IK ZAL JULLIE WEL KRIJGEN WIE DURFT HET AAN? Nieuw Raadsel r - ncm Baron Smulla van Paffoedik heeft pech )?£Ale jonyent en Oplossing raadsel vorige week Wat zeggen .ullie nu wel van het weer? Je zou haast naar het hoofd van de school gaan en „zomer-vacantie" vragen, want mooier kan het niet worden. Wat was het heerlijk warm, Dinsdag en Woensdag, sA warm, dat 'je in je blote haren naar buiten stapte, dat je je bad pak uit de motballetjes ging halen en dat je naar een gelegenheid ging zoeken, waar je onder water kon duiken, want de dijk is ge sloten en op het strand mag je niet komen en in het N.H.-Kanaal is het niet geoorloofd te zwemmen en dus bleef het gemeentebad over, maar daarvan zijn de uren niet altijd geschikt. Dat zwemmen is een puzzle op zichzelf. Maar enfin, we zullen te water komen, want we wil len alle evacuatie- en andere stof eens heer lijk van ons afschudden om met frisse moed verder te gaan, tot het einde van de oorlog. Dat einde is intussen alweer dichterby. Dit zeg ik tot al m'n ongeduldige vriendjes en vriendinnetjes, die geen dag langer meer op de vrede willen wachten. Geduld moet je leren, de vrede komt... wees daarvan over tuigt en ik geloof altijd nog, dat hg sneller komt dan velen durven denken. Ik wil m'n bonnensparende vriendjes nog even meedelen, dat ik nog een aantal Verkade- bonnen en plaatjes op kantoor heb, die ze kunnen halen. En dan de prijs. Een taart! Zij is gewonnen door: Henkie en Jopie Pijl, Middenvliet 81, Julianadorp. Wat een geluksvogels. Nelie Baljé. Dat is werkelijk een gezel lig grote brief geworden, Nelie... Jullie wo nen dus ook op de boerderij. Nu, bezie de din gen maar van de zonnige kant. Je kan toch ook wel genieten van je gedwongen evacuatie Wij doen het tenminste wel en beschouwen het maar als een „voorrecht van de oorlog", dat we een zomer in Bergen kunnen wonen. Je vriendinnetje, Cootje, kan niet meedoen, als ze thuis geen abonné van de krant zijn. Stel je voor, dat de niet-abonnétjes Ipt boek of de taart zouden winnen. Dat zou toch wel een beetje al te vreemd zijn. Piet Bruul. Dat briefje van jou, zag er slordig uit, Piet, zo dat ik het slechts met moeite kon ontcijferen. Dat beantwoord ik niet, hoor, je zal duidelijker moeten schrij ven. Greetha Krijgsman, Alkmaar. O, wat 'n ongeduldig Greetje ben jij. Je vraagt of ik je gauw, gauw wil antwoorden en nu heb ik 10 dagen gewacht. Ik hoop niet, dat je een week lang op me hebt zitten knorren, omdat je dacht, dat ik je vergeten had. Je ziet, het duurde wat lang, maar je eerste briefje heb je. Schrijf je me volgende week weer? Jacob Plaatsman. Heeft die prik je arm zo stijf gemaakt, dat je geen pen meer kon vasthouden, Jaap? Of ben je een beetje klein zerig Willy Roefel, 't Zand. Het contact tus sen ons is dus weer hersteld, Willy. Jullie hebben thuis de krant weer en jij schrijft me weer briefjes en zendt me weer versjes. Het versje, dat je me van de week toezond, neem ik hieronder op, maar denk er voortaan om niet meer te vergeten, er bij te vermelden wie de maker van zo'n leuk versje is. AAN DE HAVEN Uren lang kan Keesje kijken Naar de schepen groot en klein, Varen, varen denkt ons Keesje 'k Wou zo graag matroosje zijn. Op een morgen spreekt ons ventje, Zo maar schipper Arie aan. Schipper vraagt klein Keesje dapper Mag ik met u varen gaan Of j - mee mag varen baas, Wis en zeker, kleine man, Maar je moet nog eerst wat groeien, Voor ik jou gebruiken kan. Hannie Elout. Waar zit je eigenlijk tus sen de tulpen, Hannie? In Breezand of Anna Paulowna, in Lisse of Hillegom? Jammer, dat nu alles weer uitgebloeid is. Niet alleen in onze omgeving, maar ook voorbij Haarlem, zoals ik Donderdag zag, toen ik met de trein door de bollenvelden reed. 't Is altijd maar een vreugde van korte duur. Jan Apibriola. Wat een W.H.-loten heb ben jullie gekocht, Jan. Er kwamen lang niet allemaal nieten uit de bus en ik geloof, dat je portemonnaie nog even vol was, toen je dat hele stapeltje gekocht had, als toen je er mee begon. Heb je nog fijne fietstochten met de feestdagen gemaakt of in de vacantie? De papieren, trotse haan, zal ik meenemen naar m'n kinderen, die ook met je vorige tekening ingenomen waren. Martien Talen», Wognuni. Het buiten leven in deze tijd van het jaar is iedere dag een nieuwe vreugde, Martien. Ik moet er vroeg voor op om in Den Helder te komen en ik kom niet vroeg thuis en toch... ik vind dit leven niet kwaad, nee hoor, lang niet. Zo gaat het jou geloof ik ook. Al blijven we natuurlijk allemaal heel sterk verlangen naar de vrede en... naar Den Helder. Hillie v. d. Put, Br. op Dan gen dijk. jy bent vandaag het... zoveelste nieuwe vrien dinnetje, Hillie, en jg bent even welkom als al die andere nieuwelingen. Wat schrijf je netjes. Daar moet ik je toch even m'n com pliment over brengen, hoor. Jullie zitten daar wel gezellig op die school, vind je niet? Ik heb het tenminste in andere plaatsen wel anders gezien. Toch zal je het ook fijn vinden als je weer in de zon op de Kanaalweg kan lopen. 7 Ik ontving een zelfgemaakt raad sel van een vriendinnetje, dat haar naam ver geet. Het is een raadsel over een spreekwoord bestaande uit 30 letters. Dank je wel, hoor, ik kan het gebruiken. I.ottte v. Raad. Kom, dat is leuk, Lottie dat je eens even per brief komt kennismaken Het spgt me, dat ik je geen thee of koffie aan kan bieden, want daar zit ik te zuinig in, maar laat ik je dit briefje geven en je vertel len, dat je welkom bent. Ik hoop, dat je me nog vaak per brief komt bezoeken. Zullen we dat samen afspreken? De groeten aan André Over een jaar is hij zo groot, dat hij me ook een briefje kan schrijven. Siena Gorter. .Nu het enige dagen lekker warm weer is geweest, zal de temperatuur van het water wel heel wat gestegen zijn, Siena en zal je wel niet meer zulke „kouwe- kippenrillingen" krggen, als je te water dui kelt. Ik hoop ook gauw „ergens in Neder land" te gaan zwemmen. Met die warmte krgg je er zin in. Nico en Dick Breeker. Wat jammer, jongens, dat ik jullie vorige week niet heb geschreven. Ik doe het gauw en zeg je, dat ik het erg leuk zal vinden, als je me uit het herstellingsoord een briefje stuurt en ik be loof je, trouw terug te zullen schrijven, hoor. Jullie zgn nu zeker al weg? Hoe lang blgf je daar en waar zitten jullie? Nu, het beste, hoor, en spoedige beterschap. Corrie Barhorst, Eierland (T.). Waar wij gekampeerd hebben, Corrie. Met de kin deren van de Heldersche Crt. te de Waal, in de schuur van „Ome Piet" 't Was er reuze fijn. Met een clubje anderen heb ik eens een week in de Kooger Duinen doorgebracht en dat was ook reuze. En misschien ga ik later nog wel eens met m'n eigen clubje ergens op Texel rondzwerven. Je krijgt van dat vrij buitersleven niet gauw genoeg. Als jg een taart wint stuur ik hem natuurlgk. Lientje Winkel. Dat is fgn, dat je op school zo goed mee kan komen, Lientje. En weet je wat ook fgn is? Nu, begrijp je me? Dit, dat je 31 Maart zo'n klein broertje ge kregen hebt. Jij had wel graag een zusje ge had, maar je zal zien, dat zo'n klein broertje even lief is, zolang hg klein is, als een zusje. En als hy groter is, ja, wat zal ik daarvan zeggenPlagen je grote broertjes je soms vaak? Jaap Mooy. Ik weet niet hoe het komt, Jaap, dat ik er deze week zo'n sleep vriend jes bykryg. Ik vind het uitstekend, maar ipc vrees, dat het van korte duur zal zijn, die vriendschap, want als we over drie weken met grote vacantie gaan, dan zie ik meestal die nieuwelingen met September niet meer terug. Jou wel? Joop Ham. Joop, jg bent „nummer laatst" volgende week misschien nummer een. Zie ik je terug? Jij behoort ook al tot de groep nieuwelingen. Nu, jongens en meisjes, ik ben er door. Ik stop en hoop volgende week weer van jullie allemaal een brief te krijgen. Eind goed, al goed. Goede oplossingen ontvangen vant Klaas en Joop G.; Hanna v. E. G.; Jans A.; Kinderen B.; Beppie v. T.; Tiny v. d. P.; Jet- tie B.; Cor v. B.; Bep R.; Betsie S.; Tini v. B.; Kees de B.; Cor B.Sina G., Hannie v. L. Klaas B.; Piet S.; Ati P.; Douwe M.; Fenne- chien M.; Dora M.; Nina B.; Trijntje K.; Wil- lie V.; Joop H.; Doornroosje; Jaap P.; Ab P., Annie R.; Aafje J., Mientje F.; Jan M.; Dieuwi D.; Martha B.; Piet de L.; Tiny H.; Annie D.; Marietje S.; Dieuwi S.; Nellie C.; Sientje 'de J.; Marie H.; Agatha K.; Gerrit de B.; Corrie K.; Hannie E.; Annie v. B.; Magda R.; Susanna de B.; Meta v. A.; Fresia; Jacoba P.; Jan K.; Gilles H.; Henkie en Jantje S., Jan D.; Martien T.; Henkie en Jopie P.; Broer en Zus de V.; Wim N.; Corrie B.; Pia B.Jacob P.; Willie S.; Jopie M.; Nelie R.; Maarten K.; Beppie K.; Henny v. G.; Trgntje v. S.; Piet en Freek B.; Rein K. Corrie R. 8, 3, 11, 6, 22 het gewicht bepalen. 20, 9, 16, 11 deel van je gezicht. 1, 10, 9, 5, 15, 4 doet de wind. 7, 2, 16, 14, 18 meisjesnaam. 8, 17, 3, 13, 18, 22 doet iemand die zgn tuin goed wil onderhouden. 19, 10, 16, 23, 3 familielid. 12, 21, 6, 16 getal. Het geheel is een spreekwoord van 23 letters door Hannie Franken. „Ik zal jullie wel krijgen", siste het strijkijzer en het werd gloeiend van erger nis. Wat hadden die waterdruppels daar tussen het strijkgoed foch voor een drukte op hun bolle lijfjes! Dat rolde en tolde maar door elkaar, alsof er geen strijkijzer be stond! „Wacht maar", pufte het ijzer: „Straks krijg ik je wel! Als ik jullie maar eerst on der m'n bereik heb!" „Hi-hi-hi" gichelden de waterdruppels. „We zijn al lang in de lucht verdwenen voor jij de kans krijgt ons helemaal op te drogen! Hi-hi-hi!" „Eva! Eva! Eefje, waar zit je dan toch? Open en dicht klapten alle kamerdeuren, maar Eva bleek nergens te zijn! Nu, besloot haar moeder, dan zit ze zeker hoog en droog op haar eigen kamertje, want haar fiets staat in de gang en een Eva die op een vrije middag weg gaat zonder fiets, als 't zulk mooi weer is, dat bestaat niet! Bo vendien was 't nu bijna drie uur en Eva had beloofd om drie uur te komen strijken. Dus klom moeder de drie trappen maar op naar Eva's kamertje. Dat enig-leuke ka mertje, dat Eva's heiligdom was. En jawel, daar zat de jongedame! Met voorrode wan gen en zo verdiept in een boek, dat ze niet eens hoorde, dat de kamerdeur werd ge opend. „Evatje, dat heb je beloofd?" vroeg moe der een beetje verwijtend. „O, mams, dat boek, U weet wel, dat van m'n verjaardag, is zoooo spannend „Dat je er mij helemaal door vergeet!" Eva haastte zich naar beneden, 't Was waar, ze had afgesproken: „om drie uur kcm ik U helpen" en moeder had er haar niet eens om gevraagd. Ze had 't uit zich zelf gezegd en nu zat ze tien minuten over drieën nog met haar boek! Wat je beloofd had, moest je doen, vond Eva en ze gaf zichzelf een standje. „Gelukkig", blies 't strijkijzer. „Nu zul len die natte druktemakers daar in de strijkmand wel gauw bedaren" en het schoof zich een beetje dichter naar Eva toe. Hoe eerder die begon te strijken, hoe vlugger het die huppel-druppels kon laten verdampen. Het ijzer schoof Zich nog wat dichter naar Eva's handen toe, maar die begreep niets van de haast van 't ijzer en dacht, dat 't vallen zou! Ze greep 't nog net, toen 't al voor de helft buiten de strijk plank stond, maar 't ijzer dacht niet aan vallen; 't ijzer wilde alleen maar zo gauw mogelijk de druppels te lijf! Maar het moest nog even geduld hebben. Eva ging eerst eens uitzoeken wat ze wel zou gaan strijken. De zakdoeken kwamen het eerst aan de beurt. En nu kreeg het ijzer z'n kans! „Pss! pss! pss!" siste het. De druppels vlogen de zakdoeken uit als kleine wolkjes stoom. Het ijzer genoot! Maar tevreden was het nog niet. Want de waterdruppels gingen wel op de vlucht, maar dat gebeurde al tijd als het ijzer in aantocht was, maar vandaag moesten de druppels eens echt ge straft! Dan zouden ze 't voortaan wel la ten zo in de strijkmand te rumoeren en 't deftige ijzer in zijn rust te storen! Het ijzer moest en zou een paar waterdruppels vernietigen, ze geen kans geven als damp in de lucht te komen. „Zou de prins dat arme, kleine herderin netje nog terugvinden? Die prins op dat prachtige paard? En hoe zou 't verhaal verder aflopen? Vanavond ging ze vast weer verder lezen!" Dat waren Eva's gedachten en ze dacht helemaal niet aan 't strijkijzer en ook niet aan de zakdoeken! „Psss-pss-pss!" „Hi-hi- hi!" „Wat was dat nou?" dacht Eva, maar maar't was al te laat! In 't fijne kanten zakdoekje was al een gat gebrand! Verschrikt trok Eva 't snoer van 't ijzer uit 't stopcontact. Dat ijzer was veel te heet geworden, en dat alles kwam door dat boek! Opeens was 't boek vergeten en een uur later lag al 't strijkgoed keurig netjes in de mand. Maar toen moeder Eva een pluimpje gaf, vertelde Eva haar van de verbrande zakdoek en ze vertelde ook hoe dat gekomen was. „Ik dacht nog steeds aan dien prins en dat herderinnetje. Mams, bent U heel erg boos?" „Neen", zei moeder, ,',want ik weet ze ker dat gebeurt immers geen tweede keer meer?" „Neen. mams. dat vast niet!" De strijkmand stond in een hoekje. Daar binnen was 't muizestil. In de kast stond het ijzer en., glom van genoegen? Dat zou je zo denken, maar dat is helemaal niet waar. Zeker, 't ijzer had de waterdruppels „gekregen"! Een paar had het helemaal verdampt onder z'n gewicht. En de zak doek had daardoor een gat gekregen. Maar het had geluisterd naar de stem van de Een bonkaarten-doos is nu wel één van de meest praktische dingen, die je op 't ogenblik maken kunt. Je moeder zal er zeker mee in haar schik zijn. Niet alleen, dat alle bonkaarten er een veilig plaatsje in kunnen vinden, er kunnen bovendiei* allerlei voorraad-lijstjes en dergelijke in opgeborgen worden en ook wat velletjes papier om boodschappen op te schrijven. Ja, zo'n doos is reusachtig handig, alleen., hij is niet zo één-twee-drie klaar. Je moet er een beetje timmermansbloed voor heb ben en met eenvoudig gereedschap kunnen omgaan. Wie durft 't aan? De doos mag nu eens niet van karton gemaakt worden. Hout en niets anders moet 't zijn! Triplex dus maar! Als de doos klaar is, heb je een bergruimte van 14 bij 9 bij 3.4 cm. en wel: ^3odem: 14 bij 9 cm. Deksel: 13.4 bij 9.5 cm. Voor- en achterwand: 14 bij 3 cm. Zijwanden: 8.2 bij 3.4 cm. In de zijwanden moet aan de boven-bin- nenkant een gleufje gemaakt worden, waar de deksel ingeschoven kan worden. Van boven af gerekend is 2 a 3 mm. de juiste afstand voor de gleufjes. De verschillende delen van de doos worden met schroefjes, spijkertjes of meubellijm in elkaar ge maakt. Eerst bevestigen we de vier wan den van de doos op de bodem. Wij begin nen met de voor- en achterwand. De zij wanden komen daarna gan de beurt. Voor- en achterwand moeten in 't midden voor zien worden van een half-cirkelvormige uitsnijding. Dat geeft gemak bij 't uitnemen van de kaarten. Vervolgens moet het deksel iets afge vijld worden, zodat het in de gleuven heen en weer kan schuiven. Die gleuven moet je van te voren met was inwrijven. Dap glijdt het deksel beter! Eenmaal zover, wordt aan de linker of rechterzijde, binnen in de doos een blokje hout aangebracht. De lengte hiervan bedraagt 8.2 cm., de breed te is 1.5 cm. en de hoogte 3 cm. Is het blok je met schroefjes of lijm bevestigd, dan schuiven we het deksel op de doos en door het deksel en het blokje hout boren wij een gat, voldoende diep om er een pot lood in te steken. Dan hoeft er nooit naar een potlood gezocht te worden en.... het loodrecht staande potlood houdt meteen 't Haat én daarnaar gehandeld. En een over winning, die je behaalt door een haat-daad, daar is nu alle aardigheid af! En als een strijkijzer dat nu al ondervindt, dan hoe ven wij aan zo iets helemaal niet te be ginnen, want dan zouden we ons later geen raad weten van spijt! deksel vast! Tenslotte schaven wij 't ge heel netjes bij en geven de doos een aardig lakverfje of we beitsen hem. Lakverf geeft altijd een buitengewoon aardig effect, je kunt 't krijgen in alle mo gelijke tinten, en je werkt er gemakkelijk mee. Een gebeitste doos kan ook heel mooi zijn. Natuurlijk ziet 't geheel er dan wat somberder uit, maar als je goed weet te beitsen, met gelijke streken en nog eens een keertje overbeitsen, bereik je toch ook een heel goed resultaat. Bij beitsen komt het vooral aan op gelijkheid van streek. Een gevlamd beitseffect, dat bereikt wordt door bewust onregelmatige streken, kan 't geheel een wat levendiger aanzien geven, maar, als je nog nooit of nog maar heel weinig gebeitst hebt, zou ik je raden er niet aan te beginnen. Want als je tenslotte een „gevlekte" doos krijgt, inplaats van de „gevlamde", die je bedoeld had, dan is het erg teleurstellend en er is dan weinig meer aan te doen. Je zou h'm alleen heel donker over kunnen beitsen en daar gaat hij nu niet bepaald vrolijker van uitzien! Denk er ook vooral aan, dat je, als de beits goed is ingedroogd er flink overheen wrijft met een zachte, liefst wollen lap. Dan komt er op de doos een glanS, die van Ket sombere bruin, een warm bruin weet te maken.- LINCOLN'S VUILE HAND. Toen de Amerikaanse president Lincoln nog een schooljongen was, ontdekte zijn onderwijzer op een goede dag, toen ze aan 't schrijven waren, dat Lincoln's hand zo zwart als roet was. Woest kwam de onder wijzer op Lincoln toe en brulde: „Jij deug niet en smeerpoes! Als er in de hele klas nog zo'n vuile hand te vinden is, krijg je geen straf!" Toen liet Lincoln zijn linkerhand zien, die hij onder de lesenaar had gehouden. Hij kreeg geen straf. „Ha!" zegt baron van Paffoedik, „Vandaag ben ik in m'n schik! „Een worstje, lekker dik en rond Met bier erbij, dat is gezond!" Baron van Paffoedik valt er op aan Hg zal eens lekker smullen gaan. Maar o lala! dat wordt een klucht! De dikke worst vliegt in de lucht. ?.n hondje keft: „daar bof ik bii!" r, IkahoudWooLk?P Kraa' >roept: "wat klets jg' T«nrtkKP Kraai vlie# de worst tegemoet, Versta i e dat. lei ra" le^k're brok. W Jranrenh bh?«elen langs 't hondje z'n snoet, versta je dat, lelyke schrok?" £?aar baron Paffoedik krijgt van de schrik 1 een heel uur lang de hik!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 10