N1PPER EN PELLE vischrecht Het granaatappelsap Naar beperking GOUDEN JUBILEUM IN DEN TUINBOUW Jongen overreden en gedood TOCH NOG KAMPEEREN? Radioprogramma van het FEUSLLETON Zus in de autobus Het slot geforceerd O Het brood, der beroept binnen- visschers moet voor alles gaan. Op Zaterdag 29 Maart wordt in het ge bouw voor kunsten en wetenschappen te Utrecht de gewone algemeene vergadering gehouden der hoofdafdeeling zoetwatervis- scherij der Nederlandsche Heidemaatschap pij. De uitgebreide agenda bevat o.m. de be handeling van de vraag: „Verdient het aan beveling de maat op snoekbaars te verhoo- gen van 40 op 45 cm.?" Het hoofdbestuur zou nader uitwerken de wenschen ten aanzien eener vestigingswet voor de visscherij, der uitgifte van groote vischakten a. en b. en een „pachtwet" voor de visscherij. In welk stadium de uitvoering hiervan op den dag der vergadering zal verkeeren is nu niet te zeggen. Wel is thans reeds mede te dee- len, dat de bestaande vestigingswet voor verschillende bedrijven aan een nauwgezet onderzoek is onderworpen en dat men daarbij tot de slotsom is gekomen, dat de daarin vervatte be palingen voor den vischer te be zwaarlijk zijn te noemen Dit klemt te meer waar op eenvoudige wijze bij de aangifte der vischakte het doel: de beperking der gelegenheidsvis- scherij, is te bereiken. Dat doel toch is te voorkomen, dat vooral in tij den wanneer er iets met de vis scherij is te verdienen, niet ieder zich maar op de visscherij kan wen- pen en aldus de spoeling te dun maakt voor de eigenlijke visschers. die ook in voor de visscherij on gunstige tijden in 't bedrijf blijven en bij voortduring werken aan de verbetering van den vischstand waaraan die gelegenheidsvisschers zich niets gelegen laten liggen. Verder om dengenen, die reeds uit ande ren hoofde voldoende inkomsten hebben en de netenvisscherij uit tijdverblijf dan wel uit liefhebberij uitoefenen, en daarbij, mede door hun geldelijk overwicht, den visscher schade berokkenen, binnen bepaalde perken te houden. Er is bij de overheid ingediend een plan, volgens hetwelk per 1 Juli a.s. zekere voor waarden worden gesteld aan welke men moet voldoen om voor een groote vischakte A of B in aanmerking te kunnen komen. In hoeverre daaraan gevolg zal worden ge geven is af te wachten. Sterk is de indruk, dat in elk geval intijds voorschriften te de zer zake mogen worden verwacht. Tevens is bij de overheid een plan inge diend volgens hetwelk de visscher niet elk oogenblik van het door hem gehuurde visch- water kan worden verdreven, opdat nij evenals de landbouwer tot op zekere hoog te bestaanszekerheid heeft en de vruchten van zijn arbeid kan plukken. Waar de vis scherij te dezer zake voor geheel andere vraagstukken staat dan de landbouw, was niet zonder meer de bestaande pachtwet 1936 te volgen. Ook in dit geval bestaat ge gronde hoop, dat op korten termijn een be vredigende oplossing zal zijn gevonden, al dus het hoofdbestuur. do&i m*i m. VM 50. Weston beantwoordde zijn vraag niet direct, maar zei: Er is heel wat gebeurd sinds ik je de laatste keer zag. Toen ze ver voerd kon worden, hebben we haar naar Engeland getransporteerd en direct naar een van de Londensche ziekenhuizen gebracht. Daar heeft ze een heelen tijd gelegen en steeds ging het met haar toestand op en neer Heel, heel langzaam werd ze weer een beetje krachtiger en ze is nu zoo ver, dat ze wat kan loopen, maar het gaat nog erg moeilijk. Dat is in ieder geval goed nieuws, zei Ronceau. Ja maar het kan nog een heelen tijd duren voor ze weer de oude is als ze het ooit nog zoover zal brengen. In dien tusschen- tijd is haar stiefvader gestorven. Sir John woonde hier vlak in de buurt. Hij heeft een beroerte gehad: de dood van zijn zoon was een zwaren slag voor den ouden man. Hij is daar, geloof ik. nooit overheen gekomen. Eh bien! Er is hem heel wat bespaard gebleven. Een gestorven zoon is beter dan een onteerde, zei Pierre Ronceau, de optimist. Hiermee was Weston het eens. Het buiten staat nu te koop, zei hij. En Lady Carvis, Diana's moeder, is bij haar oudste dochter in Londen gaan inwonen. Ze wilden dat Diana daar ook zou komen, maar dat heeft ze positief geweigerd. Dat lijkt me heel verstandig, zei Ronceau. Weston glimlachte zwak. In dat kwar tier in ons huwelijk geen erge welkome aan gelegenheid, zei hij. Maar de andere zus ter, Marjorie, is altijd op onze hand geweest. Zij is het die alles heeft geregeld, met de assistentie van Mr. en Mrs. Kelso. die erg hulpvaardig zijn. Mr. Kelso is predikant hier. Diana en Marjore hebben er den laatsten tijd eelogeerd. Diana wilde in geen geval in de stad trouwen, zie je. Dan ben ik dus net op tijd om getuige te zijn bij het huwelijk? vroeg Ronceau, vol gespannen verwachting. Weston schudde zijn hoofd. Net gemist, 81. De grote wreker. t Het is heel begrijpelijk, wan neer de machinisten de doodsschrik op het lijf krtf- gen, als Wawhoo, groot en machtig, met omder allebei zijn armen een Jongen, te voorschijn komt. 2. Wie zjjn leven lief heeft, maakt zich zo gauw moge lijk uit de voeten. 82. Achtervolgd. 1. Wawhoo heeft zich van een stevige knuppel voorzien, en het ziet er naar uit, dat zijn uren geteld zijn. 2. De jongens vluchten met Wawhoo; ze moeten een schuilplaats zien te vinden voor hun trouwe vriend, die hen zoveel malen het leven heeft gered. 3. Bij het zien van de ballon houdt Nipper stil, hij krijgt een goed idéé! „Westerlee" bestaat 50 jaar. De tuinbouwveiling Westerlee te de Lier heeft haar 50-jarig bestaan herdacht. In het jaar 1891 begon de veiling Wester lee te de Lier te veilen en de aanvoer van tuinbouwproducten was toen nog zoo ge ring, dat deze eerste veilingen in de gelag kamer van een café konden worden ge houden. De omzet der jonge veilingvereeni- ging bedroeg over 1891 slechts f 10.500. 1930 was het topjaar voor de jubileeren- de veiling. In 1930 bedroeg de omzet rond f 2.859.000. Deze omzet van bijna drie milli- oen gulden werd door de veiling tot heden toe niet meer bereikt. De Westlandsche tuinbouw kreeg een crisis te doorworstelen en de omzet der veiling Westerlee daalde in 1935 zelfs tot rond f 1.530.000. In 1939 werd wederom tot uitbreiding van het veilinggebouw overgegaan en thans be schikt de 50-jarige over een gebouwencom plex van ruim 9000 vierk. meter. Dank zij den export naar Groot Duitsch- land steeg de omzet der jubileerende veiling van f 1.801.000.over 1939 in 1940 tot f 2.648.000.—. Conductrices op buslijn Utrecht Amsterdam. Thans heeft ook op het bustraject Utrecht MaarssenBceukelen de conductrice haar intrede gedaan, doordat de N.V. Gooische tramwegen te Hilversum genoemden dienst met bussen en personeel van de firma Os kamp te Maarssen heeft overgenomen. De busverbinding AmsterdamUtrecht, waar van het traject AmsterdamBreukelen reeds voor eenige maanden is overgenomen door de „Gooische", vormt nu één aaneengesloten traject. De reorganisatie van den dienst en vooral ook de aansluiting van de dienstregelingen tot één geheel, zal zeker het verkeer per autobus in de Vechtstreek bevorderen. De bewoners van de Vechtgemeenten hebben thans een behoorlijke verbinding, zoowel met Utrecht als met Amsterdam. Op de bekende blauwe bussen is de con- ouwe jongen! Het heeft dezen morgen plaats gehad. Ronceau keek hevig teleurgesteld. Wat jammer! Had ik dat maar geweten! Maar waar is de bruid? Ik zou haar graag willen gelukwenschen. Dat kan, zei Weston. Op het oogen blik rust ze boven, maar ik heb haar beloofd haar voor de thee beneden te brengen. Maar denk er aan, ze moet nog erg ontzien wor den. Oh, maar ik zal niet lang blijven, ver klaarde Ronceau Alles wat ik vraag is haar alleen maar even te mogen zien en haar en ook jou, mijn besten vriend mijn huwelijksgeschenk aan te bieden. Dat laatste zou ik maar laten, zei Weston lachend. In den korten tijd dat je hier bent, kun je daar onmogelijk voor zor gen. Oh, maar dan ken je me niet! prote steerde Roncéau. Dacht je dat ik hier geheel onvoorbereid was gekomen Zooiets is in ons vak een onvergeeflijke fout, mon ami. En, zijn hand op het kleine, bruinlede- ren koffertje leggend, dat hij naast zich op de sofa had neergezet, vervolgde hij: Je ge schenk zit hier in. Het is al de oorzaak ge weest van een klein misverstand. Je bedien de dacht dat ik de een of andere reiziger was. Ik had het benauwd genoeg, want onderwijl stond je hond te overwegen of hij me aan stukken zou scheuren of niet. En de Franschman lachte hartelijk. Wat heb je er in? vroeg Weston be langstellend. Dat zeg ik je niet, zoolang de bruid er niet bjj is, klonk het geheimzinnige ant woord. Ik wil het haar persoonlijk over handigen. Wil je haar nu niet beneden bren gen? Weston keerde zich om. Ik heb alles wat ik maar wenschen kan, zei hjj. En ik ge loof dat ook Diana volkomen gelukkig is. Maar met dat al is het erg geschikt van je. Er blijft altijd nog wel iets te wenschen over, lachte Ronceau. Ga haar nu maar halen vite vite! ductrice 'n nieuwe verschijning. Gekleed in de onberispelijke grijze uniform der G.T.M. met de flatteerende baret op, geven zij het publiek den indruk van moderne service. Onder een vrachtauto. De 8-jarige J. W. Maan, gewoond hebben de in den Berkendaal te Rotterdam, is bij een bouwwerk aan den Dordtschenstraatweg aldaar, door een vrachtauto overreden, waarvan de 39-jarige C. II. A. uit Pernis chauffeur was. De jongen kreeg een der achterwielen over zich heen en werd met ernstige inwendige kneuzingen naar het Zuiderziekenhuis overgebracht, waar hij la ter is overleden. A.N.W.B. spant zich er voor. Dezer dagen werden de vele tienduizenden kampeerders in ons land verontrust door berichten over een kampeerverbod, welke in enkele dagbladen zijn gepubliceerd. Inderdaad is de verordening 188 (uit gaansverbod tusschen 24 en 4 uur), welke reeds van 22 October 1940 dateert, in den laatsten tijd door sommige instanties aldus uitgelegd, dat het verblijf in een tent tus schen 24 en 4 uur verboden zou zijn, waar door het kampeeren bemoeilijkt zou wor den. De A.N.W.B. heeft onmiddellijk stappen ondernomen bij de betrokken autoriteiten en verzocht om een uitspraak dat het ver blijf in een tent gelijk gesteld wordt met verblijf binnenshuis, of althans een in de gegeven omstandigheden zoo gunstig moge lijke regeling voor de kampeerders. De zaak is op het oogenblik in studie bij de bezettingsautoriteiten en de A.N.W.B. is hoopvol gestemd, dat het kampeeren in den zomer zij het wellicht met eenige be perkingen mogelijk zal zijn. Weston ging de kamer uit en Bruno legde zijn kop op de knieën van den bezoeker en keek hem aan met een blik van verstand houding. Ja, ja, zei Ronceau. Wij weten het samen *wel. Je baas is een groot mensch! Het is maar jammer, dat zoo weinigen dat beseffen. Wacht maar, als hij mijn geschenk heeft ontvangen, zal iedereen het weten! De deur ging open en Holland kwam bin nen, lomp en onhandig, een theeblad voor zich uitdragend. „Ik heb op drie personen gerekend," zei hij, terwijl hij het blad neerzette. „Mr. Weston heeft U zeker wel verteld dat hij net ge trouwd is?" Ronceau deed of hij den wenk niet begreep. „Ja, hij heeft het me verteld," zei hij. „Ik acht hem gelukkig zoo'n trouwen vriend te hebben als jij, die als een Cerberus waakt over zijn bruidsdagen." „Ik weet niet dat U daarmee bedoelt," zei Holland, trachtende niet te laten merken dat die woorden hem plezier deden. „Maar lang zal ik wel niet blijven. Ik heb gezegd dat ik het werk voor hen zal doen, totdat ze iemand hebben gevonden, die geschikter is. Behalve ik is er een vrouw, die eiken dag komt hel pen. dat is toch niet genoeg!" „Ik weet zeker dat ze je nooit zullen willen missen." verklaarde Ronceau. „Ik zal ver dwijnen zoodra we thee gedronken hebben. Voor geen geld ter wereld wil ik op een dag als vandaag storen." „Oh, maar U stoort niet," zei Holland, heel wat vriendelijker gestemd. „Het is een rare trouwerp geweest, als U het mij vraagt. Maar ik denk dat ze er heelemaal geen drukte van hebben willen maken omdat Mevrouw weduwe is." „Natuurlijk!" zei Ronceau. „Zoo is het ook veel beter!" „En ze wil hier niets veranderd hebben," vervolgde Holland Laat alles precies zoo blij ven als het was. toen 'k hier voor het eerst kwam. dien avond toen ik de ruit had inge gooid," heeft ze gezegd." „Werkelijk!" zei Ronceau verbaasd. Inbraak in engros-zaak. Door verbreking van de sloten op de bui tendeur heeft men kans gezien binnen te dringen in het kantoor van een engros-zaak in machinenaalden aan de Keizersgracht te Amsterdam. Op de eerste verdieping heeft men uit een bureau een geldtrommel mee genomen, welke men beneden van zijn in houd heeft ontdaan door het slot te verbre ken. De buit bedroeg vijfhonderd gulden aan papier en specie. Bovendien heeft men een doosje met bijzondere postzegels ter waarde van ongeveer tien gulden ontvreemd VRIJDAG 14 MAART 1941. Nederlandsch programma. Hilversum I. 414,4 m. 6.45 Gramofoonmuziek. 6.507.00 Ochtendgymnastiek. 7.30 Gramofonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 7.55 Gramofoonmuziek. 8.00 Uitzending voorbereid door de Christ. Radio-Stichting: Schriftlezing en meditatie. 8.10 Gramofoonmuzek. 8.30 Nieuwsberichten ANP. 8.45 Gramofoonmuziek. 11.00 Voordracht. 11.20 Omroeporkest. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.10 Esmeralda. 12.42 Almanak. 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP. 1.00 Amusementsorkest en soliste. 1.45 Gramofoonmuziek. 1.55 Reportage. 2.15 Gevarieerd programma. 3.30 Voor de vrouw. 3.40 Vocale duetten met pianobegeleiding. 4.00 Uitzending voorbereid door het Vrijzin nig Protestantsche Kerkco, ité: Cyclus „Lezen in den Bijbel". 4.20 Concertgebouworkest (opn.). 5.00 Gramofoonmuziek. "5.10 Uit Berlijn: „Gruss aus der Heimat", programma voor de leden van de Duitsche Weermacht. 6.00 Esmaralda en solisten. 6.42 Almanak. „Ze was toen nog maar een meisje," peins de Holland overluid. „Een wildebras, waar geen huis mee te houden vas. Ze is nou een heeleboel vëranderd. Het kan wezen dat tegen spoed zijn nut heeft." „Daarvan ben ik absoluut overtuigd," zei Ronceau. „En ik weet zeker dat hier voortaan het geluk zal wonen." „Ik moet voor haar paard zorgen, ook al zal ze het misschien nooit meer berijden," zei Holland. „Het eenige, wat ze hier niet kon houden, was dat kleine mormel van een ter riër. Nu hebben ze hem bij den dominé ge bracht. Dat beest en onze Bruno konden samen niet overweg en dat was heusch niet Bruno's schuld. Laat hem met rust en hjj zal niemand kwaad doen net als ik." Ronceau lachte. „Een uitstekend principe! Maar ik mag Bruno wel; die hond heeft ten minste onderscheidingsvermogen." „Bruno heeft verstand," zei Holland terecht wijzend. „En dat is iets, wat je van de meeste menschen niet zeggen kan." Hij verdween, de deur hard achter zich dichttrekkend en, nog lachend, nam Ronceau een courant op. Enkele minuten later hoorde hij een heldere lach in de gang. Snel sprong hij overeind en maakte een stapel kussens op de sofa. Daar na ging hij vlug naar de deur toe en opende die. „Net op tijd!" zei Weston. Hij had zich in dien tusschentijd verkleed en met één oogopslag zag Ronceau dat hjj er keurig uitzag. Hij stond op den drempel met Diana in zijn armen. Ze lachte nog steeds, onderwijl zijn schou ders bewerkend met haar vuisten. „Zet me neer!" beval ze. „Zet me neer! Pas op! Ik bezorg je een blauw oog, als je het niet doet, hoor!" De vroolijke lach deed haar gezichtje heel jong schijnen, kinderlijk haast. Maar toen Weston eindelijk toegaf en haar neerzette, zag Ronceau in een oogwenk de verandering, die ze had ondergaan. Ze scheen te zijn ge krompen ze leek tenminste veel kleiner dan vroeger en ze stond heel wankel. Een 6.45 Lezing „Protestantisme op den twee sprong". 7.00 Economische vragen van den dag (ANP). 7.15 Pianospel en gramofoonmuziek. 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.15 Gramofoonmuziek. 8.30 Berichten (Engelsch). 8..45 Omroeporkest en solisten. 9.40 Uitzending voorbereid door het Vrijzin nig Protestantsche Kerkcomité: Avond- wijding. 9.45 Engelsche berichten (ANP). 10.00 Nieuwsberichten ANP. Nederlandsch programma. Hilversum U. 301,5 m. 6.45 Gramofoonmuziek. 6.507.00 Ochtendgymnastiek. 7.30 Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.30 Nieuwsberichten ANP. 8.45 Gramofoonmuziek. 10.30 Ensemble Jonny Kroon. 12.00 Berichten. 12.15 Orgelspel. 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP, 1.00 Amabile-sextet en soliste. 1.45 Gramofoonmuziek. 2.00 Gooisch Symphonie-orkest. 2.40 Cyclus „Schilders van het Hollandsche landschap". 3.00 Gooisch Symphonie-orkest. 3.30 Gramofoonmuziek. 4.00 S.S. Harmoni -orkest. 4.55 «Gramofoonmuziek. 5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten ANP. 5.30 Omroeporkest. 6.00 Uitzending voorbereid door de Ghrlst. adio-Stichting: Causerie „De arbeiders beweging in haar strijd tegen de tubercu lose". 6.15 Gramofoonmuziek. 6.20 Omroeporkest. 6.45 Lezing „Protestantisme op den twee sprong". 7.00 Economische vragen van den dag (ANP) 7.15 Hilversumsch vrouwenkoor en orgelsoli. 8.008.15 Nieuwsberichten ANP. groot litteeken, dwars over haar voorhoofd, werd door haar glanzend, koperrood haar ter nauwernood verborgen. Haar gezichtje was heel smal geworden, maar haar oogen, groot als immer, hadden een gloed, welke haar een zeer bijzondere sch vinheid verleende. Weston hield zijn arm nog steeds om haar heen geslagen ter ondersteuning. Diana stak Ronceau spontaan haar hand toe. „Wat een bijzondere verrassing U op onzen trouwdag te zien!" zei ze. „U bent juist de gast, dien we ons gewenscht zouden hebben." Hoffelijk kuste hij haar de hand. „Madame," zei hij, „ik reken het mij tot groote eer en vreugde U op dezen dag mijn innigste geluk wenschen te mogen aanbieden." „Dank U zeer!" zei ze. „Als ik nu eerst nog maar wat sterker ben, is ons geluk vol maakt." Steunend op haar man, schuifelde ze naar de so i toe en zonk met een lichte zucht neer op de kussens, die Ronceau daar voor haar had geschikt. ,;Oh wat zit ik heerlijk!" zei ze. „Wie heeft die kussens zoo prettig neergelegd?" vroeg ze. „Edmund, laat mij nu thee schenken." „Geen sprake van. Het eenige wat je doen mag is het drinken," zei hij. „Je staat onder mijn toezicht en ik zal je niets laten doen voor je er volgens mij toe in staat bent." „Wat overdreven is hij, vindt U niet?" zei Diana en ze zuchtte berustend. „Waarschijn lijk kent hij zijn eigen theepot het beste, dus zal ik hem maar zijn zin geven. U bent toch zeker niet heelemaal van Parijs naar hier toe gekomen om ons een bezoek te brengen, Mon sieur Ronceau?" „Nee, ik moest in Londen zijn," antwoord de hij. „Ik moet U mijn verontschuldigingen aanbieden, madame, dat ik zoo maar hierheen ben gekomen, zonder van te voren mijn be zoek aan te kondigen. Ik wist niet precies wanneer ik er de gelegenheid voor zou heb ben." O, maar U bent altijd welkom, zei Diana. „Ik hoop dat U een poosje kunt blijven." „Madame, hoe het rrie ook spijt, ik moet vanmiddag nog met den trein terug," ant woordde hij. „Dus, als we thee gedronken hebben, moet ik weer opstappen. Maar voor ik ga, wilde ik U een klein geschenkaan bieden." „Werkelijk!" zei Diana. Wat buitengewoon aardig van U. Maar U maakt me nieuwsgierig* Wat is het?" „Dat zal ik U straks vertellen," zei hij. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 5