Reddingbooten in de. ^Axmdinq. JUTTilHTJ Abonneert II op dit blad. r Distributie Opplakvellen RIJWIEL Maandag 9 Juni 1941 Tweede Blad DRUKKERIJ DE BOER Betrekkingen Te huur Te koop tfiactimeuiaj In 30 jaar kapseisde 12 maal een boot van de N.-Z.-Holl. Redding Mij. Goeie roBfars worden mlndar in aantal Utat WkddmdandeM den laagsten prijs Officieele mededeeling. JUTTERTJES worden alleen geplaatst bij vooruitbetaling aangeboden aangeboden •angebodoa 't Zomert £m fcM&itje.... de ideale verkooper! Onslag Directeur dienst sociale zaken Herioenting tc Kleine Sluis Sch* Cour# -HelcL Cour» 143 Bedrijfscompetitie ïUeuuM uil Wik Vlsschcrfi i In het laatstverschenen nummer van het Marineblad lezen wij een artikel van de hand van den heer H. Th. de Booy, secretaris-pen ningmeester van de Noord- en Zuidhollandsche Redding-Maatschappij, getiteld „Met redding booten in de branding", waaraan wij in enkele artikelen eenige citaten ontleenen. Dit is geen theoretisch betoog over het ge drag van een reddingboot in de branding; be schouwingen over golfprofielen en stabiliteit kan men in leerboeken vinden. Men vroeg mij een en ander mede'te deelen over de in jaren lange practijk opgedane „brandings-ervaring" der Noord- en Zuid-Hollandsche Redding-Mij. en U zult wel van mij willen aannemen, dat noch Douwe Tot, Arie Jol, Coen Bot, Tinus Bruin, Botte Ney of een der andere schippers van onze roei- en motorreddingbooten van Soheveningen tot Schiermonnikoog zich ooit over metacenterhoogte of vormstabiliteit van hun reddingboot hebben bekommerd. Bekwame reddingbootschippers kunnen slechts door de harde practijk worden gevormd. Hun prachtig zeemanschap berust immers geheel op erva ring,verkregen in tal van moeilijke en dikwijls zeer gevaarlijke tochten door de branding, die meteen Westerstorm op onze kust slaat. Zij hebben in den loop der jaren tijdens oefeningen of reddingen de eigenschappen van het aan hun zorgen toevertrouwde materieel leeren kennen en er is weinig, waar zij zoo van ge nieten, als van den steeds opwindenden, man lijken strijd tegen dewild-voortrollende brekers. Ervaring, die niet vastgelegd wordt, gaat echter verloren en het spreekt dus vanzelf, dat de Redding-Maatschappijen, die er steeds op uit zijn het materieel te verbeteren, teneindé de risico voor de redders te verminderen en de kans op succesvolle reddingen te vergrooten, de rijke ervaring van de reddingbootbemanningen „verwerkt" in de booten, die zij voor het werk in de branding bouwen. Het heeft ontegenzeggelijk lang geduurd al vorens men, zoekend en tastend, kwam tot een geschikt type roeireddingboot, doch men moet niet uit hetoog verliezen, dat het kustredding- wezen betrekkelijk jong is. De scheepvaart is even oud als de geschiedenis der menschheid, doch eerst in de 2de helft van de 18e eeuw is men er over gaan denken speciale redding booten te ontwerpen, waarmede de kustbevol king kon trachten in nood verkeerende schip breukelingen uit 2hun benarde positie te verlos sen. Zoolang de kustbevolking het bergen v.an strandgoederen en plunderen van gestrande schepen van veel grooter belang achtte dan het redden van enkele mensohenlevens, had het stationneeren van reddingbooten langs de kust al heel weinig zin en wij zien dan ook, dat de goed bedoelde pogingen van Koning Lodewijk Napoleon, die omstreeks 1808 het redden van schipbreukelingen een tak van staatszorg maakte en een' vijftal reddingbooten met bijbehoorende wagens liet bouwen, weinig effect hebben gehad. In het voorjaar van 1824 werd in Engeland op particulier initiatief het reddingwezen georganiseerd en Nederland volgde een half jaar later «dit schoone voor beeld. Elke reddingboot is een compromis tus- schen verschillende eischen, t.w. groote sta^ biliteit, onzinkbaarheid, niet te zwaar of te groot en geringe diepgang. Voor de vlakke Nederlandsche kust waren b.v. de groote roeireddingbooten met 18 roeiers, die aan de Engelsche ku'st kunnen worden gebruikt, waar zij van hellingen te water liepen, on bruikbaar.' Rupsbandwielen, die het mogelijk maken zelfs een boot van 5000 kg langs het ii#/ Wij drukten, in groote oplaag, Daarom betaalt U thans bij ons Opplakvellen MD 18(bonnen.groot form.): per 100 st. f 0.16 per 1000 st. I 1.50 per 5000 st. f 1.45 (per 1000) Opplakvellen MD 268 (bonnen klein form.): per 100 st. f 0.18 per 1000 st. f 1.70 per 5000 st. f 1.65 (per 1000) Uw eerste winst de distributieopplakvellen van Koningstraat - Den Helder zachte' Noordzeestrand te vervoeren, waren in de 19e eeuw nog niet bekend en zwaarder dan 2000 kg mochten onze roeireddingbooten dan ook niet zijn. Het aantal „Paardekrach- ten", dat de tien roeiers kunnen ontwikkelen, is uiterst gering 'Zeker niet meer dan 1.5 4 2 en iedereen, die wel eens in bewogen zee heeft geroeid, weet uit ervaring welk een graad' van geoefendheid moet zijn bereikt, wil er geen kostbare kracht verloren gaan. Hét groote gevaar is dwars geslagen te worden, zoodat het vitaal belang is de boot met haar lengteas loodrecht op de branding te houden. Aan een roer heeft men al zeer weinig in zulke gevallen, gezien de geringe snelheid eener roeireddingboot, die bovendien, nadat zij door éen breker wordt getroffen, dikwijls óf totaal stilligt óf teruggeslagen wordt. Vandaar dat de schipper een lange stuurriem hanteert, waarmee hij krachtdadig mee kan helpen de boot recht te houden. Bij het roeien zeewaarts door hooge branding is het dus noodzakelijk de boot bij het. naderen van iederen breker, die niet kan worden vermeden, de grootst mogelijke vaart te geven. Weliswaar is het gevaar, van omslaan bij het terugkee- ren door de branding grooter -indien men althans geen sleepzak gebruikt doch ook by het zeewaarts roeien zijn herhaaldelijk reddingbooten omgeslagen. In de afgeloopen 30 jaar kwam het 12 keer voor, dat een roeireddingboot der N.Z.H.R.M. kenterde; 11 man kwamen daarbij om het leven. In drie gevallen geschiedde dit omslaan bjj of na een red dingspoging, doch in de overige negen gevallen bij een oefening. Niet altijd heeft men de directe oorzaak kunnen vaststellen, doch in vier gevallen moest de oorzaak ongetwijfeld aan onzaak kundige behandeling worden toegeschreven. Men moet daarbij niet vergeten, dat het systeem van bemannen der strandredding- booten door vrijwilligers (het eenig bruikbare systeem overigens) medebrengt, dfrt niet steeds' alle „ingeschreven" roeiers aanwezig zijn, terwijl men ook rekening moet houden met het feit, dat slechts een zeer klein ge deelte van onze kustbevolking de geoefend heid in het roeien kan bijhouden. De vletter- lieden van IJmuiden of haringtrekkers van Den Helder zaten vrijwel dagelijks op de doft, doch het meerendeel der bemanningen was aangewezen op de oefeningen met de reddingboot, die gemiddeld Vier keer per jaar werden gehouden. Nu de rpotor vrijwel overal de riem heeft verdrongen, is het geen won der, dat het aantal goede roeiers geleidelijk kleiner wordt; een der redenen, waarom het vervangen van de roeireddingbooten door motorstrandreddingbooten van pl.m. 5 ton, waarmede de N.Z.H.R.M. reeds een heel eind is gekomen, zeer noodzakelijk is. Het woord Op den 5den Juni 1941 overleed te Apeldoorn onze beste broer en zwager GIJSBERT KILJAN in den ouderdom/ van 78 jaren. Winkel, 8 Juni 1941. G. DUYNE—KILJAN C. W. A. P. DUYNE DANKBETUIGING Hiermede betuigt onderge- teekende zjjn hartelijken dank aan den heer K. KOS, Assu rantie-kantoor, Koningstraat, voor de prompte levering van een nieuw rijwiel, nadat het oude was gestolen. K. KRAMER, Koningdwarsstaat 6 De Burgemeester der ge meente Den Helder maakt be kend, dat de herinenting tegen typhus en paratyphus, waartoe gelegenheid zou worden gege ven te Kleine Sluis, gemeente Anna Paulowna, op 10 Juni 1941, niet zal plaats hebben, daar de daarvoor bestemde lokalen zijn geweigerd. Den Helder, 7 Juni 1941. De Burgemeester, RITMEESTER. HOOGE PRIJZEN...... geven wjj voor heele en gedeeltelijke Inboedels. Verkooplokeal „DE SCHAKEL" Molenstraat 143149. Wieders en Bollenrooiers gevraagd bij: H. DE LANGE, Meerweg 55, Breezand. Gevraagd een flinke nette jongen voor loop- en bakkerij- werk bij R. J. WIJMA en Zn., Violenstraat 71. HUISHOUDSTER gezocht bij 2 menschen op leef tijd op Texel, De Koog. Brieven m.1. en loon J. Alder- lieste, Pompplein 20b, Egmond a. Zee. WIEDERS gevraagd bij P. NELIS Zn., Bloembollenkweekerij, Rijksweg, Koegras. Billijk te koop: EEN LANDHUISJE met schuurtje en erf, gr. 9.05 aren. Gunstig gelegen te Oost huizen N.H. met autobusverb. n. Hoorn, Alkmaar en Amster dam. Aanvaarding vrij van huur Te bevragen bij Notaris C. Haremaker te Oosthuizen. TIEN RAMEN te koop voor Broeikast of kip penhok, t.e.a.b. Adres: Molenerf 5. Gemeub. Zit-Slaapkamer te huur gevraagd, voor dame alleen Brieven onder nr. 662, aan het Bureau van dit blad. Ac.ngeb. zit-slaapk. m. gebr. v. k. of slaapgel. v. 2 4 3 pers. nabij bush. Brieven onder no. 664, Bureau van dit blad. Te koop aangeboden een goede inzinkbare f Singer trapnaaimachine Adres: Bureau van dit blad. Indien U prijs stelt op plaatsing van Uw in de Held. Courant van morgen, laat Uw opgaaf 's middags vóór 4 uur in ons bezit zijnl vanaf f 2.— por jaar Assurantiekantoor Koningstraat 90 Telefoon 984 „reddingboot" heeft bij het groote publiek een magische klank en na elk ongeluk met een roeireddingboot kwam critiek los. Men verbaasde er zich over, dat een reddingboot kón omslaan en dikwijls werd dan in de pers uiting gegeven aan twijfel over de doelma tigheid van het aan de kustbevolking ter be schikking gestelde materieel. Hoe weinig er echter noodig is voor een roeireddingboot om in de branding om te slaan, heb ik in mijn 11-jarige ervaring bij de N.Z.H.R.M. maar 41 te duidelijk ondervonden. Talrijke oefeningen maakte ik mede met de booten van Scheveningeri tot Schiermonnikoog' en in die jaren heb ik heilig respect gekregen ,voor de kracht van de branding, mitsgaders bewondering voor het enthousiasme, waarmede vele bemanningen zich oefenden. Er zijn plaat sen, waar men zich als het ware schaamt, om bij goed weer te oefenen, hoewel dit uit den aard der zaak herhaaldelijk voorkomt, omdat het nu eenmaal op vele stations onmogelijk is een oefening „4 la minute" uit te schrijven, als er een goed oefenzeetje staat. De meeste vrijwilligers, die tot de beman ning van een roeireddingboot behooren er zijn landbouwers, dijkwerkers, doch ook tim merlieden, metselaars, huisschilders of veld wachters onder kunnen hun werk niet voor een onverwachte oefening in den steek laten, terwijl ook de boeren, die hun paard voor het vervoer der reddingboot beschikbaar stellen, er van te voren op moeten kunnen rekenen, dat er geoefend zal worden. Het tropische woud levert den primitieven bewoners op tal van eilanden van den on eindig grooten Indo- nesischen Archipel al les wat hij voor zijn bestaan noOdig heelt: woning, voedsel, keu kengereedschap, vaar tuigen, vroegèr ook kleeding (boombast), en de producten, die hij verkoopt om „mo- derne" behoeften te bevredigen, als: pe troleum, lampjes, lu cifers, spijkers, kraal tjes, ijzer voor kap messen, zwaarden, lansen, enz. Tot de meikvaardige uit- jfai) voerproducten behoo ren huiden van slan gen, krokodillen, va- ranen, en op enkele eilanden, paradijsvogels, kroonduiven, neushorens, kamfer, reukhout, verfhout. De Europeesche mode eischte de huiden van varenen, (groote hagedissen), slangen en kro kodillen. De uitvoer ervan bedroeg in 1933 voor Zuid-Oost Borneo alleen ruim anderhalf millioen huiden tot een bedrag van bijna 2 millioen! Een zeer aanzienlijke som voor de weinige bewoners van dat uitgestrekte gebied, eenige malen grooter dan ons land. In 1937 was genoemd bedrag geslonken tot nog geen 200.000, een gevolg van het feit, dat de mode niet meer zoo op de huiden gesteld was. Wel licht is dit voor de bewoners een geluk, want door het vangen van slangen namen de muizen zeer in aantal toe en deze diertjes vernielden de ten velde staande rijst. Tot de uitgevoerde huiden behoorden ook die van de groote ha gedissen, de varanen, maar niet van de zeer groote variëteit: de Varanus Kosnodoënsis, een hoogst merkwaardig beest, dat op aarde alleen in Nederlandsch-Indië voorkomt, en oo't daar op heel enkele plekken, n.1. een deel van Flores en een tweetal eilandjes in de buurt, moeilijk te bereiken. Het mannelijke dier wordt 3 meter lang, het vrouwtje twee meter. Het leeft In holen op het land, in droge heuvelachtige deelen en voedt zich met var kens en herten. 's Ochtends, tegen 9 uur, wanneer het al warm is gaat het op jacht, liefst op rottend aas dat hem door de adellijke lucht aantrekt. Teekening J. G. Sinia Me één hap verslindt het de beide achter- pooten van een varken. Zijn maag bevat veel zoutzuur, zoodat beenderen geheel worden opgelost. „Wij hooren", zoo vertelt een onderzoeker, die vergunning had op het beschermde dier te mogen jagen, „geritsel van den kant van een rotsblok. Het komt nader en plotseling zie ik achter ons een groote varaan behoed zaam, poot voor poot, nader komen. Dat is toch heel wat anders dan het vrij onooglijke vadsige dier uit den dierentuin! Prachtig monumentaal steekt zijn demonische kop uit het hooge gele gras op. Glanzend glijdt de lange geelwitte gespleten toAg tastend voor uit. Hoog opgericht op de voorpooten kijkt het dier met goud omrand oog spiedend, in onze richting. De donkere oorplek, de fijne schubben, de decoratieve kammen en de zware dijdikke achterpooten, zijn duidelijk zichtbaar". De schaarsche bevolking op het varanen- eilandje noemt het dier, dat ook jonge kar bouwen aanvalt, „boeaja darat", landkroko- dil. Menschen valt het niet aan. De regeering heeft maatregelen getroffen, opdat het daar heelemaal niet schaarsche dier niet kan uit sterven. Zoo blijft dit merkwaardige „voor wereldlijke" dier voor Indië behouden. (Drie jaar Indisch Natuurleven". Nederl.- Indische Ver. tot Natuurbescherming.) Dr. H. F. TILLEMA. I Een paar dagen hebben we al kunnen ge nieten van het heerlijke, zonnige weer. Vooral de lange avonden zijn nu een genot. De zon staat om acht uur 's avonds nog ver van de horizon af en brengt een lichte stemming in de harten van de menschen. Iedereen voelt de blijdschap om den zomer die nu eindelijk komen gaat, en dat uit ieder weer op eigen wijze. De een pakt zijn fiets en gaat een flink eind bui ten af om de zon over de velden te zien schijnen en te genieten van de bonts kleurschakeerin- gen, een ander gaat een stukje wandelen, en geniet van de zalige rust langs den weg. Zoo doet elkeen wat zijn hart hem ingeeft. Zonneschijn: heeft dat ons in dit jaar niet al te lang ontbroken? We hebben een kouden winter 'gehad, waarin we ons in heel dikke kleeren moesten hullen om warm te blijven, we hebben een lente gehad met verraderlijke regenbuien, die plots kwamen opzetten, en met gure windvlagen, die ons deden verkillen, en die de plantenwereld aarzelen deed om het teere, jonge groen aan weer en wind bloot te stellen. Nu, in de stralen van de avondzon, voelen we ons tevreden, het is voorbij; het leed ge leden. De zwoele wiind strijkt streelend langs ons heen, doet weldadig aan. De radio, zachtjes aangezet, speelt luchtige melodieën, die rust in ons hart brengen. Overal genieten de menschener zijn er, die in hemdsmouwen of in een zomerjapon, op de stoep van hun deur zitten, een krant lezen, naar de voorbijgangers kijken, of een praatje aanknoopen met den overbuur, die voor zijn wijd-opgeschoven raam zit. Wat mannen staan stil bij elkaar op den hoek van een straat en rooken hun sigaar. Het jonge goed speelt luid ruchtig, vindt het fijn dat het zoo lang licht blijft en ze nog niet naar bed hoeven. Langs den Singel zitten een paar henge laars; hun dobbers liggen tusschen het kroos, dat als een groene watten deken boven op het water drijft. Stil zitten ze daar in het gras, kijken naar hun dobber, naar den rook van hun sigaret die vervliegt en neuriën zacht voor zich heen. Op het rimpelige water flonkert de zon. In de binnenstad is veel vertier. De ijscoman heeft geen handen genoeg om al zijn klanten af te helpen. Meisjes in fleurige japonnetjes en jongens in lichte zomerpakken flaneeren er heen en weer. In het Julianapark ruischen de groene boomen, houtduiven koeren in de takken. De zon neigt, en werpt langer schaduwen. Straks, als ze verdwenen is, zullen alle men schen naar binnen gaan, huiverig voor den avondwind, die dan ineens kil wordt. Morgen is er een nieuwe dag, weer vol zon. B. en W. schrijven aan den Raad: Bij brief van 23 April 1941 heeft de heer L. Bandsma, Directeur van den dienst voor sociale zaken, alhier, aan ons medegedeeld, dat hij met ingang van 1 April 1941 is aan gewezen als Directeur van het gewestelijk arbeidsbureau te Zaandarp. Hij heeft daarbij tevens het verzoek gedaan om hem met in gang van genoemden dag gedurende één jaar non-activiteit te verleenen. Een dergelijk ver zoek hebben wij ook nog van een twaalftal andere ambtenaren van den dienst voor sociale zaken ontvangen; op deze verzoeken hebben wij afwijzend beschikt. Inwilliging van de verzoeken zou toch tot zeer ongewenschte toestanden voor de gemeente kunnen leiden. Ook den heer Bandsma kan daarom onzes inziens niet één jaar non-activiteit worden verleend. Daar de heer Bandsma echter op 1 April j.1. den gemeentedienst heeft verlaten, stellen wij U voor aan hem, gerekend met ingang van dien dag, eervol ontslag te verleenen als Directeur van den dienst voor sociale zaken, alhier, onder dankbetuiging voor de aan de gemeente bewezen diensten. Gaat öi«t door. Zooals men in een advertentie in dit nummer leest kan de herinenting tegen typhus en paratyphus te Kleine Sluis (gem. Aifaa Paulowna) geen doorgang vinden op 10 Juni a.s. aangezien de loka len voor dit doel geweigerd zijn. In een prettig partijtje voetbal is Debo, het voetbalteam van Drukkerij de Boer, er Zaterdagmiddag j.1. in geslaagd, met groot punten-verschil van de Schager Courant te winnen. De Schagenaars weerden zich uitstekend, doch waren, niet opgewassen tegen het enthousiasme en hetere spel van de Deboërs. Vooral Catshoek was er dezen middag goed in. Bij de Sch. Cour. lieten Zwart en de veteraan De Jong zien, dat ze het voetballen nog lang niet verleerd waren. In het begin hield de Sch. Cour.-ploeg aardig stand. Doch na tien minuten kwam reeds het eerste punt voor Debo, gevolgd door nummer twee en drie. De Sch. Cour. stelde alles in het werk om de score zoo laag mogelijk te houden, maar kon toch niet verhinderen dat de rust met 100 voor Debo inging. Ni de rust ging het beter met de Sch. Crt. De achterhoede van Debo speelde nu aan den kant van de Sch. Cour., zoodat de Debo voorhoede zich geplaatst zag tegenover haar eigén backs. Vermakelijk waren na de rust de duels tusschen Catshoek en Kemna, waarvan men nooit te voren wist wie of die zou winnen. Het publiek had in deze duels groote schik. Debo wist nog drie doelpunten aan de score toe te voegen, terwijl de Sch. Cour. een verdiend tegen-goal wist te maken. Het einde kwam aldus met 131 in het voordeel van Debo. •Ongetwijfeld een match die de kiem van een revanche-wedstrijd in zich heeft. Uitslagen Zaterdag: ScheepsbouwTorpedo-Atelier 80 Thor—W.T.B. 3—7 Programmat Hedenavond wordt gespeeld op het Heider- terrein: WalbedrijfDe Roode Haan. Aanvang 19.00 uur. Scheidsrechter: C. Makelaar. De eveneens voor heden vastgestelde wed strijd: B.W.V.Water- Lichtbedrijven is tot een nadere datum uitgesteld. Urk, 6 Juni 1941. Door 70 vaartuigen werd heden aan den Gemeentelijken Vischafslag alhier aangevoerd 5184 kg aal en paling, van 79290 kg per vaartuig, prijs 0.621.54; 59 kg voorn 710 ct; 40 kg snoekbaars 34 ct; per kg 70 manden possen 1.20 en 200 manden nest 34 ct. per mand. 8 Weken in een tent, door E. v. d. Berg— Boldingh. Uitgeverij „De Kern", 's-Graven- hage. Prijs geb. in prachtband 3.65. Twee schoolvriendinnen, Loes en Anneke, gaan kampeeren. Drie weken verblijven ze in hun tent in de bossohen van Beekbergen en daar beleven ze allerlei avonturen, geen dave rende dingen, geen spannende sensaties, maar heel gewone dingen die ieder jong meisje mee maakt als ze er met de tent op uittrekt. 't Is een frisch en* aardig boek. Een boek, dat men gerust zijn opgroeiende meisjes in handen kan geven en dat ze met genoegen zul len lezen, 't Is alles eenvoudig en eerlijk ver teld. We kunnen dit boek van Mevr. v. d. BergBoldingh tot de gezonde ontspannings lectuur rekenen. Primulareeks. Binnenkort zal bg den uit- gefer C. J. Terwee te Putten een serie uit gaven het licht zien onder den titel „Primula reeks", waarin poëtisch, novellistisch, essay istisch en dramatisch werk van jongere en oudere letterkundigen zal verschijnen. Aan de productie der jongeren zal bizon- dere aandacht worden besteed. Deze serie, die onder redactie staat van Jan H. de Groot en H. M. van Randwgk, zal openen met een bundel verzen van Kees Klap „Jeugd in Nederland". Vervolgens verschijnt een bundel verzen van Koos van Doorne „Verloren Slag".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 5