Het groote offensief
Uit de natuur
Het voorjaar gaat tot den
aanval over
26 Engelsche
duikbooten vergaan
Onder bescherming ven de Duitsche havenpolitie kan de Nederlandsche kustvisscherij oo het oogenblik
weer worden uitgeoefend, waarvan een ruimer visch-aanvoer het gevolg ift. ten oer bewakingsschepe*
komt langszij (Foto Orb»)
De restauratie van het historisch raadhuis van Culemborg is in vollen gang. De oude gewelven
worden grondig herzien en zullen de ingang vormen tot de secretarie (Foto Pax-Holland)
De Opsporingrd'enst van den Nederlandschen Arbeidsdienst heeft op de Utrechtsche Jaarbeurs een
stand ingericht, waar de bezoekers aan de hand van verschillende monsters een indruk krijgen van de
resultaten van het werk dezer afdeelina (Foto Pax-Holland)
Voor de groote bloemententoonstelling, welke in
April in het Zuiderpark te Den Haag gehouden zal
worden, zijn de voorbereidingen begonnen. Het stroo
wordt van de jonge plantjes verwijderd
(Foto Schimmelpenningh)
Wielrennen met hindernissen In Limburg. Te Bunde bij
Maastricht werd onder groote belangstelling een .Cyelo-
Cross* gehouden. De deelnemers bij het passeeren van de
zgn. moordkuil in den vorm van een kiezelgroeve
(Foto Het Zuiden)
door J. K. 8.
Dool.
Nadat de eerste maand van het nieuwe jaar
ons vergastte op 'n felle vorstperiode, aan het
eind waarvan 'n dik pak sneeuw de wereld
warmpjes inbakerde, viel plotseling de dooi
in. De sneeuwruimploegen, die de straten
begaanbaar trachtten te maken, werden
door een welwillend zonnetje aan 'n heider-
blauwen hemel flink geholpen. Binnen enkele
uren veranderden de straten in bergen bruine
prut en bandjirs dooiwater, waartegen zelfs
vetleeren schoenen niet bestand bleken, zoo
dat 's avonds menige kachel geflankeerd zal
zjjn geweest door dampende schoenen en
druipende sokken.
De lente ging tot den aanval over! Vroolijk
zongen de spreeuwen dien eenen zonnigen dag,
de menschen deden aan community-sjilping en
leutig staken de groene sprieten van crocus
en sneeuwklokje tusschen de wegsmeltende
sneeuw omhoog. En terwijl de schemering
groeide tusschen huizen en struiken en
boschjes, waarin nog wat ijl gerinkel van
roodborstjes hing, en de sterren te flonke
ren begonnen, doofden in 't Westen de in
elkaar overvloeiende kleuren van oud-rose
en teer-groen, waartegen de hooge, stille
boomkruinen als geëtst stonden. En nog
lang bleef de hemel daar na-blozen, 'n Wach
tend luisteren ging door de lucht, 'n huive
ring, die verwonderde en verheugde.
.en vorst.
Maar de aanval werd afgeslagen. Baas
Winter wenschte nog geen krimp te geven.
Al spoedig konden de jongens het ijs in de
stadsgrachten weer op sterkte taxeeren, de
oorwarmers en wanten werden opnieuw te
voorschijn gehaald, de kolenboeren lachten
weer in hun vuistje, voor zoover zij het lachen,
dank zij dt kolenschaarsclfte, beperkte ver
voersmogelijkheden en bonnen-misère, nog
niet verleerd hadden.
Ook overigens herhaalde zich het beeld van
de vorige vorst-p^riode. De cultuurvolgers
onder de vogels zochten al direct weer meer
de nabijheid van den mensch. Kuifleeuweri
ken inspecteerden bjj tientallen midden in de
stad de paarden-omeletten heel vriendschap
pelijk met de musschen. Kok- en zilvermeeu
wen waagden zich zelfs tot in de kleinste
stadstuintjes. En wanneer aan de stads
grachten iets eetbaars voor hen werd neer
gegooid, verloren ze alle waakzaamheid uit
het oog en gingen voor fietsers, wandelaars
en auto's nog nauwelijks uit den weg. Zoo
vielen ze tevens van heel nabij ie bekijken en
te bewonderen. De slanke, roodpootige en
roodgesnebde kapmeeuwtjes, wier schimmel
koppen er ook bij 5 graden vorst aan herin
neren, dat de lente ondans alles in aan-
.tocht was, de forsche, zwartgevleugelde
mantelmeeuwen, de oude zilvermeeuwen,
prachtige, sterke knapen met felgele snavels
en de oude dieren, grauwgevlekt.
De musschen waren opvallend minder
schuw dan anders nu ze zooveel te meer van
de mensdhelijke bedeeling moesten leven.. Ze
zaten op de vaste voertijden al in de strui
ken te wachten. Spreeuwen kwamen bedrij
vig aangeschommeld om hun aandeel op te
eischen. Prachtige vinken, met groote,, witte
vlekken op de groenglanzende vleugels er
heel andere houding dan de plompe mus
schen, kwamen tot vlak bij de deur en lie
ten zich de broodkorstjes en gesnipperde
kaas best smaken. Ook het roodborstje liet
zich meer dan eens zien. De fonkelzwaite
merelman plunderde de laatste helderroode
bessen van de hulst, 't Was te merken, dat
't een zware tijd was!
Een geluk, dat veel vogels zich heel lang
kunnen redden; vooral de boom voeders. Zoo-
Inag het maar niet ijzelt kunnen meezen en
goudhaantjes in loof- en naaldhout uit
spleetjes en reetjes nog altijd genoeg eetbaars
te voorschijn tooveren aan insecten in aller
lei stadia, poppen, larven, eieren en derge
lijke.
En opnieuw dooi.
Het weer sloeg om in de eerste week van
Februari. In één enkel zonnig etmaal dooiden
de vriesbloemen, 'ie bijna twee weken op de
ruiten hadden gestaan, weg en smolt de
sneeuw. Overal klonken veelbelovende lekge-
luiden en menige goot, die al dat smeltwater
niet kon verwerken, liep over. 'n Kokmeeuwtje
met 'n bijna zwart kapje maakte van de ge
legenheid gebruik om in 'n groote plas op
het ijs in de gracht een uitvoerig bad te ne
men met veel vleugelgeklepper en geplas.
Anderen stonden zich al nuffig te toilettee-
ren op de nokvorsten der huizen, met de
roode snebben ordenend de reinwitte borst-
veeren of de zilvergrijze vleugels met de
zwarte, witgevlekte slagpennen. Ook de zil
vermeeuwen leverden nu 't bewijs van het
komende voorjaar, al was het lang zoo spre
kend niet als bij de kapmeeuwtjes. Maar ook
b(j hen waren de bruingrijze lengtestreepjes
in den achterhals en op den schedel van het
winterkleed aan 't verdwijnen.
De eerstvolgende dagen waren grijs en
grauw met een klagenden Zuidwester, die
menige half-genezen griep-patiënt opnieuw
naar aspirine en heeten groc deed grijpen.
Maar één dag ertusschen door met veel zon,
gouden zon uit 'n wolkenloozen, innig-blauwen
hemel!
V oor jaarsgeluiden.
Dèt was weertje voor het onvervaarde,
blijmoedige spreeuwenvolk. In alle toonaar
den zaten ze te zingen, die vroolijke, glan
zende protters, klepperend met wijd-uit-
staande vleugels. Op alle mogelijke en onmo
gelijke plaatsen zaten ze hun vreugdigen
zang te plegen, hun vuurpijltjes af te schie
ten. Pjuiet!
Het was een plezier om ernaar te luisteren.
De merel begon te zingen, nog wat kort
en ingehouden, wat aarzelend, maar hij zong
an toch. 'n Innig, teer orgelspel in den val
len avond.
lok aan den koolmeezenroep veranderde
iets. Eerst was 't een hoog tsie-tsiet! Op
tmnige Januari-dagen kon een roep in
eën vernomen worden, tie-da, tie-da. met
'n verschil van een bijna zuivere terts. En
au is 't geworden tie-tie-da!
lederen dag luister ik, of het dozijn zin-
dnde vogels al vol is. Nu de houtduiven
.oeren en de zanglijster op dreef komt, heb
:k aardig kans. Want veld- en kuifleeuwerik
tellen nu mee en ook de montere winter
koning natuurlijk. Tel ik dan de ekster nog,
die nu soms van die leuke binnensmondsche
geluidjes maakt en die ook overigens veel
dartelder doet en zoowaar al met nestmate
riaal sleept, dan scheelt het weinig of ik heb
het dozijn vol.
De planten blijven niet achter.
Maar ook het plantenleven begint zich te
roeren, al mag dat alles zich wat later mel
den door-het onhebbelijke weer. De sneeuw
klokjes raken tóch in bloei, de blanke drup
pels aan de fijne steeltjes. Ook enkele voor
barige crocusseen zijn bijna open en de haze
laarkatjes stuiven op zonnige dagen zoowaar
al op den toch nog fijnen wind. De elzen
hebben zich weer volgehangen met gracieus-
slanke katjes, terwijl de wilgen vol fijne,
fluweel-zilveren poesjes zitten
De lente is niet meer te stuiten, al probeert
baas Winter nog wel eens 'n offensief met
floddersneeuw en nachtvorsten. Maar laat
op 'n morgen de wereld wit en het ijs in de
plassen van de dikte van een spiegelruit zijn,
overal spruit immers het jonge gras langs de
slooten! En daartusschen zit ook, al pril-fijn
groen van duizendblad, brandnetel en kervel
present meldt.
Als stukje goud blinken de eerste zonne
tjes van het klein hoefblad tusschen het
intèns-groene gras en het is 'n verrassing als
ook het speenkruid al dappere, wijd-open
bloemen blikt te hebben. Hier en daar zijn
de bronsbruin-glimmende bladen van de
dotters al boven den grond en langs de water
kanten priemen de groene lisch-dolken omhoog.
Ook de iepen, die doodgewone stads-iepen,
ondergaan een verandering. Niet langer zijn
de takken somber-zwart en strak, maar veel
ruiger opeens en purperbruin overwaasd. En
in de bloeiende iepen sleepen 'n paar montere,
grijsgenekte kauwtjes al met nestmateriaal.
Wederopbouw van ieder jaar!
en vlugger
Versnelde film.
gaat 't, niet bij te
Vlugger
sloffen.
Nog even en de bloeidende gagel zet het
broekland weer in gloed, witte kwikstaartjes
gana weer staartwippend langs de polder
slootjes. de wilde eenden zitten vast op 't
volle nest, de boeren beginnen te ploegen en
krijschende kapmeeuwtjes volgen hen op den
voet, de eerste bijen gonzen in de bloeiende
wilgen.
lederen dag kan het eerste kievitsei bren
gen, de leeuwerikzang is niet van de lucht,
de eerste wulpenfluit klinkt week en afgerond
boven het duin, waar, tusschen het dorrend
helm, de schuchtere voorjaarsplantjes begin
nen de bloeien en in de avondschemering de
eerste vleermuis weer met onbeholpen vlucht
rondfladdert. Tapuiten keeren terug en inspec-
teeren de verlaten konijnenholen, kleine zan
gers komen terug en de koekoek, de zwaluwen
znij op retour en de nachtegaal en...
Maar dan is het ook al April en zoover zijn
we nog niet!
Ge kunt alvast beginnen met wat ik op
lepelde, en er is ïeer, oneindig veel meer
Let er ook eens op, ik kan het aanraden. Ik
ken geen plezieriger werk dan te letten op ai
die kleine dingen, dat eerste geluidje, dat eer
ste nieuwe tintje, die onafscheidelijk verbonden
zgn met het vorderen van de lente!
DUURTETOESLAG VASTE KERN LUCHT
BESCHERMINGSDIENST.
Volgens een circulaire van het departe
ment van binnenlandsche zaken is de voor
de Rijksambtenaren getroffen regeling, in
zake de toekenning van een tijdelijken' toe
lage van 6 pet ook van toepassing op het
personeel, behoorende tot de vaste kern van
den luchtbeschermingsdienst.
In verband hiermede kan aan de tot die
kern behoorende personen, indien zij ge
huwd zijn. een tijdelijke toelage worden
toegekend v«n zes ten honderd \an het hm
f0iQmV?0r 700-e!' dif ,0T Pon bedraS van
f 11)00 s jaars met overschrijdt
Hierbij moet er op worden gèlet dat het
totaal aan inkomsten uit overheidsfuncties
m aanmerking moet worden genomen zon
dat bij cumulatie voor rijks- en of gernéen-
tebetrekkingen, -waardoor de limiet van
f 1900 wordt overschreden, de toelage niet
mag worden toegekend.
Verder moet voor personen, die in den
overheidsdienst uitsluitend een nevenfunc
tie vervullen, de aan deze nevenfunctie ver
bonden wedde naar evenredigheid worden
omgerekend, teneinde te bepalen, of deze al
dan niet beneden f 1900 blijft.
Deze regeling wordt geacht in werking te
zijn getreden op 1 December 1940.
Aan de personen, die op dien datum in
dienst waren, kan dus van dat tijdstip af
een duurtetoeslag worden uitbetaald, terwijl
aan de personen, die op later tijdstif» in
functie zijn gekomen, de duurtetoeslag van
den datum van indiensttreding af kan wor
den uitgekeerd.
Thans wordt nog onderzócht of het per
soneel, dat behoort tot de vaste kern van
den luchtbeschermingsdienst, valt onder de
werking van de ziektewet, de kinderbijslag
wet en eventueele andere sociale wetten.
PLAN VOOR VOEDSELLEVERANTIES
AAN FRANKRIJK.
De Fransche ambassadeur, Haye, heeft gift
teren een onderhoud gehad met president
Roosevelt, aldus het D.N.B. Na afloop daar
van verklaarde hij, dat er maatregelen wor-
den genomen voor het zenden van levensmid-
delen naar het niet bezette Frankrijk
Waarschijnlijk zal het Roode Kruis daar
mede weldra beginnen.
Men heeft een plan, doch dit is nog niet
definitief. Frankrijk is bereid een volledige
controle toe te passen bij de aankomst der
levensmiddelen, het lossen en de distributie
TURKSCHE AMBASSADEUR NIET
BIJ MOLOTOV
In tegenstelling met de in het buiten
land verspreide geruchten, volgens welk*
e 1 urksche ambassadeur te Moskou, Hai-
hü ^tay een onderhoud zou hebben ge-
ad met den volkscommissaris van bui-
andsche zaken Molotov, verluidt in di
plomatieke kringen te Moskou, dat de
i urksche ambassadeur Zaterdag jl. niet
door Molotov, doch door den plaatsvervan-
genden volkscommissaris van buitenland-
sche zaken is ontvangen.
Met het verlies van de duikboot „Snap
per ter grootte van 670 ton, heeft de Engel
sche admiraliteit de vernietiging van
firitsche duikbooten tijdens het verloop van
dezen oorlog toegegeven. Hoewel in deze
opgaven een aantal verloren gegane düik-
uooten door mijnen enz. niet is vermeld
de Duitsche cijfers melden meer dan 30 tot
zinken gebrachte Enselsche booten dan
bevestigt deze verlieslijst van de Engelsche
admiraliteit, ofschoon niet volledig toch, dat
meer dan de helft van de bij het uitbreken
van den oorlog bestaande Engelsche duik
boot vloot ter grootte van 56 booten, verin**
tigd is.