m
m
De Kraaien- en
Spreeuwen-indianen
J3
H
DIERENSPEL
ï3*Ate ionq&vi en meii^eA.
Oplossing raadsel vorige week
Nieuw Raadsel
LENTE
Dit is een fijne, korte week geweest, een
week, die eigenlijk met Donderdag begon en
die nu gisteren weer met Vrijdag begon. Ja,
't is wel een beetje rare berekening, maar het
is toch zo. Eigenlijk waren er twee weken in
één week, tenminste als je de Zondag be
schouwt als het begin van een nieuwe week.
Wat een puzzle, vinden jullie niet?
Ik vond het fijn, zo'n onderbreking van de
werkweek. Nu we iedere dag zo verm oeten
reizen van en naar huis, nu ben je zó weinig
thuis, dat je een extra Zondag dubbel en
dwars waardeert. En we genieten nu van ons
evacuatiedorp. 's Jonge wat is het mooi, nu
alles uitgelopen is. Als het weer het toelaat
gaan we iedere avond een wandeling of fiets
tocht maken en telkens langs andere wegen.
Wat is de wereld mooi. Ja, dat kunnen we
toch nog wel zien en daarmee kunnen we nog
wel big zijn, ook al is er toch altijd de
schaduw van de oorlog over ons leven.
Het boek is van de week gewonnen door:
NICO en DICK BREEKER.
De briefjes, die voor me liggen zijn kers
vers. Ik' zal eens zien, hoever ik er doorheen
kom.
Corrie Barhorst, Eierland (T.). Kom,
dat is leuk, Corrie, dat ik jou er als vrien
dinnetje bij heb gekregen. Texel heeft altijd
nog een grote plaats in m'n hart. Daar heb
ben we met kinderen van de Helderse Cou-
rant-abonné's gekampeerd, op het land van
„Oome Piet", de grote kindervriend. Daar
hebben we leuke kindermiddagen gehad, daar
heb ik zelf veel prettige herinneringen lig
gen aan fijne fietstochten en een kostelijke
kampeerweek. Als je er voor zorgt, dat je
raadseloplossing en briefje Woensdagavond
in Den Helder is, dan is de zaak in orde, hoor
Annie v. Houten, Winkel. Als je een
boek of taart wint, Annie, dan worden die
je franco thuisbezorgd. Hoe vind je dat?
Hannie Elout. Terwijl ik dit briefje aan
je schrijf, moet het nog Hemelvaartsdag wor
den, Hannie. Ik denk dat ik evenzeer naar
een zonnige dag verlang als jij. Zo'n' dag als
Zondag b.v. Dat was nog eens een lentedag.
Allemensen, om nooit meer te vergeten.
Beppie Kamp. Het maakt, wat de kou be
treft, niet veel verschil of je in Bergen of in
Den Helder zit, Beppie. Dat zijn maar smoes
jes van mensen, die op Den Helder willen mop
peren. Trouwens, dat mopperen zal wel over
zijn. We spreken straks geen kwaad woord
meer van Nieuwediep, als we er eenmaal terug
zijn. Misschien zie ik je dus van de zomer.
Tiny v. d. Poll. Nou, die Koperen Knopen
hebben er de stemming ingebifecht, Tiny. Jij
hebt ze gehoord en het leek dus net een ouder
wetse vrolijke concertmiddag, een middag zon
der zorg. 't Is te hopen, dat we ze weer gauw
in de straten van Den Helder horen en dan in
marine-uniform, met onze Jantjes er achter.
Dat zal wat zijn.
Henny v. Galen. Als je 't Gooi in wilt,
moet je spoedig gaan, want heus, in deze tijd
is de natuur het mooiste, veel mooier dan in
de zomer. Stap op de fiets, zodra je een vrije
dag hebt en als je goed kan fietsen, dan moet
je eens langs de Vecht naar Utrecht gaan. Dat
is zo mooi, zó mooi, dat het net een sprookje
is.
Ansje Mosterdyk, Haarlem. Je plantjes
zullen van de week hun plantenhart wel opge
haald hebben, Ansje, want wat een kostelijke
regen is er neergestroomd. Het heeft me een
nat pak gekost, maar ik had het er graag
voor over. Je zag het land, de bomen en de
planten opfrissen. Ja, die regen was nodig.
Zeg, Ansje, wel gefeliciteerd, hoor, Hoe oud
ben je nu gisteren geworden? En ben je flink
verwend
Annie Koorn. Van je vader heb ik al ge
hoord, dat jullie op een boerderij aan de J.
Verfailleweg slapen, Annie. Dat is dichter bij
huis en, net zoals je schrijft, 's avonds een fijne
wandeling. Die raadsels, die je me zond, hoop
ik nog wel eens te kunnen gebruiken.
Piet Sluys, Breezand. Dat vind ik beslist
leuk, Piet, dat jij me, nu je van school afbent
en eigenlijk grote mensenwerk verricht, toch
nog briefjes schrijft. Ik hoop heus, dat ik nog
heel veel briefjes van je krijg en daarin vertel
je me dan maar eens van het werk in die bol
lenschuur, bij die grote jongens en mannen.
Betsie Sarton, Schagen. Natuurlijk ben
jij die Betsie S. geweest, dat spreekt vanzelf
en je behoeft dus niet bang te zijn, dat je niet
bij de verloting meegedaan hebt.
Jan Ambriola. Als het vrede is, mag jij
dan je fiets laten opknappen, Jan? Nou, dat
is fijn. Ik zou m'n fiets alvast maar voor den
dag halen en hem klaar zetten, dan kan je
straks meteen naar de rijwielhandelaar hollen,
anders zijn andere mensen je misschien voor,
die ook op de vrede wachten met het opknap
pen van hun spullen. Ik geloof niet, dat het
gevaarlijk is, Jan. om naar de Donkere Duinen
te gaan. Wat moet daar nu gebeuren? Het is
er heerlijk rustig en het spijt me, dat ik maar
geen tijd kan vinden er eens heen te gaan. Die
vette melkkoe heb ik mee naar huis genomen,
hoor. Zo'n beestje kan je tegenwoordig wel ge
bruiken.
Tonny de Boer. Vergeten ben ik je niet,
Tonny. Zo gauw gaat dat niet. Maar wat de
oorzaak geweest is, dat je geen antwoord ge
had hebt, dat weet ik ook niet. Je had zeker
geen briefje geschreven, anders snap ik het
niet.
Hendrik Heyligers, Barsingerhorn. Wat
een grote fietstochten maak jij, Henk. Van
Barsingerhorn naar Callantsoog en vandaar
naar Petten, dal is niet naast de deur en nu
weer naar Hoorn en Medemblik. Wat leuk, dat
je die nesten daar in het gras gevonden hebt.
Laat ze onaangeroerd, maar ga ze wel bekij
ken, want daar leer je wat v -n.
Siena Gorter. Ziezo, Siena, ik weet zeker,
dat jij vandaag weer even hard naar de gang
gelopen bent, toen de krant in de bus viel en
nu zit je natuurlijk met vlugge ogen de brief
jes na te lezen en je vindt dit epistel voor jou.
Misschien roep je wel hard naar je moeder:
„Ja, moe, er staat weer een briefje voor mij
in". En als je me trouw sohrijft, dan beloof ik
je, dat ik je niet in de steek laat.
Wim Nieuwenhuizen. Ja, dat is een leuk
cadeau, Wim, zo'n konijntje. Pas er goed op.
Zorg dat z'n hok op tijd wordt schoongemaakt
en dat je voldoende konijnenbladeren voor hem
steekt.
Tiny Laan, Dirkshorn. Dat zijn twee be
langrijke dingen voor je, Tiny. 1 Mei overge
gaan, met een rapport zonder een enkele on
voldoende. Gefeliciteerd. En 10 Mei jarig. Dat
is ook een felicitatie waard. Wat was die ver
jaardag van vorig jaar daarbij vergeleken naar
en somber. Nu zijn we zoveel dichter bij de
vrede en nu kon je rust'g het feest vieren.
Dus ook het met je verjaardig nog gelukge
wenst. 't Is alles wel een beetje laat, maar je
weet het, 't is even harteliik gemeend.
Tot mijn spijt kan ik ditmaal de briefjes
niet allemaal beantwoorden. Die nu over
blijven komen dus de volgende week aan de
beurt. Die jongens en meisjes sturen dus vol
gende maal alleen het opgeloste raadsel in.
Tot volgende week.
1. twee; 2. iets; 3. maan; 4. mees; 5. eend;
6. rond; 7. melk; 8. arie; 9. neef.
Timmerman.
Goede oplossingen ontvangen van»
Mientje en Agnes de H., Broek op Langen-
dijk; Kinderen KL, Schagerbrug; Jacoba P.;
Kinderen B.; Kinderen de B, Broek op Langen-
dijk; Annie R.; Harry R.Henkie en Jantje S.;
Annie D.; Marie H., Julianadorp; Jopie en
Henkie P., Julianadorp; Jannie D.; Piet de L.;
Trgntje K.; Jan K.; Rika W.; Betty Frinks;
Andries W.; Meta v. A.; Theo L.; Rie J.; Tini
v. B.; Klaasje Z.; Klaas G.; Joop G.; Toni J.;
Jo B.; Corrie G., Callantsoog; Ietje J.; Piet H.;
Willie V.; Magda R.; Gonda G., Callantsoog;
Jan v. B.; Anneke v. D., Bussum; Joop v. D.,
Prssum; Willem v. D., Bussum; Elly de Z.,
Haarlem; Bep R.; Corrie v. B.; Marietje T.,
Wieringerwaard; Martha B.; Dieüwi D., Nieu
we Niedorp; Jopie M.; Fresia; Kees de B.;
Nini B.; Cór v. BI; Jan B.; Dieuwi S.; Harry
K. Doornroosje, Callantsoog; Frits S.; Sientje
de J.; Corrie H.; Jettie B.. Callantsoog; Bep
pie K.; Cor B.; Alie P., 't Zand; Ansje M.;
Hannie E. Annie v. B.; Wim N.; Trijntje v.
S., 't Zand; Teunis de B.; Tiny L„ Dirkshorn;
Fennechien M., Julianadorp; Nico en Dick B.;
Wijnand K.; Lottie v. R.; Coba P.; Beppie P.;
Corrie B.; Annie K.; Okke P.; Gilles H.;
Laura H.; Betsie S.; Tonny de B.; Jan A.;
Annie R.; Henny v. G.; Annie v. H.; Tiny v.
d. P.; Siena G.; Hendrik H.; Piet C.; Jac. M.;
Gretha K.
1
2
4
5
Horizontaal
1. Doe jé by een zieke.
4. Kryg je van je geld, wanneer het op de
spaarbank staat,
5. Jongensnaam.
Ver-icaal:
1. Koop je bij den slager.
2. Stuk geschut.
3. Niemendal.
Een leeuwerik in 't blonde duin,
Verhief de kleine kop.
Htj spreidde toen de vleugels uit
En zocht het luchtruim op.
Toen zag hij neer op 't groene land.
En jubelde zjjn lied.
Hjj zong maar in de blijde zon,
Vergetend zijn verdriet.
Hij dacht niet meer aan wintertijd,
Aan sneeuw en jjs en kou.
Hij jubelde en zong maar door
't Is lente, waar 'k van hou.
Heemstede, 7 Mei 1941. K. Wouters.
O, wat verveelden de jongens zich. 't Was
midden in de zomer, snikheet en ze hadden va-
cantie. 2 Weken hadden ze al doelloos voorbij
laten gaan. Ze wisten totaal niet, wat ze doen
moesten. Ja, ze hadt en al plannen gemaakt,
maar het een was al gekker dan het ander,
zodat ze allen van de hand moesten worden
gewezen.
Op ecu middag waren ze met z'n allen op
het bleekveld van my.iheer Veltman. Daar
lagen ze lui in het gras. Opeens sprong Piet
Veltman, een zoontje van mijnheer Veltman,
op. en zei: „Jongens, ik heb een plan, een
reuzeplan." Alle tien sprongen ze overeind,
alle moeheid en loomheid was verdwenen.
Tien hoofden werden bij elkaar gestoken.
Een ogenblik later sprongen ze allemaal rond
en riepen: „Ja, ja, dat doen we, een India-
nenclubje.
Wat hè.d Piet dan voor een geheim? Wel,
het volgende: Zijn vader had een groot bos.
Nu konden ze fijn in dit bos spelen en net
als echte Indianen doen. Ze zouden, als ze
op het oor'ogspad waren, hun gezichten be
schilderen, ze zouden zelf hun potje koken,
ze zouden... enfin, alles, wat de Indianen
maar deden, zouden zij ook doen. Het bos
was vrij, iedereen mocht erin, dus bezwaren
van er-niet-inmogen waren er ook al niet.
Dat was dus afgesproken. Maar, hoe kwa
men ze aan hoofdtooisels, speren, pijlen, bo
gen, tomahawks en indianenklereii Ook dat
was te verhelpen. Iedere jongen zou zijn
eigen wapens maken, Hein Vanderbilt had 20
duiven, en zou de Veren leveren. Piet zei, dat
zijn moeder wel van 'n paar oude kleren
Indianenpakjes zou maken. Jan Stibbe zou
zijn verfdoos in pand geven, als ze op het
„oorlogspad" waren. Zo, dat was dus ook in
orde. Binnen een week zou alles klaar zijn.
IJver'g werkten alle jongens aan hun wa
pens, die ze uit de takken der bomen van het
bos maakten.
Maandagmorgen 9 uur. 8 jongens trekken
sluipend door het Veltman-bos, zoals het
altijd werd genoemd. Twee jongens zijn voor
uit gegaan om te verspieden. Ik zeg expres
jongens, omdat zij nog niet in Indianenpakjes
waren gestoken. Die droegen ze bij zich. Ze
zouden eerst een mooie plek in 't bos uitzoe
ken/zich daar verkleden en dan een vergade
ring houden. In een paar minuten waren de
gewone Hollandsche jongens veranderd in een
troep wilde Indianen. Toen begon de verga
dering.
Voorloopig was Piet Veltman opperhoofd,
omdat hij het fijne plan had uitgevonden.
„Ik begin heden met dc vergadering te ope
nen," begon hij plechtig, „daarom zullen ik en
mijn broeders eerst het calumet roken, opdat
wij in vrede bij elkaar zijn." Plechtig haalde
hij een pijp van zijn vader te voorschijn, die
hij stiekum, met wat tabak, had meegeno
men. Hij stak de pijn aan, deed een paar
trekken, waarbij hij een heel vies gezicht
zette en blies vervolgens naar vier kanten de
rook uit. „Uche, uche",, kuchte hij. Daarop
zei hij: „Dat mijn naaste broeder eveneens
doe als ik." Nada allen de „vredespijp" had
den gerookt, borg Piet hem weer op en ver
volgde zijn rede. „Wij zijn hier gekomen om
samen een club op te richten, die tot doel
heeft alle bleekgezichten van evenveel win
ters als wij zijn, te verdrijven en alle andere
roodhuiden, die vijandelijke bedoelingen heb
ben, te bestrijden zoals vliegen en muggen.
Ons verbond zal tevens een naam dragen,
zoals het paard, de hond en de kat er een
dragen. Het opperhoofd heeft de naam ge-
koren van Kraaien, opdat wij even gemak
kelijk op de grond voortkuunen als de kraaien
in de lucht. Het opperhoofd zelf zal ook een
naam dragen. Een. die het opperhoofd waar
dig is te dragen. Hij zal heten Vliegende Blik
sem, omdat hij net zo vlug is als de vuur
stralen, die de Dondergod op aarde zendt. Tot
onderhoofd benoem ik de dappere krijger, flie
in de bleekgezichten-wereld Hein Vanderbilt
wordt genoemd. Hij zal de naam van Witte
Bison dragen, omdat hij een der sterkste krij
gers is. Verder zijn er twee verspieders, die in
de bleekgezichtenwereld Klees Blom en Jaap
Groen heten. Deze twee dappere krijgers
noem ik Vliegend-Hert en Adelaar. De zes
andere broeders moeten -zelf hun naam be
denken."
Hè, hè, dat was een lange rede. Hij had
hem eerst opgeschreven en toen uit het hoofd
geleerd. Die hoefde hij tenminste niet meer
te onthouden. Nu zou het spel dan beginnen.
De 2 verspieders werden weer vooruitgezon
den. Achter elkaar, op Indiaanse wijze, slo
pen de Kraaien voort op onbekende paadjes.
Stil, hoorden ze daar geen geritsel? Alle
maal doken ze de struik ;n in. Het waren ge
lukkig geen vijanden maar Vliegend Hert en
Adelaar, die zo werd genoemd door zijn
scherpe ogen. Vliegend Hert deed het woord.
„Het machtige opperhoofd der beroemde
Kraaienstam vergunne mij een belangrijke
boodschap te geven. Toen wij 14 .neter hier
vooruit waren, ontdekten wij een vijandelijke
troep Indianen. Zij hielden, evenals wij, een
vergadering, waarin wij hoorden, dat de
troep 25 man sterk is en de naam van
Spreeuwen draagt Het opperhoofd heet Sis
sende Adder. Zij willen heer en meester over
het bos zijn en hebben verspieders naar alle
kanten uitgezonden, om te kijken of er ook
andere Indianenstammen in de buurt waren.
Zij hebben ook 2 verspieders deze kant uit
gezonden. Wij lopen dus gevaar aangevallen
te worden aoor de Spreeuwen. Ik verzoek het
opperhoofd Vliegende Bliksem, zo spoedig
mogelgk een schuilhoek tc zoeken." Het op
perhoofd dacht even na Zou het wel goed
wezen weg te schuilen? Wacht, hij had een
beter plan. „Wij gaan allemaal in de bomen
klimmen. Wij hebben groene pakjes aan, Dan
zien ze ons niet. Wij bekegelen de Spreeuwen
met takken en eikels. Het is nodig, de hoofd
tooisels af te doen. anders verraden wij ons
daar zelf mee. Dus de bomer in."
Een, twee, drie klauterden de Kraaien in
de boomen. Dat was net op tijd, want nauwe
lijks zaten zij in de bomen of er verscheen
al een Spreeuw. Behoedzaam sloop hij naar
't midden van de vergaderplaats. „Wat gek,
netzo waren* nog stemmen te horen en nu
zie ik niets meer. Wat raar," dacht de ver
spieder. Opeens, wat was dat? Daar viel een
tak op z'n hoofd. Er kwam een eikel op z'n
neus terecht. Een klein takje viel net in zijn
nek. Nee, dat was hier niet pluis. Hij keek
rond, loerde in de borften, maar zag. niets. Hij
zou het maar tegen de Sissende Adder zeg
gen. Hij vertelde het tegen zijn opperhoofd.
Deze besloot, dat ze er maar opaf moesten
trekken. In die tussentijd hadden de Kraaien
bergen munitie gemaakt, terwijl ze met hun
zakmessen ook nog van de takken pijlen
maakten. Ziezo de vijand mocht komen! Die
kwam ook heel gauw opzetten en keek overal
rond^. Niets te bespeuren.
Opeens kregen ze een hagel van takken,
eikels, pijlen en speren. Au, wat deed dat
zeer! Geeneen wa, ervan vrijgekomen. Onder
lüid gehuil trokken ze terug. Geruisloos gle
den de Kraaien uit de bomen terug en gingen
op dezelfde wijze uit het bos vandaan als
toen zi erin gingen. Ze wierven nog 15 nieu
we leden. Zo, nu stonden ze gelijk met de
Spreeuwen! Nog verscheidene malen vochten
ze in het bos met hun vijanden, tot er een
keer kwam, waarop de... vrede gesloten
werd!
Ze waren in de struiken verscholen, wach
tend op de vijand. Toen die langs kwam,
niets bemerkend, sprongen de Kraaien eens
klaps op er. bestormden hen. De Spreeuwen
bleven als verlamd van schrik staan. Toen ze
weer tot bezinning kwamen, waren ze alle
maal geboeid. Ze werden meegevoerd naar de
vergaderplaats der Kraaien Plotseling kwam
er iemand te voorschijn. Het was de heer
Veltman. Toen hij de gebonden jongens zag
zei hg: „Foei, jongens, dat had ik niet van
jullie gedacht, dat jullie in vijandschap leef
den. Als ik jullie was, zou ik mij met alle
jongens aansluiten en dan samen de hele va-
cantie in de bossen spelen. Je moet eens zien
hoe fgn dat is. Nu, doen?" en hg keek vragend
de kring rond. Ja, ze stemden allen toe De
gevangenen werden bevrijd en er werd'nog
dienzelfden dag een jongensvereeniging op
gericht, d-~ de naam droeg van de VIC
(verenigde Indianen clubs). Daar kan ik
jullie nog veel van vertellen, maar dan wordt
het verhaal te lang. Dus schei is er nu maar
mee uit.
Rein kwast.
(Zelf gemaakt.)
Om beurten moeten jullie een dier voor
stellen, maar.... zonder het geluid van
dat dier te laten hooren. Uit bewegingen en
gedragingen moeten de andere medespelen
den kunnen opmaken, wat je voorstelt
Achtereenvolgens stel je tien verschillende
dieren voor. Hun namen schrijf je vooraf
op een stukje papier. Voor elk dier neem
je één minuut. De anderen schrijven de
naam op van 't dier dat ze menen te her
kennen. Winnaar is natuurlijk degene, die
de meeste dieren goed heeft geraden. Hij
is dan tevens de nieuwe circus-directeur
die weei een groep andere dieren gaat ver
tonen. De eerste circus-directeur wordt bil
loting gekozen!
Tafel-tollen kun je zo gemakkelijk over
al mee naar toe nemen, je steekt ze maar
in je zak en je kunt er zelfs aan het strand
plezier van hebben. Een tafel kun je er ook
al bij missen, als je maar zorgt voor een
klein vlak. waar ze op draaien kunnen. Al
licht heb je als je naar t strand gaat of
naar 't bos of waar dan ook naar toe, wel
een boek bij je. Heb je 't zelf niet. nou, dan
heeft een van je vrienden er misschien we}
een. Of anders zorg je ervoor een stukje
karton of een plankje mee te slepen. Groot
hoeft het immers niet te zijn. Met gemak
pak je 't in je rugzak of in de een of andere
tas, waar je ook je proviand indoet. Je kunt,
van allerlei spelletjes doen met de tollen.
Misschien heeft een van jullie wel een hor
loge of anders tel je er maar bij. Je zet de
tol op en dan kijk je hoe lang hij draait.
Wie z'n tol het langst draait is „de Piet!"
Ook kun je ze tegelijk opzetten. Niet al de
tollen, maar alle spel-deelnemers kunnen
't tegelijk doen en dan is 't ook weer: Wie
z'n tol het langst draait, is winnaar. Ook
kun je voor elke draai-seconde of draai-tel
een zeker aantal punten geven en wie dan
't hoogste aantal punten haalt, is alweer
winnaar. Je spreekt dan bijvoorbeeld af,
dat ieder z'n tol vijf maal mag laten draaien
Als je geen horloge bij je hebt, wat nog
zo gek niet zou zijn, want 't is ook wel een
beetje zonde, een horloge aan strand- of
bospretjes te wagen, dan gaat 't werkelijk
ook heel best met tellen. Alleen denk er
om: regelmatig tellen! Anders loopt 't mis!
Maar nu de tollen zelf! Want je weet nu
aj wel wat je er mee doen kunt, maar tol
len heb je nog niet! Nu, die zijn er gauw
genoeg. Want een erg groot karwei is het
niet. Natuurlijk moet je weer beginnen met
karton op te snorren. Uit dat karton moe
ten gave cirkeltjes gesneden worden. Met
een passer krijg je de mooiste resultaten.
Heb je nog geen paser en is er niemand in
huis. die ie er aan kan helpen, dan neem
je een schoteltje. Maar een schoteltje zal
wel veelal te groot blijken te zijn, tenzij je
er een neemt van een poppen-servies! Maar
er zijn genoeg andere ronde dingen, die je
voor maat kunt gebruiken. Het „poppen
serviesschoteltje" is me dat een lang
woord! of dat andere, dat je van plan
bent te gebruiken, zet je op het karton. Je
trekt het om met potlood en dan snij je de
cirkels uit. Snijden is beter dan knippen.
Als je ze uitsnijdt worden de cirkels gaver
eg gaaf moeten ze zijn, anders draaien ze
niet. Dat uitsnijden gaat zo: Als je zooveel
cirkels getekend hebt als je van plan bent
tollen te maken, dan zet je het maatvoor-
werp weer op de eerste cirkel en dan kerf
je met de punt vgn je zakmes net zo lang
in het karton tot je er helemaal doorheen
bent. Vooral stukje voor stukje doen en
er niet ineens doorheen willen zijn! Op de
ze wijze vraagt 't uitsnijden wel een ogen
blikje langer tijd, maar des te meer -plezier
heb je ook van je tollen.
11 schi)fies karton beplak je met ge
kleurd papier of je geeft ze een waterverf
je. De onderkant krijgt een effen tintje,
maar met de bovenkant ben je niet zo
gauw klaar. Daarop moeten figuren aan
gebracht worden. Dat geeft een erg leuk
enect als ze eenmaal draaien, maar voor
t zover is moet er een beetje moeite ge
daan worden.
Tol 1 heeft vier gele en vier rode vlak-
Ken. Die vlakken moeten ook weer eerst
op het karton getekend en dan pas kun
5 Yerfkwast beginnen of met de
gomkwast als je papier neemt. Maar ook
aan dien je de drie hoeken eerst keurig op
r karton te tekenen en 't papier even keu-
L??? maat t.e knippen! Als je roodgele tol
niet leuk? hy""* oranie! Is dat
aj?eJekS'erillg van to' twee is moeilijker
aa" brengen, zo n spiraal tekenen valt
fü Krü begint met de grondkleur aan
^himTSen' b]Jvoorbeeld geel en daarop
r ]e een groene spiraal, 't Aardige
d?aai>n lHtft "ing is' dat de to1 bij 'l
ernter »#r°eien' Is net of het vlak
dezl tnTTn ^et papier kun je echter bij
uitrichten <4° V, de Yol£ende- niet veel
voor verf' tollen zijn alleen geschikt
hiiE™™art en wit gestreepte tol (3) geeft
wolk onrflen een griJze indruk zoals®een
met vr0^ r!" zomerdag! En de versiering
lcndp^n! en kleinere punten in verschil-
draafen nnu5",' -zoals op to1 4- geeft bij het
verbinden a- fts leuks te zien- De punten
buitpna^i Z1Cn n tot kleurige cirkels, wat
deze tnlT00n- aardig is om te zien- Voor
Nu weer papier gebruiken.
aan"t^„ •:,e ?og weten hoe de tollen
eenvoud^ 'f - kunt krijgen- Dat is al heel
luciferti !iS 20 gebeurd! Je neemt een
h kop' Van ene uiteinde
gaatic fn d2 .sp,lts? Punt en dan boor je een
klaar ben Ie! Stokje er door en