De tijd is Duitschlands bondgenoot.
Duiischland zal nief
capiiuleeren.
Vergelijk meiBolsjewisme onmogelijk.
Bolsjewisme is dierlijk en wreed.
Vervolg van pagina X.
Hetgeen zij thans als overwinnin
gen betitelen, hebben zij bij ons eer
tijds voorgesteld als volkomen on
belangrijke operaties. Alleen door
■eze toenmalige onbelangrijke ope-
vuties is het geweldige gevechtster
rein gevormd, waarop zich de hui
dige volkerenworsteling in hoofd
zaak afspeelt.
Naast onzen grooten bondgenoot in
Oost-Azië hebben ook Europeesche vol
ken in een duidelijk inzicht de grootte
van de historische taken ingezien en
dienovereenkomstig hun offers ge
bracht.
Het verraad in Italië.
Wanneer de offers van den met ons
verbonden grootsten Europeeschen
staat tenslotte min of meer tever-
geefsch geworden zijn, dan is dit alleen
toe te schrijven aan de stelselmatige
sabotage van een erbarmelijke kliek,
die na jarenlang weifelen zich ten
slotte heeft vermand tot een enkele
daad, die echter in de geschiedenis als
schaamteloosheid zeker aanspraak kan
maken op den roem van het e^pmallge.
Ik ben gelukkig, dat het ons gelukt
is uit de handen van deze treurigste
verschijningen van dit overigens zoo
geweldige tijdvak tenminste den man
te redden, die zelf alles gedaan heeft,
niet alleen om zijn volk groot, sterk en
gelukkig te maken, doch ook om het te
laten deelnemen aan een historisch con
flict, dat tenslotte het lot en de cul
tuur van dit continent zal bepalen.
Dat de Italiaansche ineenstorting met
al haar consequenties niet zonder te
rugslag kon blijven op het geheele oor
logsgebeuren is vanzelfsprekend. Des
ondanks zijn de verwachtingen van on
ze vijanden ook hier tevergeefsch. Wat
zij dadelijk bij het begin gehoopt heb
ben. is niet ontstaan en zal ook niet
ontstaan.
ZU hadden gehojpt, dat met één
slag de Duitsche divisies In Italië
afgesneden en vernietigd zouden
worden, d .t de Duitsche eilandbe
zettingen hierdoor verloren zouden
gaan, dat de Balkan als een rjjpe
vrucht In hun schoot zou vallen en
dat zij dan het oorlogsgebeuren met
één slag naar de Duitsche grens
zouden kunnen overbrengen. De
stormloop naar den Brenner is ge
worden tot een offensief met een
slakkengang ver ten Zuiden van
Rome.
Hij zal nu zijn tol aan bloed eischen,
en wel niet naar goedvinden van on
ze vijanden, doch in groote lijnen vol
gens onze plannen. Elke nieuwe lan
ding zal hen dwingen steeds meer
scheepsruimte te binden. Zij zal de
strijdkrachten van onze vijanden ver
splinteren en het gebruik van onze wa
pens nieuwe mogelijkheden geven.
Waar ook maar een dergelijke landing
wordt gedaan stuit zij op onze paraat
heid en men zal dan wel de ervaring
opdoen, dat het om nu eens met
Churchill te spreken: „een ding is om
tegenover de Italianen op Sicilië te
landen en het een geheel ander ding is
om tegenover de Duitschers aan het
Kanaal, in Frankrijk. Denemarken of
in Noorwegen te landen". Dan zal ook
blijken, of onze terughoudendheid op
menige gebieden zwakheid of koele be
rekening was.
De strijd aan het Oostfront.
De strijd ln het Oosten is de zwaar
ste, dien het Duitsche volk ooit te door
staan heeft gehad. Wat onze mannen
hier verdragen, kan in het geheel niet
vergeleken worden met dat, wat onze
vijanden prestee-en. Ook hier zal het
uiteindelijke doel, het Duitsche front
tot een ineenstorting te brengen, niet
alleen niet bereikt worden, doch zoo
als steeds in de wereldgeschiedenis zal
alleen.de laatste slag de beslissing
brengen. Deze slag echter zal dat volk
in zijn credit kunnen boeken, dat met
de grootste innerlijke waarde, met de
grootste standvastigheid en met het
grootste fanatisme het beslissende uur
gebruikt.
Wat ik derhalve van Duitsche sol
daten eisch, is ontzaglijk. Het is de
taak van het front, dat het tenslotte
het schijnbaar onmogelijke mogelijk
maakt. Het is de taak van het va
derland, dat het front ln zijn strijd
tegen datgene wat onmogelijk of
onmogelijk te dragen schijnt, steunt
en sterkt, dat 't zich in volle duide
lijkheid ervan bewust wordt hoe het
lot van ons geheele volk, van vronw
en kind en van onze geheele toe
komst daar van afhangt, dat met in
spanning van de laatste kracht de
beslissing ln ons voordeel afgedwon
gen wordt.
Dat elk offer, dat wij thans bren
gen in geen verhouding staat tot de
offers, die van ons geëischt zouden
worden, wanneer wij den oorlog niet
zouden winnen. Dat er derhalve zelfs
geen andere gedachte kan zijn dan den
oorlog onverbiddelijk te voeren met
het onveranderlijke loei van het beha
len der overwinning, geheel onverschil
lig, hoe telkens de toestand moge zijn
en geheel onverschillig, waar wij tel
kens moeten vechten.
Toen het verraad van den koning van
Italië, den kroonprins en zijn militaire
kliek steeds duidelijker werd, was onze
positie niet mooi, in de oogen van me
nigeen zelfs wanhopig. De beide dicta
toren der democratieën hoopten reeds,
in Washington gemeenschappelijk de
vernietiging der Duitsche legers en de
uitlevering van mijn vriend als een ver
makelijk schouwspel te kunnen vieren.
En toch werd het bijna onmogelijk lij
kende in enkele weken mogelijk ge
maakt. Uit een bijna onafwendbare ca
tastrofe kwamen letterlijk in één slag
een reeks van de roemrijkste handelin
gen voort, die leidden tot een volledig
herstel van onze positie, ja, in menig
opzicht tot een verbetering.
Als deze oorlog eens geëindigd zal
zijn, dan zullen derhalve de grootste
lauweren meer moeten worden toege
schreven aan ons geloof en onze volhar
ding dan aan de incidenteele daadkracht
en afzonderlijke acties. Daartegen zal en
moet ook elke propaganda onzer vijan
den falen. Evenals in den wereldoorlog
hopen zij niet zoo zeer op de overwin
ning der wapenen, als wel op de uitwer
king van hun frazen, hun dreigementen
en hun bluf. Eerst geloofden zij aan de
dreigementen met den tijd, den honger,
den winter enzoovoort. Daarna geloof
den zij, dat de bomterreur alleen al vol
doende zou zijn om het Duitsche volk in
het binnenland murw te maken. Maar,
terwijl in den eersten wereldoorlog het
Duitsche volk in het binnenland, bijna
zonder vijandelijken invloed, ineen
stortte, zal het thans ook onder den
zwaarsten druk de kracht van zijn weer
stand nooit verliezen. Er zijn veel of
fers gebracht dan dat iemand het recht
zou hebben, zich te onttrekken aan deze
offers voor de toekomst.
De Führer wees erop, dat de tegen
standers van het Duitsche Rijk gelooven
het Duitsche volk thans in de eerste
plaats door bluf en propaganda murw te
kunnen maken, door te doen alsof
zij de overwinning reeds behaald had
den. Als het niet zoo ernstig was, zou
men menigmaal om dit optreden kunnen
lachen. Op hetzelfde oogenblik, dat zij
zich van de eene conferentie naar de
andere haasten, om hun verschillende
oneenigheden bij te leggen, doen zij als
of zij reeds overwinnaars waren. Zij
roepen commissies bijeen voor de „or
ganisatie der wëreld na de overwin
ning". Het zou veel doelmatiger zijn, als
zij zich bezighielden met de organisatie
van hun eigen wereld. Zij roepen com
missies bijeen, die ervoor moeten zor
gen, dat de wereld na den oorlog van
levensmiddelen wordt voorzien. Het zou
beter zijn, als zij.thans hun eigen volken
van levensmiddelen zouden voorzien, die
door den hongersdood bedreigd worden.
Britsch-joodsche brutaliteit.
Het is een echte Britsch-joodsche bru
taliteit, als zij doen alsof zij in staat wa
ren, de wereldproblemen op te lossen,
terwijl zij hun eigen problemen niet
hebben kunnen meester worden en den
oorlo - noodig hadden om zich te ont
trekken aan het afleggen van een ver
antwoording, waartoe zij wegens hun
falen door hun eigen volken zouden zijn
gedwongen. Een land als Amerika bij
voorbeeld telde dertien millioen werk-
loozen en de leiding van het land, die
het met dat probleem niet kon klaar
spelen, doet het thans voorkomen alsof
zij in staat was het werkloozenprobleem
der geheele wereld op te lossen. Het is
waar, een kapitalistische uitplundering
kunnen zij weer organiseeren. Dat ech
ter bij deze uitplundering hun eigen vol
ken te gronde gaan, interesseert hen
weinig. Hun propagandamaatregelen
volgen den weg, dien wij nog van den
wereldoorlog kennen. Zij probeerden
eerst, door een vloed van papier bij het
Duitsche volk en nog meer bij de vol
ken onzer bondgenooten den indruk te
wekken, alsof niet alleen de oorlog
reeds door hen gewonnen was, maar ook
bij de volken breede kringen naar een
dergelijke ontwikkeling zouden verlan
gen.
Ik weet niet of er onder het Duitsche
volk menschen zijn, die werkelijk van
een overwinning der geallieerden iets
verwachten. Ieder, die met het volk ver
bonden is, weet precies, wat de over
winning onzer vijanden zou beteekenen.
Er zijn in Duitschland ook geen lagen,
die op die overwinning hopen.
Er zün hoogstens enkele misdadi
gers, die misschien meenen daardoor
hun eigen lot te kunnen verbeteren.
Maar in dit opzicht behoeft men
niet te twüfelen en zichzelf te mis
leiden, met deze misdadigers rekenen
wU af. Wat in het jaar 1918 gebeur
de, zal zich in Duitschland niet her
halen. Als aan het front tienduizen
den van de beste menschen, van on
ze geliefdste volksgenooten vallen,
zullen wjj er niet voor terugschrik
ken, in het binnenland eenige mis
dadigers ter dood.te brengen.
In den eersten wereldoorlog was het
offer der soldaten iets dat vanzelf
sprak. Maar even natuurlijk waren de
rijke, geldverdienende zwendelaar, de
oorlogswinstmaker, de deserteur of de
gene, die het volk ondermijnde en daar
voor door het buitenland betaald werd.
Deze elementen werden toen ontzien,
terwijl de dappere soldaat zijn leven
moest offeren. Dat is thans echter an
ders geworden.
De bomoorlog en de vergelding.
Een ander middel, waarop onze vijan
den rekenen, is de bomoorlog. Wat het
Duitsche vaderland hier heeft te door
staan, is ons allen bekend. En wat ik
persoonlijk daarbij gevoel, kunt ge u
voorsteren. Toen deze oorlog begon,
heeft de Amerikaansche president zich
op huichelachtige wijze tot mij gewend
met het verzoek, geen bomoorlog te
voeren. Wij hebben dat ook niet gedaan.
Maar dit verzoek werd slechts gedaan
met het doel onze vijanden den tijd te
verschaffen, om van hun kant dezen
oorlog voor te bereiden en te zijner tijd
te ontketenen. Twee dingen zou ik hier
over willen zeggen: wat mij smart ver
oorzaakt, zijn uitsluitend de slachtoffers
in het vaderland, vooral de slachtofffers
onder de vrouwen en kinder—Wat mij
pijn doet, is dat deze menschen hun have
en goed veriiezen. Daarentegen is de
schade aan onze industrie veel minder
belangrijk. Zij verhindert niet in het
geringst de voortdurende stijging onzer
bewapeningsprestaties.
En hiervan kan men overtuigd zijn:
onze steden bouwen wij weer op, schoo-
ner dan ooit tevorer. en wel in den
kortst mogelijken tijd. Als een volk in
staat is om een oorlog tegen een gehee
le wereld te voeren, in een jaar zes of
acht of tien millioen kubieken meter
beton in vestingen te verwerken en dui
zenden wapenbedrijven uit den grond te
stampen, dan zal het zulk een volk ook
mogelijk zijn, twee of drie millioen wo
ningen te bouwen. De Amerikanen en
Engelschen maken op het oogenblik
plannen voor den wederopbouw van de
wereld. Ik maak op het oogenblik plan
nen voor den wederopbouw van Duitsch
land. Er zal echter één verschil zijn:
terwijl de wederopbouw van de wereld
door de Amerikanen en Engelschen niet
zal plaats hebben, zal de wederopbouw
van Duitschland door het nationaal-so-
cialisme nauwkeurig en volgens de plan
nen worden uitgevoerd. Dan worden
onze massa-organisaties, te beginnen
met de OT tot aan den Arbeidsdienst
met inbegrip van het geheele overige
Duitsche economische leven gebruikt
plus de oorlogsmisdadigers. Zij zullen
daar voor het eerst in hun leven nuttig
werk verrichten. Dat is het eerste wat
ik hierover zeggen moet, en het tweede:
De heeren mogen het gelooven of
niet, maar het uur der vergelding
zal komen. Ook wanneer wjj op het
oogenblik Amerika niet kunnen be
reiken, dan ligt toch God zjj dank
een staat tastbaar dlchtbU en daar
mede zullen w|j ons bezighouden.
En dan wil ik in de derde plaats hier
nog iets aan toeyoegen: de meening van
onze vijanden, dat zij door hun lucht-
terreur de intensiviteit van den Duit-
schen oorlogswll kunnen verminderen
berust op een drogreden. Diegene name
lijk, die nu eenmaal zijn bezittingen ver
loren heeft kan maai één wensch heb
ben. dat deze oorlog nooit verloren
wordt, want alleen de overwinning kan
hem weer eens in het bezit van zijn goed
stellen. Zoo vormen de honderdduizen
den, die door de bommen alles verloren
hebben, de avantgarde van de wraak.
En nog iets anders, waarmede onze
vijanden thans niet zoo dikwijls meer
als vroeger, maar toch nog steeds, ope-
reeren, dat is'het parool, de tijd werkt
voor hen.
De tjjd als bondgenoot.
Het spijt mij zeer, dat ik onzen ar
beid ia vredestijd niet heb kunnen
Kompa» lezen, marcheeren, veldspel
enz. alle» leer je ln de weersport-
kampen van de Germaaniche Jeugd.
Bij «por» en ipel leeren de Jongen»
van alle Germaaniche landen elkaar
kennen en reipecteeren. Wil je hier
ook bij zijn? Meld je dan «nel aanl
Door den enormen toeloop word» nog
een» gelegenheid tot keuring geboden.
Alle jongen» van 16-18 jaar kunnen
zich op Woensdag 10 November van
9-12 uur in den Dierentuin te Den
Haag hiervoor melden. Het reisgeld
wordt terugbetaald op de plaats van
keuring. Kosten zijn er niet aan ver
bonden Patroons en scholen zijn
verplicht vrij te geven
Margrit Heyer/Stapf/Pax m
voorzetten. Maar daar dit nu eenmaal
niet mogelijk is zullen wij nooit te
vroeg den strijd eindigen, doch den tijd
als onzen bondgenoot beschouwen.
Deze oorlog kan duren zoo lang
hij wil. Duitschland zal nooit capi-
tuleeren. Wij zullen nooit de fout
van 1918 herhalen, n.1. om kwart
voor twaalf de wapens neer te leg
gen. Hiervan kan men zeker zjjn:
Diegene, die de wapens als aller
laatste neerlegt, zal Duitschland
zijn, en wel vijf minuten over
twaalf. Zij mogen hopen ons door
zware bloedoffers klein te krijgen.
Alleen deze keer is het met deze
bloedoffers zoo gesteld, dat op elk
Duitsch bloedoffer. 2, 3 en 4 slacht
offers van onze vijand komen.
Hoe zwaar deze offers ook voor ons
zijn, zij kunnen ons toch alleen nog
sterker verplichten. Het zal niet te
vergeefs zijn, wat wij aan offers bren
gen. Uit deze offers moet voor ons volk
een voordeel groeien en niet alleen voor
ons volk, doch tenslotte ook voor geheel
Europa.
En dan tenslotte nog één ding: Ik lees
iedere week minstens drie of viermaal,
dat ik een zenuwinstorting gekregen
heb. Ge kun* ervan overtuigd zijn: alles
is mogelijk, maar dat tk mijn zenuwen
vérlies, is totaal uitgesloten.
In dit verband karakteriseerde de
Führer ook de belachelijkheid van de
geruchten over oneenigheden tusschen
hem en zijn vriend Göring, tusschen
weermacht en partij, tusschen hem en
zijn generaals.
Zonneschijn kan iedereen verdragen,
maar wanneer het onweert en stormt,
dan pas komen de harde karakters naar
voren en dan ziet men ook den zwak
keling. Wanneer het eens moeilijk
wordt dan blijkt pas wie werkelijk een
kerel is en wie in dergelijke uren zijn
zenuwen niet verliest, doch hardnekkig
en standvastig blijft en nooit aan een
capitulatie denkt.
Dank aan de Voorzienigheid.
Tenslotte wil ik ook dengenen, die mij
steeds over religie spreken, iets zeggen:
ook ik ben religieus, en wel in mijn
diepste innerlijk religieus. En ik geloof,
dat de Voorzienigheid de wenschen
weegt, en dat degene die de proef der
Voorzienigheid niet kan doorstaan,
maar daaronder bezwijkt, door de
Voorzienigheid ook niet voor grootere
dingen bestemd is. Het Is een uit de
natuur voortvloeiende noodzakelijkheid,
dat bij de selectie slechts de sterkeren
overblijven. Het Duische volk, zooals ik
het in de massa zijner vormen heb
leeren kennen, is Gode zij dank sterk
en kerngezond.
Wat al successen heeft de Voorzie
nigheid ons niet gegeven, wat voor
grootsche overwinningen heeft zij ons
niet doen behalen. Hoe hebben wij in
enkele jaren een bijna wanhcpigen toe
stand van ons land en ons Rijk vol
komen veranderd. Hoe heeft ons de
Voorzienigheid ook bijna nopelooze si
tuaties, zooals de Italiaansche ineen
storting, meester doen worden. En zou
den wij dan zoo erbarmelijk zijn om
aan deze Voorzienigheid te versagen
of te vertwijfelen?
In dankbaarheid buig ik mij voor den
Almachtige, dat Hij ons zoo gezegend
heeft en ons geen zwaardere beproe
vingen, den strijd op Duitschen bodem,
gezonden heeft, maar dat wij er in ge
slaagd zijn, tegen een wereld van over
macht dezen strijd met succes tot ver
buiten de grenzen van het Rijk te voe
ren.
Ik ben er trotsch op, aldus vervolgde
Hitier, de Führer van dit volk te zijn,
niet alleen in gelukkige dagen, maar
ook in moeilijke. Het verheugt mij, dat
ik in dergelijke dagen het volk van
mijzelf uit kracht en vertrouwen kan
geven en kan zeggen: „Duitsch volk,
wees volkomen gerust. Wat er ook
mag komen, wij zullen het meester
worden. Aan het einde staat de over
winning."
De Führer herinnerde de partij en
de Nationaal-Socialistische leiding aan
haar taak, de eerste draagster van het
geloof der natie te zijn.
„Ik ben," aldus besloot hfl, „slech's
voor enkele uren hier gekomen, om
tot u, mijn oude aanhangers, te spre
ken, en morgen ga ik reeds weer te
rug en neem een schoone herinnering
aan mjjn oude strijdmakkers en onze
strjjdperiode mede. Ook gjj moet van
hier gaan met het fanatieke vertrou
wen en het fanatieke geloof, dat er
absoluut niets anders mogelijk is dan
onze overwinning. Daarvoor strijden
wij, daarvoor zijn zeer velen geval
len, daarvoor zullen nog anderen het
zelfde offer brengen. Daarvoor leven
generaties, en niet alleen nu, maar
ook in de toekomst. Het bloed, dat wij
thans offeren, zal eens rijkelijk aan
ons volk vergolden worden. Wij her
inneren ons aldus al onze kameraden,
die als Nationaal-Socialistische strij
ders voorgegaan zjjn op een weg, die
slechts de weg van de grootheid van
ons vaderland, van de grootheid van
ons Duitsche volk kan zijn."
Dr. Seyss-Inquart vervolgde zijn rede
aldus:
Uit deze beide eigenschappen en haar
politieke uitwerking kunt u zich het
wezen van het bolsjewisme en van den
bolsjewistischen massamensch ver
klaren.
Vergelijking niet mogelijk.
Tevens kunt u daaraan zien, dat wij
hier te doen hebben met menschen en
een systeem, waarmede wij het vol
gens Europeesche spelregels nooit zul
len klaarspelen. Dat moeten wij dui
delijk inzien. Een vergelijk met het
bolsjewisme is niet mogelijk, alleen
een tegenover elkaar staan, hoogstens
een scherpe afbakening. Het bolsje
wisme draagt zijn gevaarlijkheid niet
zoozeer in zijn methoden als wel in
zijn doelstelling. Het bolsjewisme dr kt
het individu terneer tot een minimale
levenshouding, opdat het de krachten,
die zich aldus verzamelen, samenge
bundeld voor een bepaald politiek doel
kan laten optreden. In dit opzicht is
het alle andere systemen de baas, om
maar in het geheel niet te spreken
over een liberaal of over een democra
tisch systeem. In die systemen gaan
alle mogelijke energieën op in de be
vrediging van de eigen behoeften, cul-
tureele wenschen enz. Deze energieën
eischt het bolsjewisme voor zich op.
De mensch moet werken, hij moet hee
rendiensten verrichten, hij wordt ge
knecht, opdat de volledige som van
zijn prestaties gestoken wordt in een
bepaald politiek doel, in dit geval de
proletarische wereld.
Dit doel echter is van een vernieti
gend karakter. Ook de totale oorlog,
kameraden, dwingt ons thans tot soort
gelijke methoden. Echter hier is de
impuls onze belijdenis aan het volk en
het vaderland, dat ons er toe brengt
nier meer aan ons zrif te denken en
alles wat wij bezitten te richten op een
enkel doel. namelijk op de verdediging
van ons volk en van ons vaderland.
Maar dat is een positief, een mooi. een
edel doel, terwijl het bolsje
wisme de knechting en
concentratie van zijn
menschen wijdt aan het
vernietigende en onna-
natuurlijke doel van de
proletarische wereld
revolutie
Het proletariaat vormt op zichzelf
een speculatief begrip. Niet de orga
nische eenheid van het volk, maar een
tot de eigenmachtige klasse gemaakte
economische laag moet de alleen be
voegde en daartoe geroepen klasse zijn
om alle anderen te vernietigen, Ook
gaat het bolsjewisme ervan uit, dat -r
onder alle volkeren en rassen om zoo
te zeggen zonder onderscheid een zoo
danige klasse aanwezig is. Dat is de
groote vergissing van het bolsjewisme.
Het proletariaat is het resultaat van
een maatschappelijk en economisch ge
faalde ontwikkeling. En ook deze
klasse, wanneer zij dan ontstaan is,
wordt weer bepaald door de raskenmer
ken van elk volk. Dat bespeurt het
bolsjewisme. Het bemerkt hier een fout
in zijn berekening en komt derhalve
tot een methode der physieke vernie
tiging van alle andere klassen en be
roepsstanden van een volk en der phy
sieke vernietiging van de zuiverheid
van ras van een volk doör de rassen
vermenging. Daaruit valt te verklaren
de tot millioenen uitgemoorde beroeps
klassen in Rusland en de in de mil
lioenen loopende deportaties. Dat zijn
niet zoozeer politieke maatregelen met
het doel een politieken tegenstander
van dit oogenblik te vernietigen, neen.
dat zijn maatregelen, om de volksche
substantie van de afzonderlijke stam
men, die in Rusland leven, uit te wis-
schen en te vernietigen, opdat er juist
een proletariaat zonder onderscheid zal
ontstaan.
Wanneer U enkele dagen geleden in
de courant gelezen hebt, dat de bolsje
wisten als oorlogsschadeloosstellin?
verlangen, dat millioenen Duitsche ar
beiders naar Siberië gebracht zullen
worden om daar te werken en wanneer
eenige politieke narren meenen, dat
dit een heel juiste herstelmaatregel zou
zijn, dan is het doel en de zin van dezen
maatregel toch in het geheel niet een
schadeloosstelling, maar het doel ls uit
sluitend de volksche substantie van het
Duitsche volk te vernietigen door het
millioenen mannen te ontnemen en
daarvoor millioenen Aziaten en Mongo
len over te sturen. En wat voor het
Duitsche volk geldt, geldt voor alle
andere volken.
Want een ding moet men duidelijk In
zien: een vergelijk is met het bolsje
wisme niet mogelijk, omdat het niet op
den bodem eener organische maat
schappelijke orde staat, maar omdat
het een gefaalde ontwikkeling tot draag
ster van zijn ontwikkeling- maakt en
zijn doel de vernietiging is van de
volksche substantie onder de afzonder
lijke volken en naties.
Er wordt soms gesproken over een
zachtaardig communisme. Menschen, die
zoo praten, hebben geen idee wat het
bolsjewisme ts Dat zijn gedegenereerde
salonbolsjewisten, of politieke gezond-
bidders, die op het oogenblik, dat zij
de pistool van den commissaris in hun
nek voelen altijd nog zeggen, dat hij
het zoo kwaad niet meent. Het com
munisme moet echter dien weg opgaan,
want zoolang er nog een niet-bolsje-
wistisch-geordende staat bestaat, is hij
een eeuwige aanklacht tegen het bolsje
wistische stelsel. Het bolsjewisme kan
in het geheel niet dulden, dat er er
gens een economische ordening bestaat,
die organisch natuurlijk is opgebouwd.
Wanneer het zich wil blijven handha
ven, moet het alle andere maatschap
pelijke en economische vormen vernie
tigen.
Het Amerikanisme onder de loupe
Ook ln het Westen kunnen wij een
verschijnsel waarnemen, dat wij juist
als Nationaal-Socialisten van den ver
standelijken kant moeten bekijken, om
het gevaar voor onze beschaving va«t
te stellen.
Hier is Jat niet zoo eenvoudig, want
het Amerikanisme dat op ons afkomt,
wordt door ons niet zoo zonder meer
onze tegenstander geacht: le. Wij mee
nen namelijk, dat de menschen daar
ginds toch de nakomelingen van onze
eigen voorvaderen zijn, die eens uit
Europa zijn geëmigreerd. Wij hebben
het gevoel, dat zij menschen zijn van
ons bloed. Maar de nakomelingen van
alle Europeesche volken daar ginds zijn
in een smeltkroes geworpen met ne
groïden en joodsche bijvoegsels. Daar
ontwikkelt zich een geslacht, dat over
eenige generaties ook door ons als niet
meer Europeesch zal worden erkend
Wanneer U thans tot een Amerikaan
uit de Ver. Staten zoudt zeggen, dat hij
toch eigenlijk een Europeaan is, dan
ben ik ervan overtuigd, dat hij deze
meening in zijn verwaandheid zou af
wijzen en handtastelijk zou worden,
want in zich draagt hij reeds het gevoel
geen Europeaan meer te zijn.
Ten tweede is de methode, de aard en
wijze waarop deze Amerikaansche geest
tot ons komt, voor ons niet onaange
naam. Hij komt tot ons met die tech
nische vindingen, die het leven aange
naam maken - met zijn conserven en
ijskastenbeschavlng, die vele zorgen ln
de huishouding verlichten, maakt hij
zich bemind en aangenaam.
Schijnbaar is het nog de puriteinsche
geest, die daarginds heerscht. In wer
keliikheid echter heeft de teugelloos
heid die ook aan dit continent In zijn
onbegrensdheid eigen is uit de leer van
de predestinatie van het Purdeinisn,
geleid tot een teugelloos vrijbuiterdom
dat in het geheel slechts een vrijheid
kent- de vrijheid van da meest meedoo-
genlooze uitbuiting van deneven-
mensch. Voor ons persoonlijk komt er
noe iets bij dat ons de leiders van de
ze menschen moeilijk verdraagbaar
maakt en dat wij aanvoelen als naam-
looze huichelarij: degenen, die bepaald
het tegenvoorbeeld van de naastenlicf
de geven, hebben voortdurend bijbel
spreuken' ln den mond. Dat doet ons
deze menschen zoo oneerlijk en onop
recht voorkomen en maakt ze voor ons
onsympathiek.
De categorische imperatief, waardoor
dit amerikanisme geleld wordt, is niet
de Inschakeling van het Individu in een
organische gemeenschap, maar ls
techniek, haar prestaties en vooral het
persoonlijke economtscne succes. Dat
alleen zijn de beweegredenen waar
door de Amerikaansche menschen zich
laten leiden. Dat moet ons Europeanen
en ons Germanen in oljzondere mate
vreemd zijn, want wij bespeuren altijd
als den categorischen imperatief van
ons handelen het besef van het ge
meenschappelijke bloed, dat ons in een
hoogere lotsgemeenschap verbindt. Het
resultaat van dit amerikanisme is het
tot een schabloon maken van alle be
schaving. Alles moet netzeifde zijn en
er bestaat in Amerika niets gevaarlij-
kers dan wanneer iemand uit den toon
zou vallen. Gelijkheid is bij de vrijen
een recht, bij de onvrijen wordt de ge
lijkheid tot een verdomden plicht. Dat
is thans in Amerika het geval. De men
schen moeten gelijk zijn, want wie
zich niet in de rij schikt, wordt uit-
gestooten en economisch vernietigd.
Zij mogen in Amerika naar hun aard
gelukkig worden, in onze verhoudin
gen dienen zij zich niet te mengen.
Arm, klein Engeland
Kameraden! Bij deze beschouwing
heb ijc aan een machtsfactor nog in het
geheel niet gedacht, die tot voor kort
een zeer groote rol heeft gespeeld: het
Britsche wereldrijk Engeland. Dat was
niet opzettelijk. Dat is bepaald onbe
wust ontstaan, want wanneer wij he
den ten dage de krachten beschouwen
die vorm geven aan de wereld, dan is
voor ons allen Engeland sterk op den
achtergrond getreden.
De Engelschen hopen, dat zU in
dit conflict tusschen het bolsjewis
me en het amerikanisme zooiets als
scheidsrechter of als wijzer aan de
weegschaal zullen zijn. Daarbij ver
geten zij echter, dat de essentieele
voorwaarde voor een scheidsrech
ter het eigen gezag is, d.w.z. de
eigen kracht, die zij verloren heb
ben. Wie zou er bij de bolsjewisten
of bij de Amerikanen nog op het
idee komen een Engelschman i.an
te wijzen als bemiddelaar, een En
gelschman, die toch geen machts
middelen meer bezit, waarmede hij
zijn wil zou kunnen doorzetten', im
mers, zijn dominions zijn min of
meer door de Amerikaansche we
reld opgeslokt, zijn buitenlandsche
saldi zijn opgeteerd, zijn groote
koopvaardijvloot verdwijnt in toe
nemende mate naar den bodem der
zee, terwijl de Amerikanen t in
koopvaardijvloot machtig uitbrei
den. Belden, vooral de Amerikanen,
doch ook de bolsjewisten, zfln veel
te nuchtere zakenlieden om zoo te
zeggen iemand provisie te betalen
voor de bemiddeling, die zjj niet
noodig hebben en die zij zich kun
nen besparen. Het is reeds zoo, zoo
als onlangs een Engelsch weekblad
schreef: Arm, klein Engeland, je
zit voor de omheining en wacht....
Men verwijt ons soms, dat wij, na
tionaal socialisten, aanspraak maken op
wereldheerschappij. De beide eenige
mogendheden echter, die op dit oogen
blik aanspraak maken op wereldheer
schappij zijn de bolsjewisten en het
grootkapitalisme van den heer Roose-
velt. Die willen zonder met de naties
rekening te houden de heele wereld on
der hun heerschappij brengen en vóór
alles met hen geestelijk gelijkschake
len. Wij niet! Wij weten heel precies,
dat de ordening, die wij willen heb
ben, op ons bloed is opgebouwd en dat
onze aanspraak op ordening of
onze wensch naar ordening de gemeen'
schap van ens eigen bloed niet te bui
ten kan gaan.
Wat is Europa?
Maar nu vraag ik mij af, wanneer wij
het bolsjewisme en het Amerikanisme
op hun geestelijken inhoud onderzocht
hebben: Wat zijn wij? Wat is Europa?
Ik geloof dat wij ons deze vraag zeer
zelden voorleggen, want wij Europea
nen hebben totdusverre in het geheel
niet de behoefte ons voor te stellen wat
Europa is. Het leek ons niet noodig.
Pas thans, nu wij de verschillen tus
schen het Oosten en het Westen bele
ven, moeten wij ons afvragen, wat wij
eigenlijk zijn.
Werpen wij eens een blik op de land
kaart. Dit Europa onderscheidt zich
van de groote samenhangende massa's
land als Amerika, Afrika of Azië in
kenmerkende mate door de omstan
digheid, dat het een ongemeen rijk ge
vormde schepping is. Het bevat schier
eilanden, het bevat baaien, het bevat
hooggebergten, middelgebergten, het
bevat rivier- en dallandschappen. Dat
is allemaal veel rijker en gevarieerder
dan in eenig werelddeel en in dit door
de natuur ingedeelde gebied is het ari
sche ras en in het bijzonder het
noordsch ingestelde ras ontstaan en
heeft hier zijn bakermat. Het ken
merk van Europa is de ongemeene
veelvuldigheid, de rijkdom aan bloe
sems van de culturen en volkspersoon
lijkheden, die eigen zijn aan den aard
en door bloed gebonden, die hier in de
afzonderlijke landen en gewesten als
in groote en fraaie door de natuur op-
gedischte schalen, hun volksaard ont
wikkeld hebben. Wij zouden ophouden
Europeanen te zijn, wanneer wij er niet
meer onze roeping in zouden zien de
zen rijkdom aan bloesem van de aan
aard eigen en door bloed gebonden cul
tures der Europeesche volken te be
houden en te bevorderen. Wanneer wij
dit ons kenmerk duidelijk voor oogen
houden, dan zien wij het vernietigende
in van den Invloed uit het Oosten, die
onze rassen wil uitroeien, doch ook het
verderfelijke van den invloed uit het
Westen, die immers ook onze volksper
soonlijkheden wil nivelleeren, opdat de
menschen hier er allemaal uitzien zoo
als in Amerika, alsof zij aan den loo
penden band bij millioenen tegelijk zijn
voortgebracht.
Penetraties uit het Westen.
Juist deze veelvuldigheid van onze
cultures biedt natuurlijk ook de moge
lijkheid van voortdurende penetraties
uit het Oosten en uit het Westen. De
westelijke geest dringt bij on» vooral
door In de burgerlijke lagen en in de
kringen der intelligentie en wel de. te
stérker naarmate wij meer de wertkust
van Europa naderen.
7eker het is een aangename bescha
vingsvorm, die van ginds tot ons komt -
en bij dezen beschavingsvorm ziet men
meestal over het hoofd, dat men daarbij
tot een schabloon gemaakt en genivel-
ïé„d wordt. De gevolgen van dien
westelijken invloed verlammen het be
grip van de laatste wortelen waaruit
wü zijn geboren en er ontstaat
nog slechts een streven naar de
internationalismen. Het internationalis
me alleen is troef. Het volk en de ver
bondenheid met het volk wordt be
schouwd als verouderd en belachelijk.
Een volksch, naar hun aard eigen be
wustzijn hebben deze lieden niet meer
en daarom zijn zij volkomen vreemd
aan het '.even geworden. Zoo is het
laatste slot van alle wijsheid in dit land
om de menschelijke betrekkingen te
ordenen volgens de fair play Alsof de
bolsjewisten de zeer hardhandige Ame
rikanen thans wel aan een fair play
zouden denken. Wanneer het om de
laatste dingen van een volk gaat, moet
men reeds het richtsnoer van het eigen
handelen uit een ander diepergaande
zedelijkheid verkrijgen, uit de overtui-
ging dat men voor zijn volk tot het
uiterste moet opkomen. Qok dan wan
neer de maatregelen, die men moet ne.
men en waarvoor men moet instaan,
vervloekt hard zijn. Men verdraagt ze,
omdat men op een hoogere verantwoor
delijkheid staat en gesteld is voor de
grootere taak, die het lot ons heeft toe
vertrouwd.
Nationaal socialisten, minstens even
groot echter zijn de penetraties die uit
het Oosten komen, penetraties van hei
collectivisme in onze Europeesche
maatschappij, of dat nu marxisme of
bolsjewisme is, die zich Immers alleen
onderscheiden in de methode bij het
bereiken van hun doel en niet princi
pieel verschillen.
Men moet ook in dit land de oogen
niet sluiten.
De meening der mijnwerker»
in Limburg.
Ik herinner aan een gebeurtenis, die
ik kortgeleden meemaakte. Ik streef ei-
naar zooveel mogelijk de provincies t.e
bereizen en daar met onze kameraden
Nederlanders en Duitschers, te spre
ken en ik ben dankbaar dat onze ka
meraden heel openlijk tot mij komen
en mij zeggen, wat zij gezien hebben.
Zoo bevond ik mij onlangs in Lim
burg waar ik een gesprek aanknoopte
met een mijnwerker en hem vroeg:
„Nu, wat denken eigenlijk de mijnwer
kers in het Limburgsche?" Mijn zegs
man zeide mij heel eerlijk: „Ik wil
heel openlijk met U praten. Er bestaat
een zeer groot aantal mijnwerkers, die
voor het Nationaal-Socialisme geen be
grip hebben. Zij willen niet, dat
Duitschland overwint, maar zij willen
ook niet dat de Engelschen en Ameri
kanen overwinnen". Toen heb ik ge
vraagd, wie er dan de overhand moest
krijgen. Mijn zegsman antwoordde mij:
„Ja, wanne.gr men met deze menschen
ter plaatse spreekt, dus daar, waar zij
afgesloten van de rest van de wereld
niet lichtvaardig denken, krijgt men ten
antwoord: „De Russen". Dat is opmer
kelijk. In Limburg heerscht onder een
niet gering deel van de mijnwerkers
de meening, dat de Russen moeten win
nen.
Waarschijnlijk hebben zij daarbij een
onduidelijke voorstelling wat dat eigen
lijk voor een winst en een overwinning
zou zijn. Maar deze meening is er en
zij is bijzonder opmerkelijk, omdat wij
toch heelemaal weten, dat ln Limburg
de katholieke kerk een ongemeen
grooten invloed op deze menschen uit
oefent, en stellig niet in de richting die
de bolsjewisten vertegenwoordigen.
Dat bewijst echter aan den anderen
kënt, dat de politieke vormingskracht
van de confessies, hoe sterk zij ook
eenmaal geweest is, thans verloren is
gegaan. Met de confessies kan men de
menschen blijkbaar niet meer binnen
een bepaalden vorm van gemeenschap
houden. Hetzelfde is aan den dag gere
den in Italië, toen Badoglio probeerde
het fascisme terzijde te dringen. Wat is
er toen gekomen? Een liberaal of de
mocratische impuls? De jongste demo
craat, die daar verschijnt is de oude
graaf Sforza. Ik geloof, dat hij 72 jaar
oud is en dan is er nog een ander bij,
die, naar ik hoorde, 77 jaar is. Dat is
wat het liberalistische en democratische
burgerdom thans nog kan leveren.
Een katholiek communisme,
Daarvoor is ln Zuid-Italië een
katholiek-communistische partij ont
staan. De leider van den katholieke
actie in Italië heeft nu nadrukkelijk
verklaard, dat de katholieke actie
in Italië in het geheel niets met
deze katholiek-communistische partij te
maken heeft maar achter de republl-
keinsch-fascistische partij staat. Die is
namelijk niet ver van schot. Hij weet,
wat er uit dezen toestand kan ontstaan.
Op den Balkan is het precies zoo,
Daar hebben zich groepen van verzet
gevormd, die de bosschen zijn ingetrok
ken en partisanen geworden zijn. Oor
spronkelijk waren het meerendeels mi
litairen, die waren nog nationalistisch,
Nu Is dat ook anders geworden. Op den
Balkan heeft nu de communist Tito de
leiding in handen, dien Stalin tot bols-
jewistengeneraal benoemd heeft en
Nieuw-Zeelandsche en Engelsche offi
cieren. die aan valschermen bij Griek-
sche partisanengroepen werden neerge
laten, werden juist door die partisanen
doodgeschoten. Dat zijn geen toevallig
heden, dat zijn allemaal teekenen,- die
erop duiden, in welke richting de ont
wikkeling kan gaan.
Houdt U een ding voor oogen, deh
totalen oorlog en zijn uit het steeds
toenemend gebrek aan goederen voort
spruitende gevolgen. Het is thans reeds
zoo, althans de tijd is niet al te ver
meer. dat degene in Duitschland, die
van" vroeger, volkomen wettelijk en ln
orde, nog een goedingerichte woning
heeft, dit bezit mettertijd zal aanvoelen
als een druk tegenover die volksgenoo
ten. die inmiddels alles verloren heb
ben, en dezen van hun kant zouden
denzelfden toestand aanvoelen als een
onrecht. Wanneer de slachtoffers van
de bombardementen in Duitschland
geen Nationaal-Socialisten zouden zUn>
zouden de terreurvliegers der Engel
schen en Amerikanen Inmiddels het
bolsjewisme in Duitschland sterk heb
ben aangekweekt.
Ik heb Juist gesproken met den
burgemeester van Bochum, een
zwaar geteisterde stad. HU heeft mU
bevestigd, dat »Un lieden alles op
zich nemen, maar voor alles hun
geboorteland niet wilden verlaten.
ZU komen terug, bouwen zich ver
blijfplaatsen ln de bergen. Zij leven
in de meest primitieve omstandighe
den. Versagen kennen deze men
schen niet. Alleen een vreeselUke
verbittering. Deze menschen willen
hun lot verdragen en wanneer men
hun zegt, dat de oorlog nog Jaren
kan duren, dan antwoorden ali:
„Dat geeft ook niets, slechts Iets
willen wü, vergelding en wraak
utoeteo wj) beleven".