SK° Doe als hij TIMMEREN IS EEN KUNST Hedie ionyeni en meiijei! Oplossing raadsel vorige week mbig mm Nieuw Raadsel De Nachtegaal De onbeleefde bediende Donderdag zat ik ergens ver weg in de Provincie Utrecht en toen heb ik daar de bomen eens goed aangekeken. Nu, ik moet eerlijk bekennen, dat die bomen en struiken niet verder uitgelopen zijn, dan de bomen en struiken in Berden en in... Den Helder. Jullie weet natuurlijk net zo goed als ik, dat de mensen altijd en altijd mopperden op dat kouwe Nieuwediep, waar et groen minstens drie weken later kwam dan zuidelijker in het land. En nu zitten we zuidelijker en we zien de groei en ontwikkeling iedere dag, maar ik zit ook iedere dag in Den Helder en daar zie ik het dus ook. En werkelijk er is geen ver schil. Leve Nieuwediep dus! We mopperen er niet meer op, we schelden niet meer, we zijn alleen nog maar dankbaar, als we er na onze vluchtperiode weer terug mogen keren. En ik blijf optimistisch ten aanzien van ,die te rugkeer. Alle zwartgallige mensen kunnen me niet het geloof ontnemen, dat deze oorlog nog spoediger afgelopen zal zijn, dan die zwartkijkers menen. Maar kom, laat ik me op de briefjes wer pen, want als jullie eens wist hoe laat het al is en wat er nog op het vuur staat om onder de schrijfmachine door te gaan, dan zou je haastmedelijden met me krijgen, 't Is niet nodig, hoor! Als jullie dit praatje lezen, zit ik immers al fijn in Bergen en dan ben ik alle drukte en zorgen vergeten. Trouwens veel zorgen moeten we ons maar niet maken. Die komen altijd nog vroeg genoeg. De meeste mensen maken zich bezorgd over de dingen, die misschien zullen gebeuren en die nooit gebeuren. Jullie toch zeker niet. Nee, gelukkig niet, jullie leven en genieten van iedere dag. Op een villa in Bergen staat „Carpe Diem", dat beteekent „Pluk de dag" en dat beteekent weer, dat je iedere dag genieten moet van de dingen, die er altijd nog genieten zijn. Doe dat ook, het voorjaar, ook al is het koud zoals nu,-, geeft toch veel fijne dingen. Zie maar om je heen. En nu de prijs. Die is gewonnen door: Broer en Zus de Visser, Woudsend. Ansje Mosterdijk, Haarlem. Ik ben te vroeg om je vandaag te feliciteren, Ansje. Ik wacht dus nog één of twee weken. Maar ver geet dan niet me het volgende week nog even te vertellen, want m'n hoofd is soms een zeef, ik lees veel, ihaar 't zakt er weer net zo hard Uit, dus die verjaardag van jou ben ik vol gende week ook vast kwijt. Jammer, dat je bloemen zo treurig staan. Hebben ze soms te weinig zon? Daar kan niemand tegen, hoor. Je moet ze veel licht geven en veel zon. Ook weer niet teveel, want teveel van het goede is ook niet goed. Ja, 't is soms een puzzle in het leven. En hier staat dan nog dat aardige versje, dat je me zond en dat je overgeschreven hebt uit een schoolboekje. 'T DROPJE 't Dropje moet op de aarde vallen. Moet de lieve bloemen allen, Moet ook 't visje laven, drenken. Moet de bron haar krachten schenken, Moet het rad in 't ronde jagen. En de grote, grote zee, Maakte het Dropje die niet mee? Jopie Maasland. Op jou mag ik niet mopperen, Jopie, al schrijf je me niet zo trouw, maar als ik dan je mooie rapport zie en ik hoor, dat je pianoleraar tevreden is over je vorderingen en ik weet, dat je nog huis werk meekrijgt, dan begrijp ik zo heel goed, dat e: van schrijven weinig komt. Blijf jij je best maar doen, hoor, en als er eens tijd over is, nu, dan schrijf je mij weer zo'n gezellige grote brief. Nu zou ik nog bijna vergeten je van harte te feliciteren. Jan v. Dierendonck. Deze week had ik geen ruimte voor je raadsel, Jan en geen tijd om eens rustig te controleren, of het goed was. Misschien volgende week. Dan is het ook nog vroeg genoeg met het oog op de feestdagen. Mientje de Heer, Br. op Langendijk. Wat jammer van die neuzen van jullie, Mientje, dat die taart eraan voorbijging, want wat zou je gesnuffeld hebben naar die lekkere geur. Maar je weet nooit hoe jullie nog eens zoo iets lekkers kan verschalken. Je versje was groot, ik zal het bewaren tot er eens wat meer ruimte is. Agnes de Heer. Ja, dat is een ander leven dat je ziet, als je uit jullie venster kijkt, Ag nes, dan in Den Helder. Daar draaien de mo lens en spitten de landarbeiders en zie je veel grachten en vaarten en in Den Helder zie je bijna niet anders dan huizen en huizen en weer huizen als je uit je raam kijkt. Ik geloof heus, dat jij je hart een beetje aan Br. op Langen dijk verpand hebt. Of vergis ik me? Dank voor je raadsels, hoor. Broer en Zus de Visser, Woudsend. Dat was een feest voor jullie, tweetal, dat je moe der een paar weken naar jullie toegekomen is, voor de... schoonmaak. Leve de schoonmaak zou je bijna zeggen, want daardoor hebben jullie je moeder een paar weken bij je. Na tuurlijk is het ervelend, dat je vader nu al leen in Den Helder is, vooral nu het weer wat onrustig was de laatste tijd. Maar enfin, hij komt straks met verlof naar Friesland en dan is het Klaver-vier, weer volledig. Nog gefe liciteerd met jullie verjaardag, hoor. Elly de Zwart, Haarlem. Maar Elly, wat keek je zwart in je brief. Had ik je vergeten Ik geloof het eigenlijk niet, want al blijft een briefje wel eens een week liggen, ze gaan toch niet de prullemand in, voordat ze beantwoord zijn, tenzij ze natuurlijk geschreven worden in een week, dat het „Verboden" is Vandaag zal je nog wel in een goede stemming zijn over ie verjaardag van gisteren, waarmee ik je nog heel hartelijk feliciteer. Fennechien Molema, Julianadorp. Je kon die gewonnen taart moeilijk bewaren tot de verjaardag van je vader op I Juni, Fenne chien, want ik denk, dat er dan wel weinig aan geweest was en nu heb je je lippen na tuurlijk wel tienmaal afgelikt. Dat spreekt vanzelf, dat jullie teruggaan naar Den Hel der, als de oorlog voorbij is. Dat doen we alle maal. Nelie Roodenburg, Callantsoog. Ja, in derdaad, dat is een leuk versje, Nelie. Ik zal het hieronder opnemen. REIZEND BESLAG. Ka is beslag aan 't maken Voor dikke pannekoek. En 't hoofdje van klein zusje Komt gluren om de hoek. „Ka, mag ik bij je kijken?" Vraagt vleiend kleine Door, En Kaatje antwoordt goedig, „Wel zeker, kom maar hoor!" Zus kijkt nu heel aandachtig Naar al wat Kaatje doet, Dan vraagt ze na een poosje: „Ka is 't beslag al goed?" „Neen zus, 't moet eerst nog rijzen, kijk in die grote pan En na het rijzen bak ik, Er pannekoeken van!" Zus wandelt uit de keuken Nieuwsgierig vraagt ze „Möe! Als dat beslag gaat reizen, Waar gaat het dan naar toe?" Wim Nieuwenhuizen. Hier is je briefje weer Wim, jij, die zoveel van vacantie houdt, dat je nu al droomt over de vier weken, die je na Juli krijgt. Dat zal fijn zijn. Nu, ik houd ook van vacantie, hoor, maar vier weken zou me te lang zijn. Als je gezond bent moet je maar werken, daar voel je je het beste bij. Bep Roos. Bep, vergeten ben ik je niet, hoe zou ik het kunnen, en boos ben ik ook helemaal niet op je en ik geloof niet, dat ik het ooit op je zou kunnen worden ook, als ik je leuke brieven lees. Hoe dus je briefje onbeantwoord gebleven is, is me een raadsel. Ja, dat waren heel nare uren, de vorige week. We zouden de oorlog soms bijna vergeten en toen zaten we er weer zo midden in. Moeder heeft gelijk, hoor: Bid maar voor den vrede en laten alle kinderen het maar doen. De vrede is het mooiste op deze wereld en ik geloof, ik geloof, dat het niet zo lang meer duren zal. Dag, Bep, wat heb je nu een grote brief gekregen, hè Jaap Plaatsman. Wil jij zo graag een moeilijk raadsel, Jaap De andere kinderen zijn het vast niet met je eens, want die heb ben allemaal graag van die raadsels, waar van je de oplossingen zo „uit je mouw schudt" Susanna de Boer. Jammer, dat je vader niet op z'n verjaardag thuis was, Suus en ook jammer, dat die taartjes tegenwoordig zo duur zijn en dat je er bonnen voor nodig hebt, die je niet missen kan. Jacob Bovenkerk, Als ik honger heb, kom ik bij jou op de snijbonen of grauwe erw ten, Jacob, uit je eigen tuintje. Dat vind je toch zeker wel goed? Johanna Beekma. Je briefje is naar die meneer gegaan, die de raadsels nakijkt, Joh. Hij zal het wel ter harte genomen hebben en als hij een fout gemaal-t heeft, nu, dan zit er wat voor hem op, dat beloof ik je. Corrie v. Bale. Dat is gevaarlijk, Corrie, om direct na zo'n bomaanval te gaan kijken. Je weet immers nooit of er nog onontplofte granaten zijn, uoals die Donderdagavond. Het is nog een wonder, dat al die opruimers er zo goed zijn afgekomen, toen dat ding ont plofte en ook die nieuwsgierige mensen, waaronder jij. Binnenblijven voortaan, hoor, 't is niets anders dan narigheid, die je ziet. Ab Plaatsman. Op f. Juni wordt er geen taart verloot, Ab, dat wordt pas 6 Juni. Je kan dus nooit een taart winnen op je ver jaardag. Wat een strop, vind je niet? Jacoba Prins. Als er weer een vriende lij' e lezeres is, Jacoba, die me Verkade-plaat- jes stuurt, dan ben jij aan de beurt. De vorige plaatjes zijn al uitgedeeld. Ik heb er niet één meer. Corrie Bekebrede. Ik kan het begrijpen, dat je bang was, toen die vliegtuigen boven de stad ronkten en hun duivelse inhoud naar beneden gooiden. En ik kan me ook indenken da* je zo vurig naar de vrede verlangt. Ach, we doen het allen. Ik hoop van harte, dat het rustig blijft in Den Helder. Het beste, hoor. Viooltje, Callantsoog. Je gaat nu de goede tijd tegemoet, Viooltje. Nu wordt het fijn op Callantsoog en vooral het feit, dat je zo dicht bij de duinen en bij het strand zit is de moeite van de tocht heen en terug naar Den Helder wel waard. Wat zal het in de vacantie een genot zijn. Profiteer er maar van. Magda Reinderman. Ja, in Nijmegen ben ik wel eens een paar maal geweest, maar eigenlijk alleen er maar doorgereden en dus ken ik het niet. Ik heb natuurlijk gezien, dat de ligging möoi is, dat. je er prachtige villa's hebt en dat je een wonder mooi uitzicht hebt op de Rijn en de Waal en de dorpjes van de omgeving, maar als jij er gelogeerd hebt, zal je het wel beter kennen. Hannj v. Linge. Daar zal je wel mal op zijn, Hanny, op,die kleine Riekje van 1% jaar. Een fijne, 'evende speelpop, maar pas op, een pop mag je verwennen, maar zo'n nichtje niet, hoor. wai t dat heeft ze om de drommel in de gaten. Loek en Leon v. d. Wal, Den Haag. Wat jammer, dat jullie vader nu weer niet met z'n verjaardag thuis was, jongens. Dat is de tweede verjaardag in Holland, die hij niet thuis doorbrengt, hé? Wees blij, dat hii nog in leven is en dat je hopen mag. dat hij een volgende feestdag weer in eigen kring door mag brengen. Beterschap met Leon. hoor. Dat is naar, dat hij zo ziek was. Schrijf me vol gende week maar eens gauw hoe het gaat. Ja, dat is jammer, dat hij nu niet aangenomen kon worden en dat het een jaar moest worden uitgesteld. Jongens n meisjes, ik stop. Er liggen nog heel wat briefjes. We spreken dus af, dat jullie me volgende week niet schrijven en dat ik dan weer de rest van de briefjes beantwoord. Tot volgende week, hopen we. L A R E N E K O U v-;, R W E R D Goede oplossingen ontvangen vant Jan v. D. Jopie M. Ansje M. Jan v. B. Cor rie G. Tini v. B. Kinderen M. Broer en Zus de V. Martien v. V. Andries W. Agnes en Mientje de H. Maarten en Co v. V. Jan de G. Fennechien M. Jo K. Nelie R. Cor v. B. Wim N. Piet en Freek B. Frits C. Jo B. Neeltje C. Bep R. IJf B. Jaap P. Susanne de B. Jacob B. Fresia. Klaasje Z. Kinderen B. Annie K. Corrie v. B. Ab P. Jacoba P. Sientje de J. Frits S. Corrie B. Viooltje. Magda R. Henkie en Jantje S. Hanny v. H. Jo de G. Jan v. d. K. Nico en Dickie B. Martha K. Annie V. Jacoba S. Jan B. Harry R. Coen en Ermi C. Corrie K. Gonda G. Gerrit oe B. Siena G. Henny v. G. Willie V. Jan K. Annie v. B. M. V. Mientje F. Gilles K. Dillie G. Laura H. Ati P. Maarten K. Joop en Willem v. D. Ma- rietje J. Lucie W. Meta v. A. Martha B. Mien tje H. Thea L. Trientje D. Betsy F. Joop G. Klaas G. Jan A. Hendrik H. Jopie en Henkie P. Trijntje K. Dieuwi S. Tini v. d. W. Kees de B. Tini v. d. P. Mientje B, Rika W. Nellie C. Dieuw D. en Marietje T. VERBORGEN JONGENSNAMEN. 1. Die jongen ziet er net uit, of hij niet lachen kan. 2. Wist ik maar iets, waarmee ik het weer goed kon maken. 3. Je moet bij dal werk goed opletten, want onwillekeurig maak je vergissingen. 4. Ja, niemand kan nu eenmaal van de wind leven. 5. Alle onderdelen van deze machine zijn van staal vervaardigd. Diep in 't groene lever Daar kwinkeleert zo zacht Het kleine nachtegaaltje In schone notenpracht. In 't stille van de avond Zong ze zo fris en blij. 't Was ver al in de lente: Een avond in de Mei. Heemstede, 7 Mei 1941 K, Wouters. Door J. v. S. Jozef was huisknecht bjj een rijk heer; hij moest alle boodschapen voor mijnheer doen, sigaren halen en de post wegbrengen en meer van zulke dingen. Op zekere dag zei mijnheer: „Jozef, je moest eens even dit mandje perziken naar mijnheer Van IJselstein brengen; ik heb ook nog een brief voor hem, geef die ook meteen en wacht dan op antwoord." „Goed mijnheer," zeide Jozef. „Ik zal er voor zorgen", Jozef ging op weg. Hij mocht den heer Van IJselstein niet erg graag, hij had nog nooit een fooitje van hem gehad en besloot daarom een soort wraak te nemen. Bij de woning van den heer gekomen belde hij aan en vroeg meneer te spreken. De meid kwam spoedig terug met de boodschap „of hij maar even bij meneer wou komen?" Jozef klopte aan en toen hij binnen hoorde roepen, stapte hij de kamer in en zei: „Hier is een '..andje perziken van mijn patroon en op deze brief moet il antwaord hebben!" Mijnheer Van IJselstein stond boos op en zei: „Lelijke lompe vlegel, ik zal jou eens ma nieren leren om bij iemand, zooals ik, binnen te komen. Ga daar in mijn stoel zitten en doe alsof jij hier de baas bent." Mijnheer ging met het mandje en de brief bij de deur staan en sprak: „Goedenmiddag mijnheer Van IJselstein, hoe maakt u het," terwijl hij hem een hand gaf. „Hier heb ik een mandje perziken voor u en of u zo goed wilt zyn mij op deze brief antwoord te willen mee geven." Jozef zei: „Goed, zet het mandje daar maar neer en hier heb je wat voor je moeite",*en hij deed alsof hij wat uit zijn zak haalde. „O, zit het hem daar in," sprak de heer Van IJselstein. „Je bent wel een beetje brutaal, maar toch gevat hoor. Hier," en hij gaf Jozef een kwartje. Ik begin Mijn vriend Jaap heeft met zijn ver jaardag een harmonica gekregen. Ik kan je wel vertellen,, dat zijn vader, toen hij Jaap's verlanglijstje te zien kreeg en daar een harmonica op zag staan, eerst beden kelijk zijn hoofd heeft geschud! Want zijn vader dacht: „Als er- een harmonica in huis komt, is 't met onze rust gedaan. Dan hoor je op alle uren van de dag de meest onmogelijke geluiden en je zult zien, dan gaat 't mis met Jaap z'n schoolwerk." Maar... op zijn verjaardag stond er voor Jaap dan tóch een harmonica. En va der wachtte in spanning af. Nu trof 't, dat er in Jaap's klas een jon gen zat, die een hele baas was op de har monica en die jongen had er schik in, Jaap op streek te brengen, 't Vlotte werke lijk goed. Alleen 't notenlezen, dat bezorg de Jaap heel wat hoofdbrekens, want., als de muziekleraar in de klas kwam, zette Jaap z'n.... slechtste beentje voor. Dat notenleren had hij altijd overbodig gevon den. Maar nu! De muziekleraar kreeg ein delijk ook Jaap's beste beentje eens te zien! Na ruim veertien dagen kon Jaap al een paar eenvoudige wijsjes spelen. Eenstem mig en met maar een heel enkel bastoon- tje. Nog een week later kwam hij thuis en vroeg of ze die avond naar hem wilden luisteren. Iedereen was erg nieuwsgierig, want ze hadden Jaap nog nooit horen oefe nen en van de „lessen" hadden ze niet al te hoge verwachtingen, eerlijk gezegd. Maar z'n vader ging er toch op z'n gemak voor zitten en z'n moeder ook, a! vertrouw de die 't zaakje nog lang niet! En z'n zus jes grinnikten en dachten er 't hare van! Nog geen maand „les" en danha, ha! Jaap zei niets. Hij ging zonder vee] druk te op een bankje zitten, hing zich de har monica om en begon hem uit te trekken om de nodige lucht in 't instrument te pompen. Dan begon hij te spelen. Jolig huppelden de tonen door de kamer, even jolig huppel den Jaap's vingers over de ronde knoppen. Die vingers huppelden wel niet zo gemak kelijk als de tonen, ze hopsten soms wel eens wat zwaar, maar de wijsjes bleven licht en springerig en niet één toon danste uit de maat! Jaap's vader had er echt plezier in en vergat er zelfs z'n sigaar door en dat wil heel wat zeggen! En ook z'n moeder zat aandachtig te luisteren en haar naaiwerk raakte ze niet aan. En z'n zusjes zaten met grote ogen en daarin zag je duidelijk be wondering. Toen Jaap uitgespeeld was, volgde er een gezellig feestje, zó tevreden waren zijn ouders over z'n spel. En vooral ook, omdat Jaap z'n huiswerk niet had verwaarloosd door de harmonica. En z'n moeder zei: „Zeg Jaap, zullen we eens in de week een harmonica-avond houden? Jij zorgt voor muziek en ik voor wat lekkers. Wat denken jullie er van?" Ze dachten allemaal 't zelf de: „Fijn!" Na een paar weken kwam ook Jaap's „leraar" op de harmonica-avond. Toen speelden ze samen en was 't werkelijk méér dan jolig, 't was een heel klein beet je mooi. Nog weer een paar weken later werden er gasten genodigd en kwamen er nog twee klasgenoten van Jaap. Die speel den allebei viool. Dat werd de mooiste avond en de allermooiste volgde kort daar op. Jaap en z'n „leraar" en de twee violisten hadden weer erg hun best gedaan. De gas ten zeiden, dat ze werkelijk genoten had den van 't spel. Toen kwam Jaap naar vo ren! en zei: „Wij wilden u vragen of u over veertien dagen in ons gymnastieklokaal zoudt willen komen. Wij geven dan een concert. Toegangsbewijzen kunt u krijgen vanaf één dubbeltje, maar dat is 't minste. We hebben er liever twee. Want de op brengst van ons concert willen we gebrui ken om een arme jongen aan een harmoni ca te helpen. Komt u allemaal en brengt u zoveel mogelijk kennissen mee? Toen waren Jaap's vader en moeder eerst recht trots op hun jongen en vooral.... op zijn goede hart! Dacht je van niet soms? Probeer dan eens een kist GOED dicht te timmeren of een paar latten aan elkaar te maken! Zul je wat beleven! Je eerste ervaring zal zijn, dat je de spijker niet diep genoeg in het hout krijgt. Je slaat h'm krom en wel ja, dan wordt dat uitstekende spijkereind doodleuk plat tegen het hout geslagen! En bij het aan elkaar spijkeren van een paar niet al te brede latten, erger je je natuur lijk aan de spijkerpunten, die uit het hout steken. Natuurlijk krijgt dan de spijker de schuld, die niet stevig genoeg is of te lang of als je het hout aan splinters hebt gesla gen, is het vanzelfsprekend de slechte kwa liteit van het hout! Maar de wérkelijke oor zaak van de timmermislukking ben je zélf of liever, je slechte timmerkunst! Ik stel me al voor hoe de meesten van jullie een spijker in 't hout drijven. Kaarsrecht wordt hij op 't hout gezet en dan maar slaan! Mis! Zó krijg je geen spijker in 't hout! SCHUIN moet een spijker ingesla gen worden. Bij 1 op het voorbeeld kun je zien hoe het NIET moet en hoe het WEL moet! Op deze wijze kun je de stevigste kist dichtspijkeren, zelfs voor jaren. Al leen kun je dan niet tevreden zijn als de spijker tot de kop in het hout verdwijnt, maar dan moet hij tot en mét z'n kop in 't hout gehamerd worden. (Fig.3) De kuil tjes. die op deze spijkerwijze in het hout ontstaan, worden later opgevuld met steen- lijm. Op deze wijze gesloten kisten moeten dan later opengebroken worden. Dus. moet een kist binnen afzienbare tijd weer „ont- spijkerd" worden, dan laten wij de spijker koppen in zicht. We doen zelfs méér. Om t ons wat gemakkelijker te maken bij het openen waarbij wij dan van een nijptang gebruik maken, leggen wij bij het inslaan van de spijkers kleine rondjes karton on der de spijker, zoals op het voorbeeld bij fig. 4 is aangegeven. De rondjes vergroten de oppervlakte van de spijkerkop belang rijk. waardoor ze zich gemakkelijker door de nijptang laten pakken. Nu nog de kwestie van de zogenaamde te lange spijkers. Zulke spijkers behande len we als op fig. 2 is aangegeven. Ze wor den twee keer omgebogen in het hout ge dreven. De eerste ombuiging zal je geen •noeilijkheden opleveren, maar met de tweede, dat kleine weerhaakje. zul je in 't begin wel even tobben. Maar daarvoor is timmeren dan ook een kunst d;e je niet zo maar aanwaait maar waar je je een beetje moeite voor geven moet. En goed kunnen timmeren is heus wel de moeite waard. Als je 't kunt, zijn er allerlei aar dige dingen te maken, dingen van groter formaat dan de gewone knutselwerkjes. Je kunt eens een kastje maken, een boeken plank, een tafeltje en van 't een kom je in 't ander. Zo'n klein meubeltje kun je met snijwerk versieren, er moet gebeitst en ge verfd worden. O jee, je zult eens zien, v „artoe je komt als je eenmaal de timmer- smaak te pakken hebt! Je gaat handleidin gen kopen of lenen, je gaat misschien naar een cursus. Op die cursus maak je nieuwe vrienden, hemeltje, als ik zo doorga, wil len jullie beslist allemaal timmerman wor- dpn en van timmerman meubelmaker en van meubelmaker huisarchitect en., laat ik ophouden! En me bij m'n spijkertjes houden! Want ik was nog niet eens klaar met m'n spijker-les! Bij de tweede ombui ging van de zogenaamde te lange spijkers ben ik blijven steken, louter van timmer- enthousiasme! Nou. daar gaat dan die laat ste spijker! De dubbel gebogen spijker wordt met een paar slaagjes netjes in 't hout geslagen. Zo moet er nu getimmerd worden. Zó is het goed!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 11