lieveling". Rie wilde zich weren, zeggen, dat ze bii vvilde'ekortr 8 blljven> haar het wachten maar ze 8'ng, gewend aan u en ln haar kamertje, waar ze wiït w^°hten beSch0t moeder vlak biJ zich eaf vipI ®.en.Kevoel van veiligheid gaf, viel ze spoedig in slaap. In de zieken kamer was geen geluid „„aU1uals dood- dacht de zieke. Donkere gedachten kwamen, groeiden, werden zwar- ter, banger*wai De uren vergingen, aldoor weer klonk het carillon over de daken, bonsden bij heel en half uur de zware metalen slagen aldoor vergleden de schaduwen, en elke voetstap die echode tegen de hooge huizen en voor- tèleurstèlfingdenZelfden St6ek Van Pijnlijken 1adat van de torenklok twaalf dreu- slemel ap'9'1 verkIonken- werd de sleutel in de deur gestoken en kwam Ifenri.'6nd 611 sch"ivelend de trap op™ Zij zag hem in de lichtkring van de oijen deur, en haar stille, onbewogen blik nain hem op zooals hij daar stond met ziin on zekere houding, zijn rood gezicht mit sta lende dronkenmansoogen en met de ver-, flenste tulpen als.geschenk voor haar in zijd slappe handen (Nadruk verboden)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 4