De slag in de Middellandsche Zee N1PPER EN PELLE Bidt voor den vrede! DE AMERIKAANSCHE WAPENPRODUCTIE MATSOEOKA bij den PAUS Radioprogramma Ik heb gekozen, Arkadi Geen Duitsche solda en in Hongarije Drukte in Gibraltar Inoenu wenscht Koning Peter geluk Roemeensche ministerraad bijeen Stefani schrijft: „De Britsche propagan da heeft getracht den zeeslag, die Vrijdag in de Jonische Zee heeft plaats gevonden, voor te stellen als een groote overwinning der Britsche vloot. Zij vervalscht daardoor de feiten. Na kenpis te hebben genomen van het communiqué van het Italiaansche ministerie van marine, wijst men er in politieke kringen te Rome op, dat hier sprake is van een gevecht tusschen Ita liaansche -kruisers en het gros der Brit sche vloot met verscheidene slagschepen Bij dergelijke botsingen zijn lichte sche pen blootgesteld aan het groote kaliber der grootere schepen. De Engelschen hebben ditmaal den strijd aanvaard, omdat zij een overweldigende meerderheid hadden, het geen geheel in overeenstemming is met den Britschen regel, volgens welken men altijd op numerieke meerderheid rekent of anders het gevecht ontwijkt. Ondanks hun minderheid in aantal en wapening hebben de Italiaansche schepen den strijd aan vaard en de bemanning heeft gevochten met een vuur, waaraan de vijand ten on rechte geen hulde brengt. Gezien de snel heid der Italiaansche kruisers hadden zij het gevecht kunnen ontgaan, wanneer zij gewild hadden, doch er waren redenen van hoogere orde, welke verband hielden met de taak, waarvoor de Britsche vloot zee had gekozen. De Italiaansche admiraliteit heeft haar verliezen medegedeeld met de eerlijkheid, die de Italiaansche weermachtsberichten van den eersten dag af kenmerkten, ter wijl de Britsche admiraliteit nog geen mei ding van haar verliezen heeft gemaakt, trouw aan het stelsel, volgens hetwelk zij de verliezen verbergt voor haar volk, haar vrienden en de neutralen. Voorts stelt de Britsche admiraliteit den slag voor als een op zichzelf staand gevecht, terwijl hij werd gevoerd in het kader van de talrijke lucht en zeegevechten, die de laatste dagen in verschillende deelen der Middellandsche Zee hebben plaats gehad. Aan eenige dier gevechten hebben Duitsche vliegtuigen deelgenomen. Eenige vijandelijke schepen werden tot zinken gebracht, verscheidene getroffen en talrijke beschadigd. De Brit sche vloot heeft slagen ontvangen en van zekere dezer slagen bezitten de spilmo- gendheden ook fotografische documenten. Terwijl de Britsche admiraliteit zwijgt zullen de feiten taantoonen, wat in werke lijkheid de contróle over de Middelland sche Zee beteekent, die de Engelschen zeggen te bezitten. De tijd heldert veel op". Herderlijke brie! van Kroatlsohen bisschop. Naar de Hrvatski Glas meldt, heeft de bisschop van Split, dr. Bonefatsjitsj, in een herderlijk schrijven verklaard, dat er een toestand is ontstaan, die Zuidslavië en daarmede het banaat Kroatië in oorlog zou kunnen brengen, ofschoon geen Kroaat dat zou wenschen. De bisschop maant de ge- loovigen fcan te bidden, opdat de verschrik king van den oorlog worde afgewend en de wereld wederom vrede zal hebben. UITWISSELING VAN ITALIANEN EN GRIEKEN. Aan het Zuidslavische grensstation Gjev- gjelila zijn met een specialen trein nog 640 Italiaansche onderdanen uit Griekenland aangekomen. Tegelijkertijd arriveerden 444 Grieksche onderdanen in Rakok. Feuilleton Een roman uit het hooge Noo-den Door Agathe Pogner 17. Vol verrukking staarde ik naar het prach tige dier; wat waren, bij hem vergeleken, zijn meelijwekkende soortgenooten, die in een dierentuin achter stevige tralies van sneeuw en ,verre ijsbergen droomden? Ik kon mijn oogen niet van hem losmaken, gefascineerd hing mijn blik aan deze vorste lijke verschijning, maar ziet daar wentel de hij zich reeds door de sneeuw. Dik, donker bloed sijpelde over zijn mooie, witte vacht. Mijn metgezellen juichten. Zoo goed getrof fen! Midden in het hart! Ik echter wendde me zwijgend af. Ik gevoelde plotseling diep medelijden met het dier, veel meer nog dan met zijn in kooien smachtende broeders. De honden renden, zonder zich aan. hun zwaren last te storen, als dollen naar huis. Nu zij het warm? bloed h. dden geroken, kon den zij hun roofdierafstamming niet langer verloochenen. Onderweg schoot het me te binnen, dat ik nog met geen enkel woord van mijn waar deering tegenover mijn metgezellen had blijk gegeven. Ik trachtte dit verzuim zoo goed r.ogelijk te herstellen, maar Nikita lachte mij goedmoedig toe en zei: Het is alleen deeerste maal, dat u het zich zoo aantrekt. Later went u daar wel aan. Natuurlijk begrep hij mij niet. Het was de vallende beer geweest, die m(j in het hart had gegrepen, niet de doode. 30 September. Zondag ben ik den geheelen dag rond geloo- pen als iemand, die zich van een zwaren last wil bevrijden en niet weet, waar hy hem moet afwentelen. Tenslotte besefte ik, dat het 111. De reis wordt voortgezet. L „Laten we die paar shil lings, die hier liggen, by elkaar zoeken, dan gaam we er vandoor!" 2. „Als we de stroom maar eens konden overreden, ons naar open water te voeren, dan werden wij misschien eens door een of ander schip gpgepikt!" 112. In het moeras... 1. Langzaam gaan de jongens voorwaarts door een bijna ondoordringbaar moeras van veen- en meerplanten. 2. Nippfer getroost zich de grootst mogelijke inspan ning. 3. Dat had hij echter niet moeten doen. De stok breekt, en hy valt voorover in het kroos. President Roosevelt heeft op de perscon ferentie medegedeeld, dat hij van de zeven milliard die door het congres zijn toege staan, tot dusverre opdrachten tot een be drag van 1.080.000.000 dollar geplaatst heeft Deze orders hebben betrekking op mate riaal voor leger en marine, vliegtuigen en landbouwproducten. Dit alles is bestemd voor andere staten en zal, zooals Roosevelt zeide, naar meer dan één land gaan. Dat zal natuurlijk eenige-n tijd duren, want het ma teriaal moet eerst geproduceerd worden. De president antwoordde ontkennend op de vraag, of hij een nieuw bouwprogramma voor koopvaardijschepen had uitgewerkt. Ten aanzien van de maatregelen tegen de Duitsche en Italiaansche schepen verklaar de hij in het geheel niets te kunnen zeggen daar hij pas naar Washington was terug gekeerd en nog niet alle bijzonderheden kende. Hij zeide om dezelfde reden geen antwoord te kunnen geven op .de vraag of een onteigening der schepen in het voor nemen lag. Ten aanzien van de stakingen verklaarde Roosevelt er van overtuigd te zijn, dat deze vraagstukken op grond van de bestaande wetten en met het administratieve apparaat kunnen worden geregeld, indien zoowei werknemers als werkgevers een tegemoet komende houding aannemen. Op alle vra gen betreffende het convooiprobleem en over de wij-ze, waarop het materiaal van Amerika naar Engeland zou worden over gebracht, antwoordde Roosevelt ontwijkend met de opmerking dat dit oeroude kwesties waren. De vroegere Amerikaansche gezant te Boedapest, Montgomery, die gepensionneerd is en te New York is aangekomen, heeft, naar Associated Press meldt, in een pers- gesprek verklaard, dat Hongarije geen oor log wcnscht. De toestand is in Hongarije normaler dan .elders in Europa en er zijn geen teekenen voor een Duitsche bezetting. Montgomery verklaarde gedurende zijn ver blijf in Hongarije, geen Duitschen soldaat gezien te hebben en ook de Hopgaarsche be volking krijgt de Duitschers niet te zien, omdat de troepen op de doorreis naar Roe menië de treinen niet mogen verlaten. Met het transatlantische vliegtuig, waar mede ook de gezant is aangekomen, zijn ook vier waarnemers der Amerikaansche marine uit Engeland teruggekeerd. Gisterochtend heeft de Japansche minis ter van buitenlandsche zaken, Matsoeoka zich naar het Vaticaan begeven, waar hij om 9 uur per auto aankwam. De minister werd met de aan zijn rang verschuldigde eerbe wijzen ontvangen en, vergezeld door een schilderachtigen stoet, schreed hij door de zalen van het Pauselijk paleis. Uit naam van een groep jonge Japanners, die worden opgeleid in het college der propaganda fide en die in de Clementijnsche zaal stonden opgesteld, begroette een priester den minis ter namens de jongelieden van zijn land. die hun katholiek geloof te Rome vervol maken, om daarna naar het vaderland te rug te keeren e-n er hun missie te ontwik kelen. Matsoeoka antwoordde met het uit spreken van een dankbetuiging en het uit spreken van goede wenschen voor de studie van zijn jonge landgenooten. Mg]-. Arborio Mella di Santelia vergezelde Matsoeoka vervolgens naar de particuliere bibliotheek van den paus. waar deze den minister ontving. Na zijn onderhoud met den paus, dat een uur en vijf minuten duur de, bracht Matsoeoka een bezoek aan kardi naal staatssecretaris Maglione. Uit Gibraltar wordt gemeld, dat men een groote drukte van Engelsche oorlogs schepen in de haven heeft waargenomen. Twee groote transporten, waarvan twee schepen geladen met oorlogsmateriaal en twee met troepen zijn gisteren uitgevaren, geëscorteerd door twee kruisers, vier tor- pedobootjagers en twee duikbooten. Des middags arriveerden het vliegtuigmoeder schip Ark Royal, met op de brug gereed voor den start staande vliegtuigen, een pantserkruiser, twee kruisers, zes torpedo- bootjagers en twee hulpkruisers in de haven, waar zij het anker uitwierpen. Radio Ankara meldt, dat de president der Turksche republiek, Inoenu, Koning Peter van Joego-Slavië een telegram met gelukwenschen heeft gezonden ter gele genheid van zijn troonbestijging. Koning Peter heeft een hartelijk antwoord met dankbetuigingen gezonden. In een Dinsdag onder voorzitterschap van generaal Antonescu gehouden minister raad heeft de minister van onderwijs rap port uitgebracht over de sluiting van het studententehuis der technische hoogeschool in Boekarest op grond van varspreiding van onverantwoordelijke manifesten. Er werd besloten de schuldige studenten uit te sluiten en het tehuis eerst weer te openen, wanneer de rust volkomen hersteld is. Ver der werd besloten dat den scholieren, die wegens deelneming aan den Januari-opstand van de scholen werden uitgesloten, gedwon gen verblijf bij hun ouders zal worden op gelegd. Ingeval, van nieuwe politieke ver grijpen zullen zij in kampen worden ge alterneerd. VRIJDAG 4 APRIL 1941. Nederlandseh Programma, Hilversum I. 415,5 m. 6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00 Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 Schriftlezing en meditatie (Uitzending voorbereid door de Christ. Radio-Stichting). 8.10 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.30 Nieuwsberichten ANP. 8.45 Gramofoonmuziek. 10.00 Orgelspel. 10.20 Voordracht. 10.40 Celesta-ensemble. 11.00 Cello met pianobegeleiding. 12.00 Puszta-orkest en gramofoonmuziek. 12.42 Almanak. 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP. 1.00 Omroeporkest en de Hawaiian Serenaders. 2.15 Causerie over het werk van de kinder politie. 2.30 Esmeralda en solist. 3.00 Kerkorgelconcert. 3.30 Musiquette. 4.00 Lezen in den Bijbel (Uitzending voorbe reid door het Vrijz. Prot. Kerkcomitè). 4.20 Gramofoonmuziek. 4.30 Gramofoonmuziek (met toelichting). 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten ANP. 5.30 Aeolianorkest en solist, 6.15 „Jeugd open Uw oogen". 6.30 Almanak. 6.32 Omroeporkest. 7.00 Economische vragen van den dag ANP. 7.15 Gramofoonnrruziek. 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.15 Spiegel van den dag. 8.30 Berichten (Engelsch). 8.45 De Melodisten, dames koor „Aetherchar- me" en solist. 9.30 Gramofoonmuziek. 9.40 Avondwijding (Uitzending voorbereid door het Vrijzinnig' Prot. Kerkcomitè). 9.45 Engelsche berichten ANP. 10.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting. Nederlandseh Programma, Hilversum H. 301,5 m. 6.45 Gramofoonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 7.00 Gramofoonmuziek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 Gramofoonmuziek. 8.30 Nieuwsberichten ANP. 8.45 Gewijde muziek (gr.pl.). 9.15 Gramofoonmuziek. 10.20 Zang met pianobegeleiding. 11.00 Voordracht. 11.20 Omroeporkest. 12.00 Berichten. 12.15 Orgelspel. 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP. 1.00 Gramofoonmuziek. 1.30 Revida-sextet 2.00 Omroepsymphonieorkest en soliste. 3.00 Revida-sextet. 3.30 Huishoudelijke vraagbaak. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.30 Voor de jeugd. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten ANP. 5.30 Cococo-octet. 6.00 Onder de leeslamp (Uitzending voorbe reid door de Christ. Radio-Stichting). 6.15 Esmeralda en soliste. 6.45 Gramofoonmuziek. 7.00 Economische vragen van den dag ANP. 7.15 Amusementsorkest en soliste. 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.15 Spiegel van den dag of gramofoonmuziek. 8.45 Radiotooneel. 9.30 Gramofoonmuziek. 10.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting. slechts mijn verlangen was, dat aan mijn hart knaagde. Dit verlangen trok mij naar de Walvischbaai. Ik besloot dezen eenen keer nog met de motorboot te gaan, hoewel ik wist, dat het een moeilijke tocht zou worden. Het water langs de oevers van de baai was reeds vrij dicht met ijs bedekt en daarbuiten op de open -ee, dreven kleine en groote ijsbergen kriskras door elkaar. Maar juist het waag- halzige van de onderneming trok mij aan. Derhalve begaf ik mij Maandag in alle vroegte op weg. Aanvankelijk waren het jlechts het licht van maan en sterren, waarbij ik mijn weg moest trachten te vinden, maar later maakten de nachtelijke hemellichamen plaats voor een stralende zon. Het weer was ruw, marr helder. De lucht was van die verbazingwekkende doorzichtig heid, zooals slechts het hooge Noorden die kent. In verband met de drijvende ijsbergen moest ik den oever zooveel mogelijk vermijden en menigen grooten omweg maken. Om elf uur echter voer ik-, dwars door de krakende ijs- schotsen heen, in de beste stemming de Wal vischbaai binnen. Ik ging naar Stepanida. Ze was niet alleen. Katja was bij haar, de jonge kolonistenvrouw, die met haar man en hur driejarig zoontje Fedja op dezelfde boot als ik den overtocht naar ons eiland had gemaakt en die nu met een ander, eveneens een jeugdig echtpaar de nieuw gebouwde woning schuin tegenover die van Wenjamin bewoonden. Katja's geheele schoonheid bestond uit haar jeugd, haar gezondheid en haar vroo- lrjke oogen. Als destijds op de boot de werk lieden en de matrozen haar gezelschap zoch ten, wat dat allen om haar aantrekkelijker lach. Als de triller van een leeuwerik, als het jubelende getjilp van een vogel klonk deze lach, die allen onder zijn bekoring bracht. Haar man had deswegen al menig vermanend woord doen hooren. Zij luisterde er naar, boog schuldbewust het hoofd en barstte dan op nieuw in een schaterlach uit. Zij kon niet anders. Ik gaf beiden vrouwen de hand. Tegelijker tijd schoot Katja haar eerste lachsalvo af. Kijk nu toch zoo'n lachbek, schertste Stepanida. Wat moet die gelukkig zijn! Dat ben ik ook! praalde Katja. Of kom ik iets tekqrt? Ik heb een goeien, besten man, al kan die wel eens vervaarlijk uit zijn slof schieten, 'k heb een lieven jongen en ik ben zelf kerngezond. Als onze Lieve Heer het een beetje goed met ons meent, laat hij ons in de tien jaren, die wij hier willen blyven, zoqveel verdienen, dat we ons later in onze geboorteplaats een stukje land en wat vee kunnen koopen en een eigen huisje kunnen bouwen. Over tien jaar zal je hier wel niet meer vandaan willen, zei Stepanida. Dan heb je de stilte en de eenzaamheid leeren lief heb ben en zal je haa - niet. meer kunnen missen. Dat dacht j^ maar! Over tien jaar ben ik pas dertig! Dan zal ik alles nog eens be hoorlijk inhalen, wat ik hier op het eiland te kort ben gekomen. Stel u voor, vervolgd-; ze. zich plotse ling tot mij wendend, waarschijnlijk in de eronderstelling btj a n nieuweling een willi ger oor te zullen vinden, -«tel u voor, hier op het eiland is geen enkele man, die kan dansen' Is dat niet verschrikkelijk? Ik kan zonder dansen nu eenmaal niet leven. Als ik me eens flink uitgedanst heb. ben ik rustig en kan ik weer verstandig zijn. Voor we er op bedacht waren, zette ze een van die gracieuse Noorsche volksdansen in. En zingend en dansend verliet ze de kamer. Stepanida keek haar met een zucht na. Ik ben bang voor haar. Als iemand van de natuur zooveel opgewektheid meekrijgt, is dat voor mijn gevoel altijd een soort voor beschikking. En Katja doet zooveel domme dingen. Ze werkt weliswaar voor twee en kent geen vermoeidheid, maar Misschien vergis je je, -tepanida. Ik hoop het. Ik hoop het zelfs van harte. Maar mijn voorgevoelens bedriegen mjj ge woonlijk niet. Dat is ook brj mijn eersten man gebleken. Is hij al lang dood? Met he- voorjaar wordt het vijf Jaar. Een walrus trok hem in de diepte. 4 Stepanida wees op een kleine foto, welke tusschen de beide venster" hing. Zij liet een knappen jonge man zien met overmoedig lachende oogen. Wij hielden heel veel van elkaar en ik heb dan ook lang om hem getreurd. Later heeft het geluk r.og eens aan mijn deur ge klopt. Toen heb ik het binnen gelaten. Een mensch kan toch maar eenmaal gelukkig zijn Stepanida Reek m.j vragend aan. Het scheen, of ze eensklaps de reden van mijn komst op het eiland begreep. Een mensch kan zoo vaak gelukkig zijn als hij wil. antwoordde ze daarop met iets van moederlijke goedhartigheid, want het geluk ligt in ons zelf. Anderen wekken het alleen. Maar komt u nu mee naar mijn moe dertje. Ze wacht met ongeduld om eens ken nis met u te maken. Wii gingen naar grootmoeder's woning Reeds in het portaal trof me iets prettigs huiselijks en vertrouwds. Later begreep ik. dat het de tinten waren. Grootmoeder hield, evenals ik, van honte, warme kleuren. Stepanida duwde de deur, welke toegang gaf tot het vrij groote vertrek, open en spoedde zich direct daarop weer naar haar eigen woning terug. Ik evenwel stond in de deuropening en trachtte met mijn blik alles te omvatten. Allereerst ontwaarde ik een hoek met heiligenbeelden en kransen van geurige papieren bloemen, daarna twee lichte kleine vensters en voor een van deze vensters twee ijverige naaiende vrouwenfiguren. Pelka ontdekte mij het eerst. Met een kreet van blijdschap vloog ze me tegemoet. Daarop trok ze mij mee naar haar grootmoeder. Daar is ie, grootmoeder, daar is ie! De vrouw keek mij aan, als iemand, die de eenzaamheid kent en in de uren van alleen-zijn gewend is zich met zijn innerlijk leven bezig te houden. Daarop stak ze my haar hand toe en zei: Wees welkom! Ik moest me- van mijn pelsjas entdoen en werd in grootmoeder's gemakkelijken houten stoel geduwd. Die staat altijd voor je klaar. Vergeet dat niet. U bent zeer vriendelijk. U De vrouw dreigde me met haar vinger. Zeg dat niet nog eens. Anders zal ik ook „u" tegen je moeten zeggen. En ,,u" zeg ik alleen tegen menschen, die ik niet mag. Ik zal het niet vergeten, grootmoeder. De vrouw knikte me vriendelijk toe en ging naar het aangrenzende vertrek om den thee ketel op den driepoot te zetten. Pelka ruimde intusschen het begonnen naaiwerk op. Wat ben je daar aan het naaien. Pelka? Pelka lachte. Zie je dat niet? Dat zijn toch hemdjes en jakjes voor mamoesja's nieuwe kindje. Voor wie vroeg ik verrast. Wel, voor het kind van mamoesja, dat we tegen Kerstmis verwachten. Als het een jongen is, zullen we hem Nil noemen zoo heet de vader van Wenjamin maar als het een meisje is, wordt zy naar grootmoe, Irina, genoemd. Ik moet geen bijster intelligent gezicht hebben getrokken, want Pelka kwam me in myn verlegenheid te hulp. Grootmoe heeft me verteld, dat b(j mamoesja, toen zij eens naar den hemel op keek. een sterretje in haar hart gevallen en dat er daarom nu bij haar, zooals bij alle goede menschen. een klein kindje zal komen. Daarom zitten we nu alle dagen te naaien, omdat alles op tyd klaar moet zijn. Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 7