„De ijzeren bruid''
ontvangt Spoorwegpersoneel bekwaamt
BONKEN die deze week gelden
Gevaren van
Grap in 't hol
van den leeuw
ongekeurd vleesch
Een mislukt gokje
Zaterdag 10 Mei 1941
Derde b'ad
voorbeeld van
prijzenswaardige samenwerking.
Dc prijs van taptemelk
Agrarische radioprogramma
uitgebreid
zich voor zijn verantwoordelijke taak
OM OIT TE KNIPPEN.
Broodbonnen 19: geldig van 11 Mei
tot en met 17' Mei (niet gebruikte
tot en met 21 Mei). Elke bon (reeft
recht op het koopen van 100 gram
brood of één rantsoen gebak.
Broodbonnen 18: ReldiR tot en met
24 Mei (niet Rebruikte tot en met
28 Mei). Elke bon Reeft recht op
het koopen van 100 Rram brood of
één rantsoen Rebak (extra-rant
soen).
Bloembonnen 7: ReldiR van 21 April
tot en met 18 Mei. Elke bon Reeft
recht op het koopen van naar keu
ze, 35 Rram tarwemeel, tarwebloem,
roRRemeel, roRRebloem, of zelfrij
zend bakmeel of 50 Rram brood of
een half rantsoen Rebak.
Een rantsoen „gebak" is voor koek
(ontbijtkoek) minimum 160 gram;
voor speculaas 140 gr.; voor andere
koekjes 200 gr.; voor biscuits en
wafels 90 gr.; voor beschuit 75 gr.;
voor cake 300 gr.; voor taart 600 gr.;
voor gebakjes 600 gr.; voor gevuld
groot korstgebak (boterletter e. d.)
500 gr.; voor gevuld klein korstge
bak (amandelbroodjes e.d.) 400 gr.
Aardappelenbon 01: geldig van 12
Mei tot en met 18 Mei (niet ge
bruikte tot en met 21 Mei), recht
gevende op het koopen van IV2
Kg. aardappelen.
Boterbon 15: geldig van 8 Mei tot
en met 25 Mei (niet gebruikte tot
en met 28 Mei), rechtgevende op
het koopen van 25Q gram 'boter.
Vetbon 15: geldig van 8 Mei tot en
piet 25 Mei (niet gebruikte tot en
met. 28 Mei), rechtgevende op het
koopen van 250 gram boter of
margarine.
Bon 21 (boter- en vetkaart): geldig
van 3 Mei tot en met 25 Mei, recht
gevende op het koopen van een
extra rantsoen rijst. Tijstemeel,
rijstebloem, rijstgries of gruttemeel
van 250 gram.
Melkbon 16: geldig van 12 Mei tot
en met 18 Mei, rechtgevende op het
koopen van 1% liter melk.
Bonnen 14 Vleesch (vleeschkaart):
geldig van 7 Mei tot en met 14 Mei
(niet gebruikte tot en met 17 Mei)
Elke bon geeft recht op het koo
pen van 50 gram vleqsch of een
half rantsoen vleeschwaren.
Bon 14 Worst, vleeschwaren
(vleeschkaart). geldig van 7 Mei
tot en met 14 Mei (niet gebruikte
tot en met 17 Mei), rechtgevende
op het koopen van een half rant
soen vleeschwaren.
Het rantsoen vleeschwaren, dat
per 2 bonnen van de vleeschkaart
kan worden gekocht, bedraagt 75
gram voor gerookt of gekookt var
kens-, rund-, kalfs-, paarden- en
schapenvleesch en voor gerookte
worstsoorten. 100 gram voor ge
kookte worstsoorten, rolpens en
knakworst, 125 gram voor lever
artikelen, tongenworst of nier
brood. 150 gram voor bloedworst,
of 100 gram kip, eend, gans of
kalkoen in blik of in glas, alsmede
door bevriezing verduurzaamde
kip, eend, gans of kalkoen, 'been
inbegrepen.
Bon 23: geldig van 21 April tot en
met 18 Mei, rechtgevende op 't koo
pen van naar keuze 250 gram rijst,
rijstemeel, rijstebloem, rijstgries of
gruttemeel.
Bon 24: geldig van 21 April tot en
met 15 Juni, rechtgevende op het
koopen van naar keuze, 250 gram
havermout, havervlokken, haver-
bloem, aardappelmeelvlokken, gort,
gortmout of grutten.
Bon 25. geldig van 21 April tot en
met 15 Juni, rechtgevende op het
koopen van naar keuze 250 gram
gort, gortmout of grutten.
Bon 26: geldig van 21 April tot en
met 15 Juni, rechtgevende op het
koopen van 100 grain vermicelli,
spaghetti of macaroni.
Bon 27: geldig van 21 April tot en
met 15 Juni, rechtgevende op het
koopen van naar keuze 100 gram
maizena, griesmeel, sago of aardap
pelmeel of een hoeveelheid pudding
poeder of puddingsauspoeder, ten
hoogste bevattende 100 gram zet
meel.
Bon 28: geldig van 21 April tot en
met 11 Mei, rechtgevende op het
koopen van 500 gram bruine boo-
ne.n of capucijners of, indien voor
radig, groene erwten.
Bon 29: rechtgevende op het koopen,
van naar keuze 150 gram toilet
zeep (nieuwe samenstelling), 120
gram huishoudzeep. 200 gram
zachte zeep (oude samenstelling),
150 gram zachte zeep (nieuwe sa
menstelling) 300 gram zachte zeep-
pasta. 250 gram zeeppoeder of 600
gram waschpoeder, geldig van 28
April tot en met 31 Mei.
Voor zoover voorradig mag nog
geleverd worden 125 gram zeepvlok
ken, 250 gram zelfwerkende wasch-
middelen of 200 gr. vloeibare zeep.
•De wasscherijen moeten voor elke
20 kg. droog waschgoed één bon
29 in ontvangst nemen.
Bon 30: geldig van 5 Mei t. en met
25 Mei. rechtgevende op 't koopen
van 40 gram thee of 250 gram kof-
fiesurrogaat.
Bon 31: rechtgevende op het koo
pen van 1 Kg. suiker, geldig van
12 Mei tot en met 8 Juni.
Bonnen 65 en 75: geldig van 5 Mei
tot en met 18 Mei (niet gebruikte
tot en met 1 Juni). Elke bon geeft
recht op het koopen van 100 gram
kaas.
Bon 86: geldig van 12 Mei tot en
met 18 Mei (niet gebruikte tot en
met 21 Mei), rechtgevende op het
koopen van één ei.
Bon 7 (hondenbroodkaart): geldig
tot en met 31 Mei. rechtgevende
voor de groepen 2. 3. 4. 5 en 6
op het koopen van resp. 10 kg.. 10
kg.. 8 kg., 5 kg. 4 kg. en 3 kg hon
denbrood.
Bon 7 (kattenbroodkaart): geldig
tot en met 31 Mei. rechtgevende op
het koopen van IV2 kg. katten
brood.
Textielbon „K" (alleen voor manne
lijke personen, geboren vóór 2 Fe-
buari 1926): geldig van 1 Mei tot
en met 31 Aug.. rechtgevende op
het koopen van 50 gram scheerzeep
of één pot of één tube scheercrcme.
Petroleumzegel „periode 10": geldig
van 21 April tot en met 15 Juni,
rechtgevende op het knopen .van 2
liter petroleum.
Brandstoffenbonnen. gemerkt
„brandstoffen" en „01 k.i." (alleen
voor kookdoeléinden)geldig van
1 Mei tot en met 31 Mei. Elke bon
geeft recht op het koopen van één
eenheid brandstoffen.
Brandstoffenbon „qenerator-anthra-
clet", vierde periode": geldig tot en
met 31 Mei. rechtgevende op het
koopen van 1 H.L. anthraciet-noot-
ies V.
Brandstofbon „generator-turf, vier
de periode": geldig tot en met 31
Mei. rechtgevende op het koopen
van 50 stuks baggerturf.
1 eenheid is 1 hl. (max. 75 kg.)
anthraciet, steenkolen, industrie-
of eierbriketten, of 2.5 hl. kolenslik,
of 2 hl. (max. 100 kg.) cokes (ook
gascokes) of 110 kg. bruinkoolbriket
ten, of 450 stuks (200 kg.) bagger-
of 300 stuks (195 kg.) persturf, of
175 kg. fabrieksturf of 200 kg. ove
rige soorten turf.
Iedere spoorjongen heeft de
maarschalksstaf in zijn ransel
De wandeling erheen is al onge
woon dwars over het wijde em
placement van het station Utrecht
Een electrische trein gonst snel
langs ons heen! Uitkijken voor die
losse „loc"! Pas op, daar komt een
goederen trein aan..!
Uitkijkend naar treinen en strom
pelend over rails en dwarsliggers
komen wij ter plaatse. In een hoek
je staat een ouderwetsch rijtuig,
een hooge stap op de treeplank en
wij staan in een leslokaal. Leeraar
van der Roest en elf van zijn disci
pelen kijken wat verbaasd en wij
verklaren snel het doel van onze
komst: Wij willen graag de oplei
ding van ons spoorwegpersoneel in
de praktijk bezien. Mag dat!
„Hier heeft U een stoel. Maak het
U gemakkelijk!"
Rustig is het hier. Een stille studeer-cel
óp wielen. Langs ons daveren treinen, bui
ten sist de stoom, toetert de rangeerder.
Binnen heerscht de ernst van het werk.
Elf leerlingen met gezichten, waarop de ar
beid zijn stempel al heeft gedrukt, dringen
door in de geheimenissen van het wonder
lijke fabriekje dat „locomotief" heet.
Deze elf mannen hebben hun machinis-
'ten-diploma al. Toch stelt het bedrijf hen
in staat om hun bekwaamheid nog hoo-
ger op te voeren en daar maken zij een
gretig gebruik van. Want de ware meester
kan niet genoeg weten van zijn „ijz'ren
ibruiid".
Als die dame eens midden op de baan zou
blijven stoppen, moet haar heer en meester
de oorzaak van deze dienstweigering ont
dekken en kunnen wegnemen, zoodat zij in
ieder geval het volgende station kan ha
len. En dat beteekent, dat de machinist al
die honderden leidingen, kleppen, buisjes,
bouten en radertjes in hun fijnste finesses
dient te kennen.
Er wordt lang en ernstig gesproken over
de breukbelasting van koper. Als er één
steunbout Wreekt, hoeveel krijgen dan de
vier omliggende bouten extra te dragen en
wat is die belasting per vierkante mi'lime-
ter.
Hoe zet je een nieuwe steunbout op een
plaats, waar je van buiten af niet bij kan
komen...7 En welke voordeelen biedt een
steunbout met een glad middengedeelte bo
yen een met een volle draad..?
Zij gaan hier waarlij
niet over één nacht ijs.
spoorwegen niet zijn, als zij ook niet voor
„rollende" klassen hadden gezorgd. Met
zoo'n mobiele leerinrichting hebben we
reeds kennis gemaakt. Het materiaal, dat
langs de wanden vande wagen was opge
steld. is afkomstig van de organisaties, die
hun cursussen geleidelijk hebben geliqui
deerd en hun leermiddelen evenals hun
leeraren „overdeden" aan het nu vanwege
de directie ingestelde en geleide opleidings
instituut, dat steeds verder uitgebreid en
geperfectioneerd is.
Rond duizend personeelleden profi-
teeren van de geboden leergelegen-
heid. Er zijn cursussen voor com-
mies bij den stationsdienst, waar
aan een schriftelijke leergang voor
de moderne talen is verbonden.
Bureaubedienden, assistenten, con
ducteurs. hulptreinbea-mbten. ma
chinisten en stationsambtenaren
zij allen kunnen hun practis-che
Nergens durnder dan 7 of 9 cen.t
In het wettelijk consumptiemelkgebied
zijn, zooals wij reeds mededeelden, de prij
zen voor taptemelk vastgesteld op 7 cent
per liter bij lossen verkoop en op 9 cent
per liter bij verkoop in flesschen.
Ter voorkoming van misverstand vestigt
de gemachtigde voor de prijzen er de aan
dacht op, dat het van zelf spreekt, dat men
buiten het wettelijk consumptiemelkgebied
in geen geval boven deze prijzen uit mag
gaan.
(Dus ook niet in dit gedeelte van Noord
holland. Red.)
kennis opdoen bij deskundigen, die
zich niet het hoofd breken met
allerlei theoretische wissewasjes,
maar veelal zelf uit de practijk ge
komen, nauwkeurig weten, aan
welke eischen het onderwijs heeft
te voldoen.
Vaak heeft de leeraar der machinisten
zelf jarenlang op de jumbo gestaan. Hij
kent het klappen van de zweep en hij kent
zijnl eerlingen evenzeer. Vandaar, dat er
zoo'n gemoedelijke en toch zakelijke toon
op de lessen heerscht.
De directie en de personeelraad doen al
les wat binnen het bereik ligt om de op
leiding te bevorderen.
Hoewel de promotie aan beperkingen ls
gebonden, moet iedere spoorjongen toch t
gevoel hebben, dat de maarschalksstaf in
zijn ransel rust. dat hij vooruit kan komen
in een hoogere klasse van verantwoordelijk
heid, mits hij de tanden maar op elkaar zet
en de cursussen energiek en vlijtig volgt.
Het kan nooit goed zijn voor een bedrijf,
als de „kroonprinsen" te oud worden en
geen kans zien om „koning" te worden. Per"
soneelsi- en bedrijfsbelang dekken elkaar
op dit gebied.
Herscholing.
Den laatsten tijd gaat die doorstrooming
in een sneller tempo. Een vijfhonderd leer
ling-machinisten worden voor het examen
opgeleid. De vervanging van de stoomtrac-
tie maakt herscholing van locomotiefbeamb
ten tot wagenbestuurders noodzakelijk. Dat
de „kennis van den weg" dit vitale on
derdeel van de veiligheid! allerminst
practiseh noch theoretisch wordt verwaar
loosd, beheoft nauwelijks te worden be
toogd.
En zoo bloeit het cursuswezen in alle
geledingen. Er is animo bij de menschen
en de centrale -zoowel als de afzonderlijke
cursuscommissies voeden deze animo door
zooveel mogelijk aan de behoefte aan cur
sussen tege.moet te komen, de leerplannen
doelmatig vast te stellen en de meest ge
schikte leerkrachten voor dit onderwijs aan
volwassen uit te kiezen.
Als wij de leswagen verlaten, is het on
derwerp „steunbouten" nog geenszins uit
geput
En inmiddels snorren af en aan de trei
nen langs dit rustige plekje.
De reizigers zien misschien den wagen
staan. Maar zii kunnen niet vermoeden, dat
daarbinnen opgewekt wordt gewerkt aan
de volmaking van den spoorman. aan wien
zij met een gerust hart hun kostbare leven
overgeven!
deze optreedt. Maar er zijn nog veel meer
gevaarlijke parasitaire infecties, zooals de
trichinose. Bij 40% van de runderen komt
tuberculose voor, varkens zijn van 10 tot
15 procent tuberculeus. Dat beteekent na
tuurlijk niet, dat al dat vleesch voor de
consumptie ongeschikt is, maar het wordt
voor een belangrijk deel gesteriliseerd én is
dan volkomen onschadelijk. Ongekeurd
vleesch wordt natuurlijk niet gesteriliseerd.
1
Vlekziekte.
Vervolgens noemde de heer Veenstra de
vlekziekte, optredende bij varkens, waar
mede de mensch gemakkelijk wordt geïn
fecteerd. Zelfs een schrammetje veroorzaakt
door een bot van een varken, dat aan vlek
ziekte leed, kan deze vreeselijke infectie,
die doodelijk kan verloopen, bij een mensch
doen optreden. Even gevaarlijk is het
vleesch van dieren, die aan miltvuur le
den. Miltvuurvleesch dat wij aantreffen,
wordt onherroepelijk vernietigd. Ook dat
miltvuur kan men met het bloote oog niet
constateeren en bij consumptie kan evenals
in de vorige gevallen de dood het gevolg
zijn.
Lintworm.
Tenslotte noemde de heer Veenstra de
Lintworm, die men door het gebruik van
ongekeurd vleesch naar binnen kan krij
gen. Hoewel niet gevaarlijk, zeer lastig.
Vooral doordat de ongewenschte gast geen
bonnen meebrengt en sterk hongergevoel
verwekt. Zoo zien we dus, dat het gebrui
ken van gesmokkeld en dus ongekeurd
vleesch niet slechts een onsociale daad is,
maar ook een groot gevaar voor de gezond
heid oplevert van het huisgezin.
Op hazardspel betrapt.
Op vermoeden, dat in een benedenhuis aan
de Ruysdaelkade te Amsterdam gelegenheid
werd gegeven tot het deelnemen aan verbo
den kansspel, heeft de politie een inval ter
plaatse gedaan.
Onder leiding van een inspecteur van po
litie drongen eenige agenten,, na een schut
ting te zijn overgeklommen, aan de achter
zijde de woning binnen, waar zij in een afge
sloten kamer zeven personen aantroffen, die
zich inderdaad met hazardspel bezighiel
den.
Een bedrag van ongeveer f 10 lag op tafel.
Tegen alle aanwezigen werd proces-ver-
baal opgemaakt. De bewoner, een werkloo-
ze. werd bovendien meegenomen naar het
bureau Stadhuoderskade, waar hem een ver
hoor werd afgenomen.
Met „principieel® landbouwpoli
tiek".
Naar de persdienst van het Nederlandsch
Agrarisch front verneemt, zal het Agrarische
radioprogramma worden uitgebreid met een
wekelijksch kwartiertje „principieele poli
tiek". waarin op eenvoudige wijze gesproken
zal worden over genomen of noodig geachte
maatregelen ter verbetering van de positie
van den boerenstand. Naar de eerste van
deze uitzendingen zal met a.s. Zaterdag des
avonds van kwart voor acht tot acht uur
kunnen luisteren over den zender Hilversum
1'. Het ligt in de bedoeling, de gelegenheid
open te stellen, vragen van principieelen
aard en moeilijkheden, welke men onder
vindt, aan den verzorger van deze uitzen
dingen voor te leggen, zoodat deze. hetzij
voor den microfoon, hetzij op andere wijze
beantwoord kunnen worden.
Caféhouder herkende „zijn" fiets.
„Dat is mijn fiets, die is in October
gestolen, geeft u me dat rijwiel maar
mee", zoo sprak een caféhouder van
den Zeedijk, toen hij als belangstel
lend bezoeker de tentoonstelling van
gestolen fietsen in het nieuwe hoofd
bureau van politie aan de Marnix-
straat te Amsterdam rondwandelde.
Hij glunderde van genoegen en de recher
che glunderde mee, omdat op dezen schoo-
nen Januari-dag den eersten dag van de ten
toonstelling van ontvreemde fietsen, den
man wat geluk beschoren leek.
„Komt u maar oyer een paar dagen terug,
dan zullen wij de zaak onderzoeken", zei een
der -rechercheurs. De caféhouder ging heen
en de rechercheur onderzocht. Het leek alle
maal erg goed te kloppen, want inderdaad
had de caféhouder in October aangifte ge
daan van het verdwijnen van zijn fiets en in
October ook was deze fiets gevonden. Het
zou dus wel gegaan zijn. zooals de caféhou
der wenschte, ware niet een dag later een
portier van een dagblad de tentoonstellings
zaal binnengestapt. Die portier keek ook eens
rond en ook zijn oog bleef rusten op de fiets,
die van den caféhouder zou behooren. ..Hé,
zei de portier, „dat is de fiets van mijnheer
X."
Mijnheer X. was geen caféhouder
op den Zeedijk. Hij was niet gepa
renteerd aan „kleine Marietie",
wier naam het café groot gemaakt
had, hij was slechts een eerzaam di
recteur van het dagblad, dat aan
den portier een levensbestaan ver
schafte. Mijnheer X. had een fiets
gehuurd en in October was deze
fiets gestolen. Dat was niet pret
tig voor den verhuurder en toen de
verhuurder iets hoorde van de ont
hullingen van den portier, spoedde
hij zich naar de tentoonstelling. waar
hij ontroerd zijn eigendom herkende.
De rechercheurs waren overtuigd van de
eerlijkheid van den rijwielhandelaar en van
den portier en zij onderzochten nog eens de
verklaring van den caféhouder.
Maar dat onderzoek bracht aan het licht,
dat het signalement, dat .de caféhouder in
October van de fiets gegeven had. heelemaal
niet overeenkwam met dat van de door hem
herkende fiets. Hij had de recherche dus
kennelijk bij de neus willen nemen. Dat
bleek ook wel uit het feit. dat hii op 20
October aangifte'had gedaan, terwijl de re
cherche het rijwiel sinds 3 October in haar
bezit had. Alle handigheid van den café
houder had niet gebaat. Hij was tegen de
lamp geloopen.
En zoo moest de caféhouder, die intus-
schen ambteloos burger is geworden, ver
schijnen voor de vierde kamer der Amster-
damsche rechtbank. De officier van justitie
vroeg een gevangenisstraf van 10 maanden.
De leeraar wiens leerlingen allen „mees
ters" zijn, laat lange becijferingen uitvoe
ren en het is een lust om te zien, hoe vlot
die berekeningen tot stand komen.
Wie zoo'n les meemaakt krijgt
een gevoel van., veiligheid! Hier
zitten nu mannen, die duizenden ki
lometers langs de lijnen hebben af
gelegd. Zij hebben hun wettelijke
bevoegdheid al in hun zak, hoeven
niet voor een examen te vossen en
willen toch hun uitgebreide theore
tische- en practische kennis nog ver
'grooten. Getuigt dit niet van ernst
en vakliefde? En is de veiligheid
van de millioenen reizigers niet bij
deze hooge opvatting van hun taak
gebaat? Als de Nederlandsche
Spoorwegen zoo goed voor den dag
komen, dan is dit niet alleen een
kwestie van deugdelijk materiaal
en uitgebreide veiligheidsmaatrege
len maar vooral ook van gezindheid
En die gezindheid laat niets te
wenschen over.
Dat is de voornaamste indruk, dien wij
van deze les in de wagen meenemen. De
geschiedenis van de opleiding onzer
spoormenschen levért ook een duidelijk
getuigenis in dién richting. Want het is
het personeel zelf geweest, die het eerst
de behoefte aan die deugdelijke opleiding
voelde. De Directie stelde examens in en
nam in dienst of achtte geen man ge
schikt voor bevordering, wanneer hij niet
kon aantoonen, dat hij over de noodige ca
paciteiten beschikte Het personeel zelf
zorgde dat het die bekwaamheid verwierf
en het waren de vakorganisaties, die de
opleiding mogelijk maakten. Op verschil
lende plaatsen in den lande werden cursus
sen georganiseerd. Deskundigen gaven les
op velerlei gebied en men had de beschik
king over een ruime hoeveelheid leermid-
deIpn' Niet allen om het dubbeltje
meer.
Die bemoeiing met. de opleiding klopte
volkomen met de doelstelling der organi
saties, wier taak het is om de belangen ha-
rer leden te behartigen en die met alleen
opvatte als „Als een dubbeltjes meer en
een kwartiertje minder".
Waar er echter ook een groot bedrijfsbe
lang met de opleiding gemoeid is. lag het
in de lijn, dat de directie der N. S. meer
en meer een werkzaam aandeel in aai
werk kreeg door de benoodigde middelen
beschikbaar te stellen en gelegenheid^ te
geven het personeel van tijd tot tijd aan
den uitvoerenden dienst te onttrekken. Tien
jaar geleden kwam deze samenwerking al
tot uiting in een uitvoerig rapport, dat nog
steeds dient als „grondwet van de oplei
ding en dat door een commissie bestaan
de uit drie vertegenwoordigers der directie
en drie van den personeelraad. werd sa
mengesteld.
Vaste leslokalen.
Overal in het land zijn raste leslokalen
Ingericht Maar de spoorwegen zouden de
Lintworm - vlekziekte - tuber
culose miltvuur naar ver
kiezing
HERINNERING AAN DE GROOTE
VLEESCHVERGIFTIGING TE HA
RENKARSPEL.
Op vrij uitgebreide schaal wordt
nog steeds clandestien geslacht en
gesmokkeld vleesch aan den man
gebracht. Nog steeds dringt het tot
velen niet doocr, dat het koopen van
dit gesmokkeld vleesch een sociaal
euvel is. waardoor men zijn mede-
mensch tekort doet, maar het pu
bliek vergeet ook, dat men zich door
het koopen van vleesch uit den
smokkelhandel bloot stelt aan groo-
te gevaren, dat men de kans loopt
erg ziek te worden. daar dit
vleesch niet gekeurd is.
Wij hebben hierover- gesproken met den
directeur van het Amsterdam&che abattoir
den heer R. H. Veenstra. Het groote gevaar
van 't consumeeren van ongekeurd vleesch.
zoo zei-de de heer Veenstra, ligt in 't feit,
dat men noch kan zien. noch kan ruiken
of proeven, dat men schadelijk vleesch eet.
Basteriën zijn nu eenmaal met het bloote
oog niet waar te nemen en slechts bij een
nauwkeurig wetenschapj>elijk onderzoek kan
men zeggen of vleesch al dan niet geschikt
is voor de consumptie. Dus hoe lekker het
duur betaalde stukje smokkelwaar ook
smaakt, men heeft zich met op onsociale
wijze in den buidel te tasten niet beschermd
tegen de kans zich en zijn gezin ernstig
ziek te doen worden.
Herinnering aan Harenkarspel.
Een ernstige infectie is de vleeschvergif-
tiging, het geheele geslachte beest is geïn
fecteerd en soms ontstaat door het gebruik
van dit vleesch een epidemie in een bepaal
de streek. De grootste op dit gebied, waar
aan de heer Veenstra herinnerde, was die
in 1937 te Harenkarspel, waar tijdens de
kermis een niet gekeurd veulen was ge
slacht en door de consumptie werd het hal
ve dorp ziek. Doordat overal in den lande
de keuringsdiensten hun taak vervulden, is
het optreden van een epidemie zeldzaam,
maar door het gebruik van gesmokkeld
vleesch bestaat inderdaad het gevaar dat