m m De Kraaien- en Spreeuwen-indianen J3 H DIERENSPEL ï3*Ate ionq&vi en meii^eA. Oplossing raadsel vorige week Nieuw Raadsel LENTE Dit is een fijne, korte week geweest, een week, die eigenlijk met Donderdag begon en die nu gisteren weer met Vrijdag begon. Ja, 't is wel een beetje rare berekening, maar het is toch zo. Eigenlijk waren er twee weken in één week, tenminste als je de Zondag be schouwt als het begin van een nieuwe week. Wat een puzzle, vinden jullie niet? Ik vond het fijn, zo'n onderbreking van de werkweek. Nu we iedere dag zo verm oeten reizen van en naar huis, nu ben je zó weinig thuis, dat je een extra Zondag dubbel en dwars waardeert. En we genieten nu van ons evacuatiedorp. 's Jonge wat is het mooi, nu alles uitgelopen is. Als het weer het toelaat gaan we iedere avond een wandeling of fiets tocht maken en telkens langs andere wegen. Wat is de wereld mooi. Ja, dat kunnen we toch nog wel zien en daarmee kunnen we nog wel big zijn, ook al is er toch altijd de schaduw van de oorlog over ons leven. Het boek is van de week gewonnen door: NICO en DICK BREEKER. De briefjes, die voor me liggen zijn kers vers. Ik' zal eens zien, hoever ik er doorheen kom. Corrie Barhorst, Eierland (T.). Kom, dat is leuk, Corrie, dat ik jou er als vrien dinnetje bij heb gekregen. Texel heeft altijd nog een grote plaats in m'n hart. Daar heb ben we met kinderen van de Helderse Cou- rant-abonné's gekampeerd, op het land van „Oome Piet", de grote kindervriend. Daar hebben we leuke kindermiddagen gehad, daar heb ik zelf veel prettige herinneringen lig gen aan fijne fietstochten en een kostelijke kampeerweek. Als je er voor zorgt, dat je raadseloplossing en briefje Woensdagavond in Den Helder is, dan is de zaak in orde, hoor Annie v. Houten, Winkel. Als je een boek of taart wint, Annie, dan worden die je franco thuisbezorgd. Hoe vind je dat? Hannie Elout. Terwijl ik dit briefje aan je schrijf, moet het nog Hemelvaartsdag wor den, Hannie. Ik denk dat ik evenzeer naar een zonnige dag verlang als jij. Zo'n' dag als Zondag b.v. Dat was nog eens een lentedag. Allemensen, om nooit meer te vergeten. Beppie Kamp. Het maakt, wat de kou be treft, niet veel verschil of je in Bergen of in Den Helder zit, Beppie. Dat zijn maar smoes jes van mensen, die op Den Helder willen mop peren. Trouwens, dat mopperen zal wel over zijn. We spreken straks geen kwaad woord meer van Nieuwediep, als we er eenmaal terug zijn. Misschien zie ik je dus van de zomer. Tiny v. d. Poll. Nou, die Koperen Knopen hebben er de stemming ingebifecht, Tiny. Jij hebt ze gehoord en het leek dus net een ouder wetse vrolijke concertmiddag, een middag zon der zorg. 't Is te hopen, dat we ze weer gauw in de straten van Den Helder horen en dan in marine-uniform, met onze Jantjes er achter. Dat zal wat zijn. Henny v. Galen. Als je 't Gooi in wilt, moet je spoedig gaan, want heus, in deze tijd is de natuur het mooiste, veel mooier dan in de zomer. Stap op de fiets, zodra je een vrije dag hebt en als je goed kan fietsen, dan moet je eens langs de Vecht naar Utrecht gaan. Dat is zo mooi, zó mooi, dat het net een sprookje is. Ansje Mosterdyk, Haarlem. Je plantjes zullen van de week hun plantenhart wel opge haald hebben, Ansje, want wat een kostelijke regen is er neergestroomd. Het heeft me een nat pak gekost, maar ik had het er graag voor over. Je zag het land, de bomen en de planten opfrissen. Ja, die regen was nodig. Zeg, Ansje, wel gefeliciteerd, hoor, Hoe oud ben je nu gisteren geworden? En ben je flink verwend Annie Koorn. Van je vader heb ik al ge hoord, dat jullie op een boerderij aan de J. Verfailleweg slapen, Annie. Dat is dichter bij huis en, net zoals je schrijft, 's avonds een fijne wandeling. Die raadsels, die je me zond, hoop ik nog wel eens te kunnen gebruiken. Piet Sluys, Breezand. Dat vind ik beslist leuk, Piet, dat jij me, nu je van school afbent en eigenlijk grote mensenwerk verricht, toch nog briefjes schrijft. Ik hoop heus, dat ik nog heel veel briefjes van je krijg en daarin vertel je me dan maar eens van het werk in die bol lenschuur, bij die grote jongens en mannen. Betsie Sarton, Schagen. Natuurlijk ben jij die Betsie S. geweest, dat spreekt vanzelf en je behoeft dus niet bang te zijn, dat je niet bij de verloting meegedaan hebt. Jan Ambriola. Als het vrede is, mag jij dan je fiets laten opknappen, Jan? Nou, dat is fijn. Ik zou m'n fiets alvast maar voor den dag halen en hem klaar zetten, dan kan je straks meteen naar de rijwielhandelaar hollen, anders zijn andere mensen je misschien voor, die ook op de vrede wachten met het opknap pen van hun spullen. Ik geloof niet, dat het gevaarlijk is, Jan. om naar de Donkere Duinen te gaan. Wat moet daar nu gebeuren? Het is er heerlijk rustig en het spijt me, dat ik maar geen tijd kan vinden er eens heen te gaan. Die vette melkkoe heb ik mee naar huis genomen, hoor. Zo'n beestje kan je tegenwoordig wel ge bruiken. Tonny de Boer. Vergeten ben ik je niet, Tonny. Zo gauw gaat dat niet. Maar wat de oorzaak geweest is, dat je geen antwoord ge had hebt, dat weet ik ook niet. Je had zeker geen briefje geschreven, anders snap ik het niet. Hendrik Heyligers, Barsingerhorn. Wat een grote fietstochten maak jij, Henk. Van Barsingerhorn naar Callantsoog en vandaar naar Petten, dal is niet naast de deur en nu weer naar Hoorn en Medemblik. Wat leuk, dat je die nesten daar in het gras gevonden hebt. Laat ze onaangeroerd, maar ga ze wel bekij ken, want daar leer je wat v -n. Siena Gorter. Ziezo, Siena, ik weet zeker, dat jij vandaag weer even hard naar de gang gelopen bent, toen de krant in de bus viel en nu zit je natuurlijk met vlugge ogen de brief jes na te lezen en je vindt dit epistel voor jou. Misschien roep je wel hard naar je moeder: „Ja, moe, er staat weer een briefje voor mij in". En als je me trouw sohrijft, dan beloof ik je, dat ik je niet in de steek laat. Wim Nieuwenhuizen. Ja, dat is een leuk cadeau, Wim, zo'n konijntje. Pas er goed op. Zorg dat z'n hok op tijd wordt schoongemaakt en dat je voldoende konijnenbladeren voor hem steekt. Tiny Laan, Dirkshorn. Dat zijn twee be langrijke dingen voor je, Tiny. 1 Mei overge gaan, met een rapport zonder een enkele on voldoende. Gefeliciteerd. En 10 Mei jarig. Dat is ook een felicitatie waard. Wat was die ver jaardag van vorig jaar daarbij vergeleken naar en somber. Nu zijn we zoveel dichter bij de vrede en nu kon je rust'g het feest vieren. Dus ook het met je verjaardig nog gelukge wenst. 't Is alles wel een beetje laat, maar je weet het, 't is even harteliik gemeend. Tot mijn spijt kan ik ditmaal de briefjes niet allemaal beantwoorden. Die nu over blijven komen dus de volgende week aan de beurt. Die jongens en meisjes sturen dus vol gende maal alleen het opgeloste raadsel in. Tot volgende week. 1. twee; 2. iets; 3. maan; 4. mees; 5. eend; 6. rond; 7. melk; 8. arie; 9. neef. Timmerman. Goede oplossingen ontvangen van» Mientje en Agnes de H., Broek op Langen- dijk; Kinderen KL, Schagerbrug; Jacoba P.; Kinderen B.; Kinderen de B, Broek op Langen- dijk; Annie R.; Harry R.Henkie en Jantje S.; Annie D.; Marie H., Julianadorp; Jopie en Henkie P., Julianadorp; Jannie D.; Piet de L.; Trgntje K.; Jan K.; Rika W.; Betty Frinks; Andries W.; Meta v. A.; Theo L.; Rie J.; Tini v. B.; Klaasje Z.; Klaas G.; Joop G.; Toni J.; Jo B.; Corrie G., Callantsoog; Ietje J.; Piet H.; Willie V.; Magda R.; Gonda G., Callantsoog; Jan v. B.; Anneke v. D., Bussum; Joop v. D., Prssum; Willem v. D., Bussum; Elly de Z., Haarlem; Bep R.; Corrie v. B.; Marietje T., Wieringerwaard; Martha B.; Dieüwi D., Nieu we Niedorp; Jopie M.; Fresia; Kees de B.; Nini B.; Cór v. BI; Jan B.; Dieuwi S.; Harry K. Doornroosje, Callantsoog; Frits S.; Sientje de J.; Corrie H.; Jettie B.. Callantsoog; Bep pie K.; Cor B.; Alie P., 't Zand; Ansje M.; Hannie E. Annie v. B.; Wim N.; Trijntje v. S., 't Zand; Teunis de B.; Tiny L„ Dirkshorn; Fennechien M., Julianadorp; Nico en Dick B.; Wijnand K.; Lottie v. R.; Coba P.; Beppie P.; Corrie B.; Annie K.; Okke P.; Gilles H.; Laura H.; Betsie S.; Tonny de B.; Jan A.; Annie R.; Henny v. G.; Annie v. H.; Tiny v. d. P.; Siena G.; Hendrik H.; Piet C.; Jac. M.; Gretha K. 1 2 4 5 Horizontaal 1. Doe jé by een zieke. 4. Kryg je van je geld, wanneer het op de spaarbank staat, 5. Jongensnaam. Ver-icaal: 1. Koop je bij den slager. 2. Stuk geschut. 3. Niemendal. Een leeuwerik in 't blonde duin, Verhief de kleine kop. Htj spreidde toen de vleugels uit En zocht het luchtruim op. Toen zag hij neer op 't groene land. En jubelde zjjn lied. Hjj zong maar in de blijde zon, Vergetend zijn verdriet. Hij dacht niet meer aan wintertijd, Aan sneeuw en jjs en kou. Hij jubelde en zong maar door 't Is lente, waar 'k van hou. Heemstede, 7 Mei 1941. K. Wouters. O, wat verveelden de jongens zich. 't Was midden in de zomer, snikheet en ze hadden va- cantie. 2 Weken hadden ze al doelloos voorbij laten gaan. Ze wisten totaal niet, wat ze doen moesten. Ja, ze hadt en al plannen gemaakt, maar het een was al gekker dan het ander, zodat ze allen van de hand moesten worden gewezen. Op ecu middag waren ze met z'n allen op het bleekveld van my.iheer Veltman. Daar lagen ze lui in het gras. Opeens sprong Piet Veltman, een zoontje van mijnheer Veltman, op. en zei: „Jongens, ik heb een plan, een reuzeplan." Alle tien sprongen ze overeind, alle moeheid en loomheid was verdwenen. Tien hoofden werden bij elkaar gestoken. Een ogenblik later sprongen ze allemaal rond en riepen: „Ja, ja, dat doen we, een India- nenclubje. Wat hè.d Piet dan voor een geheim? Wel, het volgende: Zijn vader had een groot bos. Nu konden ze fijn in dit bos spelen en net als echte Indianen doen. Ze zouden, als ze op het oor'ogspad waren, hun gezichten be schilderen, ze zouden zelf hun potje koken, ze zouden... enfin, alles, wat de Indianen maar deden, zouden zij ook doen. Het bos was vrij, iedereen mocht erin, dus bezwaren van er-niet-inmogen waren er ook al niet. Dat was dus afgesproken. Maar, hoe kwa men ze aan hoofdtooisels, speren, pijlen, bo gen, tomahawks en indianenklereii Ook dat was te verhelpen. Iedere jongen zou zijn eigen wapens maken, Hein Vanderbilt had 20 duiven, en zou de Veren leveren. Piet zei, dat zijn moeder wel van 'n paar oude kleren Indianenpakjes zou maken. Jan Stibbe zou zijn verfdoos in pand geven, als ze op het „oorlogspad" waren. Zo, dat was dus ook in orde. Binnen een week zou alles klaar zijn. IJver'g werkten alle jongens aan hun wa pens, die ze uit de takken der bomen van het bos maakten. Maandagmorgen 9 uur. 8 jongens trekken sluipend door het Veltman-bos, zoals het altijd werd genoemd. Twee jongens zijn voor uit gegaan om te verspieden. Ik zeg expres jongens, omdat zij nog niet in Indianenpakjes waren gestoken. Die droegen ze bij zich. Ze zouden eerst een mooie plek in 't bos uitzoe ken/zich daar verkleden en dan een vergade ring houden. In een paar minuten waren de gewone Hollandsche jongens veranderd in een troep wilde Indianen. Toen begon de verga dering. Voorloopig was Piet Veltman opperhoofd, omdat hij het fijne plan had uitgevonden. „Ik begin heden met dc vergadering te ope nen," begon hij plechtig, „daarom zullen ik en mijn broeders eerst het calumet roken, opdat wij in vrede bij elkaar zijn." Plechtig haalde hij een pijp van zijn vader te voorschijn, die hij stiekum, met wat tabak, had meegeno men. Hij stak de pijn aan, deed een paar trekken, waarbij hij een heel vies gezicht zette en blies vervolgens naar vier kanten de rook uit. „Uche, uche",, kuchte hij. Daarop zei hij: „Dat mijn naaste broeder eveneens doe als ik." Nada allen de „vredespijp" had den gerookt, borg Piet hem weer op en ver volgde zijn rede. „Wij zijn hier gekomen om samen een club op te richten, die tot doel heeft alle bleekgezichten van evenveel win ters als wij zijn, te verdrijven en alle andere roodhuiden, die vijandelijke bedoelingen heb ben, te bestrijden zoals vliegen en muggen. Ons verbond zal tevens een naam dragen, zoals het paard, de hond en de kat er een dragen. Het opperhoofd heeft de naam ge- koren van Kraaien, opdat wij even gemak kelijk op de grond voortkuunen als de kraaien in de lucht. Het opperhoofd zelf zal ook een naam dragen. Een. die het opperhoofd waar dig is te dragen. Hij zal heten Vliegende Blik sem, omdat hij net zo vlug is als de vuur stralen, die de Dondergod op aarde zendt. Tot onderhoofd benoem ik de dappere krijger, flie in de bleekgezichten-wereld Hein Vanderbilt wordt genoemd. Hij zal de naam van Witte Bison dragen, omdat hij een der sterkste krij gers is. Verder zijn er twee verspieders, die in de bleekgezichtenwereld Klees Blom en Jaap Groen heten. Deze twee dappere krijgers noem ik Vliegend-Hert en Adelaar. De zes andere broeders moeten -zelf hun naam be denken." Hè, hè, dat was een lange rede. Hij had hem eerst opgeschreven en toen uit het hoofd geleerd. Die hoefde hij tenminste niet meer te onthouden. Nu zou het spel dan beginnen. De 2 verspieders werden weer vooruitgezon den. Achter elkaar, op Indiaanse wijze, slo pen de Kraaien voort op onbekende paadjes. Stil, hoorden ze daar geen geritsel? Alle maal doken ze de struik ;n in. Het waren ge lukkig geen vijanden maar Vliegend Hert en Adelaar, die zo werd genoemd door zijn scherpe ogen. Vliegend Hert deed het woord. „Het machtige opperhoofd der beroemde Kraaienstam vergunne mij een belangrijke boodschap te geven. Toen wij 14 .neter hier vooruit waren, ontdekten wij een vijandelijke troep Indianen. Zij hielden, evenals wij, een vergadering, waarin wij hoorden, dat de troep 25 man sterk is en de naam van Spreeuwen draagt Het opperhoofd heet Sis sende Adder. Zij willen heer en meester over het bos zijn en hebben verspieders naar alle kanten uitgezonden, om te kijken of er ook andere Indianenstammen in de buurt waren. Zij hebben ook 2 verspieders deze kant uit gezonden. Wij lopen dus gevaar aangevallen te worden aoor de Spreeuwen. Ik verzoek het opperhoofd Vliegende Bliksem, zo spoedig mogelgk een schuilhoek tc zoeken." Het op perhoofd dacht even na Zou het wel goed wezen weg te schuilen? Wacht, hij had een beter plan. „Wij gaan allemaal in de bomen klimmen. Wij hebben groene pakjes aan, Dan zien ze ons niet. Wij bekegelen de Spreeuwen met takken en eikels. Het is nodig, de hoofd tooisels af te doen. anders verraden wij ons daar zelf mee. Dus de bomer in." Een, twee, drie klauterden de Kraaien in de boomen. Dat was net op tijd, want nauwe lijks zaten zij in de bomen of er verscheen al een Spreeuw. Behoedzaam sloop hij naar 't midden van de vergaderplaats. „Wat gek, netzo waren* nog stemmen te horen en nu zie ik niets meer. Wat raar," dacht de ver spieder. Opeens, wat was dat? Daar viel een tak op z'n hoofd. Er kwam een eikel op z'n neus terecht. Een klein takje viel net in zijn nek. Nee, dat was hier niet pluis. Hij keek rond, loerde in de borften, maar zag. niets. Hij zou het maar tegen de Sissende Adder zeg gen. Hij vertelde het tegen zijn opperhoofd. Deze besloot, dat ze er maar opaf moesten trekken. In die tussentijd hadden de Kraaien bergen munitie gemaakt, terwijl ze met hun zakmessen ook nog van de takken pijlen maakten. Ziezo de vijand mocht komen! Die kwam ook heel gauw opzetten en keek overal rond^. Niets te bespeuren. Opeens kregen ze een hagel van takken, eikels, pijlen en speren. Au, wat deed dat zeer! Geeneen wa, ervan vrijgekomen. Onder lüid gehuil trokken ze terug. Geruisloos gle den de Kraaien uit de bomen terug en gingen op dezelfde wijze uit het bos vandaan als toen zi erin gingen. Ze wierven nog 15 nieu we leden. Zo, nu stonden ze gelijk met de Spreeuwen! Nog verscheidene malen vochten ze in het bos met hun vijanden, tot er een keer kwam, waarop de... vrede gesloten werd! Ze waren in de struiken verscholen, wach tend op de vijand. Toen die langs kwam, niets bemerkend, sprongen de Kraaien eens klaps op er. bestormden hen. De Spreeuwen bleven als verlamd van schrik staan. Toen ze weer tot bezinning kwamen, waren ze alle maal geboeid. Ze werden meegevoerd naar de vergaderplaats der Kraaien Plotseling kwam er iemand te voorschijn. Het was de heer Veltman. Toen hij de gebonden jongens zag zei hg: „Foei, jongens, dat had ik niet van jullie gedacht, dat jullie in vijandschap leef den. Als ik jullie was, zou ik mij met alle jongens aansluiten en dan samen de hele va- cantie in de bossen spelen. Je moet eens zien hoe fgn dat is. Nu, doen?" en hg keek vragend de kring rond. Ja, ze stemden allen toe De gevangenen werden bevrijd en er werd'nog dienzelfden dag een jongensvereeniging op gericht, d-~ de naam droeg van de VIC (verenigde Indianen clubs). Daar kan ik jullie nog veel van vertellen, maar dan wordt het verhaal te lang. Dus schei is er nu maar mee uit. Rein kwast. (Zelf gemaakt.) Om beurten moeten jullie een dier voor stellen, maar.... zonder het geluid van dat dier te laten hooren. Uit bewegingen en gedragingen moeten de andere medespelen den kunnen opmaken, wat je voorstelt Achtereenvolgens stel je tien verschillende dieren voor. Hun namen schrijf je vooraf op een stukje papier. Voor elk dier neem je één minuut. De anderen schrijven de naam op van 't dier dat ze menen te her kennen. Winnaar is natuurlijk degene, die de meeste dieren goed heeft geraden. Hij is dan tevens de nieuwe circus-directeur die weei een groep andere dieren gaat ver tonen. De eerste circus-directeur wordt bil loting gekozen! Tafel-tollen kun je zo gemakkelijk over al mee naar toe nemen, je steekt ze maar in je zak en je kunt er zelfs aan het strand plezier van hebben. Een tafel kun je er ook al bij missen, als je maar zorgt voor een klein vlak. waar ze op draaien kunnen. Al licht heb je als je naar t strand gaat of naar 't bos of waar dan ook naar toe, wel een boek bij je. Heb je 't zelf niet. nou, dan heeft een van je vrienden er misschien we} een. Of anders zorg je ervoor een stukje karton of een plankje mee te slepen. Groot hoeft het immers niet te zijn. Met gemak pak je 't in je rugzak of in de een of andere tas, waar je ook je proviand indoet. Je kunt, van allerlei spelletjes doen met de tollen. Misschien heeft een van jullie wel een hor loge of anders tel je er maar bij. Je zet de tol op en dan kijk je hoe lang hij draait. Wie z'n tol het langst draait is „de Piet!" Ook kun je ze tegelijk opzetten. Niet al de tollen, maar alle spel-deelnemers kunnen 't tegelijk doen en dan is 't ook weer: Wie z'n tol het langst draait, is winnaar. Ook kun je voor elke draai-seconde of draai-tel een zeker aantal punten geven en wie dan 't hoogste aantal punten haalt, is alweer winnaar. Je spreekt dan bijvoorbeeld af, dat ieder z'n tol vijf maal mag laten draaien Als je geen horloge bij je hebt, wat nog zo gek niet zou zijn, want 't is ook wel een beetje zonde, een horloge aan strand- of bospretjes te wagen, dan gaat 't werkelijk ook heel best met tellen. Alleen denk er om: regelmatig tellen! Anders loopt 't mis! Maar nu de tollen zelf! Want je weet nu aj wel wat je er mee doen kunt, maar tol len heb je nog niet! Nu, die zijn er gauw genoeg. Want een erg groot karwei is het niet. Natuurlijk moet je weer beginnen met karton op te snorren. Uit dat karton moe ten gave cirkeltjes gesneden worden. Met een passer krijg je de mooiste resultaten. Heb je nog geen paser en is er niemand in huis. die ie er aan kan helpen, dan neem je een schoteltje. Maar een schoteltje zal wel veelal te groot blijken te zijn, tenzij je er een neemt van een poppen-servies! Maar er zijn genoeg andere ronde dingen, die je voor maat kunt gebruiken. Het „poppen serviesschoteltje" is me dat een lang woord! of dat andere, dat je van plan bent te gebruiken, zet je op het karton. Je trekt het om met potlood en dan snij je de cirkels uit. Snijden is beter dan knippen. Als je ze uitsnijdt worden de cirkels gaver eg gaaf moeten ze zijn, anders draaien ze niet. Dat uitsnijden gaat zo: Als je zooveel cirkels getekend hebt als je van plan bent tollen te maken, dan zet je het maatvoor- werp weer op de eerste cirkel en dan kerf je met de punt vgn je zakmes net zo lang in het karton tot je er helemaal doorheen bent. Vooral stukje voor stukje doen en er niet ineens doorheen willen zijn! Op de ze wijze vraagt 't uitsnijden wel een ogen blikje langer tijd, maar des te meer -plezier heb je ook van je tollen. 11 schi)fies karton beplak je met ge kleurd papier of je geeft ze een waterverf je. De onderkant krijgt een effen tintje, maar met de bovenkant ben je niet zo gauw klaar. Daarop moeten figuren aan gebracht worden. Dat geeft een erg leuk enect als ze eenmaal draaien, maar voor t zover is moet er een beetje moeite ge daan worden. Tol 1 heeft vier gele en vier rode vlak- Ken. Die vlakken moeten ook weer eerst op het karton getekend en dan pas kun 5 Yerfkwast beginnen of met de gomkwast als je papier neemt. Maar ook aan dien je de drie hoeken eerst keurig op r karton te tekenen en 't papier even keu- L??? maat t.e knippen! Als je roodgele tol niet leuk? hy""* oranie! Is dat aj?eJekS'erillg van to' twee is moeilijker aa" brengen, zo n spiraal tekenen valt fü Krü begint met de grondkleur aan ^himTSen' b]Jvoorbeeld geel en daarop r ]e een groene spiraal, 't Aardige d?aai>n lHtft "ing is' dat de to1 bij 'l ernter »#r°eien' Is net of het vlak dezl tnTTn ^et papier kun je echter bij uitrichten <4° V, de Yol£ende- niet veel voor verf' tollen zijn alleen geschikt hiiE™™art en wit gestreepte tol (3) geeft wolk onrflen een griJze indruk zoals®een met vr0^ r!" zomerdag! En de versiering lcndp^n! en kleinere punten in verschil- draafen nnu5",' -zoals op to1 4- geeft bij het verbinden a- fts leuks te zien- De punten buitpna^i Z1Cn n tot kleurige cirkels, wat deze tnlT00n- aardig is om te zien- Voor Nu weer papier gebruiken. aan"t^„ •:,e ?og weten hoe de tollen eenvoud^ 'f - kunt krijgen- Dat is al heel luciferti !iS 20 gebeurd! Je neemt een h kop' Van ene uiteinde gaatic fn d2 .sp,lts? Punt en dan boor je een klaar ben Ie! Stokje er door en

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 6